In een vorig artikel heb je kunnen lezen hoe je het piekeren kunt aanpakken. Kort samengevat komt dat hierop neer:
• Wordt je bewust dat je aan het piekeren bent en dat deze gedachten meestal negatief gekleurd zijn.
• Weet dat je gedachten alleen maar gedachten zijn. Ze zijn geen waarheid, hoe waar ze soms ook aanvoelen. Ze zijn altijd een sterk gekleurde versie van de werkelijkheid.
• Bepaal of deze gedachten je helpen om je beter te voelen over je zelf en de anderen. Meestal is dat niet het geval.
• Leid jezelf af door iets anders te doen of door je zintuigen te gebruiken.
Gebruik volgende hulpbronnen om het piekeren verder aan te pakken.
1. Je bent niet je denken.
Als je fel begint te piekeren als reactie op een gebeurtenis, wees je je er dan van bewust dat dit niet meer of minder is dan het activeren van een van je onbewuste patronen. Dit zijn manieren van reageren, opgebouwd vanuit je kinderjaren en die zorgen voor automatische gedachtestromen, emoties en gedrag. Gedachten worden vaak als ‘de waarheid’ beschouwd en bijna altijd overdreven. Je denkt dat anderen ook zo over je denken. Maar dat klopt niet, je gedachten zijn een product van je brein, dat een heel gekleurde versie van een feit produceert. Ze zijn helemaal niet ‘de objectieve waarheid’
Als je dit proces herkent, creëer je wat afstand en val je niet meer samen met je denken.
Concentreer je je vervolgens volledig op het Nu: gebruik hiervoor je zintuigen en richt je aandacht op je adem.
2. Je bent niet je emotie.
Net zoals we de neiging hebben om onszelf te laten samenvallen met onze gedachten, identificeren we ons met onze emoties. Als je verdriet hebt, ben je één en al verdriet, ben je boos, dan ben je één en al boosheid. Vaak ontstaat er een versterking vanuit het denken met de emotie.
Door een emotie te herkennen, word je toeschouwer en val je niet meer samen met de emotie en de begeleidende gedachten. Je bent de emotie niet meer. Als er ongelukkige gevoelens zijn, zeg dan niet: ‘Ik ben ongelukkig.’ Ongelukkig zijn heeft niets te maken met wie je bent. Zeg liever: ‘Er zitten ongelukkige gevoelens in me.’
Ieder heeft de neiging een emotie, ongemak of pijn weg te duwen, zich er tegen te verzetten. Want je wil dit niet. Maar hoe meer je dit wegduwt, hoe meer je eronder lijdt. Door deze zaken proberen te verwelkomen, ze toelaten er te zijn, zolang de pijn draaglijk is, door de strijd te staken, kan er verzachting komen. Zeg tegen je pijn: 'ik zie jou', 'ik hoor jou', 'ik voel jou'. Waaraan heb je behoefte? Luister naar de zachte stem diep in jezelf. Heb je behoefte aan begrip? aan openheid? aan een liefdevolle verbinding? aan eerlijkheid? aan vriendelijkheid? Herken je behoefte, maak ze duidelijk voor jezelf en communiceer ze naar je naaste. Het herkennen van een behoefte en ze kunnen communiceren, zelfs zonder dat ze onmiddellijk wordt vervuld kan al veel rust geven. Zie ook de vier mantra's van Thich Nhat Hanh.
Door te erkennen wat er is maak je het niet erger, in plaats van je er tegen te verzetten en extra olie op het vuur te gooien. Zie ook de betekenis van de twee pijlen in het vorige artikel over piekeren.
3. De kracht van het Nu.
De kracht van het Nu is dat je herkent dat de denker in jou aan het werk is en dat je je bewust wordt van je emoties. Om dan te beseffen dat je niet je denken bent, noch je emoties. Je valt er niet mee samen. Je kunt je denken en emoties bekijken als een toeschouwer en zo creëer je een beetje ruimte. Door aanwezig te zijn in deze ruimte en je aandacht helemaal te richten op wat is, ben je in staat om toegang te krijgen tot de stilte in jezelf. Je bent in staat echt te leven en vreugde, liefde en vrede te ervaren.
4. Raak bevriend met je innerlijke criticus. Je kunt je innerlijke criticus beschouwen als één patroon of de combinatie van meerdere van je onbewuste patronen. Hij pusht je voortdurend om het nog beter te doen, om meer te doen, nog hogere cijfers te behalen enzovoort. Op zich is dat geen slechte eigenschap, ware het niet dat hij nooit tevreden is. Het kan altijd beter. Zijn oorsprong vind je terug in je opvoeding en via je ouders, leerkrachten of belangrijke personen in je leven. Het is een van de stemmetjes in je hoofd die voortdurend kritiek geven op wat je doet, en zoals gezegd, is het nooit goed genoeg. Op zich zijn de bedoelingen van de criticus goed, hij geeft je ambitie, hij wil dat je vooruitkomt in het leven. Vaak probeert je criticus je te beschermen tegen de buitenwereld. Maar dat kan te ver gaan.
Het is echt een openbaring om te begrijpen hoe je innerlijke criticus bepaalt hoe en waarom je soms op deze of gene manier denkt en handelt. Als je je op een bepaald moment bedrukt of gespannen voelt, luister dan naar de stemmetjes in je hoofd. Herken je een van de stemmen van je criticus? Stuur hem dan niet weg, maar maak hem duidelijk dat hij zijn opdracht meer dan vervuld heeft en dat hij wat gas kan terugnemen. Word vriend met je criticus in plaats van hem te willen verbannen. Dat gaat toch niet en daarbij creëer je onnodig veel spanning, waardoor je jezelf zeker niet beter voelt.
5. Kies voor verbinding.
Je kunt op twee manieren naar de wereld kijken, en uiteindelijk staan we elk moment opnieuw voor die keuze. De ene manier is door de ogen van irritatie en onvrede en de andere is door de ogen van de liefde.
Onvrede en irritatie focussen op de verschillen tussen jou en je omgeving en niet op wat je verbindt. Ze fluisteren je in dat woede en angst gerechtvaardigd zijn en dat aanvallen en verdedigen de beste manieren zijn om jou en je gezin te beschermen. Je wenst van niemand kritiek te ontvangen.
Liefde kijkt op een totaal andere manier naar de wereld. Ze focust op verbondenheid in je relaties en kijkt naar wat je gemeenschappelijk hebt in plaats van wat verschillend is. Het herinnert je eraan dat liefde de enige ware realiteit is die ertoe doet.
Soms vult je hoofd zich met ongeduld, irritatie, wrok, woede, zorgen, neerslachtigheid of angst. Word je hier eerst van bewust en besef dat je de mogelijkheid hebt om te kiezen voor onvrede of voor liefde. Probeer vervolgens stil te worden en glimlach ten slotte naar het theater in je hoofd. Kies ervoor om je gedachten te veranderen. Kies dan om verbondenheid en liefde te voelen in plaats van afstand en onvrede. Je zult merken hoe helend dit is voor je hoofd vol piekergedachten.
6. Laat vooropgestelde gedachten los. Het denken en herkauwen van wat anderen in jouw ogen zouden moeten doen en je ergeren als dat niet het geval is. Het zijn allemaal automatische gedachten die afkomstig zijn van je onbewuste patronen. Deze gedachten verslinden energie. Je bewust worden van deze gedachten, ze zien als een product van je onbewuste patronen en ervoor kiezen er niet in mee te gaan, is echt een bron van vreugde en maakt ruimte voor liefde.
7. Laat het stil worden.
Neem enkele keren per dag een korte adempauze, ga even zitten en breng je aandacht bij je adem. Luisteren naar stilte schept onmiddellijk stilte in jezelf. In het geluid van de stilte schuilt een diepe, genezende kracht.
8. Geef jezelf over aan het niet weten.
Er was eens een oude boer die een merrie had. De merrie was het enige paard op de boerderij en was er nodig. Op een dag liep de merrie weg. ‘Wat een pech voor jou,’ zeiden de buren, ‘nu heb je geen paard meer om de ploeg te trekken.’
‘Misschien,’ antwoordde de oude boer, ‘wie weet wat geluk of ongeluk is?’
De week erna kwam de merrie terug en bracht twee hengsten mee. ‘Wel,’ zeiden de buren, ‘je hebt geluk. Nu heb je drie paarden.’
‘Misschien,’ antwoordde de oude boer, ‘wie weet wat geluk of ongeluk is?’
Toen de zoon van de boer een van de hengsten wilde temmen, viel hij op de grond en brak beide benen. De buren zeiden: ‘Jij hebt geen geluk, wie gaat jou nu helpen bij het werk?’ ‘Misschien,’ antwoordde de oude boer, ‘wie weet wat geluk of ongeluk is?’
De dag erna kwam het leger voorbij en alle jonge mannen in goede conditie werden gerekruteerd. De zoon van de boer kon thuisblijven want zijn benen waren gebroken. De buren zeiden: ‘Je hebt geluk, jouw zoon is tenminste nog in het dorp.’ En de boer zei…
(uit Mindful gelukkig van David Duwulf)
Weten dat het mogelijk is om te zeggen, ‘wie weet wat geluk of ongeluk is, ik weet het niet’, weigeren om een oordeel te verbinden aan wat er ook gebeurt, schept weer rust. Je weet nooit (en maar gelukkig ook) hoe iets later zal verlopen. We weten nooit met zekerheid of iets goed of slecht is. Wat in eerste instantie een ramp lijkt, kan in zich de kiem dragen van iets helemaal nieuw. Dit houdt in dat je het moment aanvaardt zoals het is zonder je ertegen te verzetten. Kies voor deze toestand van ‘niet-weten’. Het stelt je in staat om in verbinding te blijven met het Nu.
9. Wees vrij.
Een koning wilde een ring met magische kracht hebben, voor goede én voor slechte tijden. Zijn raadsheren wisten met dit verzoek niet goed raad. Gelukkig was er een oude trouwe bediende die ooit een wijze boodschap had gekregen van een mysticus. Hij fluisterde de raadsheren een paar woorden in en die werden in de ring gegraveerd. De koning mocht er pas naar kijken als dat écht nodig was.
Op een dag was de koning ten einde raad. Hij was op de vlucht voor de vijand die hem wilde ombrengen. Maar zijn pad liep dood op een steile rots bij een diepe afgrond. Terug kon hij niet en de ondergang leek onontkoombaar. Hij besloot dat dit een goed moment was om de ring te raadplegen. De inscriptie luidde: ‘Ook dit gaat voorbij.’ Deze boodschap bracht een diepe rust bij hem teweeg. De vijand vond hem niet, de koning overwon en vierde feest. Hij was bijzonder ingenomen met zichzelf.
Op dat moment kwam de wijze bediende naar hem toe en vroeg hem de tekst in de ring nogmaals te lezen. ‘Hoezo,’ zei de koning, ‘het gaat nu toch goed’? ‘Zeker,’ antwoordde de bediende, ‘maar de boodschap is ook bedoeld voor plezierige tijden.’ Opnieuw las de koning: ‘Ook dit gaat voorbij.’ En hij realiseerde zich dat ook fijne momenten niet eeuwig duren en dat juist de eindigheid van alles betekenis geeft aan het leven. Het gaf hem rust en hij besloot nu alleen nog te genieten van het moment.
De tekst ‘Ook dit gaat voorbij’ dient niet als troost voor moeilijke situaties en wil je niet beletten om te genieten van het leven. De tekst wil je bewust maken van de vergankelijkheid van alle dingen. Door dit te beseffen, bereik je een zekere onthechting zodat je geen angst hebt voor de toekomst of bang bent om dingen te verliezen.
|