Mijn meer dan 50 jaar ervaring met tuinieren en het telen van vele soorten (klein)fruit zonder scheikundige bemesting en - spuiten wil ik meedelen en zelf nog bijleren. Doch de wereld is groter dan de tuin. Daar is eveneens veel te zien en te beleven.
22-07-2016
Feedback Connect
Feedback Aardappelras Connect
Dit jaar at ik Connect van vier verschillende kwekers en allemaal de beste patat die ik in jaren at. Jong geoogst vielen ze ferm tegen. (Mijn veronderstelling: Waarschijnlijk nog te vast ? Later iets meer bloemig?) Vooral de lang bewaarde zijn erg lekker. De laatste at ik op (van de Dobbelhoeve) een drie weken geleden
In de rassenproeven biologische aardappel van Inagro(*) halen verschillende plaagresistente rassen een goede opbrengst, zelfs onder hoge plaagdruk. Een aantal van deze rassen worden nu geïntroduceerd in de praktijk. Carolus lijkt het standaardras te zullen worden voor biologische friet. Connect is sterk in het veld en de kwaliteit lijkt net te voldoen. Alouette is een nieuw ras met rode schil dat zeer beloftevol lijkt als vastkokende tafelaardappel.
De resultaten tonen aan dat men met een aangepaste oogstdatum een aantal kwaliteitsaspecten van de beschouwde rassen kan optimaliseren. De droogte tot half augustus, gevolgd door vochtige bodemomstandigheden daarna, waren bepalend voor de evolutie van het onderwatergewicht en daarmee ook een aantal andere beschouwde parameters.
Alouette is een kwalitatieve, halflate tafelaardappel met rode schil. Het ras kookte steeds vast, de smaak was goed en verbeterde nog bij afrijping. Een onderwatergewicht boven 350 g/5kg lijkt minstens nodig om eventueel ook als frietaardappel dienst te doen.
Carolus is laat en heeft een witte schil met rode oogjes. Het ras was steeds frietgeschikt en ook de smaak was steeds voldoende. De kookvastheid was goed bij een vroege oogst op 4 en 17 augustus, terwijl dan met resp. 44 en 51 ton/ha al goede opbrengsten waren gehaald.
Connect is zeer laat en heeft een witte schil. Qua smaak gekookt en frietgeschiktheid valt het ras net op of onder de lat. Een vroeg oogsttijdstip is ook bij dit ras voordelig voor de kookvastheid.
Een deel van mijn aardappelen had ik geplant op een laag gelegen stuk. Een vijftal jaar geleden had ik er een goede oogst. Nu zijn ze echter allemaal verdronken. Ik wist niet dat dit kon gebeuren.
Een paar weken geleden kwam Paul Bekaert op bezoek. Begin der 80-tigerjaren patronneerde hij de eerste Fruitwerkgroep Velt Antwerpen-Voorkempen. Hij raadde mij de aardappel Connect aan.
(*) INAGRO VZW 2011 De nieuwe naam van POVLT, Provinciaal Onderzoeks- en Voorlichtingscentrum voor Land- en Tuinbouw al opgericht in 1956. (West-Vlaanderen)
INAGRO heeft een afdeling biologische productie: het CCBTCoördinatieCentrum praktijkgericht onderzoek Biologische Teelt te Rumbeke-Beitem.
Het is wel een stuk rijden. Je komt in 9 van de 12 Nederlandse provincies. Willem is chauffeur van “De Stille Kempen” en vader Theo is gids. Hij wist bijzonderveel te vertellen. Ik hoorde hem graag bezig ter aanvulling van mijn kennis. In Meerkerk, al voorbij Gorinchem hebben we een stop voor koffie/thee met een flink stuk, lekkere taart.
We rijden eerst niet terug de autoweg op maar over een landschappelijk mooie polderweg.
Langs het veluwemeer komen we via Zwolle in de provincie Overijssel.
Langs de Oude Rijksweg over Rouveen naar Staohorst is het een lintbebouwing van mooie, oude boerderijen, veelal met stro bedekt en mooi geschilderd. Ze hebben, op een uitzondering na, hun vroeger functie verloren. Ze staan met hun zijgevel naar de weg, soms meerdere achter elkaar. De kerkdorpen houden vast aan de oude levensgewoonten, klederdracht en het ter kerke gaan. In de kerk van Staphorst plaats voor 2300
We bezoeken de museumhoeve.
Daarna is het maar een half uur rijden tot Giethoorn; daar haast geen wegen, maar allemaal kanaaltjes: het Venetië van het Noorden. Na het middagmaal stappen we op een ‘punter’ voor een vaart over een wirwar van kanaaltjes. We stappen uit voor een wandeling naast een van de langere kanalen. Er stappen wel wat toeristen, maar dat Giethoorn door 5 miljoen toeristen bezocht wordt volgens de jonge schipper lijkt mij opschepperij. Langs die weg stap je voortdurend over smalle, wel met een leuning afgeboorde, smalle bruggetjes. Ik geloofde hem dat je met een stuk in je kraag er makkelijk naast kunt fietsen voor een frisse duik. Er is geen foto bij van een dergelijk bruggetje, wel van de hoge bruggen over een kanaal.
Bij de terugkeer rijden we door Flevoland, 165 000ha nieuw land veroverd op de Zuiderzee en Nederlands 12 de provincie. Tot eind der zestigerjaren kon men toen nog rondrijden op de ringdijk rond het nog niet ontgonnen land. We trokken er enkele keren naartoe voor de vogels met De Wielewaal Voorkempen, waarvan ik in 1966 medeoprichter was. Nergens anders heb ik zoveel grote, donkere wolken spreeuwen gezien. Die zie ik niet meer.
’s Morgens had ik met een half oor gehoord dat we op de terugweg nog in Zeeland zouden stoppen voor een koffietafel en dat begreep ik niet.
In Ravenstein verlaten we de autoweg en rijden het binnenland in. Na een tijdje zie ik het naambord van het dorp “Zeeland” en we stoppen aan “Het Witte Huis”.
Vorig jaar met het zeer droge weer, kwamen de uitlopers van de aardbeien maar zeer traag op gang. Dit jaar zijn ze er vlug bij.
Van Yves Hendrickx van het biologische proefcentrum te Pamel heb ik geleerd dat je plantgoed kunt kweken in een laag compost op worteldoek. Aldus vermijd je besmettingen.
Dit bracht mij op een idee. In plaats van het onkruid te verwijderen tussen de bedden leg je er worteldoek van een meter bovenop. Het onkruid eronder wordt zelf plantenvoedsel. Enkel de zijkanten wat proper maken.
Kleinzoon Jonas moest wel menige kruiwagen houtcompostgrond van waar enkele jaren een grote hoop takken te verteren lag, aanvoeren.
De uitlopers die tijdelijk wat weggeplooid lagen werden terug naar buiten gelegd . Ze zullen verder wortelen en over een maand worden de beste planten uitgeplant op de nieuwe bedden.
Mijn aardbeien worden twee jaar aangehouden. Enkel van de bedden van de eenjarige planten worden planten gekweekt. Tot nog toe met voldoende succes, alhoewel die vorig jaar- zonder begieten- eigenlijk te laat kwamen.
Niet ver van Bobbiaanland te Lichtaart hebben Polle en Veerle hun 600 geiten tellende bedrijf.
Ik heb Paul D’Haene leren kennen in 1976. We richtten bij ons op het toenmalige landelijk secretariaat van de VELT een jeugdkamp in dat zou geleid worden door een oud-Koreaan. Die kwam uiterlijk niet opdagen en ik kon inspringen. Een van de deelnemende jongeren was Paul D’Haene, toen nog student landbouw te Geel.
Later startte hij en Veerle een landbouwbedrijf te Westmalle. Ze hadden ook geiten en het was blijkbaar liefde op het eerste zicht. Ze vonden uitbreiding in Lichtaart, waar ze nu een bloeiend bedrijf hebben.
Leiden Rijks Museum Oudheid en Nigrum Pullum Zwammerdam
Leiden Rijks Museum Oudheid en Nigrum Pullum Zwammerdam
Met de Antwerpse Vereniging Romeinse Archeologie (19/06)
Naar Leiden gingen we in eerste instantie voor de tentoonstelling “De Romeinse Kust in Nederland”. Tom Hanzenberg, archeoloog en medeorganisator van deze tentoonstelling was onze eminente gids.
De toenmalige Rijnarm vormde in de Romeinse tijd de grens van het Romeinse Rijk, Limes in het latijn, met wachttorens en op regelmatige afstand een versterking of Castellum met geniesoldaten en ruiters.
Boven de Limes lag o.a. het fort Flevum te Velsen dat door de in opstand gekomen Friezen in 28 na chr. vernietigd werd en de Friezen voor verdere overheersing behoede.
Langs de kust hadden Zuid Holland en Zeeland eveneens castella. Die speelden een rol, vooral voor de handel met en de bezetting van Engeland en tevens als bescherming tegen de zeepiraten; als laatste in Nederland Aardenburg-Sluis. In het verlengde was dit met Oudenburg bij ons het geval.
Het RMO bevat heel wat schatten uit de oudheid en toont ook een hele brok voorgeschiedenis, afgesteld op de vele bezoeken door scholen, maar ook voor mij leuk om te zien.
In de namiddag gaan we een castellum bezoeken, het Nigrum Pullum , (zwarte aarde) te Zwammerdam. Bij de voorbereidende graafwerken in 1969 voor de paviljoenen van een meervoudig gehandicaptencentrum, gelegen op de sinds de middeleeuwen dichtgeslibde en afgesneden Rijnarm, stootte men op 6 scheepswrakken uit de Romeinse tijd en de ernaast gelegen Romeinse vesting.
De scheepsresten wachten in containers voor restauratie en een passend gebouw. In het ontvangst ’Grand Café’ van het centrum heeft men museumkasten opgesteld en bij het binnentreden loopt men over de nagebouwde vloer van een Romeins vrachtschip.
Na de uiteenzetting door Tom Hazenberg gaan we de ligging van het Nigrum Pullum bekijken. Van de opgravingen is niets meer te zien, enkel houten maquettes en met vlaggen afgebakende perceelgrenzen.
Naar aanleiding van de Lookoogst op de blog vroeg iemand naar mijn tuingrond. In bio zorgt men in eerste instantie voor een goede grond.
Mijn tuingrond, Kempische zandgrond te Zoersel is sinds 1970 biologisch. Er werd nooit behandeld. Wel gebruik ik insectengaas op de wortelen.
In 1970, toen dit perceel, met vroeger de groeven van de boer, en al jaren braak liggend, geploegd werd was het nog stuifzand.
De grond werd jaar na jaar verbeterd met compost, basalt - , lava – en kleimeel (bentoniet). Er werd zeealgenkalk gestrooid.
Als bijbemesting gebruik ik Biogro 7 3 10. (Orgamé)
Het is nu een rijke grond geworden, die bij droogte barstjes , als van een kleigrond kan vertonen.
De look werd geplant op het bed van de na 2 jaar geruimde, verhoogde aardbeien. Vandaar dat het daar wat hoger ligt en er geen staand water was als op andere tuingedeelten, waarover ik berichtte op de blog.
Gisteren werd de look uitgedaan. Klodden natte grond plakten er aan. Deze werden verwijderd met de regenwormen.
De look werd verder gewassen. Wat in dit geval ook belangrijk is, is het uitstekende Franse ras.
De riviernamen zijn al lang geleden vastgelegd. Ik sta er versteld van hoe mensen in oude tijden de juiste hoofdtakken toen al goed hebben kunnen traceren. Ik ben bij het begin van de Maas, Rijn, Rhone, Donau, Moezel, Loire etc. geweest.
De stromingen van Rijn en Maas zijn in de tijden nogal wisselend.
De hoofdstroom van de Rijn en nu nog de benaming loopt bij Wijk bij Duurstede naar het Noorden. Langs Utrecht, Alphen, Leiden, Valkenburg en mondde net benoorden Katwijk in zee. Deze tak is afgedamd en vormt nog een klein kanaaltje. De naam Rijn komt overal nog voor, ook in de straatnamen (zijn oude oevers).
Voorbij Wijk bij Duurstede heet de hoofdstroom dan ook Lek en is eigenlijk een zijtak van de Rijn. Nadat de Waal en de eigenlijk hoofdtak van de Maas samenkomen heet de rivier Merwede. De Bergse Maas na Heusden is eigenlijk een gegraven kanaal. Gorichem ligt dan ook aan de Merwede. Slot Loevestein lag vroeger heel strategisch. Bij de bouw was er nog geen Bergse Maas.
De Biesbosch is ontstaan na een van de Elizabethvloeden. De dijken van toen nog polders waren doorgebroken en omdat de besturen toen jarenlang redetwisten over het betalen van de reparatie van de dijken is dit natuurgebied onstaan.
Dordrecht was dus in vroegere tijd een zeer belangrijke haven. De Zeeuwse eilanden waren nog niet met elkaar verbonden en Zeeland was meer een open zee met wat eilanden
Er loopt nog een water van Dordrecht tot Spijkenisse voorbij Rotterdam wat de "Oude Maas" heet. De "Nieuwe Maas" loopt door Rotterdam.
Waar de Lek en de Noord vanaf Dordrecht samenkomen heet het "Nieuwe Maas". Krimpen a/d Lek ligt aan de Lek, maar Krimpen a/d IJssel loopt door tot aan de Nieuwe Maas.
Rotterdam, genoemd naar de rivier de Rotte, ligt dus aan de Nieuwe Maas en noemt zichzelf Rijnmond. De straatnamen heten in Rotterdam dan ook "Maaskade" etc.; zal wel door de invloed van Erasmus komen.
Het zeekanaal wat nu Rotterdam verbint met de zee was vroeger de Maasmond.
Namen zijn ondermeer Maassluis, Maasdijk en Maaslandkering.
De naam Maas tussen Woudrichem en Dordrecht kom ik op kaarten niet meer tegen.
Ik hoop dat je in de nu wirwar van namen iets wijzer bent geworden.
Al vele jaren plant ik van mijn eigen look. Telkens selecteer ik de dikste knolletjes om te planten. Het planten gebeurt ongeveer half oktober. Wat later kan ook nog.
Veel vroeger plantte ik in de lente; maar de opbrengst is heel laag.
Vorig jaar was ik op de Tuindagen van Beervelde en schafte bij een Fransman een prachtig plantras aan. Ben wel de naam vergeten. Blijkbaar had hij ook een ras om in de lente te planten, maar dat betrouw ik veel minder.
Als je in het najaar plant heb je in de lente al een weelderig ogend gewas in de voor de rest nog kale groentetuin. Bezoekers op de Open Velttuindag dachten dat de dikke stengels prei waren!
Bij sommige foto’s ligt een lookstreng van vorig jaar. De bewaring is nog vrij goed. Slechts enkele beginnen te schieten. Bewaart het nieuwe ras evengoed? Het zijn grote tenen wat paars betoond.
In Gorinchem of Gorkum, zoals de stad meestal genoemd wordt komen de grote rivieren de Maas en de Waal (Rijn) en de kleinere Linge samen en vormen samen de Merwede.
Ik heb mij steeds afgevraagd hoe dat eigenlijk met die grote stromen in elkaar zit. Op Nederlands grondgebied heeft de Rijn zich gesplitst: een arm loopt over Arnhem en wordt verder de Lek die naar Rotterdam stroomt. De tweede Rijnarm stroomt over Nijmegen en wordt de Waal. In Woudrichem komt er een tak van de Maas bij en iets verder in Gorinchem de kleine Linge. Ze vormen samen de brede Merwede. Iets voorbij Gorichem zal de Merwede zich splitsen in de Beneden Merwede die tenslotte Rotterdam zal bereiken en de Nieuwe Merwede langs de oostkant van de Bieschbos. De tweede arm van de Maas (Bergse Maas) omsluit de Bieschbos aan de westkant en samen met de Nieuwe Merwede wordt dit de Amer en verder het Hollands Diep met de Moerdijkbrug op de autoweg naar Rotterdam. Rij je van Breda naar Utrecht dan rij je bij Geertruidenberg over de Bergse Maas en in Gorinchem over de nog ongesplitste Merwede.
We maakten een wandeling door Gorinchem, een historisch vestingstadje dat een rol speelde in de geschiedenis. Denk maar aan de tachtigjarige oorlog tegen de Spanjaarden (1568-1648). De watergeuzen (1572) onder aanvoerder Lumey, vermoorden 17 geestelijken en 2 lekebroeders, de martelaren van Gorkum, heiligverklaard.
Na de wandeling door het centrum, met nog enkele historische gebouwen, hadden we ons middagmaal met asperges naast de sluis van de Linge. De waterpoort van ernaast is nu heropgebouwd in de tuin van het Rijksmuseum van Amsterdam. Vorig jaar heeft men op de vroegere plaats een paar Koreaanse beelden geplaatst ter herinnering aan de schipbreuk op de Koreaanse kust in 1653 van Oostindiëvaarders. 36 van de 64 man van de Sperwer overleefden en werden gevangen gehouden. Een van hen was de Gorkumnaar Hendrick Hamel. Na 13 jaar wist hij met nog 7 anderen met een kleine boot te ontsnappen en Japan te bereiken. De Verenigde Oostindische Compagnie vroeg hem zijn belevenissen neer te schrijven. Hij beschreef tevens het land en volk van Korea en in 1668 kwam het ‘Hamel Journaal’ uit in het Nederlands, Engels, Duits en Frans en werd een groot succes. Aldus werd Korea bekend in het westen.
FOTO’S
Kerk
Poëtische tekst die herinnert aan de ontsnapping in 1621 uit slot Loevestein in een boekenkist van Hugo de Groot, humanist, schrijver-dichter, rechtsgeleerde en theoloog.
Dan met de veer naar Woudrichem, eveneens een middeleeuws vestingsstadje, aan de westkant van de Waal, nog omsloten door vestingen. Van de aanlegplaats wandelden we eerst een eind op de vestingwal met in de verte het waterslot Loevestein, door de vereniging reeds vroeger bezocht. Dan weer in het stadje door de hoofdstraat met oude huizen tot aan de stevige kerk, spijtig niet toegankelijk. Dan weer naar de wal met een machtige stellingmolen erbovenop. Er zijn 3 typen molens : als oudste de standaardmolen; de bovenkruier met enkel de kop draaibaar en dan de stellingmolen, zoals hier. Als slot een smakelijke Duvel in een cafétje met enkel Belgische bieren, waar ook de burgemeester langs kwam.
De Hagelstormramp die St-Tuiden en Haspengouw trof richtte verder vernieling aan in Noord Brabant
Ger Van Santvoort 21/06
Donderdag avond is Someren getroffen door een zeer zware hagelbui met stenen als tennisballen.
De schatting is dat nog 10 % van de ramen heel zijn op het dek.
De gevels die de volle laag hebben gehad liggen er ook uit, aan de luwzijde valt het wel mee.
We proberen een sloper te vinden die de stukken glas op het dek wil verwijderen zodat we er weer enigszins veilig onderdoor kunnen lopen en proberen om mijn perzik en abrikoos collectie te redden.
Het opnieuw beglazen heeft dan niet zo’n haast, eerst de veiligheid.
In Someren en Asten ligt meer dan 100 ha glas in puin, de grote glasgroente bedrijven hebben hun oogstpersoneel voor een half jaar naar huis moeten sturen.
Ook bij grote kippen en varkensbedrijven is de schade en het dierenleed enorm, en dan heb ik het nog niet over de daken en auto’s van de bewoners. Ongelofelijk en dat in een kwartiertje tijd.
De appel-, pere-n en pruimencollectie buiten heeft veel takbreuk, vrucht - en hagelschade op de stammen maar dat moet ik afwachten.
Pierre was een oudleerling aan de Tuinbouwschool te Roeselare van Jan Heyman, de stichtende voorzitter en erevoorzitter van VELT vzw. Hij was een sterkhouder van de Veltwerkgroep fruit van Wevelgem en maakte deel uit van het bestuur van de Croqueurs de Pommes Nord Pas de Calais.
Wij waren bij hem op bezoek. Zie de eerste blog fruit op 29/11/2012.