HALLE IN DE LITERATUUR DOOR RIK WOUTERS
Zoeken in blog

Inhoud blog
  • JAN VAN DEN WEGHE (dinsdag 17 mei)
  • PUBLICATIE VAN EEN DICHTBUNDEL
  • DICHTENDE HALLENAARS: DICHTBUNDELS EN POËTISCHE KRITIEKEN EN ONDERSCHEIDINGEN
  • DICHTBUNDELS VAN HALLENAARS IN DE HALSE BIBLIOTHEEK
  • LOUIS PAUL BOON, "HET GEUZENBOEK" EN HALLE
  • ODE AAN DE DICHTKUNST, NAAR AANLEIDING VAN DE VOORSTELLING VAN DE DICHTBUNDEL "CODE ONBEKEND" VAN PIETER DELEN" [een toespraak]
  • INTERVIEW MET GHISLAIN LAUREVS
  • OVER "DE DAGEN VAN DE WINTER" VAN NICOLE VAN OVERSTRAETEN [1] [een toespraak bij de voorstelling van een dichtbundel]
  • HALSE DICHTERS AL DAN NIET IN DETAIL BESPROKEN DOOR (LITERAIRE) CRITICI EN ANDEREN
  • OVER "JAGEN" VAN NICOLE VAN OVERSTRAETEN [een toespraak bij de voorstelling van een dichtbundel]
  • KUNST DURVEN VELEN SLECHTS TE FLUISTEREN
  • LAUREYS, EEN NIET-CONFORME CONFORMIST? [een toespraak bij de voorstelling van een essay]
  • NICOLE VAN OVERSTRAETEN IN HAAR QUEESTE NAAR DE VROUW EN DE DICHTERES IN ZICHZELF [een interview]
  • DRANG NAAR EN DWANG DOOR HET WOORD [over het "Gedicht voor mezelf" van Rik Wouters]
  • (LITERAIRE) CRITICI EN ANDEREN OVER HALSE DICHTERS
  • HALLENAARS EN HUN FUNCTIES BIJ LITERAIRE TIJDSCHRIFTEN
  • "ZIJ HOEVEN NIET TE WETEN HOE IK TREUR. / ALLEEN IN MIJN GEDICHTEN BLOEDT DE WONDE." [over de poëzie van Jan van den Weghe]
  • DIT HUIS HEEFT GELEEFD. DIT HUIS HEEFT DOEN LEVEN. [over het gedicht
  • BOGAARDEN WAAR METER DE VELDEN LIEFHAD [over het gedicht
  • WAT MIJ BEPAALT, ZIJN VINGERS. LETTERS. WAT MIJ BEPERKT, ZIJN LETTERS. VINGERS. [een ars poeticia]
  • HALLENAARS (EN STREEKGENOTEN) OVER BRUSSEL
  • KWETSBAAR EN VERSTOTEN TUSSEN BROKSTUKKEN [over de poëzie van Rik Wouters]
  • LOUIS PAUL BOON OP DOORTOCHT IN HALLE [over "Dorp in Vlaanderen"]
  • HALSE DICHTERS IN DICHTBUNDELS OVER HALLE
  • ONGHEVIIIEN* VERWOORDEN EEN OUDE STAD DIE BLIJFT LEVEN [gidsen in Halle aan de hand van poëzie]
  • BLOED DRUIPT WAAR HET NIET GAAN KAN [over mijn belangstelling voor poëzie]
  • WAT BEN IK / WAT DOE IK*
  • COPYRIGHT
  • EEN VERANTWOORDING, VOOR ZOVER DAT NOODZAKELIJK IS
    pogingen tot archiveren, verklaren en interpreteren
    “HALLE IN DE LITERATUUR” wil “pogingen tot archiveren, verklaren en interpreteren” ondernemen. Aandacht wordt besteed aan literatuur over en in Halle door Hallenaars en anderen in het Nederlands en andere talen. Onder literatuur wordt poëzie, proza, toneel en literaire kritiek verstaan, met een bijzondere aandacht voor poëzie, liefst niet verschenen in uitgaven in eigen beheer. Onder Halle wordt de stad van vóór de fusie verstaan. Dialect- en jeugdliteratuur komen niet in aanmerking. Thriller- en misdaadfictie wordt niet als literatuur beschouwd. De weblog staat voor iedereen open: verbeteren van foute informatie; vervolledigen van onvolledige informatie; signaleren van interessante items; leveren van eigen bijdragen voor zover ze in het kader van “Halle in de literatuur” passen; ... Medelingen zullen in deze tekst die steeds onder de titel van de weblog verschijnt, afgedrukt worden. Een initiatief van de literaire en kunstvereniging "Xarnego" uit Halle, waarvan letterkundige Rik Wouters voorzitter is.
    26-05-2006
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.DIT HUIS HEEFT GELEEFD. DIT HUIS HEEFT DOEN LEVEN. [over het gedicht

    0

         BANKET 



         In de bocht waar de tram reed 
         achter een meer van glas loopt 
         het suikeren ritueel 
                     het spoor af.

         Wij schrijven elk een brief, 
         een afscheidsmare om den brode. 
        
         Wij versieren woorden -in het 
         onbegrijpelijke kwadraat van hun 
         letters- 
         als een futiel banket in versgebakken tournures. 

         Dit is het verzameld werk van koffie 
         en gebak, 
         de geur van gedichten doet duizelen. 

         De laatste klanten waren wat vreemd, 
         zij betaalden 
                     elk in hun eigen taal.

    1

    BANKET verscheen als eerste gedicht van Pieter Delens bundel De zingende republiek, die in april 1996 in eigen beheer uitgegeven werd. De bladzijden zijn niet genummerd. Heeft dichter erdoor geprobeerd om de gedichten zo optimaal tot hun recht te laten komen.

    Vóór De zingende republiek heeft Delen De dageraad achterna laten verschijnen, eveneens in eigen beheer. Wanneer is zijn eersteling verschenen? De dichter lijkt het zelf niet te weten. De bundel vermeldt als datum december 1992. In het colofon van De zingende republiek wordt echter 1993 vermeld. Ik denk niet dat Delen de lezer opzettelijk op het verkeerde been heeft willen plaatsen. Er moet sprake zijn van een spijtig misverstand -Zijn niet alle misverstanden spijtig?

    In het colofon van zijn eerste bundel overdondert de dichter de lezer met bibliografische gegevens die niets over zijn literaire carrière meedelen. Wat kan het de lezer interesseren -Mij heeft het geërgerd dat de dichter die overbodige gegevens wil meedelen.- dat Delen achtereenvolgens diploma's in Romaanse filologie, bestuurskunde en management, en Thomistische wijsbegeerte behaalde en dat hij Daarna (...) nog de Integrale Opleiding Marketing Management gevolgd heeft? Gelukkig laat hij deze gewichtigdoenerij in zijn tweede bundel achterwege. Zou hij rekening gehouden hebben met mijn opmerkingen terzake in een nummer van het literaire tijdschrift Kiezel uit 1993?

    Over zijn culturele activiteiten blijft hij vager. In beide bundels deelt hij mee dat hij verscheidene teksten over cultuur gepubliceerd heeft. Over welke vormen van cultuur het gaat en in welke publicaties de bijdragen verschenen, deelt hij echter niet mee. Over opname van gedichten in literaire publicaties laat de dichter de lezer in het ongewisse. De omslagcovers -Een tweetalig pleonasme!-, 2 zwart-wit foto's van landschappen, zijn van Jos Detobel, verantwoordelijke van de drukkerij die beide bundels gedrukt heeft. Er bestaat geen verband tussen foto's en gedichten.

    2

    De echte naam van de dichter? Kris Poté, geboren in 1962. Waarom gebruikt Poté een pseudoniem? Laat ik aannemen dat pseudoniemen mooi staan. Dat verklaart echter nog niet waarom Poté zich verbergt achter een pseudoniem. In een nummer van het literaire tijdschrift Kiezel uit 1993 heb ik er het volgende over geschreven. Op de vraag waarom ze (dichters die een pseudoniem gebruiken, nvrw.) zich willen verbergen, kan ik het antwoord slechts gissen. Zijn ze bang dat hun naaste omgeving om hun dichterschap zal lachen? Zitten ze te beven voor de onverbiddelijke literaire kritiek? Zijn ze bevreesd voor de publieke opinie (...)? Beschouwen ze poëzie als een minderwaardige kunstvorm of als een tijdverdrijf ná nine to five?

    Zijn ze bevreesd voor de publieke opinie (...)? Dit zou bij Poté wel het geval kunnen zijn. Hij is immers gemeenteraadslid van Halle. Vreest hij als politicus niét au sérieux te worden genomen omdat hij literatuur, de belangrijkste kunstvorm maar voor de meeste mensen een nutteloos iets, beoefent? Beseft hij als dichter dat velen zijn poëzie niet voor vol aanzien omdat hij politiek, hét leugen- en compromissenspel bij uitstek, actief is? De uitleg van Delen/Poté als zou het pseudoniem verwijzen naar zijn literaire én politieke bekommernis, zijn twee-deling, vind ik een te gemakkelijke en goedkope uitvlucht.

    3

    Het gedicht valt uiteen in 2 delen: een titel en het gedicht zelf. Het gedicht bestaat uit 5 strofes die een ongelijk aantal verzen tellen. De verzen vallen op door hun opvallend ongelijke lengte en rijmen (meestal) niet. Leestekens en hoofdletters worden gebruikt.

    4

         BANKET

    BANKET roept verschillende betekenissen op. Gaat het hier om een bank(je) of een eetmaal, of is het de combinatie van de twee: het bankje waarop men bij een eetmaal zit? Zijn het misschien de zoetigheden, het gebak en de koekjes die in een BANKETbakkerij gebakken en verkocht worden? De titel van het gedicht laat niet toe dat de lezer een keuze maakt.

         In de bocht waar de tram reed 
         achter een meer van glas 
         loopt het suikeren ritueel
                               het spoor af.

    Delen -Laat ik het pseudoniem gebruiken waaronder de dichter zijn dichtbundels publiceert. Verschijnen ook zijn bijdragen over cultuur onder dit pseudoniem?- is erg nadrukkelijk bij het gedicht betrokken. De verbondenheid met BANKET wordt verwoord door het gebruik van bepaalde lidwoorden: de bocht en de tram. De dichter weet waarover hij schrijft: hij heeft de tram nog door die bocht weten rijden. Rijdt de tram nu nog door die bocht? Ik denk het niet. Het moet al een tijd geleden zijn dat er nog een tram reed; het gebruik van de verleden tijd wijst erop. Wanneer reed de laatste tram? De dichter deelt niet mee. Is het misschien niet belangrijk?

    De tram reed achter een meer van glas. Is het meer van glas een verbeelding van een uitstalraam? Het zou kunnen: het meer doet een overvloed veronderstellen, een overvloed aan water, glas. De titel van het gedicht, BANKET, kan dus betrekking hebben op een handel of op de producten die in die handel verkocht worden.

    Achter dat meer van glas loopt het suikeren ritueel / het spoor af. Een suikeren ritueel: mijn veronderstelling blijkt juist te zijn. De handelszaak is een banketbakkerij, een zaak waar zoetigheden, gebak en koekjes verkocht worden. Werden de producten er ook gebakken? Was het een warme bakkerij? Weer deelt de dichter niet mee.

    De handelszaak wordt vergeleken met een ritueel. ritueel komt van ritus, alles wat met (kerkelijke) ceremonies te maken heeft. Voor mij heeft ritueel een bijbetekenis: een ritueel is door de eeuwen gegroeid en is traditie geworden. Was ook die banketbakkerij traditie? Is ze door de jaren traditie geworden?

    Vast staat dat het met die bakkerij gedaan is. De zaak wordt stopgezet. De traditie is gedaan. Het is immers niet de tram die het spoor afloopt; het is de handelszaak die de boeken sluit. Delen lijkt erdoor aangedaan: hij heeft het moeilijk om de stopzetting van de zaak te verwoorden. Het blancodeel van vers 4 visualiseert. Moet de dichter even slikken? Vindt hij voor één enkel ogenblik maar de juiste woorden niet?

         Wij schrijven elk een brief, 
         een afscheidsmare
    om den brode.

    Wij schrijven. Delen heeft het over schrijven. Schrijven van literatuur? Schrijven van artikels allerhande? Wij schrijven. Eigent de dichter zich pauselijke of koninklijke privileges toe? Vergeet niet dat hij gemeenteraadslid is voor de CVP, steun en toeverlaat van kerk en koningshuis. Is er sprake van een 'echt' meervoud? Verder in vers 5 verduidelijkt de dichter: Wij schrijven elk. Verscheidene personen schrijven. Wie deelt Delen niet mee. Wel staat vast dat hij één van hen is. Waarom deelt hij de namen van de anderen niet mee? Kent hij ze niet? Wat die personen schrijven, komt de lezer te weten: ze schrijven elk een brief. Ik ga ervan uit dat elk zijn eigen brief schrijft. Wat in de brieven staat, wordt niet meegedeeld.

    De lezer komt wel te weten dat de brieven een afscheidsmare bevatten, een bericht. Een mare: het woord wordt slechts in een bijzondere stijl, in een archaïsche context, gebruikt. Wijst dit op het gebruik van ambtelijke, sacrale of esotherische taal? Waarover handelen de brieven? Over een afscheid. Welk afscheid? Een afscheid om den brode. Zijn de afscheidsbrieven het werk van beroepsschrijvers? Zijn die schrijvers journalisten, letterkundigen of ingehuurde schrijvers om den brode? Zijn er wel schrijvers die om den brode schrijven? Of verwijst om den brode eerder naar de zaak die sluit en waar het dagelijks brood met verkoop van brood verdiend werd?

         Wij versieren woorden -in het 
         onbegrijpelijke kwadraat van hun
         letters- 
         aIs een futiel banket in versgebakken tournures.

    Die schrijvers houden zich bezig met woorden. Het zijn voornamelijk letterkundigen in het algemeen en dichters in het bijzonder die er prat op gaan woorden, taal, letters -Merk op dat die schrijvers overlopen van taal. Ze 'herhalen' immers door een synoniem te gebruiken. Dichters zijn zó: ze kunnen hun obsessie voor de taal niet, nooit verbergen.- te koesteren. Zijn Wij dan dichters? Ik dacht het wel: het onbegrijpelijke kwadraat wijst op de meer-duidigheid van de poëzie en op haar hermetische, gesloten karakter.

    Delen haalt nog andere kenmerken van poëzie aan. Poëzie is futiel, nietig, klein zoals ook dichtbundels (meestal) zijn, en armzalig zoals vele mensen denken. Poëzie is echter ook versgebakken. Verwijst dit naar nieuwe elementen die bij de verscheidene lezingen komen bovendrijven, en de eeuwigheidswaarde? Poëzie is als tournures. Wil de dichter benadrukken dat de poëzie en met haar de dichter -Overheerst het woord niet vaker de dichter?- niet zelden, vaak zelfs onaangekondigde, onverwachte, (schijnbaar) tegenstrijdige wendingen neemt?

    Of heeft Delen het opnieuw over de banketbakkerij? Zou versgebakken aanduiden dat het om een warme bakkerij gaat -De vraag blijft.- en zouden tournures gedraaide koeken van bladerdeeg, opgevuld met vanillepap, zijn? Verwoordt futiel het 'tussendoortje' dat koeken eigenlijk zijn?

         Dit is het verzameld werk van koffie 
         en gebak, 
         de geur van gedichten doet duizelen.

    De schrijvers uit verzen 5 en 7 lezen immers voor uit het, hun (?) verzameld werk. De bakkerij wordt overweldigd door de geur van gedichten. De kwaliteit, de kracht van de gedichten staat buiten kijf: de gedichten doen de bezoekers duizelen. Hiermee is ook de waarde van de dichters vastgesteld. Maar wie zijn die dichters? We weten slechts dat Delen één van hen is. Vindt hij het vermelden van de anderen storend voor zichzelf? Wil hij alleen in de schrijfwerpers -Of is het: schijnwerpers?- staan? Knap van Delen is het combineren van een substantief dat een geur aanduidt, met een substantief dat iets visueels of auditiefs weergeeft.

    Waarom eindigt vers 12 met een 'komma'? Strofe 4 bestaat immers uit 2 nevengeschikte zinnen. De dichter beschikte over 4 middelen om ze met elkaar te verbinden: een 'punt', een 'kommapunt', een 'dubbele punt' of 'en'. Een 'punt' of 'en' lijken me het meest voor de hand liggend.

    Waar strofes 1-2 onmiskenbaar over de bakkerij handelen en slechts terloops de literatuur vermelden, verlegt de klemtoon zich vanaf strofe 3 -Dit blijkt pas overduidelijk na het lezen van strofe 4.- naar de literatuur die poëzie is. De bakkerij verschuift naar de achtergrond, maar wordt door de dichter niet verwaarloosd.

         De laatste klanten waren wat vreemd, 
         zij betaalden 
                       elk in hun eigen taal.

    De laatste klanten van de bakkerij waren dichters. Waren ze toevallig in de bakkerij? Werd de sluiting van de bakkerij gevierd met een poëzie-activiteit? Het zal wel het laatste zijn: verzen 6 en 13 verwoorden dit.

    Dichters worden als rare, wat vreemde mensen beschouwd door de maatschappij. Hoe is deze houding gegroeid -Waarom deelt Delen de namen van de dichters toch niet mee?-? Delen distancieert zich van die dichtervreemde houding van de maatschappij -Kan een dichter anders reageren!-: in strofes 2-3 is Delen woordelijk aanwezig als één van de verscheidenen die Wij uitmaken. In strofes 1 en 4 is hij onderhuids, als observator en verwoorder, aanwezig. In de laatste strofe echter worden De laatste klanten, de dichters dus, niet meer voorgesteld als Wij, maar zij. Distancieert Delen zich van de dichters en het schrijverschap? Neemt Poté, de politicus, de bovenhand? Stelt Delen zich in de plaats van de toeschouwer die luistert naar de (andere) dichters van wie de namen steeds weer verzwegen worden?

    Dichters zijn er niet op uit om te profiteren. Zij betaalden voor de gastvrijheid die ze in de bakkerij mochten ervaren. Wie de eigenaar van die zaak was, komt de lezer echter niet te weten. Doet dit ter zake? De dichters betaalden met een originaliteit eigen aan het dichterschap: ze betaalden elk in hun eigen taal. Daarmee wordt de eigenheid, het specifieke van elke dichter afzonderlijk, beklemtoond.

    Delen gebruikt een 'komma' om 2 nevengeschikte zinnen te verbinden. Een 'punt' of 'en' waren beter geweest. Een 'punt' zou het beste geweest zijn.

    5

    Delen bedient zich, het eindrijm uit strofe 1 (abab) niet meegerekend, van blanke verzen en vrije strofes. Zo kan hij aI zijn aandacht toespitsen op de wijze waarop hij de inhoud van het gedicht verwoordt. Het gevolg is dat het dagelijks taalgebruik benaderd wordt. Wel doet Delens woordgebruik geregeld maniëristisch, zelfs barok aan: een suikeren ritueel, afscheidsmare om den brode, versgebakken tournures. Soms komt de opbouw van zijn verzen gemaakt over. Waar het inspringen in strofe 1 gerechtvaardigd is omdat het de inhoud beklemtoont, wordt het in de laatste strofe ronduit gemaakt, storend zelfs. In strofe 3 wordt een zin tussen gedachtestreepjes over 3 verzen verdeeld: waarom Delen op het einde van 2 verzen splitst midden in een zinsdeel, is een raadsel. Een stilistische verklaring ervoor vind ik niet. Heeft de dichter er (misschien) één?

    Delen maakt ten overvloede gebruik van literair-technische middelen. De dichter bedient zich van eindrijm, inversie en vergelijking, maar vooral van alliteratie -Vooral de subtiliteit van die in vers 10 valt op: als een futiel banket in versgebakken tournures.-, assonantie en doorgedreven enjambement (dat soms storend werkt). Hun functionele waarde kan niet geloochend worden: ze zorgen er immers voor dat het gedicht vlot en ritmisch kan gelezen worden. Ze worden over het gehele gedicht gebruikt en wel op zo'n manier dat de aandacht er niet (overdreven) op getrokken wordt en dat de lezer er (meestal) niet door gestoord kan worden.

    6

    BANKET bekoort me om de serene wijze waarop Delen een futiel onderwerp als de sluiting van een bakkerij, een zaak zoals dit land er honderden telt, behandelt. De afstandelijke aanpak valt op: nergens is er sprake van overdreven gevoeligheid, stroperigheid, tranerigheid. Geen woord klinkt hoger of harder dan het andere.

    BANKET bekoort me omdat Delen de lezer op een menselijke manier confronteert met de eindigheid van het bestaan. Dit einde moet niet met spijt en achteruit kijken gepaard gaan. Hoor ik toch niet tussen de regels het zachte fluisteren van een aanklacht? Een handelszaak(je) sluit. Ze wordt niet overgenomen. De mensen zullen voortaan wel naar een grootwarenhuis gaan. Wat door de sluiting nog verdwijnt, is dat beetje menselijk contact dat in deze maatschappij toch zo moeizaam tot stand komt.

    BANKET bekoort me omdat de dichter de sluiting aangrijpt om de lof van de poëzie te zingen. Poëzie is als een brief, een vorm van communicatie. Poëzie is niét mensonvriendelijk en wereldvreemd, maar versgebakken, een ritueel en koffie en gebak, niét reuk- en smakeloos en arrogant, máár geurig, van suiker en futiel.

    BANKET bekoort me omdat de politicus die Delen toch is, sorry die Poté toch is, toont dat er toch politici zijn die een correcte, niet hoogdravende én nietszeggende, en frisse taal (kunnen) gebruiken en geboeid (kunnen) zijn door dingen die iets verder in de straat of de stad gebeuren. Als politicus is hij doorgrondelijk. Als dichter probeert hij de gewone mens tot het verkennen van poëzie te bewegen.

    BANKET bekoort me omdat het een ode aan de dichtkunst is.

    7

    Dit huis heeft geleefd. Dit huis heeft doen leven (...) komt uit een toespraak die ik op 12 januari 1994 heb uitgesproken naar aanleiding van de sluiting van de bakkerij van mijn tante op de Beestenmarkt 3 te Halle. De tekst werd onder de titel Vaarwel bakkershuis in 1996 gepubliceerd in het literaire eenmanstijdschrift Casita de la soledad uit Ruisbroek.

    Waarom die titel? Ik meen dat BANKET over die bakkerij handelt. Waarom? Op vermelde 12 januari hebben Pieter Delen, Jan Vanhaelen, Nicole Van Overstraeten en ik gedichten voorgelezen en werden gedichten van Ghislain Laureys door Van Overstraeten en mezelf voorgedragen. Delen heeft toen een speciaal voor die gelegenheid geschreven gedicht voorgelezen en aan mijn tante overhandigd.

    Waarom vermeld ik dit pas nu, aan het einde van mijn tekst? Simpelweg omdat ik er slechts aan dacht toen ik zojuist -Dit is 17 september 1997.- de tekst die grotendeels klaar is, nalas op tekst- en typfouten. Het gegeven van het opgedragen gedicht heeft dus geen invloed gehad op mijn houding tegenover het gedicht. Ik ben er zelfs niet volledig zeker van dat het overhandigde gedicht BANKET was. Ik zal het bij gelegenheid eens (proberen te) controleren.

    Door die uitweiding heb ik nog steeds Dit huis heeft geleefd. Dit huis heeft doen leven (...) niet verklaard. Dit huis heeft geleefd. Inderdaad, gedurende een kleine eeuw heeft mijn familie er gewoond. Het huis stond open voor marktgangers, Halse verenigingen en toevallige voorbijgangers. Dit huis heeft doen leven. Iedereen die er binnenkwam, heeft een deeltje ervan meegenomen. Delen heeft teruggegeven. Het huis heeft ervoor gezorgd dat Delen -Dat denk ik toch.- en ikzelf er een gedicht over geschreven hebben.

    Mijn toespraak en afscheidswoord van meer dan 2 jaar terug heeft het huis tot leven gebracht. Hierna druk ik het laatste deel van die toespraak af om mijn verkenning van Delens gedicht af te ronden:

    Huis, binnenkort word je geofferd aan wat vooruitgang wordt genoemd. Jouw kamers, ruimtes waarin geleefd werd, kunnen vervangen worden. Jouw voorgevel, die door Hallenaars moeiteloos herkend werd, zal snel uit het stadsgezicht verdwijnen. De naam "Wouters" zal vergeten worden. In geschiedenisboeken bijgeschreven worden.

    Zal jij me missen, huis? Ik zal jou missen. Huis, ik ween.

    Huis …

    Slot.

              Verschenen in: Het verboden evangelie van de dichter. Bedenkingen
              bij hedendaagse poëzie van Hallenaars (1992-1997)
    .Casita de la
              soledad-stichting, Ruisbroek. 1997 [Casitacahier 2].

    Rik WOUTERS



    Geef hier uw reactie door
    Uw naam *
    Uw e-mail *
    URL
    Titel *
    Reactie *
      Persoonlijke gegevens onthouden?
    (* = verplicht!)
    Reacties op bericht (0)

    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek



    Archief per maand
  • 03-2008
  • 12-2006
  • 09-2006
  • 07-2006
  • 06-2006
  • 05-2006

    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    Blog als favoriet !

    Klik hier
    om dit blog bij uw favorieten te plaatsen!


    Blog tegen de regels? Meld het ons!
    Gratis blog op http://blog.seniorennet.be - SeniorenNet Blogs, eenvoudig, gratis en snel jouw eigen blog!