Sinterklaas heeft een hele speciale manier om zijn kadootjes te geven. In de nacht bestijgt hij zijn paard en rijdt over de daken, gevolgd door zijn Pieten. De Pieten hebben de kadootjes in een zak op hun rug. Bij ieder huis klimmen ze door de schoorsteen naar beneden en laten kadootjes bij de haard achter.
Om in de stemming te raken kunnen kinderen hun schoen zetten (één schoen, geen twee) voor de haard. Dit doen ze op de zaterdagavonden tussen de intocht en vijf december. Het hoeft geen klomp te zijn (maar het mag wel). De schoen of klomp wordt gevuld met hapjes voor het paard, bijvoorbeeld een plukje hooi en een winterwortel. Daar wordt een verlanglijst aan toegevoegd. Dit is de lijst van kadootjes die de eigenaar van de schoen graag wil krijgen. Er wordt een sinterklaasliedje gezongen
's Nachts klimt er een Piet door de schoorsteen om het voer voor het paard en de verlanglijst om te ruilen voor speculaas, pepernoten of iets dergelijks. ltijd wordt ook een klein kadootje achtergelaten. In centraal verwarmde huizen komt Piet als door een wonder langs de warmwaterbuizen naar beneden.
Volgens geschiedkundigen stamt het ritueel van schoenen zetten af van het germaanse hooioffer aan de goden. De klomp zou een symbool kunnen zijn van de wassende maan, een vruchtbaarheidssymbool.
O...kom eens kijken wat ik in mijn schoentje vind Alles gekregen van die beste Sint Een pop met vlechten in het haar een snoezig jurkje kant en klaar O...kom eens kijken wat ik in mijn schoentje vind Alles gekregen van die beste Sint
Sint Niklaas die goede lieve man hij is weer in de stad ik juich en ik zing en ik dans toch zo blij wat heerlijk,...wat prettig is dat Sint Niklaas... o kom toch eens binnen ik ga voor je liedjes zingen Sint Niklaas ik ben zo blij O... kom toch eens eventjes hier Ik heb al zo lang mijn best gedaan om lief te zijn en niet stout en Moeder heeft me nog gisteren gezegd dat ik zo braaf ben geweest Sint Niklaas...o kom toch eens binnen ik ga voor je liedjes zingen Sint Niklaas ik heb zo'n plezier O...kom toch eens eventjes hier
sint is aan denken wat die jou dit jaar eens zou schenken hij ging zoeken, keek in alle boeken piet moest hem helpen hij zocht overal een kado voor jou is moeilijk te vinden sint begon zich al op te winden straks vonden ze het kado niet op tijd toen kwam de suprise piet in beeld en die had ergens mee gespeeld dat was goed genoeg voor jou en het is iets waar je veel van houd groetjes sint en piet
De Sint is weer vlijtig alle brieven aan het lezen
De Sint is weer vlijtig alle brieven aan het lezen
De Sint is weer vlijtig alle brieven aan het lezen die de kinderen hem gestuurd hebben tijdens het voorbije jaar Daarna geeft hij ze door aan alle ouders... grootouders,tantes, nonkels enz ... Om hun te melden wat de kinderen van hem zullen krijgen. Wat een karwei voor die arme Sint
Volgens de traditie komt Zwarte Piet tijdens het Sinterklaasfeest in december de cadeautjes brengen. Hij klimt door de schoorstenen van de huizen wanneer de mensen slapen. In de aanloop naar het feest wordt Piet herhaaldelijk gesignaleerd. Het verspreiden van snoepgoed is een van de belangrijke taken. Het strooien van pepernoten is zijn specialiteit. Verder treedt Zwarte Piet op als hulp voor Sinterklaas om bijvoorbeeld zijn boek of zijn staf vast te houden.
Sommige kinderen zijn bang voor Zwarte Piet. Dit kan aan zijn uiterlijk liggen, of aan dreigingen van ouders dat Zwarte Piet stoute kinderen mee zal nemen naar Spanje.
Geschiedenis
Vermoedelijk deed Zwarte Piet aan het begin van de 19e eeuw zijn intrede in de folklore van de Lage Landen. Voor die tijd opereerde Sinterklaas alleen, of werd hij begeleid door de duivel. Tussen een duivel en een Moor bestond in het bewustzijn van destijdse Europeanen weinig verschil. Krampus, de helper van Sinterklaas in de Alpen (met tuchtroede)
Een duivel als hulp van Sinterklaas is nog duidelijk te zien in de Oostenrijkse Sinterklaastradities. Hier wordt Sinterklaas begeleid door een Krampus of een Percht die behoorlijk angstaanjagende duivelse uiterlijkheden hebben.
Volgens een andere theorie was Piet oorspronkelijk een Italiaanse schoorsteenveger. Het meest vriendelijke verhaal is wellicht dat Sinterklaas op een markt eens een zwart slavenjongetje vrijkocht, genaamd Petrus. Uit dankbaarheid bleef de jongen de Sint nabij, de naam Petrus verbasterde vervolgens tot Piet.
Naarmate de traditie dat de Sint afkomstig zou zijn uit het voormalige Morenland Spanje, populairder werd, evolueerde de knecht van de goedheiligman tot een Moor. Een andere verklaring kan zijn dat Algerijnse en Turkse kapers onze kusten afstruinden op zoek naar "christenen" om als slaven te verkopen. Daadwerkelijk werden ook veel kinderen ontvoerd van kustplaatsen en eilanden[1]. Zwarte Piet is dan geen knecht, maar staat verder af van Sinterklaas. Wie zoet is krijgt lekkers, maar wie niet oppast wordt door de Moren meegenomen. Het past in de traditie van goed en kwaad, en de gewoonte van Sinterklaas om met een boot te komen.
Tot ver in de tweede helft van de 20e eeuw was Piet, in lijn met ingesleten koloniale tradities, een niet zo slimme helper die zich van een brabbeltaaltje bediende. Toen immigratie vanuit de voormalige koloniën ervoor zorgde dat Europeanen beter vertrouwd raakten met Afrikanen, ontwikkelde Piet zich tot een respectabele assistent van de vaak verstrooide Sinterklaas.
Een andere verandering die Zwarte Piet doormaakte was dat hij door de jaren heen steeds minder als kinderschrik ging fungeren. In de 19e eeuw werd van Zwarte Piet vaak verteld dat hij voor Sinterklaas keek wat de kinderen deden (Alles ziet die slimme Piet, zich vergissen kan hij niet). Was je stout, dan liep je het risico dat je in de zak werd meegenomen naar Spanje, alwaar je je voor de Sint moest uitsloven.
Een andere mogelijkheid van de herkomst van Zwarte Piet ligt in de Germaanse god Wodan. Wodan reed op zijn witte schimmel, Sleipnir, door de lucht en was aanvoerder van de Wilde Jacht. Hij werd altijd vergezeld van de twee zwarte raven; Huginn en Muninn. De raven luisterden, net als Zwarte Piet, aan de schoorsteen om Wodan over de goede en de slechte daden van de stervelingen te vertellen. Sinterklaas in Ottawa, met als hulp de duivel en engeltjes
Ook de hulpjes van Sinterklaas in andere landen zijn vaak als duivel afgebeeld (soms met hoorns van dieren (bokken)), bijvoorbeeld de Krampus, dit komt overeen met de onderdrukking van de voorchristelijke godheden. De eens almachtige godheid werd als knechtje of slaaf van de Sint beschouwd, een manier om de heidense bevolking te kerstenen.
De Scandinavische kerstbok (Julbocken) (de naam verwijst naar het Yule of joelfeest) lijkt in uiterlijk veel op de Krampus, de Finse kerstman Joulupukki stamt van de Julbocken af. Ook bijvoorbeeld Cernunnos, de gehoornde, droeg een gewei.
Vergelijk Zwarte Piet ook met de bontgeklede Franse harlekijn (naar Hellequin), vaak met zwart (half)masker, die ook wel als aanvoerder van de Wilde Jacht wordt aangevoerd.
Tot de Tweede Wereldoorlog had Sinterklaas slechts één of enkele helpers. Bij de intocht van Sinterklaas in 1941 bijvoorbeeld had Sinterklaas twee zwarte en enkele blanke pieten bij zich. Na de bevrijding door de Canadezen hielpen deze soldaten met het organiseren van het eerste naoorlogse Sinterklaasfeest. Niet gehinderd door kennis over de traditie, bedachten zij dat als enkele Zwarte Pieten leuk zijn, een heleboel Zwarte Pieten nóg leuker zijn. Sindsdien wordt Sinterklaas vergezeld door vele pieten, tegenwoordig vaak met ieder een eigen taak.
Verteller: Henk de Koning (1922-december 2006), was zoon van dhr. De Koning destijds hoofd was van de Hogewegschool. Hij is geboren op de Linnaeusparkweg 13 en heeft daar gewoond tot 1951. Hij was werkzaam als leraar lichamelijke opvoeding
In 1928 waren de kinderen doodsbang voor Sint en vooral voor Piet!
Ik zat in de eerste klas in 1928 toen Sinterklaas op 5 december naar traditie de Hogewegschool kwam bezoeken. Hij deed dat door in de gymzaal leerlingen toe te spreken en zich te laten toezingen. Hij was vergezeld van één Zwarte Piet. Deze rol werd gespeeld door een jongen van de ULO-school, die in hetzelfde gebouw gevestigd was. Deze jongen liet een kinderkous, volgestopt met zand met daaroverheen een schoen en alles vastgezet met veiligheidsspelden, uit zijn zak bungelen. Het leek bedrieglijk echt: een kind in de zak met één been buiten boord!
Ons klaslokaal was tegenover de ingang van de gymzaal en toen onze klas naar de gymzaal moest komen, zag ik bij de deur Zwarte Piet al bij de ingang staan. Hoewel ik wist wie Zwarte Piet speelde, was ik als de dood voor dat bungelende been en ik was met geen stok de zaal in te krijgen. Ik brulde het uit. Mijn vader, die hoofd van de school was, ontfermde zich over me en met grote moeite wist hij mij aan zijn hand de zaal in te krijgen. Ik weigerde echter Zwarte Piet een hand te geven. Daarna heb ik vele jaren vaak voor Zwarte Piet gespeeld, ook in dezelfde school. Ik lette erop geen angstaanjagende indruk te maken. Rein Bloem, een gymnastiekleraar van de school, speelde meestal voor Sinterklaas. Hij liet Zwarte Piet allerlei kunstjes doen, wat soms voor Piet niet makkelijk was (zoals het gelijktijdig links en rechts schrijven op het bord). Piet als kindervriend in plaats van Piet als bangmaker!
O, kom eens kijken, wat ik in mijn schoentje vind. Alles gekregen van die beste Sint. Een pop met vlechtjes in het haar, een snoezig jurkje kant en klaar, drie kaatseballen in een net en een letter van banket. O, kom eens kijken, wat ik in mijn schoentje vind. Alles gekregen van die beste Sint.
Prentenboekje Sint Nicolaas en zijn knecht van Jan Schenkman
De oorsprong van het moderne Sinterklaasfeest voor kinderen ligt in de 19e eeuw. De Amsterdamse onderwijzer Jan Schenkman (1806 - 1863) schreef het prentenboekje Sint Nicolaas en zijn knecht (Amsterdam, 1850 en latere herdrukken 1880, 1885 en 1907) met de tekst van het liedje Zie ginds komt de stoomboot. De moderne tijd deed zijn intree met de stoomboot. De afkomst Spanje werd ingevoerd, net als de roe en zak van Zwarte Piet als pedagogische straf. Sint reed voor het eerst op een schimmel over de daken en cadeaus gingen voor het eerst door de schoorsteen.
Ook Jan Pieter Heije (1809-1876) beïnvloedde het Sinterklaasfeest. Het lied Zie de maan schijnt door de boomen werd voor het eerst gepubliceerd in 1843 in de bundel Kinderliederen.
Sedert begin jaren 90 van de vorige eeuw heeft het paard in Nederland een naam: Amerigo. In de jaren '50 en '60 van de vorige eeuw had het paard ook al een naam: "Majestueuzo". In België heet het paard Slecht Weer Vandaag.
Slaap mijn liefje, slaap toch zacht De maan en de sterren staan al op wacht Stralend verspreidend hun glinsterpracht Slaap maar liefje, sluit je oogjes maar Trek de dekens maar op tot je kin Tussen je poppen en je teddybeer Morgen is er weer een nieuw begin Slaap mijn liefje, slaap zacht
de paashaas van het grote bos die lag te denken op het mos hij dacht: ik vind het echt niet fijn een haasje met een ei te zijn want lekker rennen lukt me niet dat ei dat brengt me veel verdriet en weet je wat mijn wens zou zijn geen paashaas, maar een paaskonijn te zijn.
de paashaas van het grote bos die lag te denken op het mos hij dacht: ik vind het echt niet fijn een haasje met een ei te zijn want lekker rennen lukt me niet dat ei dat brengt me veel verdriet en weet je wat mijn wens zou zijn geen paashaas, maar een paaskonijn te zijn.
Pasen is het belangrijkste christelijke feest in het liturgische jaar
Pasen
Pasen is het belangrijkste christelijke feest in het liturgische jaar, volgend op de Goede Week. Christenen vieren deze dag vanuit hun geloof dat Jezus opgestaan is uit de dood, op de derde dag na zijn kruisiging. Volgens huidige berekeningen heeft deze kruisiging plaatsgevonden tussen de jaren 26 en 36.
In de loop der jaren zijn veel non-religieuze culturele elementen toegevoegd aan het feest waardoor het een belangrijk seculier feest is geworden. Pasen duurt twee dagen en wordt gevierd op een zondag en maandag. Beide dagen worden wel afzonderlijk Eerste en Tweede Paasdag of Paaszondag en Paasmaandag genoemd.
Pasen heeft zijn oorsprong in het joodse Pesach. Tijdens het Eerste Concilie van Nicea (325) zijn de data van beide feesten officieel ontkoppeld.
Het christelijke Pasen verwijst ook naar de vijftig dagen durende periode van het kerkelijke jaar vanaf het paasfeest tot Pinksteren, gedurende welke de christenen hun jaarlijkse paasplicht mogen vervullen. De periode van het paasfeest tot Hemelvaartsdag duurt veertig dagen.
De paastijd en de christelijke liturgie daaromheen heeft door de eeuwen heen vele componisten geïnspireerd tot muzikale composities. In de Barokperiode viel vooral het werk van Johann Sebastian Bach op met de Johannes-Passion, Matthäus-Passion en zijn cantates. Voor de Eerste Paasdag bedacht Bach de cantate nr. 4 Christ lag in Todesbanden. Voor de Tweede Paasdag schreef hij vervolgens de cantate nr. 6 Bleib bei uns, denn es will Abend werden.
vriendschap is een wonderlijk woord misschien wel het mooiste op aarde vriendschap is een machtig iets een gift van onschatbare waarde vriendschap zijn echte vrienden die je niet in de steek laten die vrede brengen en goedheid uitstralen die weten wat liefde is en van je houden waar je ook bent en wat er ook gebeurt vriendschap is heel bijzonder vriendschap daar versta ik onder samen praten... samen luisteren... samen lachen... samen fluisteren... elkaar steunen bij verdriet opgaan in elkaars geluk dat is vriendschap uit een stuk
Het was in de tijd dat keizer Claudius II aan de macht was. Om zijn rijk in stand te houden had hij veel soldaten nodig, aan wie hij allerlei eisen stelde. Zo mochten soldaten niet trouwen omdat aan het front niets hen mocht afleiden, dus ook geen gedachten aan thuis.
Volgens de legende kwam een jong paar bij bisschop Valentijn met het verzoek hen te trouwen. De man was een heidense soldaat, de vrouw een Christen. Valentijn vond de liefde zwaarder wegen dan de wetten van de keizer en huwde het stel. Al gauw kwamen meerdere paren met hetzelfde verzoek. Hij werd aangegeven en gearresteerd. Toen hij voor de keizer moest verschijnen probeerde hij die te bekeren. Claudius voelde zich beledigd en liet Valentijn martelen en onthoofden. Dat gebeurde op 14 februari, maar het jaar is onduidelijk. (NB: Claudius II regeerde van september 268 tot januari 270, dus dan zou het 14 februari 269 moeten zijn.) Voor het vonnis werd uitgevoerd, zag hij nog kans het dochtertje van de gevangenisbewaarder een briefje toe te stoppen. Van je Valentijn, stond erop.
Volgens een ander verhaal kwam een belangrijk man bij de toen al in de gevangenis zittende Valentijn met het verzoek zijn blinde dochter te genezen. Valentijn zorgde voor een geneesmiddel, maar dat werkte niet. Op de dag van de onthoofding probeerde de vader van het meisje nog wanhopig de uitvoering van het vonnis tegen te gaan, maar tevergeefs. Na de terechtstelling ontving het blinde meisje een klein briefje van Valentijn, waaruit een gele bloem viel (als mensen hem om raad vroegen gaf hij hen een bloem, vandaar de bloemengroet op Valentijnsdag). Op het briefje stond 'Van Valentinus' wat ze zelf kon lezen omdat ze plotseling kon zien. Volgens de legende bekeerde de vader zich na deze wonderbare genezing tot het christendom.