Niefjerreke zoete
Tegenwoordig zingen de kinderen die op snoepbedeltocht trekken op ouwejaar steeds minder de gebruikelijke liedjes van toen. Nu haspelen ze vlug een nieuwjaarwens af, incasseren en trekken verder, want de volgende klant wacht. Het moet ook gezegd dat de kinderen nu minder tijd hebben om in de ganse gemeente te gaan nieuwjaarzingen. Vroeger vertrokken de kinderen bijna met het eerste hanengekraai en kwamen pas weer thuis als het al goed donker was.
Een van de liedjes is
Niefjerreke zoete ons verke hee vier voete Vier voete en ne steirt zenne 'k ik dan geen koekske weirt Niefjerreke zoete, ons voader is nen toeter ons moeder is e wit konaan, ik sou d'r nie geren e joengske van zaan
Toen het in het verleden gebeurde dat ergens de deur niet werd opengedaan voor de kinderen dan zongen ze een van hun schimpliedjes. Vroeger en nog steeds wordt in het dorp schande gesproken van mensen die hun deur dicht houden en niets geven aan de kinderen. Mensen die uitgerekend op die dag wegmoeten vragen soms wel een familielid om in hun huis te komen geven aan de kinderen. Het verhaal is bekend van een gierig gezin waar binnen geroepen werd "ik ben de gaat on 't melke" als de kinderen kwamen zingen. Blijkbaar een geit die de hele dag lang melk gaf...
Hoëwig hoas, leeig hoas d'er hangt ne zak mei zeimele in oas, elke zeimel is een loas, er zit een gierige pin in oas. Niefjerreke hottentot wilde nie geive, hodt't begot
|