Laforêt op de linkeroever van de semois in d eprovicie Namen. Vertrek aan het kerkje anno 1779 met eikenhouten koor uit 1745 en gezellige oude zitbanken en een prachtige prekstoel van 1791. We verlaten de kerk en gaan naar het pleintje waar prachtige huizen en boerderijen staan, droogschuren staan hier bij elk huis en het is iest bijzonder. Deze droogschuren werden gebruikt om de tabak te drogen, Laforêt was het tabakcentrum van de streek.
We gaan nu voorbij het pleintje en het theater Noisette welke we op het einde van de wandeling gaan bezoeken. We komen voorbij de geklasseerde drinkbak nu wandelen we het dorpje uit. We komen in het bos terecht, we wandelen een heel eind langs de Semois en komen aan de VLONDERBRUG in de 19de eeuw kwamen de toenmalige dorpsbewoners op het schitterend idee om een vlonderbrug te bouwen over de Semois. De bedoeling hiervan was een brug te hebben voor de tabaksoogst. De tabakplanten van de andere oever konden via deze vlonderbrug gemakkelijk en sneller naar het dorp gebracht worden. Na de tabakoogst verdween de vlonderbrug. Thans zetten de bewoners deze traditie verder om toeristische reden. Vanaf Pinksteren tot de herfst kan je de rivier oversteken op de Vlonderbrug.
We wandelen verder en komen aan de onderaardse gangen uit de tweede wereldoorlog en de vleermuizen spelonk. Zo komen we in het dorpje Mouzaive waar prachtige traditionele huizen en droogschuren zijn.
We gaan door het dorpje en steken de Semois over via het voetgangersbrugje. Het water van de Semois is helder en er zwemmen forellen in. We wandelen nu aan de overzijde van de Semois en wandelen door de prachtige vallei. Zo komen we Vresse binnen. De schiefersteengevels en leien daken zijn een voorsmaakje van de rest van de dorpswandeling. De kerktoren ook uit schiefersteen anno 1937 en het toeristische huis van Namen zijn zeer interessant, hier kunnen we een copie van d eeerste stoomtrein van Belgie bewonderen.
Een mooi stadje om te vertoeven, we wandelen terug over de brug van de Semois en zien hier het mooiste hoekje van Vresse en de oude Saint-Lambert brug. We komen terug op de weg naar Faforêt. Weer zien we de prachtige huizen en droogschuren.
De tabaksteelt in Laforêt is niet meer wat ze vroeger is geweest, de eerste sporen dateren uit de 16de eeuw, voor eigen gebruik. De echte tabaksteeld kwam pas in de tweede helft van de 19de eeuw tot stand eind 19de eeuw was heel de vallei, van Bohan tot in Herbemont, door de teeld van deze plant in beslag genomen. 575ha in 1925. Tot de jaren 1950-60 bleef de tabaksteeld een winstgevend bron van inkomsten. In 1951 werd er bijna duizend ton tabak gedroogd. Thans beperkt de tabaksteeld zich tot in stand houden van een ambachtelijke traditie. De wandeling is hier teneinde, we bezoeken het Théâtre Noisette met zijn marionetten poppen het is een bijzonder mooie plaats. Laforêt verdient zijn plaats tussen" Les plus beaux villages de Wallonië"
Vandaag hebben we afspraak met Kerstin Peters(midden) en twee reporters van een Duitse krant en een Nederlandse krant om onze wedervaren te vertellen. We worden verwacht in Kerkrade in Abdij Rolduc.
Eerst wat bijpraten en kennis maken, dan het verhaal doen en de fotos maken. Blij dat we hebben kennis gemaakt met Kerstin, nu kunnen we een gelaat op de naam plakken, zij heeft ons verschillende keren geholpen met onze ontdekkingstocht. Wij horen dat de Cultour Euregio blijft verder werken en dat er nog plaatsen bijkomen. Geweldig is het zo kunnen we de Euregio verder verkennen. Wij hadden de gelegenheid nog niet om de abdij te bezoeken en na het interview verkennen we de gebouwen.
Abdij Rolduc heeft een lange geschiedenis. Verschillende historische bouwstijlen in één complex gebundeld: De abdij Rolduc, het grootste kloostercomplex dat in Nederland bewaard is gebleven, werd in de 12de eeuw gesticht. Daarna heeft het eeuwenlang dienst gedaan als klooster van Augustijner koorheren. Aan het oudste gebouw, de Romaanse abdijkerk, werden in de loop der eeuwen nieuwe bouwelementen toegevoegd.
Bijzondere aandacht verdienen de vleugel voor de abten, met een bezienswaardig trappenhuis en een historische kunstcollectie, de bibliotheek in rococostijl en de bisschopszaal.
Wat bijzonder is, je komt aan de receptie en de deuren gaan automatisch open en je kunt vrij rondwandelen in de gebouwwen, de binnenkoer, de kerk en de bijzondere mooie trappenhal. We kunnen ook even kijken naar de prachtige rococo bibliotheek.
Gewoon prachtig, in de gang komen we nog een nonnetje tegen en er is nog een Grootseminarie voor priesteropleiding. We verkennen de omgeving van de abdij en het is werkelijk een groot gebouw. De 17e eeuwse voorgevel, de kerk met crypte, allemaal prachtig verzorgt. Er is ook een hotel in ondergebracht en vergaderruimten. We verlaten deze bijzonder site en rijden naar het Kasteel Erenstein niet ver van de Abdij, een waterkasteel, met een prachtig park.
We rijden verder en komen aan de kapel Gedachteniskapel van de mijnwerkers hier opgericht ter ere van de slachtoffers van verschillende mijnongevallen.
Hier loopt ook nog een gedeelte van het Kolenspoor We wandelen een stukje langs het spoor en bezoeken de kapel.
We verlaten Kerkrade en rijden naar Meerssen. We gaan eens kijken naar de Basiliek van het Heilig Sacrament. Deze vroegmiddeleeuwse paltskapel werd kort na 1100 door benedictijnen monniken tot een Romaanse kerk uitgebouwd.
Dankzij een sacramentswonder in1222 werd de Basiliek van het Heilige Sacrament een druk bezochte bedevaartsplaats. In de 14e eeuw kreeg de kerk haar huidige gotische vorm, waarbij ze in de 19e eeuw sterk in neogotische stijl werd verbouwd.
Het marktplein is een gezellig pleintje met wat terrasje, we gaan ook even kijken in het Heemkundig museum, normaal is het alléén open op zondag maar een paar mannen zijn er aan het werken en we mogen de 3 verdiepingen bezoeken, boven de opgezette dieren, midden de stenen verzameling en beneden wat lokale geschiedenis en het koolmijn verleden van de streek.
We verlaten het museum en komen in het Proosdijpark, met mooie bomen en een prieeltje. We genieten van onze wandeling door het park.
We sluiten onze Cultour Euregiodag in Nederland af met een laatste rondgang door de stad. Een gezellige en aangename dag.
Het kamp Elsenborn is gelegen op het plateau van de Hoge Venen, aan de Duits Belgische grens op een hoogte van ongeveer 600 meter. Het is een ruige en prachtige streek.
Het Lager Camp Elzenborn heeft een lange geschiedenis en in de Pruisische periode installeerde men er in 1894 een tijdelijk tentenkamp. In 1895 begon men met de bouw van het kamp, en werd alles zo comfortabel mogelijk ingericht. In 1901 was het kamp klaar om tussen de 4.000 a 5.000 man onder te brengen. De infanterie en cavalerie oefenden er gezamenlijk. Tot 1914 kende het kamp een drukke bezetting en de opgetrokken gebouwen waren van duurzaam materiaal. Tussen 1914 en 1918 werd het kamp omgevormd tot een opleidingscentrum. Het werd ook gebruikt als artillerie munitiedepot en als kamp voor Poolse en Russische gevangenen, sommige bronnen spreken van een concentratiekamp voor Russische gevangen. Het kamp werd zonder strijd verlaten door de Duitser en tot 1919 werd het door de Engelsen bezet.. Zoals voorzien in het Verdrag van Versailles installeerden de Belgen zich er vanaf 4 februari 1920. Op 10 mei 1940 wordt het kamp door de Duitser terug ingenomen, gedurende de Tweede Wereldoorlog speelde het kamp een belangrijke rol in het Ardennen offensief na de Tweede Wereldoorlog kom het terug in Belgische handen.
Het Militair domein is een uitgestrekt natuurgebied met vennen en bossen. Prachtig om in rond te wandelen. In de valleien staan duizendende narcissen, een geel bloementapijt.
Het is een afwisselend parkoers nu weer eens wat klimmen en dan weer dalen. Prachtige natuur. Na de wandeling bezoeken we de open deur dag van het kamp.
Verschillende militaire voertuigen en installaties kunnen bezocht worden en ook het museum van het kamp is open voor bezoekers.
De gehele geschiedenis van het kamp wordt er verteld. Vele documenten en voorwerpen worden tentoongesteld.
Een prachtige dag in de Hoge Venen. Op de terugweg stoppen we nog even op het hoogste punt van België.
MARCHE ANNIVERSAIRE. MARCHEURS DU GEER. BASSENGE 13/05/2006.
MARCHE DU 30E ANNIVERSAIRE. MARCHEURS DU GEER. BASSENGE.
Gelegen aan de Geer (Jeker) is Bassenge een dorpje met veel troeven, en ook zijn 6 andere deelgemeenten. We vertrekken en worden door een groene tunnel geleid om zo het dorp te verlaten.
We wandelen door de prachtige natuur die ons hier aangeboden word. Allereerst moeten we een stevige klim maken om in het bos te komen, een prachtig bos met de hellingen vol met Wilde Daslook. Je reuk de look geur al van ver, en de witte bloemen vormen een wit tapijt.
We klimmen verder en krijgen en prachtig zicht over het groene landschap dat onderbroken word door grote gele stukken koolzaad. Het is prachtig om te zien.
We wandelen verder en komen in Wonck, We passeren een grote boerderij die vernield is door een brand, toch blijft het een indrukwekkend gebouw. Wat verder steken we de steenweg over en komen in het centrum van Wonck. Vandaag opent Wallonië zijn deuren, en Wonck is erbij.
Op Place Communale staat de hoeve uit 1663, met een 5.000 vierkante meter grote tuin met meer dan 800 rozen, vandaag mogen we hier even binnen wippen om de tuin te bezoeken, alhoewel dit niet op wandelprogramma staat gaan we deze kleine omweg maken, we genieten van de tuin met zijn lente bloeiers.
In terrassen aangelegd tegen de helling is het een prachtig zicht, ook de binnenkoer van de boerderij is prachtig, we blijven een heel tijdje in de tuin rondwandelen en praten even tegen de eigenares.
We verlaten de prachtige hoeve en klimmen Wonck uit naar de controle. Deze is in de Grotten van Lovain.
Hier worden nog champignons gekweekt, we mogen even gaan kijken waar ze de champignons kweken.
Daarna gaan we naar de ondergrondse zaal om even te rusten. Wat ruikt het toch lekker als we binnengaan champignons met eieren. We kunnen de verleiding niet weerstaan. Lekker is het zeker wel, we vatten de wandeling terug aan om een lus van 5 kilometer te maken door de prachtige natuur. In de verte zien we de Mergelgroeven en de Toren van Eben-Ezer een bijzonder bouwwerk. Zo komen we terug voor de tweede keer aan de grotten.
Nog een kleine inspanning en we komen terug aan in Bassenge. Een prachtige wandeling!
Met een groep vrienden bezoeken we brouwerij De Bink
Temidden van het glooiend Haspengouws landschap ligt Kerkom, in de brouwershoeve anno 1878 worden de Bink bieren gebrouwen.
Het gehele jaar door kan genoten worden van de Blonde en Bruine Bink, in de lente van de Bloesem Bink en in de winter het Winterkoninkske.In 2003 werd er naar aanleiding van het 125 jaar bestaan van de brouwerij een "Kerckomse Tripel" gebrouwen. Bovendien word er een Adelardus Dubbel en een Adelardus Tripel gebrouwen speciaal voor de stad van de Binken en genaamd naar één van de eersten abten van St Truiden.
De brouwerij dateert van 1878. Tijdens de Eerste Wereldoorlog bestonden er nog 127 brouwerijen in Limburg.In 1965 bleven er daar amper 13 over. Nu zijn er daar nog een 6tal actief.Evarist Clerinx kocht in Kerkom op de Sint-Truiden-Hannut-Namen de oude afspanning "La Rennaissance" en bracht er een brouwerij onder.In de beginperiode van Evarist werd alleen bier geleverd in tonnen. De distributie was kleinschalig de afstand die een paard heen en terug in één etmaal afleggen. In 1952 kwam er nieuw leven in de brouwerij: Jean Clerinx trad in dienst van de brouwerij. Hij geloofde in een streekbier, maar zou de strijd na jaren opgeven. In 1968 nam hij de beslissing om de brouwactiviteit te staken, na zijn pensioen, in 1988 begon hij terug met een kleine ambachtelijke brouwerij. Hij brouwde een donker-blond bitter bier van hoge gisting met een alcohol volume van 5,5%. Wanneer je weet dat Bink de spotnaam is van de Truienaar, kan je je voorstellen waarom Jean die naam aan z'n bier gaf. Sinds 1999 nam Marc Limet de roerstok over van Jean Clerinx. In 2000 Werden twee nieuwe bieren gelanceerd de Bloesem Bink en het Winterkoninkske. Het is Marc Limet die ons de rondleiding in de brouwerij geeft en het verhaal hierboven aan ons verteld.
Na de rondleiding hebben we ene gezellige avond geplant met een broodmaaltijd en een zanger-muziekkant die ons een paar gezellige uren laat beleven.
De verrassing was de broodmaaltijd, de grote van de boterhammen overtrof onze verbeelding maar lekker was het wel.
Een bezoek aan brouwerij De Bink is een belevenis, en alles kan.
Vandaag kregen we een prachtig Maria beeld cadeau van onze vriend Willy. Het is een copie van het Mariabeeld welke te bezichtigen is binnen in het stadhuis, In de nis buiten aan het stadshuis staat er ook een copie.
Een lentedag in Haspengouw, de laatste bloesem zijn open en geuren de lucht. Het zonneke schijnt heerlijk, we gaan in Voort wandelen, we verlaten het vertrek en wandelen naar beneden, slaan dan de eerste weg links in en zien boven op de heuvel het kasteel van de Hulsberg liggen, aan haar voeten een boeket van bloesems. De korte afstand slaat hier af om langs de Lorettokapel. Wij wandelen naar de steenweg. De appel en perenbloesem geeft het landschap een bijzonder tintje. De wandeling slingert zich door de boomgaarden en plantages, welriekend en prachtige. Borgloon onder de stralende zon, met de een tapijt van bloesem, adembenemend mooi.
We komen op de Romeinse kassei, op een eenzame hoogte van 93 meter boven zeeniveau, staat de Jenneboom. Het huidige exemplaar staat op de grens van vier deelgemeenten, Mettekoven, Hoepertingen, Voort en Gotem. Dat men zulke plaatsen door het planten van een boom markeerde, behoorde tot het middeleeuws gewoonterecht.
In de schaduw van de boom hebben zich volgens de volksoverlevering, helse taferelen afgespeeld. In, de middeleeuwen stond hier immers een brandstapel voor heksen. Een zekere Tjenne was één van hen ze werd er omstreeks 1560 levend verbrand. Zelf besefte ze toen waarschijnlijk niet dat haar nagedachtenis tot op heden zou voortleven, terwijl haar rechters en beulen al lang vergeten zijn.
En bij de inhuldiging van de verkaveling Mettekoven heeft ze een nieuw standbeeld gekregen. Het standbeeld en de boom zijn nog heel zichtbaar, temeer omdat ze op het hoogste punt van de streek bevinden. Veel van onze wandelvrienden zullen niet stilgestaan hebben bij deze plaats, maar toch is dit een stukje uit ons rijk Loons verleden.
We wandelen door dit slingerend landschap terug naar Voort.
Heb je bij jou thuis al eens naar de huisnummer gekeken? Staat er ook een kroontje boven? Wel in Borgloon wel, en dit is bij Koninklijk besluit vastgelegd. Borgloon was de hoofdplaats van het Graafschap Loon. Daarom mogen we een kroontje boven de huisnummers dragen.
Het Centrum voor Natuurbehoud Eifel in Nettersheim heeft zich tot doel gezet haar grote en kleine bezoekers de natuur met al hun zintuigen te laten beleven. Dat kan via interactieve tentoonstellingen rond het thema natuur, geologie, fossielen en archeologie met tal van mogelijkheden om de handen mee uit de mouwen te steken, te kijken, luisteren en rieken. De tentoonstellingen in de dicht bij elkaar gelegen huizen van het Centrum voor Natuurbehoud zijn tegelijk ook een ideaal uitgangspunt voor ontdekkingstochten rondom Nettersheim.
Nettersheim een prachtig stadje met veel te zien. Onze stempel halen we in het natuurcentrum en hier start het "Erlebnispfad" een 6 kilometer lange wandelweg met een 20tal bezienswaardigheden. Het ene al interssanter dan het andere. We komen aan de "Kaninhecke und kalkbrennöfen" deze industriële historische ovens werden gebruik om de nabijgelegen kalk te branden en te gebruiken op de velden.
Wat verder op het parkoers komen we de werkhuizen en de watermolen tegen die ook gebruikt werden voor de kalkwinning.
We wandelen verder en maken een lus om aan de "Matronenheiligtum-Görresburg" te komen. In de Romeinse tempelcomplex werden de zogenaamde "matronen" vereerd. Op drie geweide stenen zijn de vruchtbaarheidsgodinnen van deze cultuur afgebeeld.
We verlaten de tempel en komen wat later aan de volgende halte. Een plaats waar de Romeinen stenenkappen voor hun gebouwen en aangeduid door een stenen paal.
We vervolgen onze weg en passeren nog enkele plaatsen waar we de natuuur leren kennen, tot we aan de bijenstand komen, wat verder kunnen we fossielen zoeken.
Dan krijgen we een prachtig zicht op Nettersheim. Nog even en we zijn terug in het dorp.
Beneden in het dorp staat een prachtige bakkerij in vakwerk en hier houden we halt om te genieten van een koffie en een lokaal gebak.
We steken de Urft over en komen zo op het domein van het centrum. Een prachtige wandeling in de Eifel. Een aangename dag.
INTERNATIONALE VOLKSWANDERUNG WANDERCLUB AMEL. AMEL.
Amel of Ambléve in het frans is een van de Duitstalige gemeenten in België. Dank, zijn naam aan het feit dat de Amel (Ambléve) op zijn grondgebied ontspringt. Gelegen in de Belgische Eifelstreek. Amel behoorde sinds het verdrag van Wenen in 1815 tot Pruisen, maar werden Belgische grondgebied in 1919. De Oostkantons hebben niet alleen een verschillende cultuur maar zijn landschappelijk waardevol. Amel met zijn wouden en weilanden, heuvelgebied is een ideaal wandelgebied.
We wandelen door de prachtige streek en verkenen de verschillende kleine dorpjes en gehuchtjes. Het eerste waar we aan komen is Schirlberg en Mirfeld. Op onze wandeling komen we verschillende kruizen tegen in zwart-grijze kleur, prachtige beeldjes staan erop, ze zijn allemaal van rond 1817-1825.
Wat verder komen we aan een boerderij met een aantal zwaluwnesten, een drukte van belang in en uit vliegen, prachtig.
Als we de weilanden binnen wandelen komt een Zwarte Wauw overvliegen, Een speciaal spektakel dat we even gadeslaan. Zwevend over het landschap is het een ongelooflijk zicht. We blijven kijken tot hij uit ons zicht verdwenen is. We komen aan de Möderscheider Mühle, waar de controlepost is.
We wandelen nu een lus van een 5tal kilometerprachtig landschap, geregeld een stevige klim met een adembenemend panorama.
We steken nog eenmaal de beek over en komen terug aan de molen. Het verhaal dat er goud gevonden is in deze streek word op de controlepost verteld door de eigenaars van de molen, het goudwassen was hier reeds rond de jaren 1000 bekend, wat blijkt uit de vele resten van uitgewassen kiezel uit de Ambléve. Door onderzoekers werden deze ontdekt op de boorden van de Ambléve.
Nu nog een 3tal kilometer en we zijn terug binnen. We wandelen verder door het prachtige landschap en genieten van het fijne weer. Hier en daar even blijven staan om naar de mooie tuinen te kijken.
Zo komen we terug aan onze startplaats. Een prachtige wandeling met veel afwisseling, prachtige natuur een wandeling die nog lang in ons geheugen zal blijven.
We vertrekken op de Vijlerberg voor de wandeling met Jo-Ne Vijlen. Van hieruit hebben we een prachtig zicht op de omgeving, we dalen af en komen aan op de plaats waar de eerste cementfabriek van Nederland stond begonnen in 1875, ze dolven mergel en door twee ondergrondse gangen werd de mergel naar de fabriek gebracht. In 1902 werd een tweede fabriek gebouwd waarvan nu nog de ruïnes te zien zijn. In 1929 kwam er een einde aan de productie.
We wandelen verder en komen het ene vakwerkhuis na het andere tegen, het een al mooier dan het andere. We wandelen naar het Gehucht Melleschet, het ontstaan van dit gehuchtje wordt gedateerd in de Frankische tijd. Vermoedelijk waren de eerste bewoners immigranten, afkomstig van Malone bij Namen die ter herinnering aan de plaats waar zij vandaan kwamen, hun nederzettingen noemden met de namen waaruit Malensbos en Melleschet zijn voortgekomen, dit is werkelijk een prachtige gehucht met veel natuur en vele vakwerkhuizen.
We wandelen verder en komen in Mechelen, één van de mooiste dorpen in Zuid-Limburg. Met verschillende prachtige gebouwen.
We komen aan het Heerenhof en de Commandeursmolen de oude brouwerij en de vele vakwerkhuizen.
We wandelen langs de paardenmanege en terug het Geuldal binnen een hele poos wandelen we langs de Geul. We komen langs de grote molen en dan starten we de klim uit de vallei naar Hurpesch, nu komen we in het Vaalsbos met prachtige bomen, die nu fris in het groen staan. We komen aan de laatste controle en nog twee kilometer en we zijn binnen, nog een laatste klim en we zijn terug op de Vijlerberg. Een prachtige wandeling.
Soms kan men het niet geloven als je het zelf niet ziet. Het verhaal doet de ronde dat er een man met zijn ezel op de wandeling rondloop. Hij komt met zijn auto en aanhangwagen naar de start en dan doet hij het parkoers met zijn ezel.
NATIONAAL PARK HOGE KEMPEN MAASMECHELEN 03/05/2006
NATIONALE PARK HOGE KEMPEN POORT MAASMECHELEN.
Het Nationaal Park Hoge Kempen, in de Belgische provincie Limburg, is een uniek natuurgebied waar meer dan 5000ha bos en heide beheerd en beschermd worden.Met een hoogte tussen 50 en 100 meter vormt het hoogste deel van de Kempen. Het is opgebouwd uit het puin dat de Maas meebracht van de Ardennen tijdens de laatste ijstijden.Het is dan ook de enige regio in Vlaanderen waar de bodem opgebouwd uit keien van allerlei aard en grootte. Naast droge heide met landduinen en natte heide met vennen en venen, bestaat het park voornamelijk uit dennenbossen. Deze bossen, aangeplant om te voldoen aan de vraag voor stuthout voor de steenkoolmijnen, worden geleidelijk omgevormd tot meer natuurlijke bossen.
In het oosten heeft de Maas een 60 meter diepe vallei uitgeschuurd, zodat dit gebied erg reliëfrijk is. De groeves die ontstaan zijn door de winning van het 30 meter dikke grindpakket en het daar onder liggende kwartszand, het fijnste witte zand om glas te maken, vormen samen met deze keien een voor de Benelux uniek geologisch"openluchtmuseum".
De Mechelse Heide is het wandelgebied bij uitstek in Nationaal Park Hoge Kempen. We kiezen voor de wandeling naar de hoogste punten van de Hoge Kempen met vergezichten tot ver in Duitsland, af en toe moeten we een flinke klim maken en de zichten op de mooiste heidegebieden van de Hoge Kempen.
Celles ligt in de Condroz. Kalklsteen geeft hier de toon aan. De hoofdstraat van dit pretentieloze dorpje begint bij de Romaanse kerk, beneden bij het fontaintje gewijd aan Saint-Hadelin, en telt talrijke huisjes uit bloksteen met vensteropeningen in houwsteen.
De tijd is er blijven stilstaan alles is op merkwaardige wijze bewaard gebleven. We vertrekken met de wandeling aan de kerk, maar eerst bezoeken we deze Romaanse kerk met traptorens uit de 12de eeuw. Al vlug kunnen we de bouwkunst bewonderen van deze prachtige huizen, we wandelen het dorpje uit en komen in de natuur geurende sparren, een eik. We komen bij de kasteel van Boisselles.
We gaan stijl bergaf en komen aan het prachtige kasteel van Vêves. Gelegen op een heuvel met prachtige ronde torens het is één van de mooiste kastelen hier en van historische waarde.
We vervolgen onze weg en komen aan de Romeinse heerweg hier kunnen we nog eens genieten van een uitstekkend zicht op het kasteel. Nu beginnen we aan de klim van 1 kilometer venijnig omhoog. Maar boven hebben we een goed zicht op de achterkant van het kasteel van Noisy. We komen in Gendron met een merkwaardig 19de eeuws huisje. En een grote boerderij uit 1792.
Zo komen we aan het gehucht Lavi, hier worden we verrast door de schoonheid van de huizen allemaal grondig gerestaureerd in de oude stijl gewoon prachtig. We zijn nu in het gehucht Croix de Lavis. Zo komen we aan de kluizenaarsoord Saint-Hadelin. Gelegen op de flank van de vallei met prachtige gebouwen.We dalen af en komen terug aan ons vertrekplaats. Een wandeling met prachtige zichten, mooie gebouwen.