Dat van de burgers van Abzurdistan verondersteld wordt de "wet" te kennen (t.t.z. alle wetten) is een grondbeginsel van het rechtsbestel zonder hetwelk een handelbare rechtspraak onmogelijk zou zijn. Met dit principe kan ik best leven al ben ik geen rondwandelende wetsgeleerde met een bibliotheek aan wetboeken en dergelijke veilig opgeslagen in de kleine ruimte onder mijn schedeldak.
Wanneer ik hier schrijf dat in dit absurde land niemand "de" wet kent, ga je me dan een leugenaar noemen ? Ik denk het niet.
Er zal zeker en vast over nagedacht zijn op het ogenblik dat wetteksten in een juridisch jargon in dikke boeken neergepend werden dat bij misdrijven de term "verjaring" ter sprake is gekomen en dat daarbij een einddatum werd voorzien waarna geen enkele "wettelijke stap" nog kan worden ondernomen om een misdrijf en/of misdaad te berechten.
Of zulks terecht is of zelfs wenselijk is, kan ik me niet over uitspreken doch zaait bij mij twijfel. Waarom dan ?
Is het niet zo dat slachtoffers van een misdrijf en/of misdaad de gevolgen hiervan levenslang meedragen ? En de daders komen er mee weg nadat volgens "het boekje" de termijn verstreken is om nog iets wettelijks te kunnen ondernemen. En daar wringt bij mij het schoentje.
Dit moest ik even kwijt na het lezen - vandaag - van een artikel over een voorstel tot verlenging van de verjaringstermijn inzake sexuele misdrijven van tien naar dertig jaar.
|