Een recept voor 6 personen
Benodigdheden:72 écrevisses, 2 wortels, 50 g bleekselderij, 3 uien, 75 cl droge witte wijn (b.v. een Chablis), 75 cl visbouillon (of anderhalf blokje visbouillon), 1 bouquet garni (samengebonden peterselie, tijm en een laurierblaadje), 30 g boter, 30 g bloem, 10 cl crème fraîche, zout en witte peper uit de molen. Trek het achterlichaam van de écrevisses. Maak de wortels en de bleekselderij schoon en snijd ze vervolgens in stukjes/plakjes. Pel de uien en snijd ze in stukjes. Doe in een grote pan de wortels, bleekselderij en de uien. Meng met de wijn en de visbouillon. Voeg het bouquet garni toe. Voeg wat zout toe. Laat de court-bouillon 30 minuten koken. Dompel de ecrevisses onder in de hete court-bouillon. Laat ze 3 tot 5 minuten pocheren, afhankelijk van hun grootte. Schep ze vervolgens uit de court-bouillon. Laat de court-bouillon 5 minuten inkoken. Smelt de boter in een steelpannetje en voeg de bloem toe (maak een roux), giet er voorzichtig de court-bouillon bij tot een gebonden saus. Voeg de creme fraiche toe en laat dit even meekoken. Giet de court-bouillon door een fijne zeef. Maak eventueel verder op smaak. Leg 12 ecrevisses in de 6 diepe borden in een ronding met de achterlijven naar het midden. Giet de dampende saus over de achterlijven en dien onmiddellijk op.
Zet bij elk bord een kommetje water, om de vingers af te spoelen.Schenk bij dit gerecht een droge, witte wijn, b.v. een Chablis.
In Nederland worden de écrevisses verkocht onder de naam rivierkreeftjes. Alleen de achterlijfjes worden in een bakje van 100 g verkocht. Ik vind het zelf wel jammer om te zien wat er uiteindelijk van de rivierkreeftjes overblijft, want de rest wordt weggegooid.
In Frankrijk zijn de écrevisses in de diepvries te koop. Meestal zijn ze dan al gekookt. Hetzelfde recept kan ook worden gebruikt voor langoustines uit de diepvries.
|