In het voorlaatste jaar van de negentiende eeuw ─ en wel op 27 november 1899 ─ is de Vlaamse dichter Guido Pieter Théodore Joseph Gezelle te Brugge overleden. Hij was op 1 mei 1830 in diezelfde Belgische stad geboren, waar nu een plein naar hem is genoemd met daarop een standbeeld van deze zeer vruchtbare poëet. In de tijd dat ik van de (toen nog) lagere school overstapte naar het middelbaar onderwijs, bleek de eerste bijdrage in de bloemlezing die we in de eerste lyceum-klas gebruikten [1] De ballade van Boerke Naas te zijn. Daar bestond toen minder weerstand tegen dan in die dagen gebruikelijk was tegen de verplichte literatuur. Dat kwam voornamelijk door het humoristische element.
De positieve keerzijde daarvan was dat je, desgewenst, meteen een ruimere woordenschat kreeg, doordat menig begrip voor ons noorderlingen niet bepaald alledaags was: leeuwenhert, zevenschot, alzo, bacht, tronk enz.
Gezelle zal ongetwijfeld levendiger zijn gebleven in Vlaanderen dan dit in de Noordelijke Nederlanden het geval is. Zie tevens de bijdrage van heden op de Nederlandse, redactioneel aan deze site gelieerde site Tempel van het fin de siècle.
[1] W.L.M.E. van Leeuwen en F.G.A. Stemvers: Verhalen en Liederen I. Groningen, J.B. Wolters.
__________
Afbeeldingen:
1. De Vlaamse dichter Guido Gezelle. Portret naar een oude fotografie. 2. Boerke Naas, naar de gelijknamige ballade van Guido Gezelle. Portret door Pieter Dierckcx (1871-1950).
|