al wandelend langs goddelijke paden had ik alleen maar oog voor jou ik keek jou aan, je ogen hingen vast aan mij ik voelde eventjes je dij, kon amper mijn zinnen bedaren
je wees naar een uil, die zat te slapen tussen het gebladerte ik zag alleen maar je ogen die doorweven waren met Amethist en dagdroomde dat dit nooit over zou gaan je streek vluchtig door je lange haren
mijn liefde voor jou is als een zoete slavernij waarin hartstocht nooit dooft en alleen de klank van de liefde klinkt ik laat me verdwalen in jouw liefdesklank
mijn leven kreeg er een nieuwe kleur bij toen jij mijn leven binnen stapte de zon ging gelijk meer schijnen en de vogels floten een liefdes melodie en ik zing met hun mee iedere dag een nieuwe melodie
zijn het je ogen die mij zo aanspreken of is het je stem die mijn hart sneller doet slaan zijn het je woorden die je zegt ontstaan uit je gevoelens of is het misschien toch je glimlach die het doet dat ik je geen dag kan missen