Drijvend op de wind Drijvend op de wind van emoties vliegt het blad van jou leven mee. Het botst hier, het valt en waait weer op, dwarrelt en buitelt door de wind en nergens waar het rust vindt. Gevoelig door het botsen is het broos en teer, toch overleeft het keer op keer. Door de wind weer glad gestreken vervolgt het zijn weg. Waar o waar komt het neer, waar zal het vallen, is er daar mos of gaat het onder in een plas van verdriet ? Soms zie je het niet, maar eens zal de wind je laten gaan en zal je landen, in een paar troostende handen. Want ook een gevallen blad in de herfst is apart en uniek, twee gelijken zijn er niet.
Zo ben jij ook, vergeet dat niet. Twee dezelfden zijn er niet. Gebroken en gekneusd vervolg jij je weg, maar opgeven doe je niet. Je houdt vast en gelooft in alles wat je lief is in dit leven, dan zal je de storm overleven. Dat is in jouw leven een vast gegeven.
Voor allen die nog de pijn voelen van een pijnlijk verleden
De boeken van Grim en Anderson van alles hadden wij in huis heerlijk vond ik dat lezen, maar ook om zelf te schrijven Zo had mijn jongste broertje last van leesblindheid en las achterstevoren. Toen heb ik voor hem in een schriftje hele leuke verhaaltjes geschreven, erbij getekent en ging ze dan voorlezen, wat hij erg waardeerde.
Sla ik zowaar een stukje over.. de kleuterschool! De school was toevallig net tegenover ons huis gesitueerd in een heel groot oud gebouw, midden in-ook hier weer een enorme bosrijke tuin Veel weet ik er niet meer van af Woorden als: palmpaas-optocht, laarensokken,sterre-tuinkers en citroen. Liever bleef ik thuis en vluchtte wel eens stiekem naar huis. Maar meneer Dupré, de tuinman van de baronesse waarvan het boeltje was, kwam me dan eillings weer ophalen en daar ging ik dan maar weer! De lagere school Ook hier weet ik niet zoveel meer van dan de kleine anekdotes Zoals de allereerste dag-dat kleine jongetje dat zo verdrietig was en die ik wel wilde troosten, zoals de leidraad door mijn hele leven liep, troosten en mijzelf vergetende. Het jongetje, die stoer wilde zijn en mijn nieuwe pop zijn schedel brak. Jarenlang werd ik door deze scheur aan hem herinnert en bleef mijn beeld over hem, niet al te mooi bewaard. De schooltandarts en mijn angst tot op heden toe.mijn weglopen daar weer. De ijsbal, die ze tegen mijn oog aangooide, met een stukje grint er in. k'Zie me ineens heel fijntjes, netjes tussen de lijntjes, met kroontjespen en echte inkt, de letters naschrijven Van Aap, noot en mies. Hier weet ik van dat het voor mij was van groot belang, dit heel erg mooi te willen doen. Gelukkig maar, mij schrijven bleef dus netjes en goed leesbaar daardoor. Wie weet het nog, dat kleine vakje in je lessenaar, het potje inkt en de pennelap, veelal naaide ik ze zelf. Vreemd, toen mocht ik van mijzelf al niet knoeien en hing het puntje van mijn tong haast buitenboord. Juffrouw van Dam en Juffrouw Franken. Meester Bargeman. Hoe is het mogelijk, deze namen wist ik toch echt nooit meer en ineens zie ik ze allemaal weer voor me, dat is dus een heel goed teken, want door enkele vervelende gebeurtenissen uit mijn jeugd, was ik een heel stuk kwijtgeraakt, wat nu spontaan begint te herleven...pfff- ff beven!
Vlak naast het kantoor van mijn vader de grote zandbak van 10x5 met een uitloper in een punt Daar zaten we wel heel erg graag omringd door een stenen muurtje en een trap ertussen van dat muurtje zijn de meesten van ons al wel afgevallen ook. Vanaf zijn bureaustoel zag hij toe, hoe wij daar heerlijk aan het taartjes bakken waren. En wij natuurlijk blij met zijn aandacht trots liet hij door dat raam alle bezoekers, zijn schare zien. De tuin was ook echt niet verkeerd. Heel groot en ruim en flink omheind. Bomen om in te klimmen, paadjes om door te crossen met de grote trapauto en kinderwagens. verstoppertje spelen was daardoor ook extra leuk en tikkertje. Rennen en vliegen maar toch ook bedaard. Meestal gingen wij als gezin de zondagmiddag wandelen door het Gelders Landschap. soms met en soms zonder onze moeder Die verdiende wel eens een middagje rust en vader had dan ook eens wat meer tijd voor ons. Die wandelingen waren wel heel aangenaam. Allemaal wilden we wel naast hem lopen ons voorbeeld en tegelijkertijd speelde hij dan zijn spel met ons. sommige hadden het door en anderen bij lange na nog niet dat hing natuurlijk van je leeftijd af. Spontaan vonden wij nl heel wat schatten door de kabouters weggelegt hier een paar centen, daar een dubbeltje of een kwartje ons zakgeld werd als in droom verdeeld Onze vader hield alles goed in de gaten, ieder kreeg zijn beurt. spannende tochten werden het zo met sprookjes en verhalen uitleg over bos, dier en heide We dartelden als vlinders in het rond gezellig en gezond
Dit is het dan Mijn eigen stekje Samenzijn met mijn vader Achter zijn bureau lag een zakje met koffieboontjes zo nu en dan snoepte hij hiervan en wat ook zo lekker was potterlinia zwarte dropjes zijn extra zakdoek rood met een blauwe rand voor kinderneuzen en oogjes
Mijn ouders hadden geen auto, dus gingen we zondags'morgens altijd samen met de trolliebus naar de kerk. De jongens in grijze broek en blazer de meisjes met gesmokte jurkjes en lakschoentjes. Wij kinderen vonden die uitstapjes met elkaar in die grote trolliebus, heel erg leuk. De kleintjes gingen dan eerst naar zondagschool en de groteren mochten mee met de grote mensen naar binnen. Allemaal met een paar pixieboekjes in hun handen. Terwijl de dienst gaande was, werd daar dan stilletjes uit gelezen en onderling geruild. Mijn jongens verging het later net zo. Nog stapels van die kleine boekjes liggen bij ons op zolder hieruit hoop ik dan ooit mijn a.s. kleinkinderen uit te mogen voorlezen. Tijdens die zondagschool, dat vergeet ik nooit meer.. mochten we allemaal om de beurt een dubbeltje in een negerpoppetje doen, waarna hij dan met zn koppetje knikte. Ook weet ik me te herinneren dat er ook een heel groot wandbord hing en dat de bijbelse verhalen dan steeds werden begeleid door het opplakken van vilten figuurtjes hier op. Spannend kon de juffrouw daar dan vertellen en niemand van ons heeft het ooit in zijn hoofd gehaald om daar niet naar toe te gaan. Met de kerst werden er voorstellingen gegeven, net als overal elders. Het oefenen van allerlei, vond ik wel heel erg leuk, maar als we dan ineens echt op het podium moesten verschijnen, voor al die mensen, zakte mij de angstbibbers in de benen. Dit was echt niks voor mij: plankenkoorts nog steeds zelfs Na afloop kregen we dan allemaal een mooi voorleesboek kado geschreven door W.G.van de Hulst.jr. kinderboekenschrijver: Voetstapjes in de sneeuw het weggetje door het koren Bob, Bep en Brammetje wie kent ze niet! al met al een goede start. Alleen nam ik het persoonlijk heel erg veel te serieus Mijn hele jeugd was God steeds heel erg dichtbij zag en hoorde alles never-nooit durfde ik dus iets stouts te ondernemen maar wat beroerder was nog niet eens stout of boos te denken het engeltje bleef engeltje! verder zat ik, toen ik zelf ook wat ouder werd, heel dicht naast mijn vader. Zingen dat die man kon Gelijk de parelvissers! dan snoof ik stilletjes zijn aftershave op en gluurde naar al de mooie weefsels van zijn kostuum trots als een ouwe aap papa, mijn vader een echt grote persoonlijkheid en heel warm meelevend mens Mijn grote voorbeeld en liefde.
Eerst maar eens terugblikkend op de kinderjaren en wat dromen over toen! Grote trappenhuizen stil zijn in dat hele grote huis de klant koning zij waren ons brood! Wij bleven dus als kinderen in onze eigen behuizing, samen met het kindermeisje leefden we daar best wel heel leuk. Mijn vaders kantoor grenstte aan onze afdeling en achter zijn rug was een luik, waardoor hij af en toe eens een grapje door bezigde en heel soms mocht ik bij hem zitten, het liefste deet ik dat dan aan zijn voeten en luisterde naar zijn gesprekken met de mensen die kwamen,zoals klant, vertegenwoordiger. Wat was ik gek met hem, heel erg trots op deze fijne man en ik keek dan ook erg tegen hem op, want in die tijd hield je als kind je mond en mocht je je nergens mee bemoeien. Zijn moeder, onze oma, woonde recht tegenover ons, vaak gingen we bij haar buurten en gezellig op afstand kijken, naar alles wat er zoals bij ons thuis binnekwam.
Als klein meiske werd ik dus verzorgt door een kindermeisje, Thea, die ons zes kinderen steeds op een rijtje zette en als vogeltjes om beurten een hapje eten voerde.Nog hoor ik haar zeggen tegen mijn kleine broertje...en daar komt een vliegtuig aangevlogen en ga zo maar door. Haar hele trucendoos werd leeggetrokken en wij vlogen er steeds weer in! Met z'n allen in het grote bad, terwijl we speelden zagen we dan haar aan de gang met de grote wringer die daar ook in die grote badkamer stond, alles ging zo tussen neus en lippen door, gelijk wij door de ruwe handdoeken heen getrokken werden. Mijn moeder werkte hard en daardoor was het voor haar nodig om tegen de middag een klein middagdutje te doen. En omdat het natuurlijk in een groot gezin altijd wel wat roerig was, kreeg zij een heel leuk klein houten huisje in de tuin. Het "Vossenhol"genoemd ! Een verboden stekje voor ons kinderen. Het was dan altijd een heel groot feest als we daar dan ens werden genodigt voor een klein kopje thee of iets anders gezelligs. Mijn moeder was al vanaf haar jeugd een astma patiente en kon beter in het bedrijf meewerken ,dan de zorg voor de kinderen. Juist doordat zij zo snel benauwd werd zijn mijn ouders in de bossen gaan wonen, maar bleek het wonen in het bdrijf zelf toch wat te ingewikkeld, naarmate er meer kinderen kwamen. Toen ik dus zo'n 7-jaren jong was, werd er daarom voor ons als gezin een heel mooie houten bungalow gebouwd. Voor onze moeder een ware uitkomst. Haar gezondheid ging er op vooruit. Ik zie het nog helemaal voor me een zweedschâlet, waarvan wand na wand achter elkaar en heel snel in elkaar werd gezet. Op de grote schommmel in onze ruime tuin keek ik dan met heel veel nieuwsgierigheid uit, hoe dit allemaal verliep. Momenteel heeft het huis welke steeds iets groter werd, naarmate wijj kinderen ouder werden zijn dienst gedaan en zal het eerdags weer de tuin uit gaan.
Mijn ouders hadden indertijd een groot bedrijf, waar wij aan huis woonden. Beiden waren er werkzaam en kregen met heel veel mensen van doen, vandaar dat wij kinderen verzorgd werden door een kindermeisje en tevens de maaltijden kregen vanuit een grote keuken. Ikzelf werd als rammetje geboren,in het jaar van de slang. eerlijk gezegd een hele fijne combinatie; al zeg ik het zelf. In iedere geval was en ben ik wel heel tevreden met mijn zijn, toen en NU. Doordat ik dus met de helm op geboren was, heb ik altijd wel meer geweten en was het leven ten dele wel aangenaam vanwege dit Weten. In volgende berichtjes zal ik trachten een aantal anekdotes op te halen voor mijn twee zonen waarvoor ik dit schrijven ben begonnen. Ons leven later heeft nl zoveel veranderingen moeten ondergaan verschrikkelijk veel belevenissen en ervaringen rijker daardoor, maar tevens ook onbegrijpelijk zwaar zo af en toe dat het voor hen wel fijn is om de opbouw van hun moedertje mee te kunnen gaan leven en hun eige leventje op een rit voor meer inzicht en wijsheid en zomaar omdat het leuk is Het samen zijn met mijn zonen "dijken van mensen" is een rijkdom gebleken waar je U tegen mag zeggen
Ja,dat ben ik ! Als een heel klein sterretje kwam ik deze wondere wereld binnen. Met als doel een Lichtpuntje voor mijzelf en velen te mogen zijn. Mijn eigen ouders heb ik mogen uitkiezen en mijn 4 broers en zus. even als alle levenslessen die ik zou gaan tegenkomen om te groeien en sterker te worden dan ik kwam om weer te mogen opgaan naar het Licht als mijn taak hier zou zijn gedaan. Als een speer werd ik geboren gelijk een draaikolk met de helm nog om mijn bolletje. Mijn oudste broer zei direct het lijkt wel een gevilt konijn. Heel teer van huid en doorschijnend. Geen kind hadden ze aan mij. Altijd lief, vrolijk en blij. Mijn keus viel op een christelijk gezin welke elke zondag trouw naar de baptisten gemeente ging. Mijn vader uit een heel andere hoek, dan mijn moeder. Hij was fijn-edelsmid en zij zong en ging naar de kunstakademie. Voorburg en Dordrecht. Beide uit goed gesitueerden, maar wel heel anders grootgebracht. Mijn vader had nog een broer en een zus en mijn moeder was er ééntje uit dertien op een rij en deze leefden wat meer vrij. Haar vader-GroteVader-zat in het hout. Zijn ouders hadden speelgoedwinkels. en kwamen van een deftiger tak! Al doende en dus.. het kleine meisje groeide op beschermd,als een gouden vogeltje in een kooitje