Op Halloween is kritiek, zoals ook op Valentijnsdag omdat het ontdekt zou zijn door de commercie als een geschikte aanleiding om de consument tot wat ruimer vertier aan te zetten in de 'slappe' periode tussen zomervakantie en Sinterklaas. Dit laatste wordt alom bestreden. Wel is duidelijk dat de commercie in toenemende mate belangstelling toont voor Halloween. Ook is er kritiek omdat het vieren van deze feestdagen gezien wordt als symptomatisch voor de Amerikanisering van de maatschappij.
Bovendien kent Nederland zijn eigen variant: Sint-Maarten. In vele regio's in Nederland, Vlaanderen en zelfs Frankrijk bestaat deze traditie waar kinderen met lampionnen en met speciale Sint-Maartensliedjes de deuren langs gaan om snoep op te halen. Het bekendste liedje is '11 november is de dag dat mijn lichtje...'
Verschillende organisatie en kerkgenootschappen hebben kritiek op Halloween vanwege het "heidense" karakter dat het feest op vele plaatsen zou hebben, alsmede vanwege het spiritisme dat erdoor bevorderd zou worden. Het oproepen van geesten is niet toegestaan in de bijbel. Het oorspronkelijke Ierse gebruik hing weliswaar samen met een Keltische heidense traditie, maar was in wezen op christelijke wijze ingevuld.
Pas later kwamen de demonenverkledingen en de horror-outfits op, in de Verenigde Staten. Hierbij kwam soms het karakter op spiritisme en zelfs de duivel te liggen bij de versieringen. Vanwege de afwijzing van Allerheiligen en Allerzielen en het vagevuur door het Protestantisme, wordt vaak door reformatorische genootschappen bezwaar gemaakt tegen elke uiting van Halloween - ook het gekerstende Ierse gebruik kan als katholiek volksgebruik geen genade vinden in hun ogen.
|