KAS 352
1844 Vergroting van de kerk van Schriek
Kohier van Voorwaerden en Proces verbael van aenbesteding der vergrootingswerken van de Kerk te SCHRIEK Beschryvend bestek der werken die er te verrigten zyn aen de kerk van Schrieck.
Blz. 1 Beschryvend bestek der werken die er te verrigten zyn aen de kerk van Schrieck.
Voorlopige beschrijving
De aenbesteding heeft voor doel het vergrooten der kerk van Schrieck door het aenbouwen van eene kruisbeuk en choor, ingevolge het ontwerp opgemaekt door den Provincialen Bouwmeester en by koninglyk besluit goedgekeurd, welk ontwerp bestaende uit vier teekeningen welke aen het tegenwoord bestek gevoegd zyn per copy.
Alle de werken strekkende tot de bedoelde vergrooting en daertoe noodig ingevolge gemeld ontwerp, de vloering, bepleistering en de twee laetste lagen der plafonnering uitgezonderd, worden in massa aenbesteed, zoodanig dat den aennemer, alle den arbeid der werken afhangende van de volledige voltrekking hier beschreven der bedoelde vergrooting zal moeten verrigten zonder eenige uitzondering of voorbehouing, wel te verstaen die aengaende de constructie der midden en kruisbeuken, alsook de choor en sacristynen en verandering der ramen op het plan bekend en aengeduid.
De bestaende en te behoudene deelen zyn die welke in ’t zwart aengeduid zyn. De nieuwe deelen zyn int rood en de aftebrekene in ’t geel.
Het gemeentebestuer en kerkfabriek zullen ter handstellen en ter plaets doen voeren alle de materialen zonder uitzondering welke zullen noodig zyn tot het vergrooten der kerk en zullen insgelyks kosteloos voor den aennemer alle de transporten van materialen verrigten tot op de plaets van het werk.
Den aennemer zal zich voorts moeten gedragen aen alle de bevelen van den Bouwmeester der Provintie en van deszelfs gedelegueerde met de opzigt der werken gelast. Hy zal ook nauwkeuriglyk volgen de Plans, beschryvend bestek algemeene en byzondere voorwaerden, profils en ontladingen die hem zullen worden overhandigd.
Blz. 2 Nauwkeurige Beschryving Afbraek
Den aennemer zal moeten afbreken alle de muren der thans bestaende kruisbeuk en choor, alsook de muren der sacristynen. De zes overblyvende vensters in de zybeuken zullen moeten uitgebroken worden en te midden van elke tusschen ruimte der pilaren geplaetst worden.
Den aennemer zal terwyl hy den afbraek verrigt de beste maetregelen moeten nemen en zal zeer voorzigtig te werk moeten gaen om alle de ongelukken te vermeiden. Alle dit werk, indien er eenig onheil aenkwam zal op zynen kost moeten hersteld worden zonder daer eene vergoeding te kunnen voorbekomen. Den afbraek zal den eigendom van het kerkfabriek zyn en den goeie steenen naer behoorlyk gekuischt geweest te zyn en naer goedkeuring van den opzigter der werken zullen wederom mogen te werk gesteld worden. De oude steenen zullen in de fondatie alleen gebruikt worden. Den puin en andere vuilnisheden en overblyvende materialen zullen door de gemeente of kerkfabriek weggevoerd worden.
Aerdewerk De ontgraving voor de fondamenten zal moeten geschieden tot op ongeveer eene diepte van 1,00 of tot op de eerste laeg goeden fondeer grond. De grachten voor de fondatien zullen voor de bedding van de laeg beton mortel een juist gerichte op maet gestekene grib moeten uitmaken die overal in den grond eene breedte van eenen meeter, dertig centimeters zal hebben.
Aenvulling De aenvulling tegen de fondamenten der kerckmuren zal geschieden met mageren zavelgrond, den zuiversten die uit de ontgraving zal voortsgekomen zyn, en zal met de voeten sterk moeten aengedreven worden tegen de nieuwe metsery naer dat dezelfve toegestreken en gekaleid is.
Blz. 3 Metsery in fondatie Metsery in beton mortel
Naer dat den grondslag der lage fondatie waterpas gemaekt zal zyn en dat men de geheele oppervlakte van den grond der grachten zoo het den architect vereischt drymael met eene handhei van ongeveer 30 kilos en die men met twee mannen zal doen werken wel aengedampt zal hebben door middel van oude steenen op de kant in de aerde te dryven en den zelve by elke reis met water zal begoten hebben indien het den Bouwmeester goed vind zal men nagevolge den voorgaenden artikel en de op maet gestekene grib, den beton moeten leggen op eene dikte van 0,20 die nat en versch zal moeten aengedreven worden met eene handhei of met de voeten. De samenstelling van dezen betonmortel staet in den artikel der aengaende beschreven.
Metselwerk in oude brikken Onmiddellyk op den beton mortel en naer den zelven verheffend te hebben zal men nog plat zynde de eerste laeg brikken moeten metselen die den voet van het empatement uitmaekt, en men zal voorts geheel de fondatie ingevolge te geven profil en in aschmortel hierna beschreven moeten volgen. De metsery in fondatie zal in oude wel gekuischte brikken geschieden en zal tot aen de hoogte van den vloer in dien steen gemetseld worden. Alle de uitspringende deelen van het gebouw zullen te samen aengelegd worden en met malkanderen in verband staen. Het empatement zal alle twee lagen 0,05 versneiden tot aen het massief der fondatie hetwelk ook 0,05 buiten de buiteplint aen het binnen parement der muren moet staen.
Blz 4 Metselwerk in opstand in brikken
Het metselwerk in opstand zal gemaekt worden van beste brikken op hout gebakken en met ordinairen mortel van Doornikschen kalk en zand vermetseld. Het metselwerkzal de maten en dikten hebben die op het plan zyn aengewezen op den basis van 0,20 voor eenen steen 0,30 voor onderhalven; 0,40 voor twee, enz. doch zal de fondatie de geheele vereischte maet moeten hebben zonder naer het getal der steenen te zien. Met metselwerk der muren zal onder de plaet altyd met eene rollaeg eindigen. Den aennemer zal zorg dragen van voor het metselen, van het buiteparement de brikken te gebruiken die de schoonste, de hardste en de eentoonigste van kleur zyn. Dit parement zal voorts met de grootste zorg gemetseld worden zoo dat alle de lagens waterpas zullen liggen, en dat de stootvoegen zeer wel te lood boven elkander zyn. De vensters van den zybeuken zullen moeten opgeschoven worden en in het midden tusschen 2 pilaren geplaets worden en zullen de gedaente moeten hebben gelyk zy op het plan aengewezen zyn.
Metselwerk in witten hardsteen Den aennemer zal voor de plint moeten gebruiken en plaetsen, den witten steen voorts komende van den afbraek der aftebrekenen gedeelten der kerkmuren maer dezelve zullen alvorens een nieuw parement moeten hebben en den uitsprong der plint zal met een mouluer bekapt zyn.
Blauwen steen Den aennemer zal moeten plaetsen alle den blauwen steen benoodigd om de plans ten uitvoer te brengen als dorpels der vensters, deuren, enz.
Timmerwerk in eik & in Noordschen deel Alle het timmerwerk het welk den aennemer zal moeten bewerken en stellen zullen in de volgende stukken moeten zyn:
Scheirgebintstylen van 0,18 of 0,25. Gebintbanden van 0,25 op 0,06, feneelen van 0,25 op 0,08. Gordingen van 0,17 op 0,12. Priemstylen van 0,15 op 0,15. Nok van 0,10 op 0,10. De zes choorgebintstylen van 0,18 op 0,20. steekbanden van 0,10 op 10. Plaet romdom
Blz. 5
van 0,35 op 0,05. Kepers van 0,08 op 0,07. Balken der sacristynen van 0,20 op 0,15. Gebintstylen der sacristynen van 0,15 op 0,15. Plaet der sacristynen van 0,30 op 0,06. Nok der sacristynen van 0,06 op 0,08. Gordingen der sacristynen van 0,12 op 0,12. hoornboomen der sacristynen van 0,15 op 0,08. De hierboven vermelde stukken zyn degeene van de choor, kruisbeuk en sacristynen. De by te brengene stukken aen het oud gedeelte tot aen den kruisbeuk zullen dezelve breedte en dikte hebben als de bestaende.
Timmerwerk in oud hout Den aennemer zal moeten herwerken en stellen het oud hout voortskomende van den afbraek, naer goedkeuring van den Provincialen Bouwmeester of bedienden der werken en hetzelve gebruiken daer het voor bestemd kan worden.
Timmerwerk in Noordschen deel Den aennemer zal moeten stellen en bewerken de volgende stukken in Noordschen deel. Centers van 0,25 op 0,05 Kruiscenters van 0,25 op 0,05 Uitvoedersels van 0,07 op 0,05 En voorts alle de stukken als tabletten, klampen dewelke tot den uitvoer van het werk zouden strekken.
Plafonnering De plafonnering die er zal verrigt worden zal bestaen in het latten en embaucheren op eerste en eenige laeg van alle de welfsels en plafonds die in hout uitgewerkt worden. Den aennemer zal voorts alle de noodige raccorderingen verrigten aen de oude beschadigde plafons.
Mortels Den betonmortel zal samengesteld zyn uit zand en aen stukken gestampt steen gruis ter grootte eene noot
Blz. 6
welk gruis zal gemengt worden met te voren beslagen aschmortel, zoodanig dat wanneer men by de mengeling de noodige hoeveelheid water zal gegoten hebben, de samenstelling genoegzaem aenklevend is opdat men de eerste laeg brikken daerop zou kunnen metselen zonder meerderen mortel te gebruiken. Den aschmortel zal worden gemaekt met fyne gezifte en genoegzame uitgebrande steenkoolassche en versch geziften en gebluschten Doornikschen kalk van kleinen scheute. De mengeling zal uit gelyke deelen assche en kalk bestaen. Het zal den aennemer vry staen brouwersch en smidsch assche te gebruiken of steenoven assche voor zoo veel deze laetste goedherkend zyn. Doch zal hy de twee soorten niet mogen gebruiken. Den mortel voor het metselwerk boven den grond zal samengesteld zyn uit gelyke deelen mageren scherpen zavel en versch gebluschten en geziften Doornikschen kalk van middelbaren scheut. Den zavel zal voorafgaendelyk moeten gewasschen worden indien zulks noodig herkend word. De voeging zal met den voorgaenden mortelverricht worden, maer hy zal vooral op eenen steen fijn gevreven worden. De plafonnering en bepleistering zullen worden verrigt met den zelven mortel als het metselwerk boven den grond, behalve dat de helft van den mageren zavel door vetten zal vervangen worden, en dat in den zelven 10 kilogrammen grys hair en bovendien in den mortel der eerste laeg 10 kilo hoey zal gemengd worden.
Voeging De buiteparementen der muren en freiten zullen gevoegd worden op hunne ware parementen voegen en met den zelven mortel als dien voor de metsery beschreven is maer met wit zand opgemaekt.
Grof yzerwerk Het grof yzerwerk hetwelk er te plaetsen en te bewerken is zal het volgende zyn:
Blz. 7
Ankers voor de gordingen en nok van 6 kilog. Bledankers voor de gebintstylen van 4m.00 lang wegende 20 kg. Staven der vensters van het sacristyn van 7 kilog. Travers voor dezelve van 4 kilog. Het yzerwerk der ramen van de zybeuken zal 0,03 centimeter op 0,007 millimeter zyn. Het gene der ramen der kruisbeuk en choor zal 0,05 op 0,015 zyn. De groote kolommen in de choor zullen circa 50 kilog. wegen. De dakhaken 1.20. De dakhaken voor de goot 1.00. Voorts zal den aennemer moeten bewerken alle het yzerwerk als naten, bledden, enz. benoodigd tot den geheelen uitvoer van het geheel werk.
Fyn yzerwerk Den aennemer zal moeten plaetsen alle de garnituren benoodigd voor de deuren en ramen van het sacristy. In de nichen zal er eene ster moeten geplaetst worden in yzere latten en volgens de details tydens de executie te geven.
Schrynwerk De deuren der choor zullen gemaekt worden in eik, en twee peneelen in de hoogte hebben. De vergeering zal 0,15 op 0,05 en het peneel 0,03 dik zyn. De vergeering der deuren van de sacristynen zullen 0,15 op 0,03 dik zyn en het peneel 0,02. De stylen onder en bovenrygels der ramen van het sacristyn zullen eene dikte hebben van 0,05 en kleinhauten in yzer. De ramen der dakvensters zullen gemaekt worden met eene vergeering van 0,03 op 0,10 en een belegsel van 0,02.
Schildering Den aennemer zal alle het schrynwerk en yzerwerk der vensters en aflaetbuizen moeten schilderen op 3 lagen. De ankers, groothaken, dakhaken, bledders enz. zullen op eene laeg in menium geschilderd worden.
Blz. 8 Schaliewerk
Den aennemer zal moeten voorzigtig afbreken de schalien van het dak der kerk en sacristyn om er de nog goede overblyvende te kunnen van gebruiken. Geheel het dak der kerk en sacristyn zal gewerkt worden in schalien te leveren door de gemeente of kerkfabriek. Elke schalie zal met twee schalienagelen van behoorlyke lengte vastgemaekt worden. Het nok zal met blauwe schalie vorsten gedekt worden. Het schampiljoen zal niet meer als een derde gedeelte der schalie mogen zyn. Den aennemer zal alwaer het den aerd van het werk vereischt loode loquetten moeten stellen. Hy zal ook op elke zyde een of twee ryen dakhaken moeten stellen op eenen afstand van 1,50 van elkander, en de bled met lood dekken aleer men het schaliewerk begint. Voorts zal hy alle het andere lood moeten leggen benoodigd voor het dak.
Zink en lood Onder den afdrup van alle de daken zullen zinke goten moeten gesteld worden op yzere haken die van meter tot meter staen en waer op door middel van eenen yzerdraed die er overgaet vast blyft liggen en welke goten door middel van 6 aflaetbuizen waervan twee voor de sacristynen hun water zullen lossen. Alle deze goten zullen met eenen korten omkrol waer eenen yzerdraed inligt aen elke zyde gemaekt worden en zullen eene ontvouwing van 0,40 hebben. De aflaatbuizen zullen 0,07 diameter zyn. De tusschengoot der sacristynen zal eene ontfouwing hebben van 0,50 en in lood moeten zyn van 0,35 kilo de vierkante meter.
Glas Den aennemer zal alle het glas der vensters en ramen met goeden stopverve moeten inzetten.
Blz. 9 Onderhoud en diverse
Den aennemer zal gedurende een jaer zyn werk moeten onderhouden en aenspreeklyk blyven voor de schadie die in den loop van dit tydstip aen het gebouw zoude overkomen. Hy zal ook stiptelyk de volgende algemeene en byzondere voorwaerden moeten volgen want ingeval van overtreding zal hy dan voor de hierna verhaelde baeten verbeuren.
Algemene Voorwaerden
Alle de materialen welke den aennemer van dit werk zal gebruiken zal door hem met de grootste zorg te werk gesteld worden. Den steen welken den aennemer zal gebruiken zal in ’t algemeen helder klinkend en zuiver gevormd zyn. Hy zal met de grootste zorg de schoonste uitzoeken voor het metselen der parementen. Geene materialen mogen er gebruikt worden voor en aleer dezelve door den architect of zynen gedelegueerden goedgekeurd zyn. Den aennemer zal moeten in aendacht nemen dat hy alle de maten in de plans en in het bestek bepaeld volgt, want zonder eene schriftelyke autorisatie van den Bouwmeester om daer aen iets te veranderen of dezelve ten buiten te gaen, zal hy voor elke overtreding eene boet ondergaen en het mismaakt werk moeten afbreken en op zynen eigen kost hermaken. Den aennemer zal ter plaets moeten voorzien zyn val alle de noodige stellingen en gereedschappen, als staenders, neer en maeshauten stellingplanken alle genoegzaem sterk, ladders, waterpas, chevres en eindelyk alles wat zou kunnen vereischt worden voor het verrigten van het werk. De stellingen zullen zeer sterk zyn en dusdanig gemaekt dat men aen alle zyden met gemak aen het werk kan komen. Op het eerste
Blz. 10
verzoek van den Beampten zullen de stellingen van sterkt en de slechte stellinghauten door goede vervangen worden. Het zal den architect vrystaen eenen persoon te delegueren voor de oprigt der werken en den aennemer zal gehouden zyn zich aen zyne bevelen zoo als aen die van den architect te gedragen. Voorts zal den aennemer zelfs met zorg de werken moeten waernemen of zich daer doen vertegenwoordigen door eenen persoon die drager is van zyne deligatie en die alle de noodige kennis en wetenschappen bezit. De werklieden zullen alle goede vernufte en ondervinding hebbende werklieden zyn en zullen genoegzaem in getal zyn om de werken niet te laten sluimeren. Op de eerste aenvraeg van den opzigter zal het getal derzelve vermeerderd of de onbekwame door vernufte vervangen worden.
Byzondere voorwaerden Wyzen van aenbesteding
De aenbesteding zal plaets hebben tot Schrieck voor borgemeester, schepenen, secretaris, leden van het kerkfabriek en in het bywezen van den Provincialen Bouwmeester. De gegaedigde zullen moeten inleveren aen den aenbestedingsraed, een inschryvingsbillet op formaetzegel inhaudende voor welken prys elken der concurerende inschryvers zich verbindt het werk te zullen maken ingevolge het nevens gaende ontwerp en den aenbestedingsraed zal naer de inlevering van alle de inschryvingsbilletten en naer kennis neming derzelve zal overgaen tot het oproepen by opbod op een door den aenbestedingsraed te bepalen inzet prys, tot dat eindelyk eenen der mededingers zich door het woord myn als aennemer zal verklaren of wel deze oproeping zal verhoogen tot aen de laegste oproeping. Het is noodzakelyk ingeschreven te hebben om mededinger te kunnen zyn.
Blz. 11
De aenbesteding zal niet definitief zyn dan naer de goedkeuring van de bestendige deputatie van den Provinciaelen raed. Den aennmer zal gehouden zyn te voldoen aen den secretaris der gemeente, de onkosten van zegels, registratie, plakkaerten, aenkondigingen, en in een woord alle de kosten door deze aenbesteding genoodzaekt, alvorens de werken te beginnen. Den aennemer zal de werken beginnen tien dagen naer de goedkeuring der bestendige deputatie en op bevel van den Provinciaelen Bouwmeester. De kerk zal geheel in ’t droog zyn vyf maenden naer het begin. Er zullen vier betalingen geschieden elk van een vierde van den aenbestedingsprys. De eerste betaling zal geschieden als het metselwerk voltrokken is, de tweede als het timmerwerk zal voltooid zyn, de derde als het schaliewerk zal volmaekt zyn. Na de voltrekking der werken zal er eene vierde betaling plaets hebben welk beloop van een achtste zal zyn en het overblyvende achtste zal blyven staen tot waerborg van den onderhoud en naer het verloop van het jaer betaeld worden ingeval den aennemer aen zyne verbindtenissen voldaen heeft. Elke betaling zal geschieden tegen een proces verbael van ontfangst opgesteld door den Provinciaelen Bouwmeester gezamentlyk met het gemeentebestuer, welk proces verbael zal verzegeld zyn van eene declaratie van den aennemer in dubbel opgesteld waervan eene op zegel.
Antwerpen, den 27 april 1844
Den Provincialen bouwmeesters Berckmans (handtekening) Gezien.
Blz. 12
Gezien en vastgesteld door de raden der gemeente en kerkfabriek van Schriek met de volgende modificatien te weten: dat deze besturen gezamentlyk met den heer Bouwmeester der provintie, aen den aennemer en werklieden bevelen zullen mogen geeven, en dat verders de orders door gemelden heer Bouwmeester opgelegd door hem zullen goedgekeurd. 2° dat het afnemen of ontzetting der altaeren door den aennemer met voorzigtigheyd zal moeten geschieden, en dezelve gebragt op de bewaerplaets door het kerkfabriek aen te wyzen.
Gedaen in zitting, te Schriek den 8 mey 1800 vier en veertig. De leden van het kerkfabriek, Den borgemeester, L. Pauwels, pastor en president J.N. Vermylen M. Van den Broeck C. Goossens Ter ordonnantie: H. Mertens den secretaris, Ch. Holemans
In het jaer duyzend acht honderd vier en veertig den dertienden mey ten dry uren namiddag, is er door ons borgemeester en schepenen der gemeente van Schrieck, arrondissement van Mechelen provintie van Antwerpen, in het gemeentenhuys alhier ter tusschenkomste van het kerkfabriek vertegenwoordigd door den Eerwaerden heer Pauwels, pastor en voorzitter, en in het bywezen van den heer Berckmans bouwmeester der provintie, overgegaen tot de openbare aenbesteding by inschryving en opbod, van den arbydsloon (main d’œuvre) der vergrootingswerken van de kerk dezer gemeente, te verrigten op den voet en ingevolge de plans en bestek opgerigt door den bovengemelden heer Bouwmeester, en het kohier van lasten en voorwaerden vastgesteld en opgemaekt door den gemeentenraad den agtsten der loopende maend mey, geregisteerd te Lier den tienden daer naer, volume 107
Blz. 13
Folio 86 recto case een, door d’heer Aerts, welke aenbesteding is gekend gemaekt geweest te zullen plaets hebben op heden op de bovenroepe uere, by gewoone afkondigingen in de omliggende gemeenten en in de afkondigings bladeren der steden Mechelen en Lier. En gemerkt de uere daer toe bepaeld is gekomen, hebben wy voorleezing gegeeven aen de tegenwoordig zynde persoonen, van het hiervoor gemeld beschryvend bestek en kohier van lasten en voorwaerden, en de welke de volgende modificatien nog worden toegebragt te weten:De sacristynen in plaets van een dak in timmerwerk voor het zelve zullen gedekt worden met lood van 35 kilogrammen par meter op kant en omringd met een boordsel van 0,20 hoog, het zelve zal liggen op eenen plancken in roodt noordsche deel van 0,025 dikte.
De byde nichen der zyd-kappellen, zullen worden gedekt met schalie op schalie op de gewoonelyke wyze, en gevoormd met vier hoorneboome. De zyde vensters der oude kerk zullen niet moeten veranderd worden. Er zullen oogenblikkelyk geene goten aen de kerk gehangen worden. Het thans bestaende dak, zal moeten behouwden en ondersteund worden, en men zal in het zelve de kruysbeuk timmeren, zoo dat er zich het zelve in verbind, en het dak der choor zal niet eene verlengenis van het gene der kerk moeten zyn. In het sacristeyn langs de noord zyde, zullen er twee vensters in plaets van dry gemaekt worden, en waer van eene langst de oosten zal moeten staen. Het is wel stellig begrepen dat den aennemer zal moeten (?) en bewerken, alle het noodig hout voor den groven timmer en gebintens, maer men zal aen den aennemer verzaegd ter handstelle schalieberd en planken voor het maken van de centers van het welfzel. Er zullen voor de sacristynen langst de zyde der choor geene deuren moeten gemaekt worden, zullen ze de oude moeten blyven dienen en herplaetst worden. Den aennerm zal het bestuer der gemeente, ten minsten tien dagen op voord al moeten berigten, van de soort van bouwstoffen welke hy zal moeten gebruyken en verwerken. Vervolgens hebben wy tot de bedoelde aenbesteding overgegaen en ontfangen de op gezegeld papier en ons overbehandigde
Blz. 14
inschrijvingsbilletten, de welke naer de aenneming der zelve gesloten te zyn verklaerd, waren ten getalle van vyf. Door de opneming en onderzoek der gemelde inschryvings billetten hebben wy bevonden, dat d’ heer Soetendael schrynwerker te Heyst op den Berg, zig heeft aengeboden als soumissionnaris voor eene somme van zestien duyzend vyf honderd franken. 2° d’ Heer Carolus Tielemans schrynwerker te Schriek, voor eene somme van twaelf duysend zes honderd franken, 3° d’ Heer J.A. Van Boeckel ondernemer van werken te Lier voor eene somme van acht duyzend honderd zestien franken. 4° d’ Heer Joseph Van Boeckel ondernemer van werken ook woonende te Lier, voor eene somme van zeven duyzend, negen honderd negentig franken. En eyndelyk d’ heer P.V. Gramme voor eene somme van acht duyzend franken. Dezen laesten meester metzer woonende te Mechelen. Daer deze bevinding hebben wy overeenkomstig tot bepaelde kohier van voorwaerden, overgegaen tot den opbod, en den inzet van den prys bepaeld op vyf duysend franken, volgens welken men zal overgaen tot de aenbesteding der arbyedsloon van de te doen werken, telkens te verhoogen met tien francs. Alzoo de opbieding verrigtende zyn wy gekomen tot de somme van vyf duyzend zes honder franken, als wanneer d’ heer Petrus Josephus Gramme, meester metzer woonende in de lange nieuwstraat nr. 316 te Mechelen, door het zeggen van het woord myn zig als laesten aenneemer heeft aengeboden. Dien ten gevolge is den arbydsloon der te verigtene werken aen de vergrooting der kerk dezer gemeente, toegewezen en aenbesteed aen den hierbovengemelden heer Petrus Josephus Gramme, als laegsten inmeynder, voor de somme van vyf duyzend zes honderd franken, welken heer alhier tegenwoordig de zelve toewyzing heeft verklaerd te aenveerden, en zig stiptelyk te zullen gedraegen aen de plans en alle de hieraen betrekking hebbende conditien en voorwaerden. En is alhier mede gecompareerd en tusschen gekomen, d’ heer Nicolaus Happart, meester plafonneerder woonende te Mechelen, in de Antwerpsche straet nr. 56, den welken heeft verklaerd zig te stellen als borge, en zig gezamentlyk en solidairelyk met den aenneemer te verpligten, tot volle en eyndelyke uytvoering der toegewezene werken.
Blz. 15
Van welke alles wy hebben opgesteld in tegenwoordig proces verbael van aenbesteding, het gene den aenneemer, des zelfs borge, den heer Pauwels pastor der gemeente, en den heer Berckmans, provintiaelen Bouwmeester, met ons hebben geteekend, naer voorlezing.
Te Schrieck, dag maend en jaer als boven. (handteekeningen)… P J Gramme (aennemer) Happart (borge) L.Pauwels pastor president Den provintiaelen Bouwmeester Berckmans Het Kollegie van Borgemeester en Schepenen Den Borgemeester J Vermylen Ter ord. Den secretaris CH. Holemans
Gezien en goedgekeurd door den gemeenten raed van Schriek In zitting den 13e Mey 1844 Ter ordonnantie Den Borgemeester J.Vermylen Den secretaris CH.Holemans
Goedgekeurd door de Bestendige Deputatie van den provinciaelen raed In zitting te Antwerpen den 23 Mei 1844 De Deputatie (niet leesbaar) Ter ordonnancie De Provinciaelen Griffir E. De Cuyper
Vergrooting der kerk 04.07.1845
De ondergeteekende Joannes Norbertus Vermylen borgemeester te Schriek, en Ludovicus Pauwels pastor aldaer, handelende in naem van de gemeente en kerkfabriek van Schriek voornoemd ter eenre, en Josephus Servais meester plafonneerder gehuysvest te Antwerpen wyk 1 nr. 976, ter tweedere verklaren door deze te zyn overeengekomen als volgt te weten:
Dat hy Josephus Servaes hierboven gemeld, zich door deze overeenkomst verplicht te doen de werken van plafonneering en bezetting die er te verrigten blyven in de kerk deze gemeente, en bestaende voornamentlyk in het leggen der twee laeste laegen der plafonds der chooren, het bezetten der mueren der zelve als ook de pilaren, oude en nieuwe aengebouwde muren der kerk, en alle het gene er verder te maken is om de plafonnering, bezetting en voeging te voltoyen, volgens bestek en conditien des wege opgemaekt door den provintiaelen Bouwmeester, en ingevolge plan daer over bestaende, behoudens nogtans de volgende modificatien te weten:
Den aennemer zal de plafonnering met de cornichen moeten gelykvormig maken aen het thans bestaende plafond, en volgens plan;
In het midden der kruysbeuk om den ventilabrum zal hy eene rosette moeten plaetsen, volgens vraeg en goedkeuring van den heer pastor, en naer door hem op te geven grootte.
Het plafond boven de groote choor zal hy mogen voltrekken in maer een panneel, gelykvormig aen de oude, mits in ’t midden te plaetsen eene rosette ter grootte van omtrent de zes voeten diametre.
In den niche van den grooten altaer, zal hy moeten maken eene oog met straelen, rond welke eenen krans van wolken, met straelen doorschoten en waer in hy zal moeten brengen zes engelkoppen. In de twee klyne nichen der zychooren zal hy insgelyks eene oog in eenen triangel moeten plaetsen, en verders maken als boven is vereyscht.
Den aennemer zal mogen gebruyken gedurende het werk, de stellingen voor zoo veel zy aen de gemeente zyn toebehoorende en verders ten zynen eygen koste het noodige moeten byvoegen.
Hy zal den mortel moeten maken volgens vereyssching van het bestek en voor het uytvoeren der aenbestede werken gebruyken de bouwstoffen welke de gemeente zelfs zal en moet leveren ter plaetze in der voege dat den aennemer alle het handenwerk (main d’ œuvre) moet verrichten, zonder eenige uytneming.
Hy zal de bogen tegen over de zyde nichen komende, moeten gelykmaken aen de nichen.
De werken zullen alle geheelyk moeten voltrokken zyn op eenentwintigsten september eerstkomende op pene eener boete van vyf francs ten laste van den aennemer voor elken dag agterstel, te wederhouden op den aenbestedingsprys, zonder eenige formaliteyten van recht.
Deze aenbesteding is geschied, om ende mits eene somme van veertienhonderd francs welke aen den aennmer zal worden betaeld in twee differente payementen, te weten: de eerste beloopende op zeven honderd francs, zal gescheiden als wanneer het zal blyken dat te werken meer als half voltoeyd zyn, en de resterende zeven honderd francs, zullen moeten worden voldaen naer de geheele voltoeying der werken.
Tot volle uytvoering dezer overeenkomst, word er door de contraktanten domicilium verkozen, ieder in zyne actuele woonstede.
Aldus gedaen in dobbel en onder handteekens, te Schriek den 4 july 1845 J.N. Vermylen L. Pauwels Joseph Servais
|