Een scherpe bliksem doorkliefde met enorme snelheid de lucht.
Amper één sekonde later volgde een intens harde donderknal.
Hier en daar trilden enkele dakpannen en massa’s reuzegrote
regendruppels vulden ineens de plots heldonker geworden lucht.
Krakend volgde de ene bliksemslag de andere op en aan de nu
zopas gevormde waterplassen zag je dat het aardoppervlak
lichtjes schudde.
Zonder enige merkbare reden doofde de straatverlichting en
hulde de ganse omgeving in een lugubere duisternis. Met een
beetje verbeelding kon je hier en daar de duistere figuur van een
duivel ontwaren die, grinnikend op zoek naar buit, hier en daar
een woning binnenging.
Luid gegil overstemde het door het onweer gemaakte lawaai en
liet intens scherp een op menselijke stemmen lijkend gehuil horen.
Vreselijk zeg ! En ik probeer nu net een uil te vangen en draai me
in de grote zetel om me uitgestrekt op een andere zij te keren.
Mocht dat menselijkerwijze mogelijk zijn ik sprong horizontaal
een meter hoog. Voor het raam van mijn op het gelijkvloers
gelegen salon stond een duivel, grinnikend en in de rechterhand
een kleine drietand op en neer bewegend. Hij lachte en tussen
zijn geopende donkere lippen kwamen over de ganse breedte
afschuwelijke zwarte misvormde gedeeltelijk met schuim
bedekte tanden zichtbaar. Uit beide grote spitse oren kwam
hete damp en een klein scherp bokkebaardje sierde zijn kin.
Toen verloor ik het bewustzijn.
Ik opende mijn ogen op een dunne kleine streep. Ze verder
openen was niet mogelijk want een felle zon verblindde me.
Ondanks mijn goede voornemens om met behangen te
beginnen was ik dan toch in slaap gevallen.
|