HALLE IN DE LITERATUUR DOOR RIK WOUTERS
Zoeken in blog

Inhoud blog
  • JAN VAN DEN WEGHE (dinsdag 17 mei)
  • PUBLICATIE VAN EEN DICHTBUNDEL
  • DICHTENDE HALLENAARS: DICHTBUNDELS EN POËTISCHE KRITIEKEN EN ONDERSCHEIDINGEN
  • DICHTBUNDELS VAN HALLENAARS IN DE HALSE BIBLIOTHEEK
  • LOUIS PAUL BOON, "HET GEUZENBOEK" EN HALLE
  • ODE AAN DE DICHTKUNST, NAAR AANLEIDING VAN DE VOORSTELLING VAN DE DICHTBUNDEL "CODE ONBEKEND" VAN PIETER DELEN" [een toespraak]
  • INTERVIEW MET GHISLAIN LAUREVS
  • OVER "DE DAGEN VAN DE WINTER" VAN NICOLE VAN OVERSTRAETEN [1] [een toespraak bij de voorstelling van een dichtbundel]
  • HALSE DICHTERS AL DAN NIET IN DETAIL BESPROKEN DOOR (LITERAIRE) CRITICI EN ANDEREN
  • OVER "JAGEN" VAN NICOLE VAN OVERSTRAETEN [een toespraak bij de voorstelling van een dichtbundel]
  • KUNST DURVEN VELEN SLECHTS TE FLUISTEREN
  • LAUREYS, EEN NIET-CONFORME CONFORMIST? [een toespraak bij de voorstelling van een essay]
  • NICOLE VAN OVERSTRAETEN IN HAAR QUEESTE NAAR DE VROUW EN DE DICHTERES IN ZICHZELF [een interview]
  • DRANG NAAR EN DWANG DOOR HET WOORD [over het "Gedicht voor mezelf" van Rik Wouters]
  • (LITERAIRE) CRITICI EN ANDEREN OVER HALSE DICHTERS
  • HALLENAARS EN HUN FUNCTIES BIJ LITERAIRE TIJDSCHRIFTEN
  • "ZIJ HOEVEN NIET TE WETEN HOE IK TREUR. / ALLEEN IN MIJN GEDICHTEN BLOEDT DE WONDE." [over de poëzie van Jan van den Weghe]
  • DIT HUIS HEEFT GELEEFD. DIT HUIS HEEFT DOEN LEVEN. [over het gedicht
  • BOGAARDEN WAAR METER DE VELDEN LIEFHAD [over het gedicht
  • WAT MIJ BEPAALT, ZIJN VINGERS. LETTERS. WAT MIJ BEPERKT, ZIJN LETTERS. VINGERS. [een ars poeticia]
  • HALLENAARS (EN STREEKGENOTEN) OVER BRUSSEL
  • KWETSBAAR EN VERSTOTEN TUSSEN BROKSTUKKEN [over de poëzie van Rik Wouters]
  • LOUIS PAUL BOON OP DOORTOCHT IN HALLE [over "Dorp in Vlaanderen"]
  • HALSE DICHTERS IN DICHTBUNDELS OVER HALLE
  • ONGHEVIIIEN* VERWOORDEN EEN OUDE STAD DIE BLIJFT LEVEN [gidsen in Halle aan de hand van poëzie]
  • BLOED DRUIPT WAAR HET NIET GAAN KAN [over mijn belangstelling voor poëzie]
  • WAT BEN IK / WAT DOE IK*
  • COPYRIGHT
  • EEN VERANTWOORDING, VOOR ZOVER DAT NOODZAKELIJK IS
    pogingen tot archiveren, verklaren en interpreteren
    “HALLE IN DE LITERATUUR” wil “pogingen tot archiveren, verklaren en interpreteren” ondernemen. Aandacht wordt besteed aan literatuur over en in Halle door Hallenaars en anderen in het Nederlands en andere talen. Onder literatuur wordt poëzie, proza, toneel en literaire kritiek verstaan, met een bijzondere aandacht voor poëzie, liefst niet verschenen in uitgaven in eigen beheer. Onder Halle wordt de stad van vóór de fusie verstaan. Dialect- en jeugdliteratuur komen niet in aanmerking. Thriller- en misdaadfictie wordt niet als literatuur beschouwd. De weblog staat voor iedereen open: verbeteren van foute informatie; vervolledigen van onvolledige informatie; signaleren van interessante items; leveren van eigen bijdragen voor zover ze in het kader van “Halle in de literatuur” passen; ... Medelingen zullen in deze tekst die steeds onder de titel van de weblog verschijnt, afgedrukt worden. Een initiatief van de literaire en kunstvereniging "Xarnego" uit Halle, waarvan letterkundige Rik Wouters voorzitter is.
    04-07-2006
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.OVER "JAGEN" VAN NICOLE VAN OVERSTRAETEN [een toespraak bij de voorstelling van een dichtbundel]

    In 1989 mocht ik De dagen van de winter, Nicole Van Overstraetens eerste dichtbundel, voorstellen. Ik hoopte dat er al snel een volgende zou komen. Pas nu echter, 8 jaren later, is ze ertoe gekomen om die uit te geven.
    Denk niet dat Van Overstraeten slechts terloops dicht. Niets is minder waar. Ze is geobsedeerd door lezen en schrijven, dichten vooral.
    Vele literatoren echter staan kritisch tegenover eigen werk. Ook Van Overstraeten is niet altijd overtuigd van de kwaliteit van haar gedichten. De taak van haar directe omgeving en collegadichters (m. én vr.) is geweest haar te wijzen op het belang van wat ze te zeggen heeft. Daar is tijd over gegaan.
    Het resultaat is Jagen, een bundel die bestaat uit 24 gedichten.

    -o-o-o-

    En Jagen doet Van Overstraeten. Ze jaagt op aandacht. Meer zelfs:
         onbetamelijk aanmatigend 
         klinkt mijn gemurmel
         mijn schreeuw in het woud
     
    Ze vraagt niet zomaar om aandacht. Ze smeekt, ze dringt zich op, ze schreeuwt.
    Toch is haar uitgangspunt geen smeekbede om aandacht. Ze wil niet zomaar een verhaal vertellen / van het kleine meisje dat ze ooit geweest is, en haar // mondharmonica. Ze wil meer dan alleen maar flink zijn / dat verwachtten ze / slechts van haar. Ze wil zichzelf leren kennen, proberen inzicht te krijgen in de buitenwereld en haar plaats erin te bepalen.
    Ze weet dat die taak moeilijk, misschien zelfs niet te realiseren is. Ze beseft immers dat ze complex in elkaar zit en dat ze meer is dan 
        
    altijd in elkaar passende, foutloos 
         in elkaar glijdende, zachtogende 
         naïeve baboesjka's van mezelf

    -o-o-o-

    Laat ik het eerst over de inhoud van haar gedichten hebben.
    Haar leven speelt zich af binnen een normale driehoeksverhouding: kind, man en zichzelf in deze en geen andere volgorde. Wat vrouw en kind bindt, behoort hen alleen toe en zal de man nooit (ten volle) ervaren kunnen:
         het trotse schoonlikken
        
    van deze schitterende geslaagde
        
    glinsterende worp
        
    ondanks 
        
    het zachte opkomen 
        
    van slijmproppen
        
    in mijn keel 
    is de vrouw voorbehouden. Slechts de vrouw kan zwanger worden, voelen 
        
    deze onbepaalde
        
    ongenaakbare
        
    groei
        
    van zandsteen
        
    in mijn ingewanden
    en uiteindelijk baren. Minder aanmatigend dan de man is het kind dat mijn woorden / van suiker speels steelt.
    Met de man heeft ze een liefde-haatverhouding. Hoewel ze weet dat hij als een injectiespuitje // in je hartslagader is, beseft ze dat hij het kwaad in zich draagt. Hij doet zelfs geen moeite het te verbergen. Hij demonstreert een prachtig staaltje bordeeltaal en lijkt met plezier te pijnigen. Of dit nu pijn doet, vraagt de dichteres zich heel alleen af: een beetje, veel, erg veel. Toch laat ze er dadelijk op volgen: voel ik het wel? ach, lieveling.
    Toch ontgaat niets van de man haar. Zeker niet het feit dat hij haar daden tot een peulschil herleiden wil. Hoewel ze weet dat ze zich maar eens eindelijk uit 
         deze
    rauwe gijzeling
        
    deze vermaledijde 
        
    greep van jou
    los moet maken, keert hij altijd weer: nu eens als luipaarden / met ogen vol erbarmen, dan weer als droomprinsen / met gedichten van zilver. Waarom ze hem altijd weer laat keren, verklaart ze zelf: omdat hij desondanks (...) mijn liefste is.

    Van haar vrouwelijkheid is ze zich bewust. Immers: zo sluipt ze welig & weergaloos // uit de kelk van haar hyacintenhuis, uit de cocon waarin ze zich veilig voelt om de meest nabije omwereld te verkennen. Haar eigenliefde overheerst het bestaan dat bepaald wordt door mannen en kinderen die haar openen en braken mijn lenden, dronken mijn bloed, echter niet. Man en kind bepalen niet alleen haar leven; ze nemen er zelfs bezit van, ze
        
    nestelden diep in mij 
        
    verborgen zich onthutst in mijn ingewanden 
         verscholen zich in mij 
    En zij weet dat het altijd zo geweest is en dat het (misschien wel) altijd zo zal blijven.
    Haar leven speelt zich ook af in de omwereld voor wie ze moet
        
    flink zijn 
        
    dat verwachtten ze
        
    van haar
    Het is dan ook niet verwonderlijk dat ze er bang voor is. Uit verzet weigert ze zichzelf prijs te geven en beliegt ze de maatschappij. Ze schreeuwt haar opstandige houding uit: belazer ze, belazer ze voor de eeuwigheid.
    De gemeenschap probeert haar op te nemen door te wijzen op haar goedheid. De dichteres wil zich aanpassen en integreren. Ze ervaart immers de goede kanten: 
        
    mannen praten zachtjes, jagen
        
    vrouwen halen water. brede zonnen 
        
    kleuren het landschap rood 
    Iemand kan haar zelfs van haar eigenwaarde bewust maken: 
        
    kijk 
        
    naar jezelf zei hij 
        
    (...) 
        
    daarna zul je weer 
         de groeiende zekerheid
        
    kennen 
        
    de omfloerste 
        
    gave 
        
    van het weten
    De dichteres is zich bewust geworden: het gebeurde dat wij met vrienden / de nazomer vierden. Het feest van haar bewustwording wordt een ware openbaring. Immers: 
        
    we vierden de volle rijpheid van het seizoen 
        
    de weelderige vruchten in zilveren schalen

         de uitzonderlijke bloemenpracht in de tuinen 
        
    de rozen, vooral de heerlijke rozen vierden wij
    Hoewel de gesprekken handelden over de aardigheid / van het leven, de weelde van de avond is er bij de 'feestvierders' toch nog een gevoel van lusteloosheid. Ze weten dat hun doel dat tot dan toe onbereikbaar was, weldra misschien uitvoerbaar zal zijn. Het besef echter dat we nog even geduld moeten uitoefenen, zorgt ervoor dat de gesprekken verstilden en dat ze minder vertrouwelijk over / het wit kanten tafelkleed leunen. toch vloeide de wijn, misschien minder rijkelijk, nog.
    In een put komt de dichteres echter niet te zitten omdat ze weet dat communicatie mogelijk is. Wel blijft ze verweesd achter: er was alleen nog de weemoed / de grenzeloze eenzaamheid.

    -o-o-o-

    Laat ik het vervolgens over de hulpmiddelen die de dichteres hanteert, hebben.
    de vormgeving van mijn verzen is niet perfect afgewerkt, schrijft ze me in haar brief van 25 december 1996. Ze is ervan overtuigd dat ik na al die jaren hoogstwaarschijnlijk nog altijd in een soort experimenteel stadium verkeer. Ze kan niet begrijpen dat anderen tot het schrijven van knappe teksten in staat zijn.
    Ze heeft het verkeerd voor! Kenmerkend voor haar poëzie is gebaldheid: ze houdt er niet van om op te smukken. Ze heeft een hekel aan hoofdletters en weigert om er haar zinnen mee te beginnen. Slechts voor eigennamen maakt ze een uitzondering. Ook met leestekens heeft ze het moeilijk. Occasionele punten, dubbele punten, komma's en één enkel vraagteken kunnen slechts indien de verstaanbaarheid onder de afwezigheid ervan zou kunnen lijden. Haar zinsbouw valt op door het weglaten van vervoegde werkwoorden. Toch is haar poëzie niet hermetisch. Wie moeite wil doen, kan erin binnentreden en zich erin onderdompelen.
    Haar gedichten getuigen van een doorgedreven inspanning. Meer dan vroeger heeft ze aandacht besteed aan de woordkeuze, die subtiel en onverwacht is en als poëtisch en vrouwelijk kan omschreven worden. 'Poëtisch' en 'vrouwelijk' zijn niet (noodzakelijk) synoniemen.
    Twee fragmenten om te illustreren. In het eerste fragment flirt ze op wonderlijke en afschrikwekkende manier (een beetje) shockerend misschien met haar dood: 
        
    ik zal je, schaamteloos en puur als ik ben
         op dat onontkoombare luchtige moment
         mijn schitterend witte lichaam tonen

         de sidderende naaktheid van mijn zinnen
    Het tweede fragment onverweldigde me alleen al omwille van de poëtische zegging:
        
    duizend oranjebloesems bloeiden 
         op een ochtend uit haar keel en ingewanden

         haar woorden werden woud. 's middags liep ze
         ritselend van bladeren en dronk ze zich

         barstensvol boom. 's avonds voelde ze
         hoe tedere twijgen twinkelden onderhuids

    -o-o-o-

    Laat ik het tenslotte over haar 'ars poetica' hebben. Waarom schrijft Van Overstraeten? Niets is eenvoudiger dan de dichteres aan het woord te laten.
    Ze zegt dat dichten haar een groeiende zekerheid schenkt. Het is voor haar een middel om met woorden (...) de wereld proberen uit te leggen. Toch wil ze niks teveel (...) zeggen, niks te weinig.
    Waarom wil ze niks teveel zeggen? Omdat ze bang is om zich volledig prijs te geven en onbeschermd achter te blijven. Op 25 december 1996 deelde ze me mee: hoe moeilijk is het voor een vrouw om iets behoorlijks (sic!, rw) te schrijven zonder aan
    haar vrouwelijkheid schade te berokkenen. Daarom en omdat ze de lezer aan het denken wil zetten, schrijft ze alleen woorden die hoogstnodig zijn.
    Ze schrijft korte hortende zinnen omdat die een afspiegeling van haar gevoelens en leven zijn. dit is niet de taal die ik wil. Inderdaad: Van Overstraeten zou een rustiger en meer geordend leven willen. Dat is echter utopie. De dichteres leidt haar leven niet; ze wordt door het leven geleid.
    Zo is het ook met de poëzie die de dichteres beheerst. Zonder zou leven geen zin hebben. Het is immers de taal die bepaalt wat de dichteres schrijven moet: dit is de taal die wil. Het dagelijks leven dat zijn rechten probeert op te eisen, moet voor de poëzie wijken. In haar brief van 22 september 1996 verklaarde de dichteres: onze woorden blijven een eigen leven leiden (sic!, rw)
    -en we weten niet waarom.

    -o-o-o-

    Laat me proberen om haar poëzie te benoemen. Dat ze een eigentijdse dichteres is, is uit De dagen van de winter gebleken. Dat is het gevolg van het autobiografische karakter van haar poëzie. Toch is er in Jagen meer liefde dan haat, meer leven dan dood. Hoewel haar twijfels en onzekerheden nog altijd groot en moeilijk om dragen zijn, richt Van Overstraeten zich meer op de wereld die minder vijandig dan in De dagen van de winter overkomt. Toch blijkt ze het nog geregeld moeilijk hebben om zich weerbaar op te stellen.
    Ze probeert orde te scheppen binnen zichzelf en in de omringende wereld. Hieruit blijkt de kracht van haar dichtkunst. Door haar taalgebruik slaagt ze erin haar problemen op een universele en tijdloze wijze te verwoorden zodat ook de lezer er iets -Ik bedoel: veel.- aan heeft. Want geloof maar niet dat de dichteres door verslag uit te brengen van de queeste naar zichzelf zo opdringerig te werk gaat dat de lezer geen eigen interpretatie meer gelaten wordt. Integendeel: door te interpreteren geeft de lezer meerwaarde aan haar poëzie.
    Haar binnen de hedendaagse Vlaamse poëzie plaatsen is onbegonnen werk. Het rondkijken in en het verkennen van het Vlaamse en, zeker in Van Overstraetens geval, het anderstalige poëtische landschap en het contact met dichteressen en dichters zijn haar poëzie ten goede gekomen.
    Toch is er geen sprake van navolgen of ordinair plagiaat. Ze heeft rondgekeken. Ze heeft geproefd van de poëzie van anderen. Ze heeft gewikt en gewogen. Ze heeft elementen van expressionisme, experimentele poëzie en zelfs maniërisme ondergaan en ervaren.
    Haar gedichten worden echter vooral bewoond door flarden Neoromantiek en Nieuw-realisme. De balans helt over in de richting van het Nieuw-realisme. Ik kan niet anders dan de mening die ik ter gelegenheid van De dagen van de winter verwoord heb, herhalen: Van Overstraeten is
    een kritisch-ik-realist.
    Laat me zeggen dat Jagen een bundel naar mijn hart is. Vaak balanceert Van Overstraetens poëzie op eenzame hoogte en op een wiebelende evenwichtskabel. Ik heb geprobeerd om te begrijpen. Ik heb geprobeerd om mijn kennis te verwoorden. Me vergissen heb ik niet gedaan. Volledig zal ik wel niet geweest zijn. Niet alleen wat er staat, is immers belangrijk. Misschien is zelfs belangrijker wat er niet staat. De sterkte van poëzie is immers haar meerduidigheid.

    -o-o-o-

    Dit nog: poëzie is de meest onderschatte én pure kunstvorm. De beoefenaar is de enige kunstenaar die consequent blijft en nooit zwicht of toegeeft. Andere kunstenaars verbergen zich achter doek, verf, muzieknoten, hamers en beitels of nog andere attributen.
    Kunst is een uiting van cultuur. En de dichter bedient zich van het woord dat oorsprong van cultuur is. Zonder taal, communicatie dus, kan er geen cultuur zijn. Zonder cultuur kan er geen kunst zijn.
    Poëzie is kunst².
    Cultuur, kunst, poëzie. Poëzie, waarom toch word je niet voor vol aanzien? Omdat je zo moeilijk te doorgronden bent? Omdat de rijkelui en politici je niet op een piedestal in de woonkamer willen uitstallen?

    -o-o-o-

    Ik heb de poëzie van Van Overstraeten niet in een vakje willen onderbrengen. Indien ik haar dan toch moet typeren, kan ik het misschien het beste met een citaat uit Jagen: haar poëzie is schaamteloos en puur als ik ben. Niets meer, maar zeker ook niets minder.
    Jagen: hoogstaande poëtische standjes. Of standen? Maar het kan nog beter. Laat ik maar hopen dat haar derde bundel geen 8 lange jaren op zich laat wachten.

    -o-o-o-

    Ik wil afsluiten met wat Van Overstraeten me op 5 januari van dit jaar geschreven heeft: Besluit: laten we schrijven, schrijven, schrijven, want er is nog véél te schrijven voor we opnieuw meesterwerken produceren.
    En, verontschuldig me: nu jaag ik op jullie applaus.

    Uitgesproken in de ‘raadzaal’ van het renaissancestadhuis van Halle op 22 maart 1997 door Rik Wouters.
    Verschenen in: WOUTERS, Rik. schaamteloos en puur als ik ben [over de dichtbundel "Jagen" van Nicole Van Overstraeten]. Casita de la soledad-stichting, Ruisbroek. 1995.

    Rik WOUTERS



    Geef hier uw reactie door
    Uw naam *
    Uw e-mail *
    URL
    Titel *
    Reactie *
      Persoonlijke gegevens onthouden?
    (* = verplicht!)
    Reacties op bericht (1)

    04-08-2008
    De voorouders van de zwarte madonna
    Al een paar maanden geleden stuurde ik een mail naar Casita Soledad om de prijs de weten van dit werkje en om het dan eventueel te bestellen. Doch ik ontving tot op heden geen antwoord. Misschien kunnen jullie mij helpen. Waarvoor hartelijk dank. Groetjes

    04-08-2008, 14:09 Geschreven door BOONE Godelieve


    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek



    Archief per maand
  • 03-2008
  • 12-2006
  • 09-2006
  • 07-2006
  • 06-2006
  • 05-2006

    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    Blog als favoriet !


    Blog tegen de regels? Meld het ons!
    Gratis blog op http://blog.seniorennet.be - SeniorenNet Blogs, eenvoudig, gratis en snel jouw eigen blog!