Foto
Inhoud blog
  • Hallo!
  • Mijn werkmethode
  • ZENNER Joannes Adam (nr. 224)
  • VAN WATTEGHEM Martinus (nr. 508)
  • VERGAUWEN Egidius (nr. 216)
  • AUDENAERDT Marie Louise (nr. 15)
  • PALEO-PROBLEEM 1
  • EVERAERT Maria Joanna (nr. 83)
  • Een nieuw ontdekte Canadese tak: AUDENART
  • Marquette grond
  • VANKEERSBILCK Roger (nr. 186) en zijn begrafenis
  • Pater semper incertus
  • DHERT Alfons te Wachtebeke
  • Hoe oud was (nr.69) VAN DE VIJVERE Barbara toen zij stierf?
  • SLOSSE Jan (nr. 4784) en LAMELEYN Anthonette (nr. 4785)
  • Digitaal fototoestel helpt doopaantekening (nr. 68) VERMEULEN Joseph te lezen
  • Een forum over de naam "AUDENAERT" bij Geneanet
  • DHERT Livinus (nr. 448) en zijn nalatenschap
  • marriage Martinus VAN WATTEGHEM (nr. 508) and Maria VEREECKE (nr. 509)
  • Patroniem VAN WATTEGHEM , onomastische betekenis
  • Tot bij KAREL DE GROTE ??
  • Twee stammenreeksen tot bij Karel de Grote
  • Doorbraak in het onderzoek naar Johann Adam Zenner
    Zoeken in blog

    Links & PDF-downloads
  • Mijn website
  • Mijn Geneanet page
  • My pedigree (PDF)
  • Gedcom file of all my data
  • Genealogy Steen-Weterings
    my questions and your answers or vice versa
    16-05-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Tot bij KAREL DE GROTE ??
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Gezien elke mens ontstaat uit de samensmelting van één eicel met één zaadcel en dat deze cellen afkomstig zijn van respectievelijk één moeder en één vader is de structuur van een kwartierstaat heel eenvoudig. Je begint met de persoon waarvan je de voorouders wilt opsporen (meestal ben jij dat zelf), dat is de proband. Die krijgt het nummer 1. Hij heeft 2 ouders : vader, nr. 2 en moeder, nr. 3. In de daarvoorliggende generatie krijgen de 4 grootouders een doorlopende nummering: grootvader paterneel krijgt het nummer 4 en zijn vrouw nr. 5. Grootvader materneel krijgt nr. 6 en grootmoeder materneel 7 enz. Je merkt dat het aantal kwartieren per generatie steeds verdubbelt. Beginnende met jezelf, de “nulde” generatie heb je 20 = 1 individu (jezelf natuurlijk). Eén generatie verwijderd (deze van je ouders) 21 =2 (je vader en je moeder) en in de generatie van je grootouders (generatie 2) zijn er dat 4 grootouders : 22 =4 en zo ga je maar verder .

    Als we nu zouden aannemen dat er per eeuw 4 generaties zijn, dan kan je heel eenvoudig uitrekenen hoeveel directe voorouders je had in b.v. de tiende generatie voor jou , zowat rond 1858. Je past gewoon de formule 2x toe, waarbij x het aantal generaties is . dit zijn er dus in de tiende generatie 210 = 1024 (een Kbyte!). Nu kan je je wel voorstellen dat dit het uiterste maximum is, want hoe dieper je in het verleden graaft , hoe meer kans je hebt dat sommige kwartieren met elkaar verwant zijn. Zo kunnen per generatie dezelfde voorouders meerdere malen voorkomen. Dit heet dan kwartierverdubbeling.

    Daar het aantal voorouders in theorie (hiermùee bedoel ik zonder die kwartierverdubbeling) per generatie steeds mar verdubbelt, is de kans natuurlijk zeer groot dat je aansluiting kan vinden bij historische figuren. Het “nec plus ultra” is te kunnen afdalen tot bij Karel de Grote. Het probleem is ergens een stammenreeks te vinden , die je kan aanhaken aan een adellijke familie (ten minste als je zelf niet van blauwen bloede bent). Je moet dus een geschikte bastaardlijn kunnen vinden.

    Groot was mijn verbazing toen ik van de heer Grim uit Breda een mailtje kreeg met de vraag of het mij zou interesseren mijn bloedverwantschap tot Karel de Grote te kennen. Ik vermoedde onmiddellijk dat dit geen flauwe grap was, gezien ik zelf al verschillende tevergeefse pogingen heb ondernomen om aansluiting te kunnen vinden.

    Nu blijkt de heer Grim wel bijzonder goed te zijn gedocumenteerd. Hij is sinds meer dan 30 jaar in de weer met de oudst gekende West-Europese geslachten te inventariseren en de onderlinge verwantschappen ervan uit te rafelen. Zijn gegevensbank beslaat meer dan 120.000 individuen. De samenstelling van deze gegevensbank is dus wel een echt titanenwerk. Gewapend met dit genealogisch arsenaal schuimt hij het net af naar mogelijke "slachtoffers" (zo betitelt hij ze zelf!).

    Het zal wel voor elke genealoog een grote voldoening zijn om zijn kwartierstaat te kunnen aanhaken aan de oudste gedocumenteerde adellijke geslachten.

    Natuurlijk wordt je belangstelling voor een of andere verre historisch belangrijke voorouder gewekt en wil je er iets meer over weten, dus duik je de bib in en zo blijf je maar bezig….

    De stammenreeks die de heer Grim me presenteerde loopt via Hanneke (Marie, Janneke) Pijlijser, die een relatie had met Hertog Jan I van Brabant.

    Inmiddels ontdekte ik ,dank zij de website van Mevr Berckhof , nog een tweede die loopt via een relatie van Elsbena Wijfflit met Hertog II van Brabant (wettelijke zoon van Jan I) en wellicht zijn er nog vele andere.

    Kijk ook eens naar http://www.kareldegrote.nl . Hier vind je een heleboel interessante info omtrent de in onze contreien bestudeerde geslachtlijnen naar Karel de Grote.

    In de linkerkolom kan je mijn gedcom downloaden (is wel ongeveer 3 MB groot). Als je het doet zal je merken dat ik de verste kwartieren nog niet heb ingevoerd. dus het zal nog wel enkele maanden duren vooraleer ik alles heb ingevoerd (nu ja, “alles”, ik bedoel wat ik nu reeds heb, maar er komt altijd meer en meer bij. Dweilen met de kraan open heet het dan.

    16-05-2008 om 17:12 geschreven door Steen


    >> Reageer (1)
    17-06-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Twee stammenreeksen tot bij Karel de Grote
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Hier zijn mijn twee stammenreeksen naar Karel de Grote.

    Wellicht zijn er nog wel andere. Eens je in de grote adelhuizen verzeild geraakt bent ben je vlug via het ene adellijke geslacht verwant met het andere. Het feodale systeem werkte trouwens onderlinge verwantschap in de hand.

    Niet iedereen is van adelijken bloede. Als je tot het plebs ofte het gemene volk behoort, zoals uw zeer nederige dienaar, dan moet je ergens aansluiting trachten te vinden met een adellijk geslacht via een bastaardlijn.

    Dit is dus bij deze twee reeksen het geval: de eerste reeks sluit aan bij hertog Jan I van Brabant, via zijn relatie met Janneken Pijlijzer.

    De tweede reeks sluit aan bij zoon , hertog Jan II van Brabant, via diens relatie met Elsbena van Wijfflit.

    De delen van deze stammenreeksen die verschillend zijn van elkaar heb ik in het rood gekleurd.

    Dank zij deze wetenschap kan ik mij niet alleen beroepen op een rechtstreekse afstamming van Karel de Grote, maar ook van tal van andere historische figuren van formaat , zoals Willem de Veroveraar, keizer Frederiek Barbarossa , graaf Dirk van de Elzas, koning Fulco V van Jeruzalem en Maria Erotica.

    Wat de historische verdienste van laatstgenoemde Byzantijnse prinses wel mag zijn, kan ik alleen maar vermoeden. Als u er meer over weet, geef mij dan een seintje.

    Charles I de Francie
    Louis I d'Aquitaine
    Lothar I
    Irmingard Carolingien
    Reginar I von Darnau
    Symphoronia du Hainaut
    Robert I de Namur
    Albert I de Namur
    Hadwide de Namur
    Thierry I (II) de la Haute-Lorraine
    Thierry d'Alsace
    Mathieu d'Alsace
    Mathilde de Boulogne
    Hendrik II van Brabant
    Hendrik III van Brabant
    Jan I Van Brabant
    Jan Pijlijser
    Jan Pijlijser
    Jan van Valckenvoirdt Pijlijser
    Willem Jan Pijlijser
    Barbara Willem Pijlijser
    Jenneken Peter Niclaes Spapen
    Barbara Jan Goossen Wouters
    Catharina Michiel Dielis Jan sWagemakers
    Barbara Wouter Denijs Colen

    Michiel Adriaen van Iersel
    Theodorus Michiel van IerselAdriana Barbara van Iersel
    Johanna Catharina Wollaerts
    Jan Adriaan Weterings
    Joannes Weterings
    Lambertus Weterings
    Eduardus Joannes Weterings
    Adriana Celina Alphonsina Weterings
    Dirk Oscar Edward Steen

    en:

    Charles I de Francie
    Louis I d'Aquitaine
    Lothar I
    Irmingard Carolingien
    Reginar I von Darnau
    Symphoronia du Hainaut
    Robert I de Namur
    Albert I de Namur
    Hadwide de Namur
    Thierry I (II) de la Haute-Lorraine
    Thierry d'Alsace
    Mathieu d'Alsace
    Mathilde de Boulogne
    Hendrik II van Brabant
    Hendrik III van Brabant
    Jan I Van Brabant
    Jan II Van Brabant
    Jan Van Wijfflit
    Lijsbeth Van Wijfflit
    Jan Jan Bac
    Willem Jan Van Wijfflit
    Margaretha Willem Van Wijfflit
    Anna Jan Jan Back
    Catharina Cornelis Jan Heijmericks
    Anna Jan Laureijs sGreven
    Jan Hendricks van Iersel
    Adriaen Jan Hendricks van Iersel
    Michiel Adriaen van Iersel
    Theodorus Michiel van Iersel
    Adriana Barbara van Iersel
    Johanna Catharina Wollaerts
    Jan Adriaan Weterings
    Joannes Weterings
    Lambertus Weterings
    Eduardus Joannes Weterings
    Adriana Celina Alphonsina Weterings
    Dirk Oscar Edward Steen

    17-06-2008 om 21:14 geschreven door Steen


    >> Reageer (2)
    20-09-2010
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Doorbraak in het onderzoek naar Johann Adam Zenner

    Tekst reproduceerbaar mits bronvermelding

    Dank zij het verdienstelijke werk van een groep vrijwilligers bij het Rijksarchief te Brugge, kan sinds onlangs on-line op naam worden gezocht in de parochieregisters van een groot aantal parochies gelegen in West-Vlaanderen.

    Hiermee kan , bij een doodgelopen onderzoek, de spreekwoordige speld in de hooiberg worden gevonden, die het onderzoek terug kan aanzwengelen.

     

    Een zoekoperatie bij dopen onder de letter “Z” gaf o.m. de naam “Zehner” op[1].Dit bleek een voltreffer van formaat te zijn, omdat hierin tal van informatie voorkomt, die ons wellicht , met ietwat geluk, niet alleen zal toelaten de voorouders van Johann Adam Zehner (alias Zenner, Senner , Seiner) op te sporen in de parochieregisters van de Lutherse kerk te Winnweiler (D) maar ons ook de mogelijkheid zal bieden om  alle documenten op te sporen in het Kriegsarchiv te Wenen met betrekking tot zijn militaire loopbaan en misschien ook wel zijn doop- en huwelijksinschrijving bij een garnizoenskerk[2]

     

    Doopinschrijving van Joannes Carolus Zehner

     

    Filmrol nr. 293541 , Brugge, "Sint Salvator 3° afd. Dopen, trouwen , begraven 1760-1762:

     

    Transcriptie:

     

    “October 1760

    Die vigesima prima natus et baptisatus est joannes Carolus filius

    adami Zehner nati in Winwieder falckensthenia et baptisati ostenda

    in conventu fratrum Capucinorum (: abjurata heresi Lutherana ) die

    27 maii 1757 tum temporis militis cohortis Di Bethune

    et domitilla Engle etatis vigenti unius annorum nata in

    parochia de dadyzeele nomina hoc parentum sponte ab obstetrice

    fuerunt declarata susceperunt Carolus behaegel et maria

    behaegel.”

     

    Vertaling:

     

    Oktober 1760

    Op de eenentwintigste is geboren en werd gedoopt Joannes Carolus, zoon

     

    van Adam Zehner, geboren in Winwieder, Falkenstein, en gedoopt te Oostende

    in het klooster van de broeders Kapucijnen (nadat de Lutherse ketterij werd afgezworen) op

    27 mei 1757, toen tijdelijk militair bij het regiment van de Heer Bethune

     

    en van Domitilla Engle , 21 jaar , geboren on

    de parochie Dadizele. De namen van deze ouders werden door de vroedvrouw spontaan

    meegdeeld.

    Peter en meter waren Carolus Behaegel en Maria

    Behaegel

    Toelichting:

     

    nati in Winwieder falckenstenhia

     

    Met Winwieder wordt hoogstwaarschijnlijk Winnweiler (Kreiss Donnersberg, Rheinland–Pfalz, Duitsland) bedoeld.

    Winnweiler was de administratieve hoofdplaats van het graafschap Falkenstein. Door haar huwelijk met Frans-Stefaan van Lotharingen in 1736 werd het graafschap Falkenstein gevoegd tot de erflanden van keizerin Maria-Theresia.

     

    In de begraafaantekening van Johan Adam Zenner in het parochieregister van Ertvelde, luidde de herkomst: “ex Winderds in comitatu de Falkenstein”. (zie infra, afbeelding 2). Een oude benaming van Winnweiler is Windertsweiler.

     

    in conventu fratrum Capucinorum

     

    De Kapucijnen von Oostende waren inderdaad belast met de zielenzorg over de militairen van het garnizoen[1]

     

    abjurata heresi Lutherana

     

    Een onderzoek naar de doopinschrijving van A. Zehner in de Roomskatholieke parochieregisters van Winnweiler werd door mij uitgevoerd in 2005 en bleek negatief.

    Op dat ogenblik vertrok ik immers van de veronderstelling dat hij katholiek was, gezien zijn huwelijk met een meisje uit Dadizele en gezien de door mij gekende kinderen allen katholiek werden gedoopt. Aan een bekering heb ik toen niet gedacht.

    Een onderzoek van de parochieregisters van de Protestantse kerk te Winnweiler wordt gepland.

     

    Een onderzoek van de parochieregisters te Dadizele, Menen en Oostende naar het huwelijk van A. Zehner met Domitilla Engle bleek eveneens negatief.

    Normaal volgt bij bekering het huwelijk onmiddellijk op de doop (meestal dezelfde dag nog). Het valt te verwachten dat zowel de doopinschrijving als de huwelijksinschrijving van A. Zehner berusten in de parochieregisters van een Oostenrijkse garnizoenskerk.


    Doop en huwelijk hoop ik te kunnen vinden te Wenen, waar de registers van sommige garnizoenskerken worden bewaard in het Oostenrijkse Ministerie van Binnenlandse Zaken maar onder het beheer van het Kriegsarchiv (onder “Referat B”).

     

    die 27 maii 1757 tum temporis militis cohortis Di Bethune

     

    Mijn interpretatie is dat hij op die datum als militair tijdelijk gedetacheerd was bij een legeronderdeel dat onder het bevel stond van de Heer (de) Béthune.

    Een Oostenrijkse bevelhebber de Béthune is mij niet bekend.

    Daarentegen was er bij het Franse leger wel een cavalerie-regiment, waarvan Armand Joseph de Béthune, Markies van Charost,  bevelhebber was (mestre de camp). Dit regiment droeg eveneens zijn naam.[2].


    In 1757 is “le Renversement des Alliances” echter reeds van kracht.

    Bij Jacobus Bouwens[3] lees ik over de gebeurtenissen te Oostende in die periode:

     

    De Keyzerinne Maria Theresia ten dien Jaere in Oorlog gekomen zynde met Frederik den II., Koning van Pruyssen, vertrokken alle de Troepen, die in de Nederlanden waeren, nae het Leger op den Rhyn.

    Het Land hier door van Krygs-volk ontbloot zynde, wierd Oostende en Nieuwport aan de fransche geallieerde Troepen in bewaering gegeven, waer van vyf Bataillons op den 19 en 20 July 1757 aenkwamen. Den Generael Piza vertrok met d'oostenryksche Troepen uyt de Stad, het Gouvernement de zaelve overgevende aen den Lieutenant-generael Hugo de la Motte[4].

    Het onverwagt aenkomen van deze fransche Troepen, waer van'er maer zeer weynig hadden verwittigd geweest, veroorzaekte binnen de Stad zekere verbaestheyd.

     

    Indien Adam Zehner reeds eind mei tijdelijk gedetacheerd werd bij het cavalerieregiment “de Béthune”, betekent dit dat hij betrokken werd bij de voorbereiding van de machtsoverdracht te Oostende in juli 1757. Hij zou dus toen een rol van verbindingsofficier autgeoefend hebben.

    Het lijkt mij aannemelijk dat A. Zehner dan ook na de machtsoverdracht te Oostende en Nieuwpoort samen met “den generael Piza” is vertrokken.


    Met “den generael Piza”, wordt ongetwijfeld Peter Franz Freiherr von Piza (° Antwerpen, 13.02.1727) bedoeld.

    Deze was op die datum geen generaal maar Hauptmann,dus kapitein, in een Grenadierscompagnie van het regiment van von Wied-Runkel (het latere k.k. 28ste Infanterie-regiment)[5]. Hij werd er Hauptmann benoemd in 1754[6]. 

    Na de Slag bij Praag op 6 mei 1757 werd hij voor korte tijd aangesteld als Hauptmann  in het 14de Infanterie-Regiment (Salm-Salm) maar keerde kort daarna terug naar het Regiment Wied, waarvan hij het bevel over de 1ste Compagnie Grenadiers waarnam.[7]

    In 1758[8] promoveerde Piza tot majoor en kreeg er het bevel over het 3de Batallion van het regiment Wied dat in dit jaar met 791 man te Brugge lag[9].

     

    Joannes Zehner werd geboren te Brugge op 21 oktober 1760 en volgens het regimentsboek van het k.k. 28 ste Infanterieregiment, had het 3de Bataillon onder het bevel van Piza geen deel aan de operaties in 1759 langs de Oder en in Bohemen.

    Ik neem derhalve aan dat Piza in 1759 het kwartier te Brugge niet heeft verlaten en er wellicht is gebleven tot de winter 1759-1760 voorbij was).

    Het is mij niet bekend of dit 3de Bataillon van de Piza voorzien was van een compagnie ruiterij.

     

    Het 14° Dragoner Regiment was van 1749 tot 1762 in Gent gekazerneerd, van 1763 tot 1765 te Brussel en van 1791 tot 1798 te Doornik. In 1757 was Graf Daun de “Inhaber” (eigenaar), het jaar daarop was het Philipp Fürst Löwenstein-Wertheim en in 1759 , Graf Saint-Ignon. Dit regiment werd verschillende malen geherstructureerd. Vermeldensswaardig is dat Löwenstein het Regiment aanvulde met een” Chevaux-léger”-regiment van 12 Compagnies (“ Jung Löwenstein”). Het jaar daarop werd dit “Chevaux-légers” er terug van afgesplitst.

    Het is dus mogelijk dat Zehner deel uitmaakte van een compagnie “Chevaux-légers”, die gedetacheerd was bij het 3de Bataillon van het regiment Wied.

     

    Vermeldenswaardig is dat het regimentsboek van het k.k. 28ste Infanterieregiment gewag maakt van een “von Zehnter” , Oberstleutnant benoemd in 1758 en Hauptmann in 1759. Deze von Zehnter transfereerde uit het regiment Wied in 1756[10]

     

     

     

     

    Begraafinschrijving van Joannes Adam Zenner

     

    Filmrol nr. 290018 , Ertvelde, begraven 1633-1803:

      

    Transcriptie

     

    “Anno millesimo septingentesimo octogesimo

    die vigesima prima mensis januarii hora

    vesperi octava obiit Joannes Adam Zenner

    ex Winderds in comitatu de falkenstein

    maritus domitilla heinglé etatis 52 annorum

    sepultus officio semido garde sua Majtis

    -J:B: De Smet pastor in Ertvelde “

     

    Vertaling:

     

    In het jaar duizend zevenhonderd tachtig

    op eenentwintig januari om

    acht uur ’s avonds overleed in de leeftijd van 52 jaar

    Joannes Adam Zenner

    afkomstig uit Winderds in het Graafschap Falkenstein

    echtgenoot van Domitilla Heinglé,

    begraven met middagdienst.

    Hij was Garde van Hare Majesteit.

    J.-B. De Smet, pastoorten Ertvelde.

     

    Mij is niet duidelijk of de betiteling “garde suae Majestatis” steeds duidt op een bereden graad in het leger.

     
    Dirk Steen

    20 september 2010 



    [1] “De geschiedenis van de kapucijnen en de kapucijnenkerk te Oostende”, De Groeve A. , “De Plate” nr. 16 (1987), p. 169-230

    [2] “Dictionnaire Géographique, historique et politique des Gaule et de la France”, l’Abbé Expilly, Avignon 1763, p. 624: Armand-Joseph de Bethune, aujourd’hui Duc de Charrost, Mestre-de-Camp d’un Régiment de Cavalerie de son nom depuis 1757; “Gazette van Gendt , N° 17, 28.2.1760, p. 3 :” Armand-Joseph de Bethune, Hertog van Charost,… Veld-Meester over een Regiment Cavalerie van zynen Naem, is  de 19 deze in den Houwelyken Staet getreden  …”

    [3] “Mondelynge Beschryvinge der oude  en beroemde zee-stad Oostende, gelegen in Oostenrycks Vlaanderen., 1792 , Jacobus Bouwens, p. 131

    [4] Een luitenant-generaal met de naam  “de la Motte” werd niet gevonden in “Le Dictionnaire Généalogique, Héraldique, Historique et Chronologique, Paris, Duchesne, 1761. Wel was Henri Charles de la Motte vanaf 8 december 1755 kolonel bij een bataillon van “le Corps Royal de l’Artillerie et du Génie”  Dit Bataillon stond onder zijn bevel van 1755  tot begin 1759 (p. 635 en p. 720 van “le Dictionnaire”). Gedurende die periode droeg het zijn naam. 

     In 1756 werd het bataillon  “de la Motte” naar  Duitsland gestuurd en nam er - net als de “Royal Pologne” - deel aan de Slag van Hastembeck op 26 juli 1757 (“Organisation du Corps d’Artillerie, http://vial.jean.free.fr/new_npi/revues_npi/4-1998/npi_498/4_art_org_g7.htm ).

    In januari  1759 veranderde de naam in “Bataillon d’Invillers”, genoemd naar de nieuwe bevelhebber.

    Met  lieutenant –General Hugo de la Motte kan dus niet Colonel Henri Charles de la Motte zijn bedoeld omdat die zes dagen later in Hastembeck slag leverde. Wellicht betreft het een legeronderdeel die onder lleiding stond van een telg van het adellijk geslacht “de la Motte-Ango “, wat bij Jacobus Bouwens werd verbasterd tot Hogo de la Motte.

    [5] “Geschichte des k.k. 28. Infanterie-Regiments, F.Z.M. Ludwig Ritter von Benedek, Verlag des Regimentes, Wien, 1878,  p.291

    [6] ibid. , p. 296

    [7] ibid., p. 50-51

    [8] ibid., p. 296

    [9] ibid., p. 58

    [10] ibid., p.298



    [1]  zie http://www.vrijwilligersrab.be/PR-D-Detail.asp?ID=927453

    [2] De parochieregisters van de garnisoenskerken worden bewaard onder het beheer van het Kriegsarchiv in het “Referat B” bij het archief van het Oostenrijkse Ministerie van Binnenlandse Zaken. (Zie “Vlaamse Stam”, 1985, p. 411)

    20-09-2010 om 18:16 geschreven door Steen


    Tags:Zenner
    >> Reageer (0)


    De genealogische gegevens betreffen kwartieren in volgende streken:

    Ascendenten  van Oscar Steen en Martha Breemersch: Roeselare, Izegem en omliggende gemeenten;
    Ascendenten van Edward Weterings: Oosterhout en omliggende gemeenten
    Ascendenten van Coralia Dhert: Meetjesland (vooral Assenede Ambacht) en Zeeuws-Vlaanderen.


    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    Archief per week
  • 20/09-26/09 2010
  • 16/06-22/06 2008
  • 12/05-18/05 2008
  • 22/01-28/01 2007
  • 15/01-21/01 2007
  • 23/10-29/10 2006
  • 09/10-15/10 2006
  • 30/01-05/02 2006
  • 23/01-29/01 2006
  • 26/12-01/01 2006
  • 19/12-25/12 2005
  • 12/12-18/12 2005
  • 28/11-04/12 2005
  • 31/10-06/11 2005
  • 10/10-16/10 2005
  • 03/10-09/10 2005

    Blog als favoriet !

    Zoeken met Google




    Blog tegen de regels? Meld het ons!
    Gratis blog op http://blog.seniorennet.be - SeniorenNet Blogs, eenvoudig, gratis en snel jouw eigen blog!