Het personeel kweekte varkens met de etensresten uit de keuken. Het gewassen linnen werd gebleekt op de kleine weide. Men zegde dat het er binnen stonk omdat de geur van de oude mensen in de muren getrokken was. Op een bestaand ouder plan waren verscheidene ruimtes aangeduid, waaronder : Chambre pour payants - Réfectoire pour hommes - Jardin du Révérend – Chapelle – Buanderie – Parloirs – Tisanerie - Dépöt mortuaire (ja ook dat was voorzien !) - Bätiment pour relisieuses - Atelier pour charpenterie.
Op 8 juli 1962 kregen de bewoners van het ouderlingengesticht Sint-Jozef het bezoek van koning Boudewijn en van koningin Fabiola. De dag van de senioren kon dan niet meer stuk. Een honderdjarige bewoonster uit de Molenstraat begroet koningin Fabiola en koning Boudewijn. Op de achtergrond de gevel van het rusthuis en de nonnen uit het rusthuis.
Getrouwde oude paartjes mochten niet samen slapen , daarom zaten ze zo handje in handje op een zitbank in het park aan het Plein. Wassen met koud water was de boodschap, winter en zomer. Als tijdverdrijf konden de bewoners breien, lezen, wandelen, kaarten of in het Plein gaan zitten op een bank.
Bejaarden stappen eind 1965 of begin 1966 in de bus voor de verhuis van het bejaardentehuis in de Voorstraat naar het nieuwe rustoord Sint-Jozef (nu: woonzorgcentrum) in de Condédreef. De autocar van Jonckheere is van het Britse type Leyland Royal Tiger, een succesvol bustype in de jaren '60.
Radio en TV bestond er niet. Er mocht bezoek ontvangen worden een ontvangstplaatske vooraan aan de ingangsdeur. Jaarlijks was er een feest op "Onnozele Kinderendag" tussen Kerstdag en Nieuwjaar. Dan mochten de ouderen zich verkleden, liedjes zingen en ter gelegenheid van deze dag werd er een andere overste gekozen. Jaarlijks was er ook een uitstap met de bus naar Lichtaart waar Bobbejaan Schoepen de oudjes een gelukkige dag bezorgde, de inslapende meiden en de zusters waren er toen eveneens bij. Het reglement verbood in dronken toestand binnen te komen. Gebeurde dat toch dan spelden de nonnen de les.
Het rusthuis is afgebroken, zicht vanuit de Molenstraat. Links de Stompaertshoek waar eveneens enkele woningen verdwenen. De hoekwoningen achteraan rechts werden later eveneens afgebroken. Let op de St Niklaaskliniek in opbouw.
In de nabije omgeving bestond op het plein nog het café “Het Lindeke”. Deze herberg werd druk bezocht door de rusthuisbewoners die er gezellig kwamen rond de “Buizestoove” zitten en er een grote pint konden krijgen voor “een dikken” (10 centimen van een vroegere Belgische frank). Het gebouw werd in 1968 gesloopt voor de aanleg van de Romeinselaan. Bij de verhuis in 1966 trokken veel bewoners tegen om naar de "Condédreef" te gaan omdat ze de Voorstraat gewoon waren. Tijdens die werken werden bij opgravingen 25 Gallo-Romeinse graven blootgelegd. Meerdere andere panden in de omgeving gingen eveneens tegen de vlakte. Eveneens verdwenen delen van de Keer der Kleine St Jansstraat, de Twaalf Apostelenstraat en Stompaertshoek. De Romeinselaan werd in 1977 opengesteld. Het nieuwe rusthuis St Joseph aan de Condédreef werd op 4 juni 1966 plechtig ingewijd. Op de vroegere plaats van het oud rusthuis werd door het O.C.M.W. in 1979-80 het flatgebouw Ten Olme gebouwd, dat 60 woningen bevat en einde 1983 in gebruik genomen werd. In 1986 kwam er eveneens het dienstencentrum “De Zonnewijzer”.
Reglement van het rusthuis uit 1908.
|