De andere kant van Sicilië
In de zomer bloedheet, maar tot diep in het najaar nog aangenaam en zacht: Sicilië. Sinds kort kan je ook naar het noordwesten van het Italiaanse eiland vliegen. Hier vind je nog het pure Sicilië, ver weg van de drommen toeristen die naar Taormina of de Etna trekken.
De nieuwe vluchten landen op Trapani. Vandaaruit is het makkelijk om naar de Egadische eilanden te varen per ferry. Deze eilanden zijn niet meer dan stipjes op de kaart te midden van de Tyrreense zee. Favignana is het grootste van de drie bewoonde eilanden, maar met een maximale lengte van 9 km is het in feite nog piepklein. Het heeft op de kaart het uitzicht van een vlinder, waaraan het eiland zijn bijnaam La Farfalla dankt. Niets doet overigens vermoeden dat zich elk jaar op dit vreedzame eiland een echt drama afspeelt, wanneer in het voorjaar la mattanza plaatsvindt. De plaatselijke vissers drijven dan de tonijn samen tot in xml:namespace prefix = st1 />La Camera della Morte (de Kamer des Doods) in de haven. Daar richten ze vervolgens een waar bloedbad aan.
Gezellige sfeer De vis is het symbool van de eilanden en natuurlijk overheerst ook vis alle menukaarten. Aan de haven van Favignana is het een komen en gaan van vissers- en plezierbootjes. Net achter de haven liggen twee piazza's die onderling verbonden zijn door de Via Vittorio Emanuele. Vooral 's avonds is het in dat kleine verkeersvrije centrum gezellig druk en levendig. Dan zetten ook alle restaurants - en dat zijn er behoorlijk veel voor zo'n klein eiland - hun tafels buiten. Aanbevolen is zeker La Lampara op de gezellige Piazza Madrice. De avond uitwuiven kan je bijvoorbeeld in de bar Camarillo Brillo, aan de via Vittorio Emanuele, voor goede muziek en heerlijke cocktails.
In volle zomer zwermen vooral de Italiaanse eilandbewoners uit naar de talrijke zand- of rotsstrandjes. De grillige kust zorgt bovendien constant voor verrassingen. Zo zit je soms tussen picknickende families om luttele ogenblikken later moederziel alleen in een rustig hoekje te belanden. Er is keuze genoeg. Het water is hier nog glashelder en azuurblauw. Een interessant uitstapje is een boottochtje naar de Grotta delle Uccerte. Gepensioneerde vissers brengen je er graag naartoe.
Levanzo Nauwelijks tien minuten varen en je staat op Levanzo, een eiland van nog geen 6 km2 waar in de winter maar een vijftal mensen permanent wonen. Wil je rust, dan moet je daar zijn. De logies- en horecamogelijkheden zijn er echter beperkt.
Aanbevolen is een wandeling naar de westelijke uithoek van het eiland, door het pijnboombos naar Cala Minnella, een klein en rustig strand. Er is schaduw en wat koele zeewind en die zijn er 's zomers meer dan welkom. Bewonder hier ook in de Grotta del Genovese de prehistorische tekeningen op de wanden.
Nog meer rust biedt het puurste van de drie eilanden, Marretimo. Hotels moet je hier helemaal niet zoeken, je kunt er enkel met wat geluk een kamertje huren bij een visser. Levanzo en Marettimo zijn vooral wandelparadijzen, ze zijn klein genoeg om alles te voet te doen.
Op het vasteland van noordwest-Sicilië zullen vooral liefhebbers van de oude geschiedenis aan hun trekken komen. De streek is bezaaid met archeologische vindplaatsen en verstilde dorpjes die niet worden overspoeld door toeristen. Erice is zo'n prachtig ommuurd stadje, dat al in de 8ste eeuw voor Christus werd gebouwd op een heuvel. Het middeleeuwse centrum met zijn smalle kronkelende geplaveide straatjes telt alleen al enkele tientallen kerken. Goede stapschoenen zijn onontbeerlijk, vooral wie hier wil genieten van fabelachtige uitzichten op zee, de omringende natuur en havenstad Trapani. Proef in Erice van de dolce di mandorla, de ambachtelijk gemaakte koekjes.
Windmolens Maar dé grootste verrassing van de streek is ongetwijfeld Selinunte, dat qua omvang het veel bekendere en meer toeristische Syracuse in het niets doet verdwijnen. Selinunte is met zijn 284 hectare de allergrootste archeologische schatkamer van het hele Middellandse Zeegebied. Verschillende opgravingen legden niet minder dan acht Griekse tempels met Dorische zuilen bloot, met als absolute blikvanger de Akropolis op een steile rotswand pal aan de zee. Heel wat van Selinunte moet trouwens in de toekomst nog blootgelegd worden.
Dat is ook het geval in Segesta, met het amfitheater als pronkstuk. De toeschouwers hadden niet alleen een schitterend beeld op de scène, maar eveneens op een adembenemend landschap. Ook de zoutpannen langs de oostkust gaan al terug tot de Oudheid. De Via del Sale, de weg tussen de zoutwinningsgebieden langs de kust, loopt van Trapani naar wijnstad Marsala. De zoutproductie is niet zo belangrijk meer, maar vele van de witte molens zijn gerestaureerd en dragen bij tot het typische gezicht van het andere Sicilië.
De echte strandliefhebbers moeten naar het wat mondainere San Vito lo Capo, een charmante badplaats tussen Trapani en Palermo, met een groot strand, restaurants en hotels. Voor de kust steekt een enorme rots uit de zee.
Logeertips Garziain Selinunte heeft uitzicht op zee en de archeologische vindplaatsen. Er zijn 37 eenvoudige kamers. Vanaf 45 euro per nacht met ontbijt, hele jaar door open. http://www.hotelgarzia.com
Vittoria in Trapani ligt in de oude stad met zicht op zee. Het hotel biedt een goede service. Er zijn 65 moderne, maar sobere kamers. Vanaf 84 euro per nacht met ontbijt, hele jaar open. http://www.hotelvittoriatrapani.it
Praktisch Erheen: Ryanair vliegt rechtstreeks vanuit Charleroi naar Trapani (http://www.ryanair.com). Aan de luchthaven vertrekken bussen naar de ferryhaven en met Ustica Lines sta je met een snelboot in minder dan een halfuur op de Egadische eilanden. Brussels Airlines vliegt van Brussel naar Palermo (http://www.brusselsairlines.com). Palermo-Trapani 100 km.
Beste periode: Van de vroege lente tot half november is het aangenaam, ook het zeewater. Augustus is bloedheet.
Info: http://www.favignana.com - http://www.sanvitoweb.com - http://www.enit.it - http://www.bestofsicily.com
|