Wijzigingen – Aanvullingen.
1960 – Van 16 tot 20 juli : Bivak van de Landelijke Jeugd
Dat ging door op een prachtig gelegen hoeve te Eindhout nabij Veerle : “een schilderachtig stukje Kempenland waar bossen en zand overheersen. Welk jong meisjeshart zou niet verlangen naar een kamp als dit ?”…(“DB”, juni 1960)
In “De Band” nr.7 verscheen volgend verslag van Hilde Silverans : “Heimwee doet ons hart verlangen, naar het stukje Kempenland, waar we allen leerden smeden, d’onverbroken zusterband. Werkelijk, zo is het geweest : er werd een duurzame band gesmeed, maar vooraleer we u een en ander over ons kamp gaan vertellen, willen we toch eerst en vooral alle vriendelijke, goede mensen bedanken die zo vrijgevig en sympathiek zijn geweest en ons het kamp hebben mogelijk gemaakt. Dank voor de aardappelen en groenten die we met hele zakken en kassen mochten in ontvangst nemen, dank voor al de voedingswaren, voor het geleende keukengerei, enz., te veel om op te noemen, maar wat ons heel wat fijne dineetjes heeft bezorgd. Misschien kunnen we u een klein deeltje teruggeven, door een kijkje te geven op deze schone kampdagen ? Wel, hier gaan we dan…. Vrijdag wordt er een hele dag gereden en gesjouwd met kruiwagens en andere vervoermiddelen, met het gevolg dat het middenlokaal veranderd wordt in een warboel van kolen, patatten, suiker en zo meer. ’s Avonds wordt een camionette langs binnen en buiten bevracht en kan een eerste tocht naar Eindhout worden aangevat, onderweg overvallen door wolkbreuken en onweders, maar toch veilig aan wal geraakt.
ZATERDAG : Dag van vertrek. Om 2 uur staat ieder klaar met pakken en valiezen, maar wie zich niet laat zien : DE BUS. Er wordt opgebeld, wegen afgespeurd, maar geen bus te zien. ’t Wordt 3 u, 4 u, nog niks. Maar de Landelijke Jeugd geeft het niet op. Er wordt gezongen en gespeeld (doch af en toe geroepen ’t zijn toeren…). Eindelijk meldt men ons dat ons buske in pan ligt. 5u30 algemene opschudding : daar is ze !!! Opladen, instappen en dan richting Eindhout. Een uurtje later zitten we reeds in de bossen van de Kempen en weldra landen we aan op de gastvrije hoeve in de Rundershoek. Uitpakken, strozakken vullen, eten, formatie en bed in. Het duurt wel een tijdje eer bij iedereen de slaap komt aankloppen en er moet nog eens met pillampen gelicht worden. Dan daalt de nacht en ook de stilte over de schuur.
ZONDAG : Hijs de Vlag bij zonnig dag : T R O U W ! De madeliefjes worden in twee vendels verdeeld : durvers en voortrekkers, die elke dag dapper zullen kampen voor de wimpel. De taken worden volbracht en ’s middags brengen de kooksters ons de lekkerste fritten die ge u kunt inbeelden. De dag is verder in beslag genomen door ontdekkingstochten, in ’t bijzonder een wandeltocht naar het Albertkanaal. Van hoog op de brug hebben we een prachtig zicht op de typische Kempische omgeving. MAANDAG : Buiten afwas en patattenjas brengen we in de voormiddag een bezoekje aan E.H. Driesen, gewezen onderpastoor van Leest, nu pastoor te Eindhout. Na de rust wordt een brief naar huis gestuurd en de spellendoos bovengehaald. Een uurtje later staan de vendels opgesteld, klaar voor bosspelen.
Vervolgt.
Foto’s :
-Hijs de vlag…
-Boven : Els Vloeberghen, Maria Jansen(s), Eveline Van de Poel, Rina Spoelders, Victoire De Borger. Onder : Maria Lauwens, Annie Bradt en Micheline Van den Heuvel.
-De Turnhoutenaar Adalbert Hendrik Driesen (°Turnhout 30/3/1899, +Antwerpen 6/5/1970) was van 1942 tot 1947 onderpastoor te Leest. Hij werd in 1947 onderpastoor te Eindhout waar hij in 1954 pastoor werd.


|