Heb je een heunenteun in de tuin? xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
HOEGAARDEN - De vlierstruik staat in bloei en dat betekent zware irritatie voor hooikoortslijders. Maar je krijgt er nog om een andere reden een punthoofd van. Niet iedereeen noemt dit een vlierstruik.
We hebben het uit Woordenboek van de Brabantse dialecten. Heunenteun is een woord voor vlierstruik dat de onderzoekers noteerden in Outgaarden en Hoegaarden (en Webbekom...). Overal elders heet dat vlier, vlierboom, vlierenhout, of ook krakkebuis (in Tienen dat laatste).
Ik heb het woord 'heunenteun' nooit gehoord. Fluitjeshout, dat wel ja, omdat je de tak kunt uiithollen en er een fluitje uit kunt fabriceren. In eenzelfde moeite maakte je er dus een proppenschieter mee. Vandaar allicht het pseudoniem 'klapbuizenhout' (en het Tiense krakkebaas?).
Gelijkend op het 'Hoegaardse' heunenteun is allicht het woord 'heulenteer' (dat voorkomt in Zoutleeuw, Orsmaal, Landen). Gelijkend op het Franse woord, zoals zo vaak in ons dialect, is het niet. Sureau (F) of sawou (Waals) staat hier ver van.
Kent iemand het woord heunenteun in Hoegaarden? Wie gebruikt het? Waar komt het vandaan? (Billen)
|