1648-09-19 tot 1651-02-25 Extract uit het register van het Leenhof van Mechelen
Extract vuytten register van contracten verheffen van leenen goedenissen, erffenissen belastinghen testamenten, ende andere acten ghepasseert in syne conincklycke Majesteyts Leenhove s’ Lants van Mechelen by thyde van Joncker Julius Boeabella heere van Ophombeke etcª respective stadthouder ende griffier van den selven hove begonst negenthiensten september sesthien hondert achtenveertigh ende eyndende den 25e febry sesthien hondert eenenvyftigh ende was onderteeckent J. Van Voorspoel
De heerelyckheyt van Schrieck ende Groodtloo fol.85 verso
Wy Christiaen Van Laethem heere van Lagres etcª bewaerende als oudtsten leenman de plaetse van Joncker Julius Boeabella heere van Ophombeke etcª als stadthoudere van syne Majesteyts Leenhove s’ Lants van Mechelen doen te weten etcª
Philips by der gratie Godts Coninck van Castillien etcª hertogh van Oostenryck van Bourgondien van Brabant etcª
Ende onder andere terhandt genomen hebbende de vercoopinge van den dorpe ende heerelyckheyt van Schriek ende Groodtloo, gelegen in onsen Lande ende hertogdomme van Brabant het quartier van onsen Lande van Mechelen soo verre wyt ende breedt als hun de limiten van deselve heerelyckheyt syn streckende met hooghe middele ende leege justitie reserverende ende behoudende tot onsen profyte allen het innecomen van wat nature hetselve soude moghen wesen behoudens ende vuytgesondert de baeten dewelcke sullen syn tot proffyte van den cooper ende andere daer wy recht toe hadden, voorts op conditie dat den ontfanck vant voorschreve innekomen ende de geschillen die soude mogen reysen ter oorsaecke derselver, niet en sullen onderworpen syn aen de justitie, die den voorschreven cooper sal stellen binnen de voorschreve heerelyckheyt van Schrieck ende Grootloo nemaer wy sullen ten dien eynde stellen een besonder banck, ende voorts metten jachte volghens de placcaerten daerop gemaeckt vogelrye visscherye keuren ende breucken, ende alle andere amenden, criminele ende civile confiscatien van bastaerden goederen gevonden, vacante ende gestrangeerde goederen daermen den proprietaris niet af en weet, voorts met alsulcke andere gerechtigheden preeminentien ende authoriteyten als wy selve hebben vermogen te doen, oock met recht van vermogen planten op s’heeren straeten ende gemeyne weghen, leghe ende eydele plaetsen, alsulck opgaende ende andere boomen als hun goetduncke sal ende gelyck wy recht hebben tselve aldaer te moghen doen, ende voorts ten effecte van de executie van de voorschreve jurisdictie soo daer geen en is ende aldaer stellen meyer schepenen ende andere officiers aldaer nootelyck wesende, die kennisse bevels ende judicature sullen hebben van alle saecken criminele ende civile met dat daer aen cleeft behoudelyck ende ons ghereserveert, den klockslagh beden heirgewyden ressort vonissen van overjaerde delicten legitimatien alle octroyen soo van waeter als wint ofte van minerale, confiscatien van goederen ter canse van oorlogh ofte partye tegens ons houdende oft oock van crimen van leze majesteyt, goddelyck oft weerlyck ende gelyck regalen
Doen te weten dat wy houden de voorschreven absolute vercoopinghe voorgoet vast ende van wende, ende willende den voorschreven Dierick Vander Nath, syne naercomelinghen, ende actie hebbende vol concentlyck verseekeren, hebben aen den selven vuyt onse volle ???? ende wetentheyt eindelyck ende erffelyck by absolute vercoopinghe opgedraegen gecedeert ende getransporteert draegers op eerderen, ende transporteren by desen tegenwoordighe de voorschreve heerelyckheyt van Schrieck ende Grootloo, sonder innecomen, maer mette rechten appendentien ende depentendien van dyen, ende op de voorwaerden ende conditie hier voren naerder gheroort behalvens
Destoir conden hebben wy onsen zegel hier aen doen hangen gegeven in onse stadt van Brussel den 9e april int jaer ons heeren duysent seshondert vyftigh ende vinden JB Ryeken het dertighste onder ons geparapheert
Der stondt geschreven by den coninck myne heere den Aertsch hertogh stadthouder goeverneir ende capitain generael etcª Grave Van Isembourgh Riddere van t’ordre van Gulden Vlize, ierste hooftheere Jacques Dennentieres, riddere, heere van Gurlebois Tresorier generael, Louys Rogier Clarisse, Riddere van het Crychs ordre van St. Jacob, Peeter Roberti, heere van Aisere ende Philips Le Roy heere van Broechem gecommitteerde van de finantien, ende andere tegenwoordighe, ende was onderteeckent Verreycken, ende besegelt met syne majesteyts grooten zegel in den rooden wasse onder uythangende aen dobbelen sterte van parquensente, welcken comparant penninghe ende lecture aen ons gedaen hebbende van de voorschreven brieven, heeft versocht dat wy achter volghens deselve ende de acten daer inne geinsereert, met de opdracht daerby ghedaen hun ter profyte van de voorschreven Joncker Dierick Van der Nath, soude willen goedenvestigen ende in de voorschreve dorpe ende heerelyckheyt van Schrieck ende Groodtloo, met allen den toebehoorten ende gerechtigheden by de voorschreven brieven geexpresseert, gelyck wy tonser manisse, ende wysdomme van de voorschreve heeren leenmannen den voorschreven St. Truyen ten proffyte als voren met alle behoorlycke, ende gewoonelycke solemniteyten naer des leenhofs recht gerequireert daerinne hebben gegoeyt ende geherft behoudelyck syne voorschreve majesteyt ende een ieghelyck syn goet recht syn delen voornoemden Van der Nath sterfman gebleven, ende den voorschreven van St. Truyen desso den eedt van hulde manschap ende trouwe daertoe staende in kennisse den waerheyt hebben wy onsen segel neffens deghene van de voorschreven heere leenmannen dese letteren doen aenhanghen int jaer ons Heeren duysent ses hondert vyftigh negen daegen in de maendt van July (Privé verzameling)
|