Ik ben mark dejongh
Ik ben een man en woon in Sint Gillis-Waas (Belgie) en mijn beroep is ziekenhuisapotheker.
Ik ben geboren op 23/08/1953 en ben nu dus 71 jaar jong.
Mijn hobby's zijn: joggen, tafeltennis, fietsen.
ik heb ook een mooie verzameling van meer dan 64.000 kroonkurken uit 200 verschillende landen.
Maar veel belangrijker, al meer dan 35jr. gehuwd met Irma en vader van vele lieve kinderen : Christophe, Thomas, Tine, Katrijn, Frederik, en Roeland.
opa gaat op stap
Relaas van de wandeltocht van St. Gillis-Waas naar Santiago de Compostela 112 dagen op pelgrimstocht : ontdekken, ontmoeten, onthaasten.
18-05-2012
Gite l'Escargot
Bij het vertrek in die mooie gite krijgen we nog een baguette en enkele appels mee, want er is onderweg geen bevoorrading. Het zwembad hebben we niet gebruikt Gite l'Escargot,dat is waar ik nu slaap in een plaatske in het Baskenland met een onmogelijke Baskische naam.
Het Baskisch is een taal die met geen enkele andere taal iets te maken heeft. Ze zit vol rare en moeilijk uitspreekbare woorden. Ze zijn daar ongelooflijk gastvrij en sympathiek in die gite. De spreuk die er bij de inkom hing was zeer toepasselijk voor hen: " L'Accueil, c'est grand ouvrir sa porte et n'attendre personne".
De eigenaar leende ons zijn auto om een paar km verder een mooi kapelletje uit de 12e eeuw te bezoeken dat enkel in de namiddag open is en waar we morgenvoormiddag voor een gesloten deur zouden staan. Raar om nog eens mee te rijden in een auto.Alain heeft gereden, zonder rijbewijs in zijn zak te hebben. Maar dat is hier allemaal niet zo'n probleem. In het kleine kapelletje was er een gids die wat uitleg gaf over dat juweeltje in het midden van de natuur. Ik ga nu mijn companen opzoeken want er zijn nog verschillende anderen die de PC hier willen gebruiken
Gisterenavond sliepen we in Lichos in een hele chique gite met een zwembad: een 2-persoonsbed en nog een soort opklapbed aan de kant op 1 kamer.Uiteraard kwam ik in het opklapbed terecht en vanmorgen is het omgekanteld, met mij erop... Ik had nochtans gezegd dat ik het liefste in dat 2-persoonsbed sliep, maar we raakten er niet uit wie er dan naast mij zou liggen. Bij het avondmaal zaten we samen met nog 2 andere koppels, in "stadskledij" die ook wandelden. Op de badkamer vonden we een weegschaal en ik constateerde dat mijn gewichtsverlies nog steeds niet gestopt is: al 7kg. minder. Ook Alain is al enkele kg lichter, maar hij is nog niet zo lang op stap. Een dame van de "luxestappers" zei dat ze niet afviel wanneer ze stapte. We gingen er niet op in, maar op de slaapkamer hadden we onze bedenking: wij zouden ook niet afvallen als we onze rugzak niet zouden meesleuren en als onze dagelijkse etappe 10km korter is en als we maar voor 10 dagen op stap zijn.Je mag geen appels met peren vergelijken hé!!
Het rode petje is niet al te groot en in Sauvelade zag ik een grotere "hoed" liggen met een koordje eraan. Er stond op "Icuazu, Argentina". Het gebeurt wel meer dat de pelgrims wat vergeten of bewust achterlaten voor degenen die na hen komen. Dus ik heb het uitgewassen en in mijn "Drappy" gestoken voor de momenten waarop de zon ongenadig hard op mijn nek zal branden. Tot nu toe heb ik de vondst nog niet nodig gehad ((de Franse kranten schreven over het weer tot nu toe: “het jaar dat het weer de zomer vergeten is”) . Maar de warmte zal , aan de andere kant van de Pyreneeën wel komen denk ik.
En ik heb nog wat anders gevonden op straat : een rubberdop die past op mijn wandelstok. Bijgevolg is mijn wandelgeluid weer een beetje minder enerverend voor sommigen: de stok zonder tsjoep in het gras aan de kant van de wandelweg, de stok met de tsjoep op de macadam.
Ik zit hier in een gite ergens in het Baskenland (Uhart Mixe) Vanavond slapen we met 4 in een STACARAVAN, naast de gite zelf: Michelle en Alain en ikzelf, en dan nog een Michel, een man die vandaag 70 wordt!! (de kleine die zo snel liep dat zijn grote struize vriend er de brui aan gaf , toen we bij Frits de Duitser sliepen enkele tijd terug). We stellen hem voor om dat te vieren op de één of andere manier, met bubbels of wijn, uitbundig of intiem, maar hij gaat er niet op in. Nu ja , dan vieren we met ons 3 wel iets anders ... In een tentje op de camping waar de caravan staat, slapen, jawel Fanny en Joémie ergens want de gite is vol en de caravans ook. Maar ik ging vertellen over Germain: een crème van een kerel, die gepassioneerd is door het wielrennen, en die mijn vriend werd dank zij de massage met zijn crème. In Sauvelade heb ik uiteraard zijn rug nog een keertje ingesmeerd toen hij het kamertje deelde met mij... Hij is 70 jaar en komt uit een gezin met heel veel kinderen. Hij had aan zijn oudste broer beloofd dat ie voor hem zou zorgen. Dat heeft hij dan ook heel plichtsbewust gedaan , en toen die in het rusthuis was , ergens in de buurt waar hij woonde (Arneke , nabij Duinkerken) ging hij hem 2x per week bezoeken, maar nooit op vaste dagen. Vorig jaar is zijn broer gestorven en nu zit hij dus op de Via Podiensis, zijn levensdroom. Hij heeft al een km of 700 gestapt ondertussen. Zijn vrouw baatte een kleine kruidenierszaak uit , geërfd van haar ouders, in Arneke. De winkel was bijna altijd open en in heel zijn leven zijn ze maar een paar keer heel kort op vakantie geweest. Zijn vrouwtje heeft zijn rugzak klaargemaakt met superveel liefde: alleen het beste zit er in, en dat heeft zo zijn repercussies op het gewicht. Hij vertrok in Le Puy met 18 kg (ter info de mijne weegt er nu 10kg + 1kg eten). Dus besloot hij om wat terug te sturen. Maar om zijn vrouwtje thuis niet te "kwetsen" stuurt ie alles naar zijn dochter, die arts is in de buurt van Lauzerte, waar ik al gepasseerd ben. Eens was ie in het postkantoor om zijn slaapzak terug te sturen, een heel speciaal model met metalen beugels dat wel 3kg woog. Hij moest aan een toevallige bezoeker van het kantoor vragen om hem te helpen om die slaapzak samen te persen in een kartonnen doos voor de verzending. Na veel moeite is dat gelukt en het pak zag er uit als een reuzegrote rugbybal. De rol plakband van het postkantoor heeft hij bijna volledig opgebruikt om die "opgeblazen doos" stevig dicht te tapen. Ik weet niet of alles perfect is aangekomen. Verder zingt Germain ook op elke begrafenis en andere diensten die plaats vinden in zijn parochiekerk, en hij zet zich belangeloos in voor 101 andere zaken in de parochie. Bovendien is hij secretaris van de club wielertoeristen en ook van de joggingclub. (hij is allergisch aan computers en nog een echte "ambachtelijke" boekhouder) Maar nu is ie voor 2 maanden weg voor zijn levensdroom, zijn Camino. Tot zo ver Germain.
Ik kom morgen aan in St. Jean-Pied-de-Port en ik heb voor zondag een rustdag voorzien. Maandag volgt dan een etappe tot Orisson, ergens bijna halfweg op de oversteek van de Pyreneeën. Dus ik zal hem daar weer wel eens tegenkomen, de man die mijn hart gestolen heeft.
En ja hoor , al enkele dagen zien we heel in de verte wazige grijze schimmen opduiken.
Het onderscheid met de mistige wolken is niet zo duidelijk: grijze rotsen of grijze wolken.
Maar nu zien we ze echt duidelijk: de toppen van de Pyreneeën, vol sneeuw. Machtig, prachtig, supermooi na 1700 km. stappen.
Ze komen beetje bij beetje dichterbij. We waren om een uur of 8 op weg richting Arthez-de-Béarn. Daar nemen we weer de tijd voor een tasje koffie en doen we onze inkopen. Picknick in Maslacq op een terras aan een plein en dan weer verder.
En ineens komen we daar een pelgrim tegen. Hij ziet er een beetje hulpeloos uit.
Het is Gerard, en hij is voor de eerste dag op stap.
Op zijn buik hangt een supergrote camera.
Op zijn rug natuurlijk een (supergrote) rugzak, waaruit een paraplu steekt. In zijn hand draagt hij bovendien nog een plastic zak vol eten! (zie links op de foto onderaan)
We adviseren hem om toch iets selectiever te zijn bij het vullen van zijn rugzak, maar als hij zegt dat ie vorig jaar ook al een flink stuk gewandeld heeft op de Camino, geven we het op. Hij zal het dan wel ondervinden.
Pomps is niet het verkeerde meervoud van pomp, maar wel de naam van het dorpke waar we slapen in de "gite communale" (weer eentje) .
Ik slaap toevallig weer naast Fanny en Joémie. Ik geef hen mijn pakje pasta dat ik al een hele poos meedraag in mijn "Drappy" want de eerstvolgende dagen slapen we steeds half-pension. Ik blij dat ik weer een beetje minder gewicht moet meezeulen, en zij 2 ook blij met weer wat dagelijkse kost.
Maar Michelle en Alain hebben minder geluk : ze slapen in dezelfde open ruimte, achter het hoekje, naast een oudere Franse dame die alsmaar door hardop tegen zichzelf praat: "Ik ga mijn kousen hier leggen, dan vind ik ze morgen zeker terug. Of nee, hier liggen ze nog beter. En wat doe ik met mijn rugzak? Laat ik die daar staan? Neen, hier staat hij beter, ik zal hem hier zetten" en zo verder en zo verder.
Als ze dan uiteindelijk in haar bed ligt :"Ja daar begint er één te snurken! Ik zal weeral eens niet kunnen slapen. Wat moet ik nu gaan doen? Ik zal weer wakker liggen." Mijn 2 companen proberen ernstig te blijven , maar na een tijdje wordt het hen ineens te machtig en ze schieten in een lachbui die ze niet zonder moeite weer onder controle krijgen. Ik kan niet volgen, maar na de uitleg de volgende morgen werd me alles duidelijk.
Gelukkig komen we die dame niet meer tegen: ze stapt altijd heel korte etappes!!
Ik draag , als de zon wat hevig brandt, een rood petje met het opschrift "Wanna play" en aan de achterkant staat er "Suzuki".
Het lag thuis in de garage en het was van niemand.
Op enkele dagen tijd is de knalrode kleur helemaal verschenen.
In Arzacq-Arraziguet doen we boodschappen en is het tijd voor een tasje koffie met Michelle en Alain. De madame van de koffie in het café is niet zo vriendelijk. Boven haar toog hangt een knalrode pet van het merk Ferrari. Ik vraag haar of ik mijn petje niet mag ruilen voor dat Ferrari- ding om wat sneller te stappen.
Ze weigert , want het is er eentje van een overleden vriend, maar ze kan al wat meer glimlachen en zegt dat ik maar moet denken dat er Ferrari op mijn klakske staat...
De gemeente-beamte heeft al 3 pintjes voor ons in haar frigo klaarliggen.
In de gite slaapt nog een Spaans koppeltje dat bijna geen Frans spreekt in onze slaapzaal en ook Germain ( niet Germaine). Het is een Fransman uit Duinkerken, geen Franse vrouw. Dit is van groot belang voor de rest van het verhaal dat zal volgen.
We hebben Germain al eens ontmoet enkele dagen voordien in Lectoure.
Hij is 70 jaar oud en vanuit Le Puy vertrokken.
Bij de start woog zijn rugzak 18kg!!! Maar dat is een ander verhaal.
Deze morgen heeft de "gastheer" van de gite waar hij sliep zijn rugzak anders afgesteld opdat hij zijn bagage beter zou dragen. En nu komt hij daar toe en kan zijn ene voet niet meer voor zijn andere zetten. Zijn rug is gekraakt , "mon dos est cassé" zegt hij, en hij zit in zak en as: Al 3 weken stapt hij dag na dag zonder probleem, en sinds die aanpassing deze morgen ineens miserie.
We hebben met hem te doen.
Maar ons leven gaat voort en we zoeken, Alain en ikzelf, bij een lokale wijnboer wat drank om de smaak van ons oud brood te maskeren straks bij het eten. We mogen proeven, wat we ook doen, maar we hebben geen keuze, er is maar 1 soort. Het is een appelation Tursan. Nooit van gehoord maar heel lekker.
We besluiten om 2 flessen te kopen voor 3 personen, om op te drinken bij onze pasta!
Zoals steeds gaan we weer vroeg slapen, en Germain slaapt naast mij. Heel bedeesd vraagt hij me of ik alstublieft even zijn rug wil insmeren.
Ja natuurlijk. Ik doe mijn uiterste best om met zijn zalfke de pijn te verlichten en wrijf een dikke laag crème uit over zijn rug tot alles er in is gemasseerd.
De volgende morgen voelt hij zich al veel beter en vraagt me om nog eens een laagje aan te brengen...
Hier enkele actiefoto's van de lokale sport in Nogaro en omstreken ! Tussen de horens van de koe is er een bloemeke aangebracht dat je moet proberen te "plukken". De scherpe horens zijn afgeplakt zodat ze wat minder scherp zijn bij ongewenste intimiteiten!!
Ja , de camino zit er vol van, maar in dit berichtje een heel mooi moment.
Eerst de inleiding: Ik zit aan tafel bij het ontbijt naast een Eric uit Gent. Leuke kennismaking, nog een streekgenoot met hetzelfde doel, maar hij is al meermaals op weg geweest , en stapt nu vanuit Le Puy-en-Velay.
Ter hoogte van de kruidenierswinkel loop ik Michelle en Alain weer tegen het lijf en samen vertrekken we verder.We hebben gehoord dat alle gites in de regio volzet zijn en daarom bellen we al vlug (op maandgmorgen) om iets voor vanavond te zoeken. We bellen naar de kleine gite "communal" in Pimbo,en we hebben van de eerste keer prijs. Eigenlijk hebben we heel veel geluk want de dagen ervoor was het weekend en nam er niemand op in "het gemeentehuis" om reservaties te noteren en er zijn maar 6 plaatskes. Bovendien moeten we zelf voor brood bij ons avondeten zorgen en ook voor het ontbijt zegt de lieve dame aan de telefoon. Hier komen we effe goed weg met ons slaapprobleem voor 3 stappers !!!!!!
Geen probleem voor dat brood denken we en we stappen naar Miramont-Sensacq (let op het tweede stukje van de naam van het dorpje : die deed ons , dappere pelgrims, even wegdromen...) en stoppen bij het lokale winkeltje uit de jaren stillekes: zie foto.
Een oud vrouwtje heeft enkel nog wat baguetten van de dag ervoor. Beter dan niks voor ons en we kopen er brood voor de picknick, het avondmaal en het ontbijt.
De winkelstock is meer dan gehalveerd.
De picknick in de schaduw van enkele kleine boomkes aan de kant van de weg is juist voorbij en dan volgt een kleine siësta. Ineens komt er een mevrouw voorbij met Ema, haar dochtertje van een jaar of 6. Ze heeft syndroom van Down. We roepen haar en wuiven even; Ema komt dichterbij en zegt "bonjour". Dan plukt ze 3 madeliefjes (maar zonder het stengeltje) en legt er 1 tje op elke hand.
"Dank U lieve Ema". Ik geef haar een kushandje en prompt gaan haar 2 kleine handjes naar haar mond en krijgen we twee kushandjes terug. Ze is al direct weer verder gelopen zonder nog om te kijken...
Dan volgt nog een kort gesprek met haar mama over de problemen met haar hartje enz., zodat ze maar een halve dag school kan lopen… Zo herkenbaar in mijn eigen familie…
Ik ben al een uur of 3 op stap en passeer een koppel stappers die wat drinken in de graskant van de weg. Ik hou even halt en doe een babbeltje. "Tu veux un café?" vraagt de dame, Elisabeth. Ik begrijp het niet goed maar zeg direct ja, want ik heb alleen maar plat lauw water in mijn rugzak zitten... De dame is een "PTB", een "pèlerine transport bagages" Op slag zijn al mijn vooroordelen over de PTB's verdwenen: ze heeft in haar minirugzak een thermoske zitten vol heet water en een doosje "Nescafe-zakjes". In een plastiek bekertje offreert ze me heel vriendelijk een tasje koffie. Heerlijk. Wat verder liggen Alain en Michele aan de kant te zonnen/rusten en nog wat te bekomen van de festiviteiten van de vorige avond. Van hen krijg ik een lekkere toffee om op te zuigen. Ik mag het papierke bij hun laten , ze foefelen het bij in hun "mobiel vuilzakje" 's Middags kom ik aan in Lelin - Lapujolle, ja je leest het goed, zo heet dat dorpje. Het is al ferm heet en het is er "vide grenier" of vrij vertaald rommelmarkt. Ik doe mijn picknick daar op een bank naast de dorpelingen met een mooi uitzicht op al de verkoopsstandjes en koop dan nog een Cola voor 1€!! En nu zit ik in Aire sur l'Adour berichtjes te tokkelen. Nog effe vermelden dat Alain, de ronker, morgenvroeg terug naar huis vertrekt (Lille) en in zijn rugzak 4 Leffes voor het afscheidsfeestje van straks heeft meegesleurd (1 voor elk) uit de supermarkt van Nogaro (28km) onder de loodzware zon. Het was een lekkere 25cl (ze zijn hier niet zo groot als bij ons). En nu ga ik mijn maten zoeken om naar het restaurant te gaan, want het is zondag: vandaag koken we (mijn vrienden) weeral niet zelf ! En nog effe iets: er slapen 2 mensen uit Namen, Pascale en Marc. Ze hadden al via "radio Chemin" vernomen dat er een "Mark uit Anvers" op "de Weg" zat en dat die in Conques zijn halfweg had gevierd. Ze waren blij me eindelijk eens in levende lijve te ontmoeten. Op de camino moet je goed zien wat je doet, want je hebt snel een reputatie opgebouwd. Ik ga hier dus Mark d'Anvers door het leven !? En verder blijkt hier ook nog een Gentenaar te logeren, heel veel Belgen in dezelfde gite vandaag!
In een hoekje aan de muur hangt er nog een heel mooie toepasselijke spreuk:
“La richesse d’une rencontre vaut mieux que de rencontrer la richesse”
Na die fotosessie van gisteravond in de gite van Nogaro, zijn we laat gaan slapen: 22u Dat lijkt niet laat maar alle andere pelgrims lagen al lang te ronken (letterlijk en/of figuurlijk) ondanks ons feestgedruis. Hopelijk hebben we hen niet te lang wakker gehouden met ons gelach in de keuken. Je kan je mijn vreugde vanmorgen wel voorstellen zeker als die hoestende Zwitser al om 6u opstaat. Ik hou het nog even vol tot 6u30 maar besluit dan maar om ook op te staan met al die anderen rond mij. Alleen Fanny en Joémie proberen nog wat langer te slapen... Bijgevolg ben ik om 7u45 al op stap!! En weer ben ik bij de allerlaatsten van de 30 slapers om te vertrekken ! En nog een leuke anecdote: Ik had chocomelk bij het ontbijt gevraagd. Er staat een 1/2 liter melk voor me gereserveerd in de ijskast en een bokaaltje Cecemel poeder. Mengen kan ik zelf. Ik heb nog wat over en neem het flesje melk + het poeder mee in mijn rugzak. Een kwartiertje later koop ik bij de bakker in Nogaro nog een baguette. Als ik die in de rugzak steek zie ik dat de melkfles niet "waterdicht " is en dat er melk uit lekt. Gelukkig nog niet al te veel want ik ben nog maar juist vertrokken.... Op het nippertje is er een kleine overstromingsramp in mijn lieve "Drappy" vermeden! Begin dat maar eens op te kuisen op een "vroege" zondagmorgen in een lege straat in een stadje waar iedereen nog slaapt...
Nogaro ligt in het Baskenland en daar hebben ze rare gewoonten. Als we toekomen hebben we al heel de namiddag zware motoren gehoord in de verte. We slapen haast naast het snelheidscircuit voor motoraces! Ik vraag bij aankomst of het toch niet de 24u van Nogaro zijn die momenteel worden gereden! "Neen, de races stoppen om 18u!" Doordat ik nu al enkele maanden in een trager pelgrimsritme leef zeggen die motoraces me niks dus ik neem mijn douche en doe daarna mijn handwas en ga niet naar de race kijken.... Jean-Yves en Christiane daarentegen, zijn verwoede fans van de snelle motoren (Jean-Yves is een ex paris-dakar deelnemer van het eerste uur) en ze zijn een kijkje gaan nemen natuurlijk. Maar er is daarnaast nog iets anders te doen: iets met jonge koetjes!! De arena ligt vlakbij onze gite communale, en het evenement begint om half 7. Allen daarheen
Er zijn 5 gasten in de arena die een bloemeke moeten plukken tussen de horens van een jonge "vachette" (koetje). Als de koe komt aangestormd moeten ze zich bliksemsnel uit de voeten maken en over de omheining springen of zich achter een stevige houten plaat beschermen. Er zijn veel kijklustigen en een brassband (zoals bij den basket in België) zorgt voor de nodige sfeer. De toegang is gratis, maar onder de pauze komen ze "met hun klak rond" voor een vrijwillige bijdrage. Echt leuk om eens te zien. Tijdens de halve finale moeten we spijtig genoeg de arena verlaten om onze pasta nog te kunnen kopen, want de supermarkt daarnaast sluit om 19u30 en we hebben nog niks om te eten voor vanavond. Ik bespaar jullie de culinaire details ( weeral pasta, dit keer met room en champignons dankzij Michelle) maar vertel nog dat Aad, een bejaarde pelgrim uit NL enkele foto's van ons genomen heeft tijdens de feestmaaltijd. Ik zal zien of die foto's ooit hier geplaatst kunnen worden ( want misschien is het aantal lege flessen van de huiswijn op de tafel wat te groot in verhouding tot het aantal aanwezigen...) ?
Na mijn omweg naar Rocamadour kom ik weer op de klassieke weg naar St. Jean-Pied-de-Port, de Camino Podiensis, terecht enkele dagen later. Zo kom ik o.m. een koppel uit Antwerpen weer tegen, Charlotte en Henk, en ook Joémie en Fanny. Deze laatste 2 slapen ook bij Frits, die Duitser. Verder slaapt er nog Carmen, een Zwitserse, en Alain, de snurker van Moissac, en een kleine Michel, die samen met zijn “zware vriend “ stapt. Kleine Michel heeft een moordend wandeltempo en zijn dikke vriend kan hem amper volgen en komt elke avond 2 uur later aan zodat hij denkt aan opgeven.
Na een “rustige” nacht bij Alain begint iedereen op ons kamertje weer te rommelen om half 7. En nu ben ik eens de voorlaatste weg op mijn eentje om 7u45. Maar na enkele km kom ik Charlotte en Henk, en Christiane met Jean-Yves tegen. Langs een mooie spoorwegbedding die helemaal is overgroeid stappen we naar Eauze. Het is dezelfde mooie route die we gisterenavond in de andere richting stapten na onze wegvergissing.Ik drink er samen met Michelle en Alain een tasje koffie in een oud historisch café met een norse uitbater. Dan een kort bezoekje aan de mooie kathedraal, bij de drukke beenhouwer ga ik wat kaas en worstkopen, en weer rustig alleen verder tot in Manciet. Daar kom ik op een stemmig dorpspleintje naast een arena voor “koetjes-pesten” (zie verder in Nogaro). Op de bankjes is het ideaal voor picknick: de Antwerpenaren maken plaats voor mij en een beetje later komen Carmen en een Zwitserse kettingroker erbij. Het is lekker warm en het wandeltraject is een makkie: mooie verharde golvende wegen in een prachtig decor.
De volgende dag in de namiddag, een beetje voor Nogaro, liggen Joémie en Fanny wat te zonnen en/of rusten. Ik hou even halt. Ik ben hun namen weeral vergeten , maar op de camino gebeurt dat wel vaker, niet alleen met mij naar het schijnt...
Ik mag ook ineens de leeftijd van Fanny schatten, de Zwitserse met sproetjes. Dat is even moeilijker: 26? "Nee", ik zak naar 24, weer mis, ik gok op 28 dan... Ze is nog maar 20, maar Joëmie, de Canadese is 26, dus ik heb toch een beetje juist gegokt vind ik van mezelf! Ik kom een beetje voor hen aan in de "gite communale" in Nogaro. Ze hebben niet gereserveerd en alles is volzet. Maar er wordt voor hen een bedje bijgezet in de grote slaapzaal, recht voor de nooduitgang. Fanny slaapt alzo toevallig (want ik heb de plaats van dat extra bed niet bepaald) naast mij. Ze vraagt of ik snurk?! Ik ga dit verhaaltje al ineens afmaken : nee, ik heb niet gesnurkt, maar naast mij sliep nog een Zwitser aan de andere kant, en dat was een kettingroker die heel de tijd lag te hoesten, en nog een bed verder lag Alain, de snurker uit Rijsel.... De Zwitser stond al heel vroeg op vanmorgen, dus mijn nachtrust, en die van Fanny , was niet zo bijster goed...
Frits is de naam van de Duitser die de gite open houdt Buiten het eten dat hij klaarmaakte voor ons en de muziek uit de flowerpower tijd die hij opzette was het maar een matige ontvangst: hij doet totaal geen moeite om Frans te leren en nog minder om het te spreken. Hij verstaat het wel maar doet alsof hij het niet verstaat als het hem uitkomt: selectieve doofheid. Hij slaapt in een caravan in de tuin naast zijn huis waar wij, de pelgrims, slapen. We zitten 's avonds nog wat in de tuin na te genieten met een biertje. En omdat ik niet zo snel kan drinken (?) blijf ik nog even alleen doormijmeren met mijn laatste pintje, terwijl de rest al terug naar binnen is. Frits heeft zonder iets te zeggen de voordeur al gesloten. Eerst houdt hij zich van de domme en laat me eens langs de slaapkamerdeur, aan de achterkant van het huis gaan proberen of ik binnen geraak. En als ik dan terugkom laat hij me zonder woorden met een veelzeggend lachje toch binnen... Wel mocht ik ook zijn pc gebruiken in de vooravond , dus zo tegendraads was ie nu ook weer niet...
Ja het is al heel lang geleden maar vandaag had ik het weer vlaggen.
Het was normaal een wandeling van 27 km.
Ik was de laatste om te vertrekken in Condom: vanmorgen begonnen al die pépé's (pèlerins pressés) rondom mij al rond een uur of half 7 te rommelen en op te krasselen.
Ik liet ze maar doenmaar slapen lukte natuurlijk niet meer. Ik heb dan nog maar even mijn dagboek aangevuld op datzelfde leuke terras van gisteravond terwijl de rest al lang naar bed was.
Als allerlaatste van de +/- 30 pelgrims op pad om, jawel, je leest het goed : kwart over 8 ! In de loop van de dag ontdek in dat mijn rechterhiel van de bottin is doorgesleten. Even een lichte vorm van paniek want ik ben nog een heel eind verwijderd van mijn doel !
Maar de zon is weer van de partij en rond de middag kom ik aan in Le Montreal. ( Neen, niet het Canadese...)
Het is er marktdag en ik koop me een bakje aardbeien voor de picknick. Ze moeten de smaak van het oude brood dat ik moet eten wat maskeren. En verder koop ik ook nog 2 bananen, want ik heb nog 11 kmvoor de boeg.
Ik ben ondertussen met Michelle en Alain (niet de ronker, maar een andere Alain) aan het meewandelen. Ik ben ze al een paar keer tegengekomen de laatste dagen (de allereerste keer in Moissac, en dan in Lectoure ). Het is een sympathiek koppel uit de streek Finisterre in Bretagne. Ze wandelen met de Bretoense vlag op hun rugzak (zoals de meeste van hun streekgenoten). Wij Belgen zouden ook wat meer chauvinisme aan de dag moeten leggen heb ik hier al geleerd. Ze helpen me op het marktplein om mijn aardbeitjes op te eten...
Waarschijnlijk effe niet aandachtig omdat we over koetjes en kalfjes babbelden en we missen een markering. Gevolg 4 km extra in die zon, terwijl we dachten dat we elk moment zouden aankomen. Dat is dan wel een heel lang eind!
Het leven van een pelgrim loopt niet altijd over rozen... Of misschien toch wel, want de pint bij aankomst smaakte nog eens zo lekker op het terras van de gite bij Frits.
En langzaam aan komt St Jean-Pied-de-Port in zicht, de laatste "grote tussenstop" aan de voet van de Pyreneeën. Morgen zal ik ze zien opdoemen in de verte als het mooi weer is !
Na de lange etappe van gisteren (+/-35km) volgt er nog zo eentje want dit weekend is het in Condom groot feest : optreden van heel veel folkloregroepen en wedstrijd " les Bandas" . Bij de start in Lectoure loop ik verloren in mijn eentje bij het verlaten van de stad op de heuvel. Als ik dan toch de Camino heb teruggevonden maak ik nog een ommetje via La Romieu, een mooi klein dorpje met een mooie grote kerk en aanpalend Romaans klooster: la Collégiale de Romieu uit 1318. Na het bezoek trek ik rond 2u verder en ik kom een "terugstapper" tegen. Het is een pelgrim die al helemaal terug gestapt is vanuit Santiago op weg naar Le Puy en Velay. Liever hij dan ik!
Wat later wordt ik voorbijgestoken door 2 mannen: met moeite een antwoord op mijn “bonjour”. "Nu ja", denk ik, “misschien zijn ze gehaast?” Maar dan een eindje verder gebeurt "het": ze lopen rechtdoor en zien een wegwijzertje niet staan. Als ik 100 meter na hen daar aankom roep ik even heel hard. Ik doe teken dat ze me misschien beter volgen. Ze keren op hun stappen terug en halen me weer in. Nu heb ik wel klank bij het beeld. Het zijn namelijk 2 Zwitsers, waarvan de ene alleen Duits en de andere Duits en wat Engels spreekt. Vandaar de relatieve stilte bij onze eerste ontmoeting.
Ik kom goed moe aan in Condom rond een uur of 4. Ze zijn er overal rond de mooie kerk partytentjes aan het opstellen en ook een groot erepodium .
Ik wil direct doorstappen naar mijn gite, vooraleer de stad te bezoeken. Maar die ligt zeker 1 km buiten het centrum van Condom... Na de douche ben ik te moe en heb ik geen zin meer om terug te keren.
Naar het schijnt stonden er in de kerk zelfs paletten met bier om die fris te bewaren...
Tegenwoordig moet alles kunnen en mogen, zonder veel respect voor mensen die er anders over denken... Ik heb er geen spijt van dat ik niet ben teruggelopen.
De gite waar ik slaap is een gerestaureerde armagnac-stokerij met 2 grote slaapzalen. Dit weekend, vanaf vrijdag, slaapt daar het complete team van de security (40 man) van het feestgebeuren: geen plaats meer voor de pelgrims.
Gelukkig heb ik die 2 etappes van 35 km gestapt: ik zie me daar al aankomen vrijdagavond: alles vol en betalen om in het oude stadscentrum te kunnen rondstappen. Die drukte zou mijn hoofd geen deugd doen.
Bovendien was er een klein terraske aan onze gite, een mooi binnenplein. Ik kwam er o.a. Alain ( de snurker van Moissac) weer tegen en ook 3 supertoffe mannen van de Vendée en ook Jean- Pierre van Parijs.
Als apero stond er Flock (mengeling van Armagnac en druivensap) in overvloed en in 2 kleuren in de ijskast voor 1€.
Bij het eten was er ook nog eens wijn in 2 kleuren (weer voor 1€). Er zijn veel foto's gemaakt , vroeg of laat komen ze wel op de blog terecht.
Nu kunnen jullie al een beetje beginnen aftellen ! Ik doe gewoon verder
De avond op het terras in Espalais eindigde met het gitaarspel van een pelgrim, monsieur Kirschner van Hochstadt (Vogezen Fr): liedjes van CCR en andere oude gloriën die we uit volle borst meezingen ofwel meeneuriën als we de tekst niet kennen.
De 2 serieuze Duitsers die al wilden gaan slapen kwamen maar terug bij ons zitten (zonder mee te zingen) omwille van het "lawaai".
De volgende ochtend is het een omgekeerd scenario.Wij zetten ons stillekes aan tafel naast de vroege Duitsers...
Auvillar is een mooi stadje waar we even tijd nemen om wat rond te wandelen in het historische centrum. Op de picknick aan een ruïne in Flamarens vergeet ik bijna mijn bril. Gelukkig vind ik hem terug in het groene gras zonder hem kapot te trappen.
In de namiddag brandt de zon ongenadig hard op onze kop : 35° in de volle zon: even wennen na al die dagen van slecht weer...
's Avonds slaap ik alleen, zonder Nicolas die een kortere etappe loopt omdat zijn voet pijn doet, bij de pastoor van Lectoure met nog een paar andere pelgrims, o.a. Germain en Emmanuel en het bretoense koppel Michelle en Alain. Germain, een krasse oude pelgrim van 70 uit Duinkerken, heeft al een 10-tal keren Parijs-Roubaix gereden voor wielertoeristen. En Emmanuel is ongeveer even oud, en heeft ook nog een goede gezondheid en spirit. Hij woont in Parijs. Beiden zijn in Le Puy-en-Velay gestart.