Lyceum, schooljaar 1997-1998. Op een mooie ochtend op de eerste dag van het nieuwe schooljaar zag ik directeur Wijsneus op de speelplaats onderhandelen met een groepje moslims. De moslims verhieven hun stem en kwekten rumoerig door elkaar, het leken wel oerwoudgeluiden. Uit hun gebaren- en lichaamstaal bleek dat de moslims niet content waren. Ja, moslims leven zich uit met handen en voeten, dat is zo geëvolueerd omdat ze onwillig en onbekwaam zijn om een fatsoenlijke Nederlandse zin uit te kramen.
Onderwerp van het onwaardige tafereeltje op de speelplaats was het medisch onderzoek van hun moslimdochters. De moslimvaders protesteerden tegen het feit dat een mannelijke dokter aan hun dochters zit te frutselen.
Daarna werd hen geduldig uitgelegd dat het medisch onderzoek op school een verplichting is; zelfs de wettekst werd erbij gehaald. Toen volgde een moeizaam gesprek met de verpleegster waarbij de taak van de dokter omschreven werd en dat de dokter professioneel en zonder bijbedoelingen zijn onderzoeken uitvoert. De moslimvaders waren moeilijk te overtuigen. Die mannen worden geplaagd door 'verkrachting' in hun achterhoofd.
En toen ging de school over tot een verregaande toegeving: "Meneer de Moslim, de verpleegster zal erbij aanwezig zijn als de dokter uw dochter onderzoekt". De aanwezigheid van een verpleegster was een ongebruikelijke en ongekende luxe waarvan nooit één Vlaamse leerling heeft mogen genieten.
Directeur Wijsneus liet zich vangen. Zijn hele voormiddag werd opgeslokt door een stelletje moslimidioten die zich op school kwamen aanstellen met seksisch gezeur en met de islam als wapen. De grote meerderheid Vlaamse leerlingen kreeg hun directeur op die eerste schooldag nauwelijks te zien...
|