Ik ben De Decker François, en gebruik soms ook wel de schuilnaam Bandietje 1974.
Ik ben een man en woon in (Belgie) en mijn beroep is ex binnenvaartschipper /bevrachter.
Ik ben geboren op 02/07/1922 en ben nu dus 102 jaar jong.
Mijn hobby's zijn: varen , bootreizen , knutselen , mechanica , elektronica ....
ex koloniaal kapitein
ex pleziervaarder
flipperke
varen
02-03-2013
Niet wetende hoelang de wal dienst zou duren had ik mij een tweedehands wagen aangeschaft om de omgeving van Leopoldstad nu Kinshasa te verkennen , wat later ook weer een missing zou blijken maar ondertussen hebben we d'r toch van genoten . Hoelang dit heeft geduurt dat kan ik bij benadering niet vertellen want ik had er nooit een dagboek op nagehouden , dus alles wat ik
neer pen komt uit het lange termijn geheugen van een 90 jarige :-) en daarom houd ik het ook zo beknopt mogelijk en dan om van het ene karwijtje naar het andere te zijn verhuisd kwam de tijding dat ik kon gaan varen , wat je niet echt varen kunt noemen ... Want mijn eerste vergunning gaf mij het recht om als kapitein te varen op een schip niet voorzien van mechansche stuwkracht , een sleepschip dus en aan iedere sleep hing de blanke kapitein als eerste aan de sleper om de rest van de sleep " en dat waren dan nog verschillende schepen ( barges ) " in goede banen te leiden en het eerste trajekt was over de Congostroom van Leopoldville ( nu Kinshasa ) naar Port- Franqui . De Congostroom ( zaire ) is een mooie rivier , 4373 km lang en 3000 km bevaarbaar , maar niet over de ganse breedte bevaarbaar , daarom is ze ook voorzien van betonning . Spijtig genoeg was de rivier bezaaid met water hyacinten en aangezien er ook s' nachts werd gevaren was het soms erg moeilijk om de ton tussen de bloemen te lokaliseren op de radar . In de opvaart werd in Kwamouth , waar de kasai rivier in de zaire stroomde , voor anker gegaan om te ontgroenen om de kasai rivier niet te besmetten met de hyacinten , de sleper was een radarboot met twee raders achterop en aangedreven op stoom door hout gestookte ketels , daarom moest iedere dag een post worden aangedaan om de hout voorraad aan te vullen . Daardoor duurde de reis ook enkele weken , afhankelijk van de waterstand maar dat was op het ogenblik mijn zorg nog niet , ik ben nu enkel kapitein op de V1 , dat is een 80 meter lang schip met 8 gesloten ruimen met gang tussenin , de bemanning bestond uit 1 stuurman , 2 sondeurs ( dat zijn handmatige diepte meters ) , 1 boy , 4 dekzwabbers ( matrozen ) en de woning was primitief , ramen enkel voorzien van vliegengaas en luiken . Gedurende de reis , zeker de eerste maal had m'n ogen tekort , het was een hele nieuwe ervaring . Spijtig hadden we in die tijd nog geen digitale camera om al dat moois vast te leggen en zo gingen weer verschillende maanden en reizen voorbij . En wanneer ik op één van de reizen in kinshasa toekwam wist de chef de beach mij te vertellen alsdat de man waar ik mijn wagen had aan verkocht was afgedankt en op het punt stond te vertrekken en hij was op de vlieghaven bezig mijn wagen te verkopen dewelke ik hem op afbetaling had verkocht en nog niet was afbetaalt . Ik heb dan de wagen van de chef geleend , ben naar de vlieghaven gereden en kwam juist op tijd om te voorkomen dat mijn wagen werd verkocht , dus die missing was dan voorlopig weer opgelost . Dan kwam de tijd dat ik mijn brevet kreeg om met schepen met mechanische voortstuwing te mogen varen . Ik werd dan geplaatst als tweede kapitein op een radarboot in 24u dienst met aflossing om de 4u en met dezelfde vaarroute , de 1ste was een bekwaam en ervaren man die er enkele dienstjaren had opzitten , hier kon ik zeker nog wat van leren , want met een radarboot met niet onafhankelijke raders varen en manouvreren was niet zo simpel , daar was zeker wat ervaring voor nodig en ook het varen met een sleep bestaande uit verschillende barges achter en naast elkaar was geen kinderspel en zeker niet bij nacht . Dan waren alle stuurmannen achterop verdwenen , dan was het niet altijd simpel om ze binnen de tonnen te houden , maar goed we zijn klaar met het ontgroenen en gaan de rivier kasai opvaren ( 1150 km ) , deze was grilliger dan de Congostroom . Zowat in de helft van het traject is er een versmalling genaamd " de swinburnpas " in de opvaart kan het soms nog met volle sleep , hangt van de kapitein van de sleper en het eerste schip in de sleep af , maar stroomafwaarts was het praktisch niet te doen ... de pas heeft een dwarse stroming en dan moet de sleep voor anker en wordt per schip of twee doorgelegt . Ik heb het wel eens meegemaakt met de ganse sleep , in overleg met de kapitein , maar het was niet simpel . Na weer enkele reizen moest ik weer overstappen op een andere boot , hetzelfde type , andere kapitein ... maar dat ging allemaal vlot .