In Borgerhout leeft een groepje jongeren tussen 10 en 16 jaar dat alle respect voor politiemensen, hulpdiensten, en zelfs voor hun eigen ouders, verloren heeft.
Bij het lezen van het verhaal over Borgerhout dacht ik meteen aan: 'Tuigdorpen'! Een tuigdorp is een verzameling containers met een hekken errond, ergens op een weiland, ver weg van de woongemeenschap. Wel, daarin zou het ontuig en uitschot van Borgerhout ondergebracht moeten worden, afgezonderd van het gewone leven en van gewone mensen.
Kinderen die immuun zijn voor sancties en voor wijze raad, die hardnekkig hervallen in afwijkend en crimineel gedrag, waarop geen enkele volwassene nog controle heeft, horen thuis in een tuigdorp. In een tuigdorp!!! In Nederland zijn tuigdorpen al ingeburgerd. Daar zei men: "Ze zijn te slim voor de psychiatrie, niet crimineel genoeg voor de cel, maar gevaarlijk voor de buurt".
Nostalgie... Reactie van Jos op 12 mei 2014, toen ik over Tuigdorpen schreef: "Weer eens een tekst naar mijn hart. Voor mij mag het zelfs nog iets meer zijn. In plaats van 'tuigdorp' zou ik nog liever heropvoedings'scholen' zien. Ik wil niet spreken van 'bootcamps'. Dan gaat links in de touwen en dat is wel het laatste wat ik als tolerant menneke wil."
Het verhaal van Kurt Wertelaers en Patrick Lefelon:
Het broeit in Borgerhout: "Zelfs hun eigen ouders zijn bang van die boelzoekers"
In Borgerhout is het een kwestie van tijd vooraleer de eieren die de politie naar het hoofd geslingerd krijgt, vervangen worden door stenen. Dat vrezen de oudere Marokkanen. Schoorvoetend geven ze toe dat ze een deel van de jeugd niet meer onder controle hebben.
Het is woensdagmiddag en de groendienst in Borgerhout onderhoudt de paden en de perkjes. Gespreksonderwerp van de dag zijn de zwaargewonden die daags voordien vielen bij een ontploffing in een garage. Eén van hen is dood intussen, ondanks de snelle tussenkomst van de hulpdiensten. Nu ja, snel, daar zijn ze het in Borgerhout niet helemaal over eens. Na de noodoproep uit de Somméstraat duurde het volgens omstanders véél en véél te lang vooraleer de hulpdiensten arriveerden. Ze tonen filmpjes die ze maakten van een zwaar verbrande en stervende man op de straatstenen, in de schaduw van de spoedgevallendienst van het Stuivenbergziekenhuis. "Hoor je de sirenes op het filmpje?", vraagt Adil (17). "Ze zijn nog vér weg. Hoor je dat? Het heeft veel te lang geduurd" Als we vragen waarom Adil en de andere omstanders dan niet gewoon die zwaargewonde zélf naar de spoedgevallen droegen in plaats van zijn lijden te filmen, is meteen de toon gezet. "Wij zijn het áltijd geweest!", sist Adil, voor hij wat boos wegbeent.
De minuten die verstreken voor de hulpdiensten ter plekke waren, zorgden in ieder geval wel voor de nodige commotie en onrust in dat stukje Borgerhout. "De politie moest tussenkomen en werd belaagd door jongeren en bekogeld met eieren", klonk het een paar uur later. Al bleek dat, achteraf gezien, deze keer nogal mee te vallen. Er werden twee eieren gegooid. Door een jong Marokkaantje. Hij werd meteen bij zijn nekvel gepakt door een wat oudere Marokkaanse man met wat meer gezag in de straat, en terechtgewezen.
Ze zijn symbolisch, die eieren, voor een groepje jongeren tussen de tien en de zestien jaar uit Borgerhout dat zich dagelijks steendood verveelt en de voorbije jaren alle respect voor hun eigen ouders - laat staan voor politiemensen of andere hulpdiensten - verloren is. Alleen al in september waren er drie - geregistreerde - incidenten waarbij de politie beschimpt of aangevallen werd.
"Vandaag zijn het eieren, maar wat zal het morgen zijn?", zucht Bachir Bouassam, ondervoorzitter van de El Fath-moskee in de Ranststraat. "Ik moet helaas toegeven dat er een groepje is waar we geen vat meer op hebben. Op de meesten wél. Borgerhout is niet slecht. De meeste Marokkanen zijn niet slecht. Zoals de meeste Belgen niet slecht zijn." Bachir en andere ouderlingen proberen op de jongeren in te praten. "Haast elke avond, als het donker wordt, trekken we naar de beruchte pleintjes in Borgerhout. Het Terloplein, het Groeningerplein... Want 's avonds en 's nachts horen die jongeren daar niet meer te zitten. Ze moeten 's anderendaags naar school. Dus we sturen ze naar huis. Sommigen luisteren, maar sommigen hebben geen respect meer voor ons. Weet u dat we af en toe aangesproken worden door ouders die bang zijn van die tieners in huis? Ik vertel u vast geen geheim als ik zeg dat er vroeger in menig huiskamer wel eens een serieuze tik werd uitgedeeld als de zonen het hadden uitgehangen. En dan gingen ze 's anderendaags met een blauwe kaak naar school. Ze leerden het wel. The hard way. Maar dat mag niet meer, want leerkrachten sturen dezer dagen de politie naar de vaders voor het huiselijk geweld. Vandaag zijn er jongeren die hun vaders uitdagen: 'Sla me maar, dan staat straks de politie aan de deur.' Sommigen gaan zelfs niet meer naar school en hun ouders durven er niks van te zeggen."
"Er is niks aan te vangen met die gasten", zegt iemand in een interimkantoor. "Ze liggen tot 's middags in hun bed, slenteren dan wat door de straten en komen in het beste geval tegen half vier - een half uur voor sluitingstijd - eens vragen of er werk voor hen is. Ja, vandáág niet meer dus. Alweer een verloren dag..."
's Middags trekken ze naar de pleintjes en hangen er rond met gelijkgestemden. Allen even gefrustreerd en kwaad op het leven en de maatschappij. Allen even jaloers op leeftijdsgenootjes met de nieuwste smartphones. Of op de jongen uit de buurt die met zijn peperdure BMW komt aangereden. Een Marokkaanse mama van vier kinderen zag en ziet nog steeds hoe vooral haar zeventienjarige zoon, Mohamed, in de val aan het trappen is. "Hij brak met school toen hij dertien was, kwam in aanraking met drugs en verbleef al in instellingen." De mama én haar advocaat, Chantal Vandenbosch, geven Antwerps burgemeester Bart De Wever (N-VA) gelijk. "Enkele drugfamilies vergiftigen die jongens met hun blingbling. Onze kinderen laten zich meeslepen. Véél Marokkaanse families, vooral sterke mama's, willen dat niet laten gebeuren. We tippen mekaar over louche vrienden, over afspreekplekjes." Dat wordt hen niet in dank afgenomen door de drugfamilies. "Ik ben al meermaals bedreigd. Ze zeggen dat ze mijn zoon zullen martelen, of mijn tienerdochter eens aan zullen pakken."
De jongeren worden langzaam maar zeker ingelijfd. "Al van toen Mohamed veertien was, kwamen de ouderen hem thuis halen. Als ik me verzette, was ik de boze. Hij moest voor hen gsm's pikken of drugs afleveren. Hij moest niet bang zijn van de politie, want hij was minderjarig. Ze konden hem niks doen." Toen een volwassen bendelid in de gevangenis zat en vrij kon komen met een borgsom, stal Mohamed thuis de juwelen van zijn moeder om hem te helpen. Het zijn hyena's. Wat De Wever zegt klopt: die bendes hebben die jongeren in hun macht. En voor mijn zoon is het te laat. Had de politie hem vroeger op straat toch maar wat meer gecontroleerd..."
|