Intermezzo: Over die andere griepvirussen. Een interview met Omsk Van Togenbirger
(Tekst d.d. 8 maart 2021)
OVT: De zaak is dat ze zich allemaal blind kijken op het coronavirus...
– Omsk Van Togenbirger! Maar... ik had u niet gezien!
OVT: Wat niet betekent dat ik er niet was. En zo is het ook met nog een andere zaak.
– Een andere zaak?
OVT: Het leger griepvirussen dat zich momenteel in slagorde opstelt!
– Maar er is dit jaar helemaal geen griep!
OVT: Heb ik u nog niet verteld over het aanpassingsvermogen van covid-19?
– Je bedoelt de varianten?
OVT: De mutaties, ja: van zodra de maatregelen verstrengen, nemen de kansen voor het virus af, het voelt zich bedreigd en steekt een tandje bij. Het wordt dus agressiever: besmettelijker en dodelijker.
– Kennelijk, ja...
OVT: Maar heb je er al bij stilgestaan dat hetzelfde uiteraard ook zal gebeuren met alle andere virussen!
– Hoezo?
OVT: Sinds men ons bang gemaakt heeft voor corona, zijn alle mensen maatregelen gaan nemen om de verspreiding van het coronavirus in te dijken.
– Klopt, ja.
OVT: Maar uiteraard worden op die manier ook alle andere virussen de pas afgesneden.
– Welke virussen?
OVT: De griepvirussen bijvoorbeeld!
– In het meervoud?
OVT: Ik ben geen viroloog maar naar het schijnt is het aantal van de griepvirussen niet te tellen. En die staan nu allemaal voor het voldongen feit van de algemene verstrenging van de menselijke hygiëne, wat voor hen betekent dat zij de broeksriem moeten aantrekken: willen ze overleven, dan moeten ze allemaal een tandje bijsteken.
– Bedoel je nu dat je denkt dat alle griepvirussen agressiever zullen worden?
OVT: Wel, er zal voor die beestjes niet veel anders opzitten en de drang tot zelfbehoud en soortbehoud geldt voor elk schepsel Gods: voor mensen, voor covid-19 maar uiteraard ook voor die ontelbare griepvirussen die tot voor kort als het ware onze tafelgenoten waren. Want zonder dat wij het goed beseften, hadden wij met de vele griepjes een stilzwijgend contract gesloten. Wij hebben ze geduld op voorwaarde dat ze zich een beetje koest zouden houden. Nu zullen ze zich vanzelfsprekend onbemind voelen en bedreigd. Het staat als een paal boven water dat ze zullen terugslaan.
– Geheel meedogenloos?
OVT: Je lacht ermee maar kijk eens wat er gebeurd is toen Columbus aanmeerde in Amerika, in 1492. Dat continent was al vele duizenden jaren bewoond door Indianenvolkeren. Zij hadden uiteenlopende hoogstaande culturen, spraken meer dan honderd verschillende talen. Waarschijnlijk waren dat in oorsprong Mongolen, Aziaten, bewoners van wat nu Siberië is en China. Je ziet het aan hun zwarte haren en hun huidskleur: even onterecht als zij 'Indianen' heten, want Columbus heeft nooit geweten dat hij niet in Indië aanmeerde, even onterecht heten zij ook 'roodhuiden', want ze zijn geel. Zij kwamen via de Beringstraat, die de Grote Oceaan van de Noordelijke IJszee scheidt en het Aziatische van het Amerikaanse continent. Ze kwamen van het huidige Siberië naar het huidige Alaska. Voor het Plioceen dat eindigde, zo'n 2,5 miljoen jaar geleden, was daar nog een landbrug tussen de twee werelddelen, wat bewezen wordt door het specifieke dierenbestand in de continenten. Maar ook in de laatste ijstijd die duurde tot 11.500 jaar geleden, kwam die zee-engte droog te staan of kon men over het ijs van het ene naar het andere werelddeel lopen. Het is een zee-engte van zo'n 70 km, er is trouwens nog een tussenstop mogelijk op twee eilandjes, de Diomedeseilanden, waarvan het ene Russisch is, het andere Amerikaans. In 1988 zwom daar nog een vrouw van Rusland naar Amerika - ik geloof dat zij Lynne Cox heet. Maar waar was ik gebleven?
– Je zei dat Columbus...
OVT: Inderdaad, toen Columbus in Amerika aanmeerde in 1492, besmette hij de Indianen met ziektekiemen uit Europa en zij stierven bijna voltallig uit.
– Wat bedoel je?
OVT: Enerzijds waren de Europese ziektekiemen vreemd voor de Indianen, zij hadden er dus geen afweer tegen. Anderzijds vormden de virussen wellicht een bom!
– Een bom?
OVT: Hoe lang duurde de tocht van Columbus? Verschillende maanden, zij het met tussenstops, maar het merendeel van die tijd zaten de Europese microben als het ware gevangen bij de scheepsbemanning. De beestjes moeten gedacht hebben dat er geen mensen meer waren en dat zijn hun nesten! Ze zullen in paniek geslagen zijn en eenmaal op het vasteland, hebben ze hun kans gegrepen en hebben zij zoveel mogelijk Indianen zo rap mogelijk besmet.
– Is dat niet een beetje... 'fantastisch'?
OVT: Ongetwijfeld. Maar kijk, in één klap waren alle Indianen weg. Vandaag ziet men iets gelijkaardigs inzake het bosbestand: de bomen worden overal door micro-organismen aangetast. Zeven van de twintig bomen in mijn tuin zijn aangetast, drie staan al helemaal verdord. Kijk eens goed rond: overal vallen de bomen om. Kenners hebben de mond vol over allerlei microben, schimmels, weet ik veel. Maar die leefden vroeger ook. De zaak is alleen dat de micro-organismen nu in paniek verkeren.
– En waarom?
OVT: Door de ontbossing! Heb je dan nog niet gehoord van de kap in het regenwoud? Zoek het maar eens op, hoeveel hectaren bos dagelijks moeten sneuvelen! Ik heb je toch verteld dat het overspringen van het coronavirus naar de mens wordt toegeschreven aan het feit dat de mens het aanvankelijke nest van deze beestjes aan het opeten was? Voordien woonden zij namelijk in de schubdieren, die staan sinds kort in China op het menu. Als een soort met uitsterven wordt bedreigd, springen de microben die vegeteren op die soort, uiteraard naar andere soorten over - wat zou je trouwens zelf doen in dat geval?
– Dat lijkt me niet erg wetenschappelijk...
OVT: Wel, de wetenschap heeft zo haar tempels, zij werd het monopolie van zekere machthebbers, zoals trouwens ook de godsdiensten, maar gelukkig kan niemand verhinderd worden om te weten. Al is het uitgerekend dat wat de nieuwe potentaten proberen te doen. Las ik daar onlangs niet iets op de blogs over de tirannie van de quasi-geleerdheid, zoals Dostojewskij ze noemde? Tot later, misschien!
– Tot later, Omsk Van Togenbirger...
|