Ik zie Wilfried Van Moer nog lopen met zijn armen uit elkaar,
in een dwingend, gebiedend en niet mis verstaan gebaar,
zijn armen naar voor en achter wapperend
en zelfs steeds opnieuw en herhaaldelijk verdapperend.
Werkend als een ezel
en zo slim als een wezel.
Zijn maats steeds opnieuw moed en courage insprekend,
om dan zelf, met een pas, stekend en juist berekend
de defensie van de stegenstrever openbrekend,
zodat men zei: " Dat was weer eens uitstekend!"
Hij werkte, shotte en liep met zijn tong half uit zijn mond
en lag meermaals op een van de vele velden op de grond;
van achteren gepakt en soms brutaal aangestampt!
Maar wat wilt ge? Als ge voor het vaderland kampt!
Men noemde hem een speler met karakter en stijl
en zelf gebruikte hij ook wel eens de botte bijl.
Maar wat een plezier hebben we niet aan dat manneke beleefd!
Menig tegenstander heeft voor zijn naaam en klasse gebeefd.
Daarom werd hij, al acht en dertig, terug internationaal.
Want bij Guy Thijs kon dat gelukkig nog allemaal.
Ik zie Pol Van Himst nog altijd zijn maiden-match spelen
in Beringen; Anderlecht kwam en wij waren met velen.
Toen de twee en twintig spelers het veld op stormden
en eerst voor de fotograaf dat gekende kliekje vormden,
viel daartussen een kerel op, nog geen achttien jaar,
met blozende kaken en kort geknipt blond haar.
Groot, rank en slank voor zijn prille leeftijd.
Hij werd trouwens later een echte voetbal grootheid.
En toen de match werd afgefloten,
waarvan we echt hadden genoten,
men deze jongen een grote voetbal toekomst voorspelde.
Alhoewel dat in die tijd nog niet zo veel voorstelde.
Een lust voor het oog,
hoe Polle over het gazon vloog,
passen gevend, buitenkant rechter voet
en de bal ophalend, zoals dat dan moet!
Eens was hij bijna afgeschreven.
Maar dat is hij niet lang gebleven.
Tegen Schotland was 't dat hij drie potten maakte
en zo zijn kritikasters en afbrekers wraakte.
Hij heeft zelf nog ooit in sportfilm gespeeld
en met Pélé en andere groten de barak gedeeld!
Ik vind Pol, nu nog, een heer op en naast het veld
en niemand is hem vergeten en dat is het wat telt!
Dit zijn er maar twee,
die ik dan hiermee,
uitdrukkelijk wil vernoemen.
Zet ze in de bloemen,
in naam van al d'andere voetballers,
de sportieve, de werkers of omvallers.
De slimme, de stoppers,
de klassemannen, de koppers,
de venijnige en gekende rappe
en de légumen, de hele slappe.
Er zijn nooit twee identieke,
maar wel van die specifieke.
Na de march zijn het toogplakkers
en dus pinten- of pottenpakkers.
Er zijn de door het slijk gehaalde
en de overdreven vet betaalde.
Er zijn frisse, jonge snaken
en de terug op gehaalde oude knaken,
linksbuitens met een opmerkelijke kromme pas
en voorspelers voor wie koppen een specialiteit was.
Er zijn de halfspeler, die op de wei lopen te spelen
alsof het hen allemaal niets of niet veel kon schelen,
wat ze hier eigenlijk allemaal komen doen!
De meesten doen het toch alleen voor de poen.
Dan zijn er nog de back's
stevige en harde krack's
die met een pas het middenveld overslaan,
terwijl het ook voetballend kon gedaan.
Of voorspelers leggen,
ik wil maar zeggen:
alsof ze nooit iets anders hebben gedaan!
Dan zijn er de keepers met klasse
en anderen die op moeten krasse,
omdat ze een paar foutjes hebben gemaakt
of de training veel te vroeg hebben gestaakt!
Voetbal lokt iedere zondag weer duizende mensen
naar het een of andere voetbalterrein,
die zich goede, spectaculaire en faire voetal wensen
Om achteraf gelukkig of ongelukkig of tevreden te zijn.
Zij roepen, fluiten, tieren en joelen
en springen omhoog van hun stoelen;
als er iets scheppends met de bal gebeurt
of als er weer eens een goal wordt afgekeurd.
De scheidsrechter wordt uitgescholden of uitgefloten
Als die weer maar eens een speler heeft uitgesloten,
omdat die weer maar eens een vuile fout had gemaakt
of buiten zichzelf van oprechte woede geraakt,
omdat een speler van de tegenpartij
hem een stomp verkocht in zijn zij,
zonder dat de man in het zwart dat kon zien
of voor een kleine onnozelheid misschien!
Dan zijn er de linesman, zo een stel echte dapperen,
die steeds maar met hun vlag lopen te wapperen,
omdat een speler in buitenspel was gaan lopen
of omdat de ene de andere een lel ging verkopen,
zonder dat de referee iets had gezien of gemerkt
of omdat hij de toeschouwers op hun zenuwen werkt.
Omdat vlagt voor alles en nog wat
en ook wel eens omdat ie een dikke nek had!
Nu volgt een waarheid als een olifant zo groot
voor eenieder die ooit van het voetbal genoot:
de beste spelers en arbiters, groot of klein
zijn steeds de supporters naast het terrein!
En dat al altijd zo zijn!
Zij zien op de velden
hun mannekes, hun helden,
die verdeeld zijn in verschillende kategoriëen,
waaronder er zelfs zijn met twee linker kniëen
of het echte atletische type
of eentje die altijd kansen schiep.
Er zijn de rommelaars
en de grommelaars,
hier en daar een kale,
ook wel eens een geniale,
technisch hoogbegaafde
en een wat bijgeschaafde.
Er zijn de petietertjes
en de geniepertjes
of de hardlopers
en de murenslopers;
Er zijn de ietwat verwarde
en er zijn de staalharde,
die in benarde situaties
samen met hun fustraties
de bal weg keilen
of het terrein afdweilen.
Dan zijn er de balverliefde,
die hun zo begeerde geliefde
leder wel eens zoenen
of laten plakken aan hun schoenen.
Er zijn er met twee linker voeten
en anderend ie ook wel eens moeten
en na de eerste helft in de kleedkamer verdwijnen
en na de koffie of thee terug op het veld verschijnen.
Soms met een volledig vertimmerde ploeg,
zodat supporters gilden: " Da's nog veel te vroeg!"
En waarover ze hun ongenoegen lieten blijken
met uitlatingen als: " Nu moet ge toch eens kijken!"
" Wat een bende van stomme klungelaars!"
" Allez! Zie me dat eens aan, die treuzelaars!"
Hier en daar loopt dan een vat vol schijnbewegingen,
die naar de supporters stellige en overtuigde beweringen,
maar een helft meekunnen
en reeds op hunnen
retour zijn!
Of hoe fijn!
Hun tweede adem vinden
en zich dan opwinden
over een goal die opeens werd gemaakt
of een match, die veel te vroeg werd gestaakt.
Er zijn er die kunnen knallen
of weleens een kans vergallen.
Anderen die krachtig kunnen koppen
of een bal lekker kunnen stoppen
of het leder ergens kunnen droppen.
Anderen kunnen iemand aan het lijntje houden.
Of anderen die een bal bij kunnen houden,
tot ergernis van Jan Publiek, dat riep:
" Man! Speel nu toch ook eens diep!"
Of men wacht!
Wat had ge gedacht?
Dat die ene schitternde pas,
die eigenlijk een voorzet was,
opeens en zeer onverwacht
in de netten versmacht,
achter de keeper zijn rug;
want die was te laat terug
om het leder te onderscheppen
en terug het vel in te meppen!
Er is dan het spel, dat golft op en neer,
van d'ene naar d'andere helft steeds weer
of het wordt gespeeld op slechts een helft
waarbij een van de twee ploegen het onderspit delft.
Omdat ze teveel hoekschoppen hebben toegestaan
of omdat ze de tegenstrever hebben laten begaan.
Ook wel eens omdat ze de scheids hebben tegen gehad
of omdat ze de andere ploeg gewoon hadden onderschat.
Soms is een match om bij in slaap te vallen ,
omdat de spelers al die ballen over de goal knallen
of zich voor een kleine onnozelheid zo maar laten vallen.
Of ook omdat het spel zich in het middenveld afspeelt
of omdat de arbiter, hij weer, alles verkeerd beoordeelt.
Of omdat hat buitenspel opzettelijk werd toegepast
of omdat de enen ploeg de andere gewoon overklast.
Bij ieder voetbalspel is er altijd iets te kort of te veel aan!
Ik vraag me dan ook af: " Waarom ge er naartoe blijft gaan?"
Een echte voetbalkenner zegt me dan:
" Gij hebt er de ballen verstand van man!"
" Iedere supporter wacht op dat ene, subleime moment!"
" Van een goal die wordt gemaakt en ook wordt goegekent!"
Voetbal is geen exakte wetenschap.
Daarover geeft men zich pas rekenschap
als de voetbalwedstrijd is gedaan
en men naar huis begint te gaan.
Zeg maar gerust, begint af te druipen
om een paar biertjes de gaan zuipen
En over het verlies van d'eigen ploeg te gaan cretiseren,
om dan bij hoof en bij laag aan de toog staan te beweren:
" Nu is't gedaan en afgelopen! Met al dat stom geweld!"
" Ik zet geen poot meer op voetbalveld!"
Of om nog na te genieten van een paar staaltjes
van de keeper onder de lat en tussen zijn twee paaltjes!
Of die ene harde knal op de lat!
Dat was dan toch nog eens wat!
Zo'n bal die uiteen spat!
Ook in het voetbal zijn er van die stille, van die vagen.
Of zij die steeds bij de scheidsrechter staan te klagen
en zich meer dan normaal wel eens bedusd afvragen
waarom er weer eentje van het veld wordt gedragen.
Heeft die weer een schop of een vuile stoot gekregen
of deelde een ander hem de mep uit van zijn leven?
Ook zijn er soms van die korte dikken
en anderen die haast niet kunnen slikken,
dat ze op hun donder hebben gehad.
Dan scheelde er nadien toch altijd wat!
Er zijn er die regelmatig tegen een rode kaart aanlopen!
En jammer genoeg, anderen die zich om laten kopen!
Er zijn van die lange en dikke nekken
en weer anderen met heel grote bekken.
Er zijn de met veel blesures geplaagden
en de steeds weer van achteren belaagden.
Er zijn dan ook nog de voorspelers met pit
en eentje die hen steeds op de hielen zit,
zelfs tot buiten de lijnen en op 't veld.
Die lossen hun tegenstrever voor geen geld!
Soms zijn er die de anderen van achter pakken
en spelers die som zomaar door hun enkels zakken.
Er zij er die van het veld worden geschreeuwd
of eentje die het van de pijn wel eens uitschreeuwd!
Er zijn er die door het hele publiek,
omdat ze nu, in hun grootste piek
van hun leven of voetbalcarrière lopen te spelen
terug het veld op worden geroepen door duizende kelen.
Dan zijn er de vaak misprijsden
of de op het veld vergrijsden.
Er zijn er die doelpunten maken met flair
en zij die steeds speelden, heel fair.
Er liep zelfs ooit een slangenmens tussen de lijnen.
of zij die konden vallen en kermen van de pijnen.
Dan zijn er nog bij,
een hele lange rij,
gewoonlijk Spanjaarden en Italianen zo velen,
die gemakkelijk in de Comedia del arte kunnen spelen.
Geniepig en vuil zijn en gemeen en achterbaks nijpen
of de tegenstrever in zijn edelste delen knijpen.
Zij kunnen gemeen van achteren aantrappen
en dan zelfs naar de grond gaan en naar adem happen,
als er iemand zo maar toevallig tegen hen aanloopt
of met zijn schouder tegen hun schouderke stoot!
De Hollanders noemen dat allemaal: "professioneel!"
Voor mij is dat gewoon: gemeen en immoreel!
Er zijn de hielenlekkers en de truientrekkers,
de lange en de tanige, de moedige en kranige,
de babbelaars en de kwabbelaars,
de gekken en wrekken.
Er zijn de zwarten die hier hebben gespeeld
en weer anderen die het spel hebben verdeeld.
Er zjin nog zovele anderen,
die hier ten anderen,
niet kunnen worden vernoemd,
onbekend of wereldberoemd.
Ook fijne voetballers zijn er, echte cracken,
die nooit in de negentig minuten verzwakken.
Zij lopen zich het hart uit hun lijf
en geven niets om kretiek of gekijf!
De meeste supporters hebben ze toch niet alle vijf;
Die schreeuwen, tieren en brullen en thuis bij hun wijf
hebben ze geen bal te vertellen en moeten ze zwijgen.
De vrouwtjes weten wel hoe zij ze klein moet krijgen!
Toch wil ik dit nog zeggen!
't Is nogal moeilijk uit te leggen!
Voetballers zijn soms echte kunstenaars!
Maar helaas! Ze worden toch zo schaars!
29-10-2015, 12:54 geschreven door Jaak van Bree
|