“Braaf jouw melk drinken hoor jongen ! Nu ge vijf jaar gaat
worden moet ge dat heel alleen kunnen. Mama gaat nu brood
halen voor ons ontbijt.”
“En boterkoeken mama ?”
“Neen jongen. Brood. Dat is gezonder.”
“Ja mama.”
Enkele minuten later komt moeder terug binnen en legt een
brood op de keukentafel.
“Wat is dat mama ?”” Dat is een turks brood jongen. En
begin nu maar al te eten. Ik zal al een stuk afsnijden, ik
telefoneer nog even en dat kom ik mee ontbijten.” “Ja mama.”
De moeder is amper de keuken uit en de kleine jongen laat
zich van zijn stoel glijden. Mama denkt toch niet dat hij van
’s morgens vroeg hesp, worst en konfituur gaat eten zeker.
Resoluut opent hij de kelderdeur en zoekt de pot choko die
die moeder daar verstopt. Das rap gedaan.
Maar het afgesneden stuk brood ziet de kust schoon en valt
de gekookte hesp aan. Die verweert zich natuurlijk en beiden
rollen over het tafelblad.
De pot konfituur kijkt het van eenzelfde kleur gemaakte
politiek blad aan en vraagt : Wat moeten we doen ?
“Ik niks!” antwoordt het krantje. “Jij moet je daar in mengen.
Niet ik. Ik moet advies geven. Trouwens, mijn bladen zouden
kunnen vuil worden. Meng jij er maar mee.”
De varkensworst kan de ongelijke strijd niet meer aanzien
en laat zich op het brood vallen. Het gevecht wordt zo hevig
dat allen van de tafel rollen en op de vloer terecht komen.
Op dat moment komen de hond en de kat de keuken binnen.
De eerste neemt de worst voorzichtig tussen zijn tanden,
de kat ontfermt zich over de hesp. Het jongetje komt de
keuken binnen en ziet de hond en de kat met hun buit weg-
vluchten. Nog met de handdoek over haar natte hoofdharen
komt nu ook moeder binnen en ziet het stuk brood bewegings-
loos op de grond liggen.
“Mama!” vraagt het jongetje, de choko nog op de lippen,
“waarom lusten dieren geen turks brood ?”
|