Heeft Karel De Gucht volgens U in het verleden reeds "gesjoemeld"?
Beoordeel dit blog
APENLAND
Waar Koning Filip I regeert En het ABVV en de PS de bevolking terroriseert
10-03-2011
Clara Cleymans
Clara Cleymans masturbeert als ze droevig is
10/03/11 11:32
De actrice onthulde heel wat interessante weetjes over zichzelf aan Joepie
Clara Cleymans is niet op haar mondje gevallen en dat werd nog maar eens duidelijk toen ze door weekblad Joepie op de rooster werd gelegd. Tijdens het interview doorbrak ze het taboe en liet ze zonder pardon weten dat ze masturbeert als ze zich droevig voelt.
De actrice deed nog meer interessante weetjes uit de doeken over zichzelf. Zo liet ze weten dat ze regelmatig verstrooid is, haar eerste kus met een Jood was en dat ze weet dat ze verliefd is als ze niet meer kan slapen.
Volgens de Thuis-actrice is een kus op de eerste date ook nog altijd de beste kus, dus die moet je koesteren. Naast haar werk in de populaire serie op Eén, is ze ook te bewonderen in Code 37, maar daar houden de ambities van de rosse voenk, zoals ze zichzelf noemt, niet op. Clara droomt er namelijk van om ooit is in een kostuumfilm te kunnen meespelen.
HLN update Over de hoofddoek van een werkneemster kwamen er bij de Hema-vestiging in Genk zoveel klachten binnen, dat de Nederlandse winkelketen haar heeft ontslagen. Het gaat om een jonge Limburgse vrouw, geen allochtoon. Dat schrijven de kranten van de Coreliogroep. Volgens Jozef De Witte van het CGKR zijn er redenen om aan te nemen dat er sprake is van discriminatie.
"Toen de vrouw bij ons kwam werken, had ze nog geen hoofddoek op", zegt woordvoerster Judy op het Veld. "Pas later heeft ze gevraagd om dat wel te mogen doen. De winkelleiding gaf haar daarvoor de toestemming, maar er kwamen veel negatieve reacties van klanten. Daarop werd haar gevraagd die hoofddoek af te doen, maar ze weigerde dat. Daarna hebben we beslist de overeenkomst stop te zetten."
De jonge vrouw had een contract bij het uitzendkantoor Randstad en werkte al een tijdje bij Hema in Genk. Jan Denys, de woordvoerder van Randstad, bevestigt haar ontslag. "Er waren blijkbaar zowel interne als externe klachten over deze hoofddoek", zegt hij. "Onze klant, in dit geval Hema, heeft daarop de autonome beslissing genomen om haar contract niet te verlengen. Daar kunnen wij als uitzendkantoor niet in tussenkomen. De klant bepaalt zelf de criteria om het contract met mensen stop te zetten."
Discriminatie "Er zijn redenen om aan te nemen dat het kan gaan om discriminatie op basis van geloofs- of levensbeschouwing", reageert Jozef De Witte, directeur van het Centrum voor Gelijkheid van Kansen en voor Racismebestrijding (CGKR). Het Centrum stelt voorlopig wel zelf geen onderzoek in.
"Wij vinden het jammer dat Randstad vooraf geen contact heeft opgenomen met ons", zegt De Witte. "Wij beschouwen ons ter zake toch als expertisecentrum, en Randstad kent ons ook heel goed. Een tijd geleden zaten we nog samen rond de tafel." Het CGKR hoedt er zich voor het ontslag zomaar af te doen als discriminatie. "Daarvoor kennen we de feiten onvoldoende. Dat vergt verder onderzoek."
Individueel Het Centrum gaat voorlopig zelf geen stappen ondernemen. "Het gaat hier om een individueel slachtoffer. Het komt haar toe met ons contact op te nemen", zegt De Witte.
Er zijn redenen om aan te nemen dat het om discriminatie gaat. "Vroegere rechtszaken hebben aangetoond dat een werkgever niet kan of mag ingaan op discriminerende vragen van klanten. Dat geldt voor Hema, maar evenzeer voor Randstad." De wetgeving voorziet wel in een uitzondering op de non-discriminatieregel als er sprake is van een wezenlijke en bepalende beroepsvereiste, maar het niet dragen van een hoofddoek kan niet als dusdanig beschouwd worden, vindt De Witte.
Wat zeggen de linkse filosofen...
De liberale staat mag de voorgeschreven institutionele scheiding van godsdienst en politiek niet veranderen in een ondraaglijke mentale en psychologische last voor zijn godsdienstige burgers. - Jürgen Habermas
Met het recent gepubliceerde document De islam en de hoofddoek in België, een bredere benadering, pleit Etienne Vermeersch voor een algemeen verbod op het dragen van een hoofddoek in het secundair onderwijs. Deze tweeëndertig paginas lange tekst, naar eigen zeggen geïnspireerd door een jarenlange lectuur over de islam en over de godsdiensten in het algemeen, heeft als doel het probleem van de hoofddoek en het voorgestelde verbod in een breder perspectief te plaatsen en alle voor en tegens tot op het bot te analyseren.
Vermeersch beoogt met deze tussenkomst geen algemene verwerping van de islam. Hij blijft de hoop koesteren dat een vreedzame islam, die de mensenrechten in hun totaliteit respecteert, mogelijk is, zeker in Europa. Verder meent hij ook dat christenen, moslims en ongelovigen op een vreedzame manier moeten kunnen samenleven. Voorwaarde daarvoor is wel dat de invloed van de fundamentalistische islam moet worden teruggedrongen. Dat zal niemand tegenspreken. Fundamentalisme hypothekeert elke redelijke verstandhouding. Dat geldt overigens voor élk fundamentalisme.
Het document presenteert zich dus als een verhelderende analyse van de problemen die de islamitische hoofddoek zou stellen en als een redelijk pleidooi voor een verbod op het dragen ervan in het secundair onderwijs. Maar niet alleen zijn de aangevoerde argumenten om zon verbod te rechtvaardigen op zijn minst erg discutabel, bovendien plaatst Vermeersch zijn argumentatie in een algemeen kader dat niet ontsnapt aan de enge en veralgemenende logica van het al te gangbare anti-islam discours.
Laat ik beginnen bij dat algemeen kader. Vermeersch opent zijn betoog met de stelling dat het principe van godsdienstvrijheid, en daaraan gekoppeld de vrijheid van godsdienstbeleving, niet zomaar kan gelden voor de islam. Omdat de praktische toepassing van islamitische normen, waarden en voorschriften in strijd kan zijn met onze mensenrechten, onze wetgeving en de bij ons algemeen aanvaarde gedragsregels.
Voor wat betreft schendingen van mensenrechten en inbreuken op de wet, wordt hier een probleem gesteld dat, zeker in een Belgische context, eigenlijk niet bestaat. Elke burger die in ons land woont, is namelijk per definitie onderworpen aan de Belgische wetgeving. Een diepgelovige moslim kan dan misschien wel denken en zeggen dat hij de sharia, de goddelijke wet, hoger acht dan gelijk welke door de mens geformuleerde wet, dat ontslaat hem op geen enkel moment en op geen enkele manier van zijn plicht zich te houden aan de Belgische wetgeving. Wanneer hij dat niet doet, wacht hem een boete of gerechtelijke vervolging. Suggereren dat godsdienstvrijheid voor moslims in ons land zal leiden tot schendingen van de mensenrechten en ernstige wetsovertredingen, komt in die zin eigenlijk neer op nodeloos paniek zaaien.
Dat blijkt ook uit de opsomming die Vermeersch maakt van islamitische normen die in strijd zijn met onze wetgeving: veelwijverij, het houden van slavinnen, het recht om te huwen met minderjarige meisjes, het alleenrecht van de man om zijn vrouw te verstoten, het getuigenis van de man dat twee keer dat van een vrouw waard is, de erfenis van een man die het dubbele bedraagt dan die van een vrouw, het recht van een man om zijn ongehoorzame vrouw te slaan, de doodstraf voor geloofsafval, het bestraffen van overspel met steniging.
Het zijn stuk voor stuk gebruiken die zich in verschillende islamitische landen voordoen - en die geen enkele goedkeuring verdienen - maar die in ons land, precies omwille van onze seculiere wetgeving, nooit een legitieme plek kunnen krijgen. Vermeersch gaat hier dan ook mee in een beeldvorming waarin de islam eenduidig geassocieerd wordt met schrikwekkende praktijken als geseling, ledematen afhakken, steniging en onthoofding. Er wordt daarbij geheel onterecht gesuggereerd dat godsdienstvrijheid voor moslims dit soort praktijken ook bij ons gangbaar zal maken.
Als deze suggestie al niet getuigt van kwaadwilligheid, dan wel van heel weinig vertrouwen in de kracht en de verworvenheden van het secularisme. Sami Zemni schrijft daarover in zijn boek Het islamdebat: Welke ideeën iemand aanhangt, welke religieuze idealen iemand nastreeft, de staat bepaalt zowel de plaats en de rol van de politiek als die van de religie, en niet andersom! Het secularisme van de staatsinstituties in West-Europa is - ongeacht zijn sterk uiteenlopende institutionele uitingsvormen - diep ingeburgerd. Net daarom is er geen enkele reden om aan te nemen dat dit enig gevaar zou lopen vanwege enkele moslims. (Het islamdebat, Sami Zemni, EPO 2009, blz. 119)
En dan zijn er de gedragingen die indruisen tegen de bij ons algemeen aanvaarde gedragsregels. Hier gaat het om gebruiken, gedragingen en houdingen die niet tegen de wet ingaan, maar die voor veel burgers op een of andere manier aanstootgevend zijn. In de opsomming die Vermeersch hier geeft, vinden we onder meer de gehoorzaamheidsplicht van de vrouw tegenover haar man, het gezag van broers over zusters, de weigering van mannen om hun vrouw te laten behandelen door een mannelijke arts, het weigeren van gemengd zwemmen, de houding tegenover homoseksualiteit, ... . Ook het dragen van een hoofddoek valt binnen deze categorie.
Het zou vanzelfsprekend moeten zijn dat voor al deze kwesties naar een vergelijk wordt gezocht door middel van een constructieve dialoog. Helaas is op dit moment voor alles wat de islam betreft geen enkele dialoog mogelijk. Elke vraag die vanuit de moslimgemeenschap wordt gesteld, wordt meteen afgedaan als een aanslag op de westerse beschaving. De moslim wordt nooit gezien als een gesprekspartner, maar altijd als een verdacht sujet dat per definitie iets kwaadaardig in het schild voert. Hij kan pas geaccepteerd worden wanneer hij zich onvoorwaardelijk onderwerpt aan de integratie-eisen die hem worden voorgelegd.
Ook Vermeersch toont zich niet bepaald bereid tot een dialoog. Het hoofddoekenverbod is voor hem een uitgemaakte zaak. Het is alleen nog aan de volksvertegenwoordigers om het kader te creëren waarbinnen dat verbod mogelijk wordt. Wanneer ze dat niet doen, is dat vaandelvlucht. Alle argumenten van de moslimgemeenschap wijst hij per definitie van de hand. Over de hoofden van de moslims heen dicteert Vermeersch wat goed voor hen is.
In een tweede deel van het document schetst Vermeersch een aantal historische en cultureel-antropologische gegevens omtrent de hoofddoek. Daaruit concludeert hij dat de hoofddoek die vandaag de dag door moslimas in onze samenleving wordt gedragen, niet anders geïnterpreteerd kan worden dan als het symbool van een fundamentalistische interpretatie van de koran en de soenna. Een andere invulling is uitgesloten.
Elke moslima die een hoofddoek draagt en daarbij beweert dat ze geen enkele affiniteit heeft met het fundamentalisme, krijgt te horen dat ze dwaalt en van kindsbeen af geïndoctrineerd is. Ze moet bevrijd worden. En Vermeersch gaat nog verder. De moslima die een hoofddoek draagt, zal vermoedelijk ook alle verwerpelijke praktijken die aan de islam gerelateerd worden, aanvaarden en goedkeuren. Ook hier vervalt Vermeersch in het veralgemenend schrikbeeld waarin de hoofddoek gelijk is aan fundamentalisme en dus gelijk aan schendingen van de mensenrechten en inbreuken op de wet.
In het derde deel van zijn tekst staat Vermeersch stil bij het belang van het secularisatieproces. Dat proces wordt volgens hem door het dragen van een hoofddoek in een omgekeerde richting geduwd. Opnieuw waarschuwt hij voor de hoofddoek als deuropener voor de intrede van eerder genoemde wanpraktijken. Daarbovenop wil hij ook onze ogen openen voor het wereldwijde karakter van het fundamentalisme dat achter de hoofddoek schuil zou gaan. Hij spreekt van een gerichte beweging die zich keert tegen de aanpassing van de moslims aan de westerse cultuur. En zo onderschrijft Vermeersch ook het schrikbeeld van een internationaal moslimcomplot dat erop uit is de westerse wereld te onderwerpen of te vernietigen.
Vermeersch toont zich hier een fundamenteel verdediger van de secularisering. Die houding strookt niet met de maatschappelijke realiteit van vandaag. De Duitse filosoof Jürgen Habermas, generatiegenoot van Vermeersch en gekend als vurig verdediger van de seculiere staat, neemt in deze een veel zinniger houding aan. Hij stelt dat we vandaag in een postseculiere tijd leven, een maatschappelijke realiteit waarin het concept van de seculiere staat herdacht moet worden.
Dat betekent geenszins dat het seculiere karakter van de staat losgelaten moet worden, maar wel dat we moeten erkennen dat het seculariseringsproces tot nog toe teveel een eenzijdig verhaal is geweest, waarin gelovigen (van welke godsdienst ook) in een ondergeschikte positie gedrongen werden. De secularisering heeft in die zin een repressief karakter. Habermas wil niet tornen aan de seculiere staatsvorm, maar pleit wel voor een herwaardering van religie in het maatschappelijk debat. Dat betekent dat gelovigen niet langer alleen getolereerd worden, maar ook gerespecteerde gesprekspartners worden.
Pas in een vierde deel komt Vermeersch bij zijn eigenlijke argumenten voor een hoofddoekenverbod in het secundair onderwijs. Argumenten die nu niet anders meer gelezen kunnen worden dan in het vooraf getekende kader. Daarin is de hoofddoek zonder uitzondering symbool van het fundamentalisme, wegbereider voor allerlei gruwelpraktijken en exponent van een wereldwijde bedreiging voor de seculiere westerse democratie.
Het eerste argument stelt dat in een klas in het secundair onderwijs elke opinie in gelijke mate aan bod moet komen. Daarom mag geen enkele opinie op een bijzondere wijze in de kijker lopen. Dat alle levensbeschouwelijke opinies op een gelijkwaardige manier aan bod komen, lijkt mij in eerste instantie de verantwoordelijkheid van de school en het onderwijzend personeel, niet van de studenten. Directie en leerkrachten staan ervoor in dat studenten met uiteenlopende opinies kennis kunnen maken. Die opdracht wordt hoegenaamd niet verhinderd door de aanwezigheid van hoofddoeken.
Het is ook nogal vreemd te denken dat wanneer moslimas binnen de school hun hoofddoek afleggen, hun levensbeschouwelijke opinie niet meer of minder aanwezig zou zijn. Evenmin kan verondersteld worden dat de aanwezigheid van die opinie door de andere studenten bij afwezigheid van de hoofddoek minder opgemerkt zou worden. Of moeten we aannemen dat moslima zijn zich enkel en alleen uitdrukt in het dragen van een hoofddoek? Ook het gevaar voor kliekjesvorming, waar Vermeersch in het kader van zijn eerste argument op wijst, is weinig steekhoudend. Als moslimas op basis van hun levensbeschouwelijke opinie een kliekje willen vormen, zullen ze dat zonder hoofddoek ook wel doen. Of moeten we er vanuit gaan dat ze mekaar zonder hoofddoek niet meer zouden herkennen?
Het tweede argument betreft het probleem van intimidatie en beïnvloeding. Vermeersch verwijst hier naar het reële probleem van moslimmeisjes die door intimidatie gedwongen worden om een hoofddoek te dragen. Op basis daarvan hebben twee Antwerpse scholen een hoofddoekenverbod ingesteld. Dat probleem moet niet onderschat of geminimaliseerd worden. Maar een verbod op de hoofddoek binnen de school biedt hiervoor hoegenaamd geen oplossing. Het probleem wordt zo alleen buiten de schoolpoort geduwd. En als we de school willen zien als een instelling waar jongeren gevormd worden tot actieve burgers in onze samenleving, dan lijkt het mij niet wenselijk dat de reële samenlevingsproblemen buiten gehouden worden. Een hoofddoekenverbod op basis van dit probleem zet ook de dingen op zijn kop.
Het spreekt toch voor zich dat hier het probleem van intimidatie aangepakt moet worden en niet de hoofddoek. Anders belanden we in de absurde situatie waarin het slachtoffer gesanctioneerd wordt. In dit verband wordt vaak geopperd dat intimidatie een te veelzijdig en moeilijk traceerbaar probleem is en dus nooit adequaat kan worden aangepakt. Dat lijkt mij iets te makkelijk. Het probleem van intimidatie aanpakken, is zeker de moeilijkste optie, die de grootste inspanning vraagt. De hoofddoek verbieden is veel eenvoudiger, maar als antwoord op intimidatie zeker niet rechtvaardig.
Het derde argument zegt dat moslimas die in het secundair onderwijs een hoofddoek dragen mogelijk bekoord zullen worden om een fundamentalistische levensweg te kiezen. Dat is een stelling die aan de hoofddoek een absurde kracht toekent. Als een moslima kiest voor een door fundamentalisme ingegeven levensweg, heeft dat alles te maken met wat er in haar hoofd zit en hoegenaamd niets met wat ze op het hoofd draagt. Vermeersch lijkt hier te suggereren dat het afleggen van de hoofddoek binnen de school meteen ook elke mogelijk aanwezige fundamentalistische gedachte neutraliseert. De hoofddoek als toverdoek.
In een vierde en laatste argument zegt Vermeersch dat zonder een hoofddoekenverbod de onderlinge rust en tolerantie in het gedrang kunnen komen. Omdat het toelaten van de hoofddoek impliceert dat alle andere uiterlijke manifestaties van een levensbeschouwing ook geaccepteerd moeten worden. Als voorbeeld haalt Vermeersch de slogan Eigen volk eerst aan. Het voorbeeld is natuurlijk nogal flauw gekozen, maar ik geloof dat naast de hoofddoek inderdaad alle andere uitingen geaccepteerd moeten worden.
Dat zal ongetwijfeld aanleiding geven tot discussie en conflict, maar ik denk dat het tot de taak van een school behoort om jonge mensen te leren om met dat soort tegenstellingen om te gaan in plaatst van ze met allerlei verboden te omzeilen. Onderlinge rust en tolerantie worden niet bewerkstelligd door alles wat aanleiding kan geven tot conflict te verbieden. Op die manier wordt alleen een schijnbare rust en tolerantie gecreëerd. Ondertussen worden de messen geslepen voor de afrekening aan de schoolpoort. Onderlinge rust en tolerantie kan alleen bereikt worden door tegenstellingen toe te laten en er op een constructieve manier mee om te gaan.
De argumenten van Vermeersch zijn niet overtuigend. Wellicht moet daarom het leeuwendeel van het document besteed worden aan het uittekenen van een algemeen kader waarbinnen ze als redelijk en vanzelfsprekend gepresenteerd kunnen worden. Dat algemeen kader behelst niet veel meer dan de waarschuwing voor een fundamentalistische expansie. Het teert in hoofdzaak op de onredelijke angst voor een desastreuze radicalisering.
De wens dat moslims vreedzaam zouden samenleven met christenen en niet-gelovigen - een wens die door Vermeersch naar ik zonder twijfel aanneem oprecht wordt geformuleerd - wordt door dit betoog niet bepaald gediend. Het past eerder in een manier van spreken en schrijven over de islam die door Sami Zemni treffend wordt omschreven: Het nieuwe racisme spreekt vooral een redelijke taal. Het baseert zich op een gesimuleerde rede die op een geaccepteerde manier spreekt over culturele onverenigbaarheden, en waarin vage containerbegrippen tegenover elkaar worden gesteld: de tolerante, open, seculiere en democratische autochtone samenleving tegenover het geweld, de haat, de baard, de djellaba, de hoofddoek, de gettos en de criminaliteit van de migranten, illegalen en de moslims. (Het islamdebat, Sami Zemni, EPO 2009, blz.130)
Ik kan de lectuur van het boek van Sami Zemni niet genoeg aanbevelen. Het is een boek dat glashelder analyseert wat de werkelijke inzet van het islamdebat is. Wie het leest, begrijpt dat de islam in ons land wel degelijk een uitdaging vormt, maar geenszins een apocalyptische toekomst voorspelt. Het boek maakt ook overduidelijk dat discussies over het wel of niet toelaten van de hoofddoek volstrekt naast de kwestie zijn.
Spreek met zon vrouw en beoordeel haar niet op wat ze op haar hoofd draagt, maar op wat er in haar hoofd zit. (Islam voor ongelovigen, Lucas Catherine, EPO 2001, blz. 214)
Mijn conclusie
Ik heb onze maatschappij de voorbije 40 jaar zien evolueren. Eerst waren er migranten uit het Zuiden van Europa, de Spanjaarden en Italianen. Zij werden schuin bekeken en ik herinner mij uitdrukkingen als "vuile Spanjaard". Nadien verloor Spanje haar dictator en trad het toe tot de Europese Gemeenschap. Ineens werden Spanjaarden als "eigen" volk ervaren en doofden de problemen uit.
Maar er kwam een nieuwe migratiegolf, deze keer vanuit Noord-Afrika en Turkije. Ik herinner mij de eerste migranten als zeer onderdanige mensen, die zich dadelijk wouden assimeleren met de lokale bevolking. . Van een hoofddoek was er toen absoluut GEEN sprake. Hun kinderen gingen braaf naar Katholieke (!) scholen. Met enige schroom vroegen ze daar een uitzonderingsmaatregel voor het vak Godsdienst. Maar ze wilden zeker geen hetze creëren. Geleidelijk aan zwelde het aantal nieuwe Belgen aan. En met het hoger aantal moslims kwam de macht van de grote getallen.
Zwarte zondag 1991 was een scharnierpunt bij de moslimgemeenschap in België. Sindsdien is het dragen van een hoofddoek een manier om zich te manifesteren. Eerst voorzichtig in het straatbeeld, dan in het onderwijs, bij de overheid en op de werkvloer. Van dankbaarheid en assimilatie is er steeds minder sprake. Sharia for Belgium is zo'n typisch voorbeeld van de ontspoorde moslimbeweging. Men maakt misbruik van de liberale en democratische waarden van onze Westerse maatschappij om op een vrij agressieve en militante manier zijn godsdienst te kunnen beleven. Onze politici staan er bij en kijken er naar.
De moslima's voelen zich stoer, maar realiseren zich niet dat deze religieuze hoofddoeken een symbool zijn van de onderdrukking van de vrouw. Onze Westerse maatschappij bevindt zich momenteel op een keerpunt. Ofwel bepaalt men binnen Europa welke religieuze symbolen toegelaten zijn, ofwel doet men niets. In het laatste geval is het niet ondenkbaar dat de militante islam de godsdienst van de toekomst wordt. Voor onze mannen is dit geen achteruitgang, maar voor onze Westerse vrouwen is een islamitische maatschappij een serieuze stap terug in de tijd. En zeggen dat het vandaag internationale vrouwendag was...
José M., de Belgisch-Mexicaanse priester die afgelopen dinsdag werd veroordeeld voor de verkrachting van een non op leeftijd en de aanranding van de eerbaarheid van drie jonge meisjes, is spoorloos verdwenen. Dat meldt het parket van Dinant.
De geestelijke woonde de zitting in de correctionele rechtbank van Dinant niet bij. De rechter beval wel een onmiddellijke aanhouding.
Na het vonnis snelde de politie meteen naar zijn woonst in Sinsin, een deelgemeente van Somme-Leuze in de provincie Namen, maar daar was de priester niet te vinden. Ook zaterdag onbrak nog elk spoor van de gruwel.
José M. kreeg een gevangenisstraf van drie jaar effectief opgelegd.
Enkele dagen geleden zag ik de prachtige Joods-Franse film Va, Vis et Deviens. Het verhaal gaat over een jonge Etiopiër die als "zwarte jood" door een gezin wordt geadopteerd. We zien er het racisme van de Joodse gemeenschap, die ervan uitgaat dat Joden "blank" moeten zijn. Maar we zien er ook de liefdevolle houding van de pleegouders. Het onderwerp racisme is zelden zo mooi behandeld in een film. En dat net Joden gecomfronteerd worden met dit thema maakt de film zo uniek. Deze film is een must voor alle adolescenten.
Va, Vis et Deviens (vertaling: Ga, leef en word) is een Frans-Belgisch-Israëlisch-Italiaanse co-produktie. De film gaat over een weinig bekende episode in de Israëlische geschiedenis. In 1984 vindt de Amerikaans-Israëlische Operatie Mozes plaats. Deze operatie moet duizenden Falashas, Joodse afrikanen, van Soudan naar Israël brengen. De integratie van deze negroïde bevolkingsgroep in het overwegend blanke Israël verloopt moeizaam, ondanks de wil en het doorzettingsvermogen van de Falashas.
De film volgt een jonge christelijke vluchteling uit Ethiopië. Tijdens de Operatie Mozes wordt hij door zijn moeder gestuurd om de plaats in te nemen van een net daarvoor overleden Joodse (Falasha) jongen. Diens moeder accepteert de jongen, en neemt hem mee als haar eigen kind. In Israël aangekomen krijgt de jonge Schlomo het moeilijk bij de integratie. Zijn adoptiefmoeder overlijdt bij aankomst. Uiteindelijk wordt hij ondergebracht bij een Frans-Joods adoptiegezin. Deze zijn in de veronderstelling een Joodse jongen te hebben geadopteerd en handelen daar ook naar. Al de jaren leeft hij met een geheim, en krijgt hij te maken met allerlei vormen van discriminatie en onbegrip. Schlomos gedachten gaan vaak terug naar zijn moeder, en de vraag waarom ze hem zomaar weg heeft gestuurd, houdt hem sterk bezig.
Ga, leef en word waren de eenvoudige woorden waarmee zijn moeder Schlomo wegstuurde richting de vrouw die zojuist haar eigen kind verloren had. Deze woorden blijven hem zijn hele leven achtervolgen, het zijn voor hem de woorden van God die Adam de wereld instuurde. Voor Schlomo is zijn moeder zijn god, een god waarmee hij communiceert via de maan. Treffend is dan ook de vergelijking die hij maakt tussen God en de maan, tijdens een debat in Joodse synagoge. Al de jaren in het land vloeiende van melk en honing weet hij zich gesterkt door de gedachte aan zijn echte moeder.
De film snijdt hiermee, en door een niet-Joodse, zwarte jongen in de Israëlische maatschappij te plaatsen, loodzware themas aan. Tegelijk dringen flarden van nieuwsberichten tot de film door: vredesbesprekingen tussen Yitzhak Rabbin en Yasser Arafat, de moord op Rabbin, anti-oorlogsdemonstraties. Dat de film lang duurt, bijna tweeëneenhalf uur, is dan ook niet verwonderlijk. Ondanks dat het personage van Schlomo gedurende de film door drie verschillende acteurs wordt gespeeld als kind, jongen en volwassene komt hij zeer geloofwaardig over. De ontwikkeling van zijn karakter, het ontdekken van het westerse leven in Israël, het komt allemaal erg goed uit de verf. Ook de andere personages in de film zijn hoewel vaak slechts bijrollen waardevol en goed ontwikkeld.
Va, Vis et Deviens is een erg ontroerende en mooie film over het leven, de zoektocht naar identiteit, geloof en liefde. Zware themas als racisme, het vluchtelingenprobleem en de Israëlisch-Palestijnse kwestie worden niet geschuwd. Daardoor wordt de film echter niet te zwaar, het werpt juist in zekere zin een nieuw licht op de problemen in het Midden-Oosten, door middel van het onder de aandacht brengen van een weinig belichte periode in de Israëlische geschiedenis. De veelkleurigheid en diversiteit van de Israëlische samenleving wordt in beeld gebracht en draagt zo bij aan het beter begrijpen van de problemen die er zijn in Israël.
De film heeft enkele prijzen gewonnen, waaronder een César voor Beste scenario. Opvallend is wel dat de internationale belangstelling voor de film verder wat tegenviel en dat een groot deel van de prijzen juist publieksprijzen waren. Te hopen is dat met het uitkomen van de dvd in Nederland via Artifilm deze film alsnog een groter publiek krijgt.
Va, Vis et Deviens, met onder anderen Yaël Abecassis, Roschdi Zem, Moshe Agazai, Moshe Abebe, Sirak M. Sabahat, Roni Hadar.
De 24-jarige Amerikaanse psychologe Sarah White heeft de oplossing gevonden om patiënten te helpen. Ze trekt haar kleren uit tijdens therapie sessies, ze gelooft dat dit zorgt dat onderbewuste, onderdrukte gevoelens naar boven komen.
Sarah White begint aan elke sessie met kledij, maar naarmate dit vordert, trekt ze meer kleren uit, tot ze helemaal naakt is. Je betaalt 150 dollar voor de eerste sessie, die volledig via webcam en een chatprogramma verloopt. Eens ze een rapport heeft gemaakt, worden er sessies via Skype gehouden waarbij interactie mogelijk is. In sommige gevallen gaat ze over tot persoonlijke consultaties. Ze heeft ongeveer 30 patiënten, dit gaat van studenten met seksuele problemen, mannen van middelbare leeftijd met relatieproblemen en zelfs vrouwen. Sarah White heeft, niet verrassend, voornamelijk mannelijke klanten. Praten "Tijdens de sessies gebruik ik de kracht van opwinding om je meer controle over je lichaam te helpen krijgen. Het doel is de naaktheid te gebruiken zodat je jezelf en de wereld beter begrijpt, zodat je je goed en machtig voelt, en dat de opwinding binnen de sessies kunnen leiden tot meer opwinding daarbuiten."
White studeerde psychologie. Ze vond dat deze opleiding iets miste en niet inspirerend was. "Er was geen interesse voor seksualiteit. Zeker voor mannen, die minder vaak in therapie gaan dan vrouwen, is dit interessanter, dit maakt het aantrekkelijker en opwindender. Traditionele therapieën moedigen onderdrukking aan, in plaats van mensen uit te nodigen te praten. We raken elkaar niet aan, er zijn geen seksuele contacten."
Niet gediplomeerd "De bedoeling is patiënten te laten zien dat ik niets te verbergen heb, ik moedig hen zo aan om eerlijker te zijn. Zeker voor mannen kan het hen helpen te focussen. Door een naakte vrouw te zien kijken ze in hun diepste binnenste en spreken ze openlijk." Op haar website sarahwhitelive.com kun je afspraken plannen. De naakte therapie is niet goedgekeurd door een gezondheidsorganisatie en Sarah is geen gediplomeerd therapeute. White: "Mijn vriendje steunt mij en mijn beroepskeuze, maar mijn ouders weten nog van niets."
Tegenkanting Professionele psychologen steunen de 'naked therapy' niet echt. Psychologe Diana Kirschner: "White gebruikt hier het woord 'therapie', maar dat vind ik niet zo. Het is internetporno." De Amerikaanse associatie voor psychoanalyse beschouwt seksuele interactie tussen patiënt en therapeut als onethisch. Zelfs elke vorm van lichamelijk contact tegen de code van professioneel gedrag is.
Les aan unief wordt live seksshow voor 100 studenten
Een les aan een unief in de VS is een beetje uit de hand gelopen en dat mag u ook best letterlijk nemen. Een paar kwam er een les psychologie opfleuren met een paar demonstraties. Het onderwerp van de les ging over relaties en seks en de vrouw ging na de les aan de slag met haar vibrator. Een honderdtal studenten keek zich de ogen uit de kop. De universiteit betaalde een paar honderd dollar voor het gastcollege van het stelletje tijdens de les aan de Northwestern University.
Faith Kroll en Jim Marcus entertainden op hun manier een aula vol studenten.
Professor John Michael Bailey bracht onderwerpen als bondage, swingers en andere pikante bezigheden aan in zijn les. "De studenten vinden die colleges waardevol omdat mensen uit de praktijk erbij betrokken worden", aldus professor Bailey. Na een discussie kregen de studenten plots te horen dat er nog een praktijkdemonstratie zou volgen in het auditorium. De vrouw kroop op het podium en ging uit de kleren. Haar partner ging aan de slag met een tuig dat leek op een zaag in de vorm van een fallussymbool.
Ongeloofwaardige video Volgens de prof ging het om een exhibitionistisch koppel en werd het stel niet betaald voor de slotdemonstratie. Jim Marcus bekent dat hij niet van plan was om zover te gaan maar een video tijdens de les over het vrouwelijk orgasme vond hij totaal ongeloofwaardig. De Amerikaan vond dat de studenten beter verdienden en hij had toch al materiaal meegebracht. "Ik vond wel dat een les over seksualiteit aangewezen was om een juister beeld weer te geven van een vrouwelijk orgasme", aldus de muziekleraraar die ook sekslessen geeft. "Geen live seksshow" Hij blijft erbij dat de demonstratie met zijn verloofde, Faith Kroll helemaal geen live seksshow was. Wat het dan wel was, is niet duidelijk maar plezant was het zeker, zo blijkt. "Ik vond het leuk", grinnikt Faith Kroll. "Ik ben een exhibitioniste en ik hou van aandacht. Ik vond het echt onderhoudend want er waren heel wat nieuwsgierige toeschouwers en dus vond ik het cool." Haar verloofde neemt het voor haar op. "Het was helemaal onze bedoeling niet om mensen te choqueren, het was vooral educatief bedoeld want de demonstratie ging ook gepaard met een discussie over veilige seks", beweert Marcus.
"Onvergetelijk" Justin Smith zal de les niet snel vergeten. "Het blijft een levenslange herinnering", lacht hij. "Er werd ons gezegd dat er gesproken zou worden of fetisjen maar we hadden ons niet aan zo'n demonstratie verwacht. Eerst kregen we een video over seksuele opwinding en ik zag het koppel zo denken, 'waarom geven we geen demonstratie?'. De man vroeg ons of we klaar waren voor een live seksshow en dat vonden we wel okee", bekent Justin Smith (21).
Een paar studenten vonden het maar niks en verlieten de aula maar de meerderheid verkneulde zich aan het gebeuren. Een moeder van een student woonde toevallig de les bij. Volgens de woordvoerder van de unief, Alan Cubbage heeft niemand klacht ingediend bij de politie van Evanston.
Eindelijk is het zover! Het Vlaams Woningsfonds is bijna failliet.
Echt "Vlaams" is het fonds niet. Indien men de kredietnemers onder de loupe zou nemen, zou men kunnen vaststellen dat 90% van de kredieten worden uitgekeerd aan "nieuwe" Belgen, die met zelfs geen Nederlands verstaan.
Zoals dikwijls in dit land, is het doel misschien wel "nobel", in praktijk loopt alles gewoonweg mis. Dat net Freya Vandenbossche met dit item naar buiten komt, is een teken aan de wand. Insiders vertellen mij overigens dat vele dossiers met haken en ogen aan elkaar hangen en dat er dikwijls wordt geprutst aan de voorwaarden om te kunnen genieten van zulke lening.
Ook de eigen inbreng is veelal geleend bij een andere bank of zoals bij vele nieuwe Belgen bij de familie. Verder werkt het Vlaams Woningfonds tergend traag, zoals we dat gewoon zijn bij de meeste overheidsinstellingen. Kortom, veel werk aan de winkel.
En ik stel mij de vraag of het niet beter is deze leningen af te bouwen en zelfs in de toekomst af te schaffen. Het Vlaams Woningsfonds bevestigt wat vele economisten weten: De overheid dient zich van elke economische activiteit te onthouden. Indien men echt wil ingrijpen in de economie doet men dat veel beter via een systeem van subsidies of belastingkortingen in plaats van zelf voor bank te spelen.
Faillissement wenkt voor Vlaams Woningfonds"
Het Vlaams Woningfonds (VWF) stevent op het bankroet af. Dat blijkt een rapport van de inspectie van Financiën.
Het Vlaams Woningfonds geeft voordelige woonleningen vanaf 1,5% aan gezinnen met minstens 1 kind en een begrensd inkomen. Het kan dat doen omdat het hiervoor subsidies van de overheid krijgt. Zowat 30.000 gezinnen hebben er nu een krediet lopen.
Vlaams minister van Wonen Freya Van den Bossche (sp.a) had het rapport bij het Woningfonds besteld. De Gentse politica nam onlogische verschillen waar in de rentevoeten van de twee maatschappijen die sociale woonleningen verstrekken: het Vlaams Woningfonds (VWF) en de Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen (VMSW).
De audit toonde aan dat het VMSW in een gezonde financiële toestand verkeert. Het VWF is verlieslatend en zou dat nog tien jaar blijven.
Zo betaalt het VWF zijn geld duurder op de markt dan de VMSW. Bovendien leent het dat geld goedkoper uit aan de gezinnen. De gemiddelde rentevoet bedraagt 2 procent, minder dan de inflatie in de meeste jaren.
Ondanks dit alles kon het Vlaams Woningfonds in de laatste tien jaar zijn omzet ruim verdubbelen: van 130 naar 320 miljoen euro. Er volgde ook een belegging van 52 miljoen bij een IJslandse bank.
Van den Bossche stelt voor om beide maatschappijen te laten samensmelten. De socialiste wil nog voor het zomerreces een akkoord afdwingen in het Vlaams Parlement.
Sommige BV's komen zeer sympathiek over in de media. Ze doen zich voor als grappig en sympathiek. Maar als je ze in persoonlijke lijve ontmoet, kunnen zij ineens aan de verwachting niet meer voldoen. Naar het schijnt is bij voorbeeld een Koen Wouters in de dagelijkse omgang niet de "el sympathico" van op televisie. Hetzelfde verhaal overigens bij Anne De Baetzelier en zeker bij de mooie Veronique De Kock. Mensen verwisselen dikwijls uiterlijke schoonheid met innerlijke. Anne De Baetzelier maakte haar onsterfelijk antipathiek bij haar duizenden facebookvrienden die ze van haar pagina gooide, omdat ze "eigenlijk geen vriend waren", maar "slechts" een fan. Nadien was ze verbaasd dat ze politiek niet goed scoorde. Een Veronique De Kock is de vleesgeworden geworden pretentie en arrogantie. Omdat ze "mooi" is, denkt ze dat de wereld aan haar voeten ligt. Wanneer ze 60 zal zijn en al haar schoonheid weggeebd is, zal ze met zichzelf comfronteerd worden...Bij een Jean-Marie De Decker is de perceptie net omgekeerd. De media schilderen hem af als een bullebak, een arrogante zak, terwijl hij op persoonlijk vlak wel aimabel kan zijn. Maar de media brengen alleen negatieve berichten over hem, zoals over zijn echtscheiding.
Er zijn BV's waarvan ik spijt heb dat ik ze ooit heb ontmoet. Boudewijn Bouckaert hoort daarbij. Voor ik hem ontmoette zag ik naar hem op als een "denker" en een fijne humorist. Enige tijd geleden ontmoette ik hem persoonlijk. De man praat en denkt snel en probeert zijn best te doen om schijnvriendelijk te zijn, maar is het is niet overtuigend. Hij ligt overhoop met de liberale familie en poogt de plooien glad te strijken. Eigenlijk interesseert hij zich alleen voor zichzelf en zijn eigen toekomst in de politiek. Hij is super egocentrisch. Heimelijk wil hij terugkeren naar de open VLD, maar hij mist voldoende sociale vaardigheden. Het is allemaal zeer doorzichtig. Hij heeft teveel bruggen opgeblazen en blaast er nog maandelijks op. Dagelijks voetvolk krijgt geen aandacht. Maar als de basismilitant hoger opklimt, is hij plots wel geïnteresserd. Maar je kan niet onverschillig zijn vandaag en geïnteresseerd morgen. Zo werkt dat niet. Bouckaert is al dik in de zestig. Binnen enkele jaren gaat hij op pensioen. Zijn carrière is ver uitgezongen, ook in de politiek.
Boudewijn Bouckaert start nieuwe liberale denktank op
De Gentse rechtenprofessor Boudewijn Bouckaert (LDD) en een groep medestanders beginnen met een nieuwe onafhankelijke, liberale denktank: Libera!
Boudewijn Bouckaert start nieuwe liberale denktank op
Nu Nova Civitas op sterven na dood is, beginnen de Gentse rechtenprofessor Boudewijn Bouckaert (LDD) en een groep medestanders met een nieuwe onafhankelijke, liberale denktank: Libera! Daarin zullen niet alleen leden van de Lijst Dedecker maar ook andere liberalen zitten.
Libera! zal ook de jaarlijkse Prijs voor de Vrijheid toekennen, die eerder door Nova Civitas werd uitgereikt. Op 19 maart gaat die meteen al naar voormalig Europees commissaris Frits Bolkestein. Tijdens de uitreiking zullen diens voormalige medewerker en huidig Europees Parlementslid Derk Jan Eppink (LDD) en Patricia Ceysens, ondervoorzitster van de Open VLD, een laudatio uitspreken.
'Wij willen met onze nieuwe denktank bruggen slaan', zegt Bouckaert deze week in Knack. 'De huidige versnippering van het liberalisme is nefast. Zeker in tijden waarin het economische systeem zwaar onder druk staat. Als liberalen is het onze taak om grondig te onderzoeken wat er in de financiële crisis is misgelopen en welke hervormingen noodzakelijk zijn. Dat is de bedoeling van Libera!: we willen wars van alle dogma's uitvissen hoe we het vertrouwen van de mensen in de zelfregulerende kracht van de vrije markt kunnen herstellen.'
Glenn Janssens is enkel geïnteresseerd in seks en geld"
Ilse De Meulemeester en Glenn Janssens leken weer even dichter naar elkaar toe te groeien, maar de ex-Miss België is nog steeds in een gevecht verwikkeld om het hoederecht van haar zoontje met haar ex. Conrad werd eerder aan papa Glenn toegewezen, maar daar kan Ilse niet mee leven. 'Story' kon de verdediging van De Meulemeester haar advocaat inkijken.
Daaruit moet blijken dat Glenn niet trouw was en er meerdere affaires op nahield. "Toen Ilse aan kanker leed, werd ze op geen enkele wijze bijgestaan door Glenn. Ze vernam dat haar partner op heterdaad betrapt was in zijn Bentley op de parking van Hotel Reserve met BV X, met wie hij gedurende een jaar een amoureuze relatie had."
"In de periode waarin Conrad behoefte had aan een sterke ouder, op het ogenblik waarop zijn moeder zwaar ziek was, werd Conrad aan zijn lot overgelaten. In realiteit heeft Glenn nooit effectief voorzien in de opvoeding van het kind. Hij heeft zich op geen enkel ogenblik een zorgzaam partner noch ouder getoond, zodat dit aantoont dat Conrad maar bijzaak is binnen zijn eigen leven dat draait rond seks en geld."
Ook toen Conrad ziek werd was Glenn erg bot. "Hij verklaarde geen kind te willen met een helmpje, denkend aan epilepsie. Om Conrad gelukkig te houden voorziet Glenn hem momenteel van de duurste, meest extravagante cadeaus. Het kind leert hierdoor niet te verlangen naar een geschenk. Hierdoor zal zijn persoonlijke vorming aangetast worden."
Iedere partij heeft nood aan één grote leider. Dat het NVA zo groot geworden is, heeft het te danken aan maar één persoon: Bart De Wever. Dat de VLD ooit een premier kon leveren had het te danken aan wonderboy Guy Verhofstadt. Al tijdens de regering van Verhofstadt I begon het voetvolk te morren. Dat had alles te maken met de verlinksing van het liberale boegbeeld. In de jaren 1980 stond Verhofstadt gekend als een "baby-Tatcher", een hyper-liberaal die in zijn burgermanifesten zelfs de idee opperde om uit de staat te kunnen treden. Nergens had iemand zoiets gehoord en zeker niet van een aspirant-premier. Maar de hyper-liberaal ging onder invloed van bepaalde linkse intelligentia en kunstenaars een steeds meer progressieve koers varen met als bittere pil: "De snel-Belg wet". Een wet waarvan wij tot op heden nog steeds de gevolgen van dragen. Verhofstadt moest deze linkse wet door de strot van de partijmilitanten duwen in ruil voor zijn zitje als premier. Het kwam tot een clash met rivaal Karel De Gucht en een aantal jongeren, al dan niet gemeend. Iemand als een Annick De Ridder deed wel alsof ze tegen de Wet was, maar als een echte "kazakkendraaister" veranderde ze nog tijdens het congres van mening om nadien parlementslid te kunnen worden. Nadien ontpopte ze zich als een fervente aanhangster van Verhofstadt (!) en startte zelf een facebookgroep waarin ze haar sympathie -bijna liefde- voor de grote leider op alle mogelijke manieren uitte.
Na het debacle van de snel-Belgwet is de VLD nooit meer hetzelfde geweest. De sympathieke Ward Buysen, de dossierkenner Hugo Coveliers en rebel Jean-Marie Dedecker verlieten de partij en startten elk een nieuw politiek project op. In hun kielzog werden ganse afdelingen leeg gezogen. De partij viel terug op haar historisch minimun en heeft nu al een lange tijd te kampen met een imagoprobleem. Achter de schermen werd een bitsige strijd gevoerd om het nieuwe voorzitterschap. De clan Verhofstadt steunde Marino Keulen, de clan Karel De Gucht kwam met de lelijke Gwendolyn Rutten op de proppen en de eeuwige clan De Croo stuurde zoon Alexander de arena in. Vanuit de partijtop werd enorm gelobbyd om één van de twee eerste te laten winnen. De partijbasis besliste echter anders. Alexander genoot de steun van de jongeren en de ongebonden leden en werd uiteindelijk verkozen. Dit natuurlijk tot groot ongenoegen van de clan De Gucht en de clan Verhofstadt. Vanaf dag één zinden ze op wraak. Loyauteit en liberalisme gaan nooit goed samen.
De Croo wist dat hij snel moest handelen en dringend "nieuwe" mensen naar voor moest duwen. Daarom liet hij ook de regering vallen. Bij de laatste verkiezingen werd vooral voorrang gegeven aan nieuwe elementen. Nieuwe onbekende elementen zorgden dan weer voor een mager electoraal resultaat met opnieuw kritiek vanuit de twee clans. Dat vorig weekend er zowel kritiek kwam van Karel De Gucht-himself en Verhofstadt-boy Matthias De Clercq was geen louter toeval. De beide clans doen hun uiterste best om het hun voorzitter zo zuur mogelijk te maken. Alexander De Croo zal uit zijn voorzitterschap zwaar gehavend komen. Dat staat nu al vast.
Anderzijds moeten we toegeven dat De Croo weliswaar meer charisma heeft dan een Yves Leterme, maar toch niet de uitstraling heeft van een toekomstig premier. Verhofstadt was toch een klasse hoger. Al is het spijtig dat deze "grote" leider zo zijn eigen volgelingen heeft bedrogen.
BRUSSEL - De aanval op N-VA van Mathias De Clercq was net zo goed een frontale aanval op de partijvoorzitter. Het pakte averechts uit. Toch is de schade voor Alexander De Croo nog niet geleden.
Van onze redactrice
'Dit waren de krantentitels over onze partij vrijdag. Liberalen zetten iets in beweging,. En dit zijn die van vandaag: Liberalen verdeeld,. Wél met N-VA of niet met N-VA,.'
Het was een bijzonder scherpe en emotionele voorzitter Alexander De Croo die bij het begin van het partijbureau de interviews van Mathias De Clercq over de verrottingsstrategie van N-VA veroordeelde.
Over de inhoudelijke discussie, de ideologische tegenstellingen tussen het liberalisme en het Vlaams-nationalisme, wou De Croo junior het niet eens hebben. Karel De Gucht met zijn vlijmscherpe essay over de Vlaams-nationale kringredenering, tot daar aan toe. Maar de manier waarop de Gentse schepen De Clercq de N-VA en passant in De Ochtend ook de partijtop aanviel, kon niet door de beugel.
De Croo kreeg snel het partijkader op zijn hand. Vincent Van Quickenborne, Sven Gatz en Bart Somers gaven de Verhofstadt-poulain De Clercq de volle laag. Ook Patrick Dewael, toch niet bepaald behorend tot de De Croo-clan, zei dat de interviews tactisch niet verstandig waren.
De hele kwestie roept het beeld van een hopeloos verdeelde VLD weer op het netvlies. Dat Mathias De Clercq een Verhofstadt-poulain is en dat uitgerekend de oud-premier vandaag toch even in De Ochtend met enkele zinnetjes zijn pleidooi ondersteunde, voedde het vermoeden van een georkestreerd manoeuvre tegen de voorzitter. Bovendien had Karel De Gucht tijdens hetzelfde weekend zijn essay gelost.
Toch liep het zo'n vaart niet tijdens het partijbureau. Al snel bleek dat De Clercq zijn hand overspeeld had. De Guchts essay verscheen écht toevallig op hetzelfde moment. Op de jongerenvoorzitter na en een voorzichtige Jean-Jacques De Gucht, oogstte hij alleen afkeuring voor de manier waarop hij de eigen partij de gracht in reed.
De Croo kon voor de buitenwereld de rangen sluiten en er werd afgesproken dat alleen hij nog zou communiceren over de zaak. De Clercq teruggefloten dus, of toch zeker voor zijn tactiek. Al slikt die laatste zijn verklaringen niet in.
Het leed is dus niet geleden voor de voorzitter. De woorden van De Clercq zullen bij elk debat, elk interview en elke onderhandeling ge- en misbruikt worden.
Net nu De Croo beetje bij beetje een eigen verhaal begon op te bouwen en de liberalen af geraakten van het etiket van onbetrouwbare partner, komt dit. Open VLD gedroeg zich de afgelopen 72 uur opnieuw alsof de aarde rond de liberalen draaide en op 13 juni niets is gebeurd. Die houding is hen na 2007 zuur opgebroken. Net met die houding wou De Croo komaf maken. Dat zal hem na dit weekend minder lukken dan voorheen.
'There's something rotten in onze partij', zegt een ontgoocheld parlementslid. 'We dachten dat de ruziemakers verdwenen waren. En zie, met de nieuwe generatie is het helemaal terug.'
Wanneer het NVA het over het Koningshuis heeft, begeeft het zich op glad ijs. Zeker nu, in deze tijden van onzekerheid zorgt ons Koningshuis voor enige stabiliteit en vertrouwen naar de buitenwereld. Ik ben er niet van overtuigd dat een grote meerderheid van de Vlamingen tegen het Koningshuis is. Dit soort van stellingen kan zich tegen het NVA keren.
Louter politiek-strategisch is er wat te zeggen voor het behoud van ons Koningshuis. Zo is er de interessante denkpiste die stelt dat de Koning zou kunnen fungeren als staatshoofd voor Vlaanderen en Brussel. Met dergelijke "personele unie" zou de Koning kunnen zorgen voor een blijvende band tussen Vlaanderen en Brussel na eventuele onafhankelijkheid.
28/02 De totale kostprijs van ons koningshuis bedraagt meer dan het dubbele van wat officieel bekend is. Jaarlijks krijgt het koningshuis een dotatie van 13,7 miljoen euro voor de koning, zijn onkosten maar ook voor Fabiola, Filip, Laurent en Astrid. Uit een parlementaire vraag van Theo Francken (N-VA) blijkt dat boven op die som nog eens 16,8 miljoen euro wordt uitgegeven aan allerhande diensten. Het poetsen van het paleis bijvoorbeeld of elektriciteitsrekeningen.
Die kosten kunnen worden teruggevonden op de begrotingen van de ministeries van binnenlandse zaken, defensie maar ook wetenschapsbeleid. Inderdaad als de koning zijn paleis openstelt voor het publiek draagt het ministerie van wetenschapsbeleid de kosten voor het personeel, de poetsbeurt en de elektriciteit.
Daar is vorig jaar 211.107 euro aan uitgegeven, geld dat dus niet uit de dotatie komt. De dienst wetenschapsbeleid draait ook op voor de 'ambachtelijke' relatiegeschenken die koning Albert aan buitenlandse gastheren geeft tijdens zijn reizen.
De grootste slokkop in de "verdoken" kosten is het transport en de beveiliging van onze royals. Vorig jaar voerde de politie 271 escortes uit en ruim 250 agenten stonden voltijds in voor de beveiliging. Aan het ministerie van binnenlandse zaken kostte dit in 2010 14,5miljoen euro.
Besparen?
Inclusief de verdoken kosten kost het vorstenhuis de Belgen dus de ronde som van 30,5 miljoen euro. Begin dit jaar werd nochtans meegedeeld dat ook de Van Saksen-Coburgs 10 procent zouden besparen op de dotaties. Vorig jaar is 13,7 miljoen aan dotaties uitgekeerd, dit jaar zou het om 13,8 miljoen gaan.
"Dat ze weten wat het echte leven kost"
"Als de overheid al die kosten vergoedt, kunnen we alleen maar concluderen dat ons koningshuis amper iets uit eigen zak moet betalen", zegt N-VA-Kamerlid Francken in een krant van de Corelio-groep. "Geen elektriciteitsfacturen, geen huur, geen autolening. Een mens vraagt zich af waar de Van Saksen-Coburgs het geld van hun officiële dotaties dan wél aan spenderen. Misschien moeten we een aantal kosten factureren, zodat ze tenminste weten wat het echte leven voorstelt".
Een Duitse spermadonor dreigt een serieuze financiële kater over te houden aan zijn gulle daad. Dat meldt Der Spiegel. Twee lesbiennes die hij aan een kind hielp, eisen nu van hem alimentatie. En ze worden waarschijnlijk in het gelijk gesteld.
Klaus Schröder, een 52-jarige onderwijzer, stond vijf jaar geleden sperma af aan een lesbisch koppel dat een zoekertje in de krant had gezet. De twee vrouwen hadden toen beloofd dat ze geen financiële hulp zouden vragen voor het kind, aldus Der Spiegel.
Doop betaald Na de geboorte speelde Schröder, die geen eigen kinderen had, de rol van "een soort van hulpvader" en ging hij de kleine David een keer per maand bezoeken. Hij betaalde ook de doopplechtigheid van het jongetje.
Wet aan hun kant Nu vragen de twee vrouwen echter alimentatie voor hun zoontje, dat deze maand 4 wordt. En de wetgeving staat aan hun kant. Het Duitse gezinsrecht bepaalt dat, ongeacht welke engagementen beide partijen hebben gemaakt, een vader moet instaan voor de behoeften van zijn nageslacht van zodra zijn vaderschap vaststaat. En in dit geval lijkt daar amper twijfel over te bestaan. De enige uitzondering is wanneer de partner van de moeder het kind wettelijk adopteert.
De Arabische wereld is in revolutie, Noord-Afrika staat op stelten en gisteren probeerde Congolezen via een mislukte staatsgreep het regime van Kabila omver te werpen.
De immer aanwezige progressievelingen prediken al jaren non-interventie. Non-interventie tot op het moment dat de lokale bevolking omkomt van ontbering. Want dan staan deze zelfde linksen op de barricade voor humanitaire hulp. Ondertussen roepen zij in de duisternis en verlangen zij dat er ineens "deus ex machina" verlichte leiders komen in de Afrikaanse staten. Men kan net zo goed geloven in het einde van de wereld zoals die voorspeld is door de Maya's in december 2012. Met andere woorden, men is enorm naïef bij de progressieve intelligentia.
Ik heb het geluk gehad les te krijgen van derdewereld-expert en professor Rudy Doom. Eigenlijk was die man een vlees geworden cynisme. Hij had wel iets sympathiek over hem, maar hij wist het blijkbaar ook niet meer. Om een bepaald moment predikte Doom dat we allen "The end of history" moesten lezen van Francis Fukyama om dan enkele jaren nadien in te zien dat hij zich vergist had. Niemand in Vlaanderen, noch in Europa weet hoe we het zwarte continent dienen aan te pakken. Als Nelson Mandela in Zuid-Afrika de macht kreeg, stonden we in België bijna allemaal te springen van contentiment. Waarom eigenlijk? Waarom zijn wij allemaal zo gelukkig als er in Afrika een nieuw leider aantreedt? Omdat we natuurlijk allemaal hopen op de noodzakelijke veranderingen. Achteraf geraken we keer op keer gefrustreerd, omdat de transitie niet verloopt zoals we gehoopt hadden. Meer nog, de ene uitbuitende klasse volgt de andere op. Revoluties van links of rechts in de Afrikaanse wereld betekenen eigenlijk niet zo veel. Vele Afrikaanse staatshoofden denken alleen maar aan hun eigen clan of volksstam. En het Westen dat denkt enkel aan het eigen belang. En in Afrika gaat het vooral over bodemrijkdommen. Men is maar al te graag bereid zich te compromitteren met een controversieel staatshoofd indien er toegang tegenover staat tot de bodemrijkdommen. Dat is zo in Congo en dat is ook zo vandaag de dag ook in landen als Lybië. Toen Mobutu in Congo op de terugweg was, maakte Kabila alleen maar een kans door zeer snel een handelsovereenkomst te sluiten met de Verenigde Staten. Na dit akkoord waren de dagen van Mobutu geteld. Niet anders vandaag in Lybië. Niet voor niets is de internationale gemeenschap enorm geïnteresseerd in de politieke toestand van het land. En zoals ik het voorspeld had, maken ze zich gereed voor een "humanitaire" maar vooral militaire interventie. Waar hebben we dit nog al gehoord? Het Westen wil macht krijgen over de olierijkdom van het Afrikaanse land. De Verenigde Staten intervenieren pas als er iets tegenover staat. En ook nu is dat olie. Enkel in Vietnam hebben ze miljarden dollars vergooid uit ideologisch standpunt. Sinds de jaren negentig zit de ideologie van de Amerikaan vooral in zijn portemonnaie. Naar de bevolking toe proberen de politici wel steeds een andere reden op te geven. Maar intrinsiek gaat het steeds over geld en bodemrijkdommen. Dat ondertussen de bevolking wegkwijnt is natuurlijk een spijtige zaak. Enkel uit marketingoverwegingen zal men naar de bevolking grijpen. Zoals vandaag door Frankrijk. In een vlaag van humanitarisme heeft de Franse overheid vandaag twee vliegtuigen met medische hulp naar de Lybische rebellen gestuurd. Niet meer dan een politieke zet naar de toekomstige nieuwe leiders van het land. Dit alles maakt duidelijk hoe verdorven de internationale politiek is. Lokaal bakken de Afrikaanse leiders er niets van en internationaal worden de landen leeggezogen door Westerse én Aziatische mogendheden.
Hoe kunnen we deze problematiek oplossen? Ik heb het al geschreven. Er is een belangrijke taak weggelegd voor de Verenigde Naties. Meestal staat deze organisatie erbij en doet het weinig of niets. Een aantal loze dreigingen, zoals nu door de secretaris-generaal. Meer moet je van deze organisatie momenteel niet verwachten. Jarenlang was de VN geparalyseerd door de Oost-West tegenstellingen. Zeker tijdens de Koude Oorlog kon men niemand mobiliseren, weliswaar met uitzondering van de oorlog in Korea. Er komen andere tijden. De VN zou in de 21e eeuw normen moeten bepalen waarbinnen landen moeten fungeren. De kwaliteit van gezondheidszorg en onderwijs is een belangrijk criterium. Men hoeft geen liberale en democratische waarden op te leggen aan al de landen van de wereld, maar men moet wel toezien dat de bevolking van de respectievelijke landen niet wegkwijnt. En indien dat het geval is, dient de internationale gemeenschap in te grijpen. In bepaalde gevallen en na het volgen van een strikte procedure van waarschuwingen en veroordelingen zou de VN het recht moeten krijgen in een bepaald land in te grijpen. Men zou via "Peacemaking forces" het corrupte regime kunnen omver werpen en het land kunnen plaatsen onder permanent toezicht van de VN, een beetje als de mandaatgebieden van weleer. Gedurende een lange periode zou dan de internationale gemeenschap kunnen helpen aan de ontwikkeling van deze landen en haar bevolking. Oud-koloniale machten zouden ook daaraan kunnen deelnemen, gezien hun expertise op het terrein. Maar het zou zeker en vast geen nieuw koloniaal regime mogen worden. Neen, de VN moet de touwtjes in handen blijven houden. En overal zouden VN-waarnemers rapporteren over de vorderingen in het land. Na een geleidelijke transitieperiode zou in het land de democratie kunnen worden ingevoerd. Eerst vanuit de lokale basis en zo tot op nationaal niveau. Na een periode van gemakkelijk 20 jaar zou een verpauperd land kunnen opklimmen naar een land in ontwikkeling. Iedereen zou hiervan beter kunnen worden: De lokale bevolking en de wereldgemeenschap.
Afrikaanse oplossingen voor Afrikaanse problemen
11/12/08, 07u30
Karel Arnaut, antropoloog aan de UGent en vicevoorzitter van het Gents Afrika Platform (GAP), en Koen Vlassenroot, coördinator van de Conflict Research Group (UGent), dienen Luckas Vander Taelen van repliek. (Foto: de Afrikaanse VN-missie UNAMID in Darfur).
Afrika heeft geen toekomst als er geen inspirerende generatie van nieuwe staatslieden opstaat. Men kan terecht kritiek hebben op de aarzelende houding van Europa, maar het kan geen kwaad om tegelijk de Afrikaanse onverschilligheid aan te klagen', schreef Luckas Vander Taelen naar aanleiding van de crisis in Oost-Congo. Karel Arnaut en Koen Vlassenroot reageren scherp.
De column van Lucas Vander Taelen (DM 9/12/08) is een heel interessant misbaksel. Om te beginnen is het twee stukken in één. Vander Taelen behandelt twee (grotendeels ongerelateerde) onderwerpen: ten eerste de spijtige teloorgang van Zimbabwe onder Mugabe en ten tweede het gebrek aan intra-Afrikaanse solidariteit in het bestrijden van belangrijke conflicthaarden (Zimbabwe, Darfur, Oost-Congo).
Terwijl hij in het begin en het einde van het opiniestuk het tweede onderwerp behandelt maar niet verder geraakt dan een holle oproep, wordt in het middenstuk het eerste onderwerp (Zimbabwe vroeger en nu) als een soort 'argument' voor het eerste aangevoerd, terwijl het om een oppervlakkige reisherinnering gaat aan een tripje door Mozambique en Zimbabwe in de vroege jaren negentig. En zo heeft Vander Taelen in zijn column twee zaken niet gedaan. Hij heeft niet uitgelegd of zich zelfs maar afgevraagd hoe het welvarende Zimbabwe in het begin van de jaren negentig in elkaar stak of welke neokoloniale spanningen onderhuids aanwezig waren. Bovendien heeft hij niet verduidelijkt hoe en waarom de Afrikaanse solidariteit niet duidelijker speelt in situaties zoals Zimbabwe: hoezeer Zuid-Afrika internationale interventies ontraadt, of de afwezigheid van een concreet EU-voorstel niet tot afwachtende houding leidt, en of het sowieso wel verdedigbaar is om onder VN-vlag in te grijpen in een zeer interne aangelegenheid.
Wat bezielt een columnist om zo'n stuk te schrijven? Vander Taelen haalt "de hel van Darfur" aan maar wil niet weten dat daar sinds vorig jaar de UNAMID actief is met zowat 20.000 en straks 30.000 manschappen, waaronder een belangrijk deel Afrikanen. UNAMID is officieel de African Union/United Nations Hybrid Operation in Darfur, waarin maar liefst twintig Afrikaanse landen (ook de armste, zoals Burkina Faso en Sierra Leone) een bijdrage leveren. Ook blijkt de columnist blijkbaar geen weet te hebben van de vredesmissies van de Afrikaanse Unie die werden ontplooid in Burundi en in Somalië. En wat met de initiatieven van onder meer ECOWAS, SADC enzovoort?
Oost-Congo is dan weer een heel ander geval. Daar speelt inderdaad intra-Afrikaanse verdeeldheid, maar opposant zijn in oorlog en solidair zijn in vrede is nu eenmaal geen evidente combinatie. Tegelijkertijd kun je moeilijk beweren dat er geen pogingen worden ondernomen om een zogenaamde 'Afrikaanse oplossing voor een Afrikaans probleem' te vinden. Het volstaat even te refereren aan het initiatief van de voormalige Nigeriaanse president Obasanjo en de steun van verschillende Afrikaanse staatshoofden aan pogingen tot onderhandeling tussen de strijdende partijen. Akkoord, het mist misschien wel de broodnodige slagkracht, maar je kunt moeilijk volhouden dat er geen bereidheid tot actie bestaat. De pogingen van minister De Gucht (Open Vld) om een breed Europees initiatief te realiseren, staan heus niet alleen en kunnen op heel wat steun in Afrika zelf rekenen.
Ten slotte: dat onwetendheid kan worden beleden zonder dat daar veel aanstoot aan wordt genomen lijkt een nogal typisch Vlaams fenomeen. In weinig andere plaatsen in Europa is het zo aanvaard om zich zonder kennis van zaken over Afrika uit te laten als in Vlaanderen. Dat het aantal zelfverklaarde Afrika-experts zo hoog ligt, heeft immers veel te maken met het feit dat, net als bij Vander Taelen, het 'er eens geweest zijn' ruimschoots voldoende lijkt te zijn om uitspraken te doen over andere delen van Afrika of over het continent in het algemeen. Het voornaamste effect daarvan is dat bestaande vooroordelen en stereotypes op een bijzonder schrijnende manier worden bevestigd. In dit geval: gebrek aan initiatief, sloomheid en misschien zelfs medeplichtigheid met betrekking tot Afrikaanse miserie. Bekijkt Europa zichzelf hier in de spiegel?
Zaventemse carnavalist krijgt halfjaar cel voor trap in kruis
Een Zaventemse carnavalist heeft vandaag een gevangenisstraf van zes maanden gekregen omdat hij zo'n twee jaar geleden een medevierder een zware trap in het kruis zou hebben gegeven. Het slachtoffer zou sindsdien onvruchtbaar zijn. De rechtbank heeft nu een deskundige aangesteld om daar duidelijkheid over te scheppen.
Het incident deed zich voor in de carnavalsnacht van 2009 aan de Zaventemse feestzaal. Verdachte Raphael G. zou daar de Chinese partner van een andere carnavalsvierder, Peter V. verwensingen naar het hoofd geslingerd hebben en toen V. daarop wilde reageren, zou hij van G. een zware kniestoot in het kruis hebben gekregen.
Gebarsten teelballen Volgens de advocaat van het slachtoffer was die trap zo hevig dat beide teelballen barstten, dat verschillende bloedvaten geraakt werden en dat een spoedoperatie zich opdrong. De man zou sindsdien onvruchtbaar zijn en bovendien het mikpunt zijn van spot in de gemeente.
Onvruchtbaarheid onderzoeken Raphael G. ontkende de aantijgingen en beweerde dat hij enkel een duw had uitgedeeld. De rechtbank oordeelde dat hij zich schuldig had gemaakt aan opzettelijke slagen en verwondingen maar vond geen bewijzen voor het verband tussen de slagen en de beweerde onvruchtbaarheid van het slachtoffer. Een expert moet daarover nu duidelijkheid brengen.
In Zweden is beroering ontstaan nadat een ouder ontdekte dat haar zoontje op school naar pornosites kon surfen. De school in Gotland geeft toe dat niet alle 3.500 computers uitgerust zijn met de nodige filters.
De ouders van de jongen zagen dat hij via de schoolcomputer toegang had tot pornosites en stapten verontwaardigd naar de school. De knul gaf toe dat hij samen met zijn vriendjes op school regelmatig naar pornosites surfte, schrijft de krant Gotlands Allehanda.
Intussen laait de discussie over het gebrek aan voldoende bescherming weer hoog op. De gemeente die verantwoordelijk is voor de uitbating van de school zegt dat er onvoldoende geld is om alle computers uit te rusten met de nodige filters. Toch beweegt er nu ook wat op politiek vlak. De sociaaldemocraten vinden dat de gemeente actie moet ondernemen. "Schoolcomputers moeten educatieve doeleinden dienen. Ze dienen niet om naar pornosites te surfen", aldus Meit Frohlin van de sociaaldemocraten in Gotland.
De meeste gemeenten leggen scholen de verplichting op om filters tegen porno en geweld te installeren maar dat gebeurt niet overal. Het argument is dan dat volwassenen het best controle kunnen uitoefenen op het surfgedrag van jongeren. "Je kan het surfgedrag van kinderen nooit volledig controleren. Ze zijn heel nieuwsgierig en als ze niet op school naar porno surfen dan doen ze het misschien elders", besluit een anonieme stem.
In het Nederlandse Weert heeft een 24-jarige man gisterochtend rond half vier een agente tot bloedens toe in haar been gebeten en een andere agente met bloed in haar gezicht gespuugd. Dat gebeurde toen de agenten de gewonde man probeerden aan te houden na een vechtpartij op de Oelemarkt, meldt de politie.
De politie had de man en twee andere verdachten gevonden op aanwijzingen van getuigen over de vechtpartij. Toen de agenten het drietal daarop wilde aanspreken, rende een van hen een zijstraat in.
Hij werd tegengehouden, en bleek verwondingen te hebben als gevolg van de eerdere vechtpartij. Toen hij werd aangehouden verzette hij zich hevig, beet en spuugde bloed.
De politie heeft de man opgesloten in een cel van het politiebureau. Beide agenten hebben zich laten testen op besmetting met hiv.
Het kan aan mij liggen, maar ik geef toe: Ik ben niet meer mee. Als kind werd ik conservatief-katholiek opgevoed. Homofilie werd in het Katholiek onderwijs bekeken als een afwijking, een ziekte, bijna als pedofilie. Ik herinner mij nog dat mijn leerkracht in het vijfde studiejaar midden in het schooljaar uit het Heilig-Maagdcollege te Dendermonde werd gegooid omdat hij homofiel was. Ik vond dat er toen ver over. Iedere mens heeft recht om gelukkig te zijn, voor zover natuurlijk dat zijn geluk niet het geluk van anderen schaadt. (Bij voorbeeld: Een psychopaat die graag mensen vermoordt, dient tegen zichzelf te worden beschermd.)
Onze maatschappij heeft op één generatie tijd een enorme evolutie meegemaakt. Homo's zijn van paria's geëvolueerd naar voorbeeldfuncties. Homo's zijn in. Het is bijna een "must" om eens te experiminteren met het eigen geslacht. Dat is zelfs "leuk".
Het huwelijk werd duizenden jaren geleden in de godsdienst en cultuur ingevoerd als een ritueel of sacrament, waarbinnen nadien kinderen konden worden geboren. Een bezegeling om geen chaos teweeg te brengen in de maatschappij. Het was Napoleon die er een burgelijke zaak van maakte. Mensen die geen kinderen kunnen krijgen omdat ze er biologisch niet toe in staat zijn, zouden als logisch gevolg ook niet hoeven te trouwen.
Het huwelijk had natuurlijk een enorme symboolfunctie voor de holebigemeenschap. Men wou de gelijkwaardigheid op alle gebieden doortrekken, ook al is het niet meer dan een symbool. En daarom voerde men het homohuwelijk in. Na het recht op trouwen, kwam er nadien het recht op kinderen. En als men dan geen kinderen kan krijgen, dan moet men maar recht hebben op een draagmoeder of spermadonor. Technisch en biologisch klopt het verhaal nooit. Twee papa's kunnen geen kind krijgen van hun beiden. En ook twee lesbiennes zijn niet in staat samen een kind op de wereld te zetten. Dus hier loopt het verhaal al serieus mank. En dat merk je dan dadelijk aan de terminologie. Vroeger had men een papa en een mama. Nu heeft men een "draagmoeder" een biologische moeder, maar men heeft een vader en zelfs een "meevader". Stel je eens voor dat je in een zoo een groep primaten ziet en dat je als gids aan de bezoekers moet vertellen wie, de moeder is, de meemoeder, de vader, de meevader, de stiefvader en misschien zelfs de draagmoeder. Het lijkt wel een zottekot.
Een klein kind kan begrijpen dat er iets serieus foutloopt. En net daar situeert zich het grote probleem: Bij het kind zelf van deze "wensouders". Het kind wordt ergens in een "gezin" -of moet ik zeggen in een omgeving- gedropt omdat het het recht is van de homovaders, maar waar zijn de rechten van het kind? Heeft het kind geen recht op een papa en een mama? Moet men de kinderen niet beschermen tegen een onnatuurlijke leefwereld? Interessant was het stukje van Gerard Bodifée hierover, waarop ik mij heb gebaseerd. Maar zoals gezegd, het zal wel aan Bodifée liggen.
Onze zeden en gebruiken zijn een slingerbeweging. In de middeleeuwen waren er periodes dat bijna alles mocht en kon. Schilderijen van Jeroen Bosch zijn daar nog een stille getuige van. Ook in de tijd van de Romeinen waren er periodes van volledige ontsporing. Was het niet Caligula die met zijn eigen paard trouwde? Die tijd komt ook nog wel terug. Alles mag en kan in deze ontspoorde maatschappij. Een samenleving komt in verval en dan komt een vreemde bevolkingsgroep de macht overnemen. Dat was zou bij de Romeinen en dat zal ook bij ons geschieden. Terwijl wij aan het ontkerkelijken zijn, is de islam in volle opmars. De islam is een militante godsdienst die het wel eens binnen dit en twee generaties voor het zeggen kan hebben: Gedaan met homohuwelijken en nieuw samengestelde gezinnen...
Deze avond tijdens het 7 uur journaal was homopaar Laurent en Peter natuurlijk een hot item voor de eeuwige nieuwsanker Martine Tanghe. Beide vaders kwamen dan ook uitgebreid in beeld en ik moet zeggen dat ik blij ben dat ik -als kind- niet bij zulke vaders terecht ben gekomen. Het waren misschien wel vriendelijke mensen, maar ze gaven mij niet direct de indruk een harmonieus huishouden te kunnen creëeren. Ze zagen er mij een beetje ruig en onverzorgd uit. Allé, toch één van de twee vaders leek mij toch zo'n type. Och arme dat kleine kindje! Ik heb zelf kinderen en mag niet denken dat die in zo'n "gezin" zouden worden geplaatst ofzo.
Om terug te keren tot de aandacht die de VRT aan deze adoptie heeft geschonken. Het deed mij meteen denken aan de dood van Marie-Rose Morel. Dat was natuurlijk geen hot item voor de VRT. We moesten toen wachten tot aan de sport vooraleer het VRT-journaal er iets over kwijt wou. En ondertussen heeft het VRT-journaal weer eens een prijs in de wacht gesleept... Martine Tanghe kan haar progressieve ingesteldheid niet wegsteken. Denkt ze nu werkelijk dat Vlaanderen wakker ligt van de vaders Laurent en Peter. De dood van Morel daarentegen heeft Vlaanderen bewogen. Een 38-jarige moeder met twee kleine kindjes! Het was om bij te huilen en ik moet zeggen dat ik het echt moeilijk had bij het zien van die witte doodskist met die kindjes en de familie errond. De mensen konden zelfs de Antwerpse kathedraal niet meer binnen. Zo groot was de belangstelling van het brede publiek. Maar voor deze "extreem-rechtse" politica waren er natuurlijk geen schermen voorzien buiten de kerk. Neen, het was een bijkomstige zaak voor progressief Vlaanderen en onze "neutrale" VRT...
Peuter Samuel eindelijk bij papa's in België
Homopaar Laurent Ghilain en Peter Meurrens wachtten lang op hun zoontje Samuel uit Oekraïne.
De twee jaar oude peuter Samuel Ghilain is vanavond kort na 22.00 uur aangekomen op de luchthaven Brussels Airport, vergezeld van zijn vaders Peter Meurrens en Laurent Ghilain. Het gezelschap werd in de aankomsthal opgewacht door een persmeute en een grote schare familieleden, vrienden en kennissen, die hen op een applaus onthaalden.
Het vliegtuig dat Samuel met zijn vaders overbracht vanuit Warschau, landde om 22.00 uur maar dan duurde het nog drie kwartier voor ze in de aankomsthal verschenen. Zowel zij als hun welkomstcomité waren overweldigd door emoties.
Niet herkennen "Het is een intense dag geweest", zei Peter Meurrens. "Deze voormiddag was één van de stressvolste van mijn leven, tot we het bericht kregen dat Samuel met onze advocaat door de Oekraïens douanecontrole was geraakt en op weg was naar Polen. Het weerzien in de luchthaven verliep uiteindelijk beter dan verwacht. We hadden gevreesd dat hij ons niet zou herkennen en bang zou zijn maar dat was niet zo. Samuel was wel heel stil, terwijl Laurent en ik onze emoties amper de baas konden."
Paspoort De kleine peuter brengt de nacht door in Brussel en vertrekt morgen met zijn ouders naar Frankrijk. Daar wacht al twee jaar een kinderkamer op hem. De jongen werd in Oekraïne door een draagmoeder op de wereld gezet. Dat land erkent, in tegenstelling tot België, draagmoederschap. Uiteindelijk was er een uitspraak van een Belgische rechter nodig voor Buitenlandse Zaken het kind een paspoort gaf.
Gerard Bodifée over kinderen bij homo's
Gerard Bodifée schrijft dat het kind recht heeft op een gezin waarin een moeder en een vader aanwezig is en haalt zwaar uit naar de modernistische trend dat alles moet kunnen. De bewering dat homokoppels een kind alles kunnen bieden wat het voor zijn ontwikkeling en affectieve behoeften nodig heeft, is een flagrante miskenning van de menselijke natuur. Zij kan alleen het product zijn van een ideologie die gelijkheid oplegt aan wat verschillend is en die overal het monster van discriminatie meent te moeten zien. Bodifée slaat de nagel op de kop. We mogen aannemen dat de meerderheid van de Vlamingen en ook heel wat verstandige homoseksuelen die niet meestappen in de dwaasheid het met hem eens zijn. De wettelijke erkenning van het homohuwelijk is niet meer dan een dwaze politieke stunt. De invoering van het adoptierecht voor homos is, om het met de woorden van Bodifée te zeggen, een onmenselijke leugen die voorbijgaat aan de menselijke natuur én de belangen van het kind. (Site Vlaams Belang, 7 mei 2006, naar aanleiding van artikel Bodifiée in Knack)
Ze kunnen beter pinguïns adopteren dan kinderen (In De strop, naar aanleiding van ludieke lesbische pinguïnadoptie van Casa Rosa, 2006)
Vrouwtjesapen vallen voor mannetjes die op zichzelf urineren
Wat een man al niet moet doen om een vrouw te verleiden. Bij de kapucijnaapjes urineren mannetjes op zichzelf om de aandacht van een vrouwtje te trekken. Ze smeren de urine over hun hele lijf.
Kapucijnaapjes leven in Centraal- en Zuid-Amerika. Ze hebben de bizarre gewoonte om hun urine over hun volledige lichaam uit te smeren. Wetenschappers hebben jarenlang gezocht naar een verklaring, maar nu hebben onderzoekers ontdekt dat de aapjes op deze manier vrouwtjes proberen te lokken.
Vroegen dacht men dat de urine de lichaamstemperatuur mogelijk deed dalen of dat individuele apen elkaar konden herkennen aan de geur. Wetenschappers van de Trinity Universiteit in San Antonio voerden hersenscans uit bij vrouwtjes terwijl ze de urine roken. Daaruit bleek dat de urine van seksueel actieve mannetjes meer activiteit opwekte dan de urine van jonge aapjes.
Een kennis van mij heeft een vastgoedkantoor in het Gentse. Vorig jaar kwam een pas afgestudeerde van de Hogeschool solliciteren voor een stageplaats als vastgoedmakelaar. De erkende makelaar stelde de student een aantal basisvragen. De "Bachelor Vastgoed" kende er niets van. Hij wist niet hoe hij een huurcontract moest opzeggen, had nog nooit gehoord van het kadaster, de registratie en het hypotheekkantoor etc. De vastgoedmakelaar vond dit niet kunnen en nam contact op met de Hogeschool Gent. Die antwoordde aan de makelaar dat ze hem schrapten als als stagekantoor voor hun studenten!!!
ENKEL DE KWANTITEIT TELT...
Wat is er aan de hand? In Vlaanderen worden scholen beloond volgens het aantal studenten dat ze hebben en niet volgens de kwaliteit die ze afleveren. Een school creëert best de reputatie een bepaald diploma af te leveren zonder te hoge eisen te stellen. Iedereen is dan tevreden. De ouders, de fier zijn op hun kind dat een "Bachelor" heeft gehaald. De kinderen die niet veel hebben moeten werken voor hun diploma en natuurlijk de school die jaarlijks subsidies ontvangt. Vele studenten betekenen natuurlijk ook werkzekerheid voor de docenten, die verder weinig last hebben van werkdruk. De Hogeschool Gent heeft daarenboven nog het geluk dat het gelegen is in een studentenstad, hetgeen nog een extra aantrekkingspool is.
SLECHTS HET TOPJE VAN DE IJSBERG
Als er dan iemand vanuit de basis komt klagen dat het niveau écht ondermaats is, dan zitten ze natuurlijk met een probleem. Het best is zo iemand monddood maken, of hem althans geen toegang meer verschaffen tot hun instelling. Anders zouden nog meer wantoestanden aan het licht kunnen komen. En die zijn er natuurlijk in overvloed in de Hogeschool Gent. Mijn kennis vertelde mij dat hij gedurende jaren optrad als mentor voor de studenten en zo ondersteuning verleende bij de eindwerken. Een bepaald student deed zijn eindwerk over "beleggen in vastgoed". Mijn kennis wou de student op het goede pad zetten en maakte een uitgebreide inhoudstafel op. Het was natuurlijk de bedoeling dat de student deze inhoudstafel aanvulde met teksten en referenties e.d. De student deed echter NIETS en diende de uitgebreide inhoudstafel in met een kaft rond als "zijn" eindwerk. De student kreeg net de helft van de punten en was geslaagd als "bachelor vastgoed"! Een andere student deed zijn eindwerk over projectontwikkeling. Daar bestaan in de handel reeds vele werken over. De student had een standaardwerk bemachtigd en nam bijna alles klakkeloos over. Enkel de indeling werd veranderd. De student kreeg onderscheiding. Een andere student deed zijn eindwerk over "onbewoonbare" panden. Een zeer interessant onderwerp, gezien de wetgeving en de procedures errond. De student had een soort van fotoboek samengesteld met foto's van onbewoonbare panden, schimmels e.d. Maar niets over de procedure die door de overheid wordt gevolgd, noch over beroepsmogelijkheden. De student kreeg toch net de helft van de punten en was dus geslaagd!
Mijn kennis vertelt mij dat de Hogeschool Gent afdeling vastgoed wordt geleid door mensen die totaal geen band hebben met de praktijk. Zij hebben een vertekend beeld en denken dat een vastgoedmakelaar niets meer doet dan Veronique De Kock in programma's à la huizenjacht met als slagzin:"schoon hé?" Voor dit heeft men natuurlijk geen kennis nodig over huurwetgeving, het kadaster en de registratie. Mijn beroepservaring bij de overheid leert mij echter dat men bij een eigendomsoverdracht enorm veel juridische informatie nodig heeft: Uittreksels uit het vergunningenregister, As build attest, plannengregister, rooilijnplan, onteigeningsplan, kadasterplan, EPC-attest, overstromingsgebied etc. Als je dan een onkundige pipo van de Hogeschool Gent over de vloer krijgt dan ben je wel de peer.
Door de opleiding vastgoed zo ondermaats te houden doet men op termijn niemand een plezier. Want de studenten kennen niets als ze afstuderen. Ze hebben drie jaar (of soms langer) hun broek versleten, maar staan nergens. Het zwaartepunt komt dan bij de stagekantoren te liggen. Zij moeten schaven aan de jonge mensen om er toch nog iets van te maken. Indien zo'n quasi ongeschoolde vastgoedmakelaar het ongeluk heeft een minder goed stagekantoor te treffen dan betekent dat natuurlijk een ramp. Een ramp voor de latere vastgoedmakelaar omdat hij het beroep niet kent, maar ook een ramp voor de maatschappij en het beroep van vastgoedmakelaar zelf. Onkundige vastgoedmakelaars kunnen de mensen enorme ellende berokkenen. Indien ze het verkoopsdossier niet goed samenstellen -uit onwetendheid- kan de verkoper nadien opdraaien voor gigantische schadevergoedingen. De rechtbanken spreken geregeld vergoedingen uit van meer dan 25.000 euro! En zoiets keert zich dan natuurlijk ook tegen de vastgoedmakelaars zelf. Indien een onkundig makelaar meerdere schadegevallen heeft zal zijn verzekering hem niet meer willen verzekeren.
BELANGRIJKE TAAK VOOR DE OVERHEID
Bovendien leidt de reputatie van de makelaar door incompetentie enorme schade. En sommige makelaars hebben al geen goede naam. Ik denk dat er voor het beroepsinsituut of de overheid een enorme taak is weggelegd om de opleiding te regulariseren en om een soort van eindtermen te voorzien. Op lange termijn zal een Bachelor niet meer volstaan om de steeds meer ingewikkelde materie te bevatten. Mijn kennis vertelde mij dat een verkoopsovereenkomst nu gemakkelijk 10 bladzijden overschrijdt. Tien bladzijden juridische clausules en formuleringen mag men niet aan amateurs overlaten. Het is geen brood dat men bij de bakker koopt. De transactiesommen gaan steeds over meer dan 200.000 euro en meer.
Indien ik wetgever zou zijn, dan zou ik op termijn verplichten dat elk kantoor minstens één jurist in dienst had en eigenlijk zou de opleiding van "vastgoedmakelaar" beter een aparte master zijn na de rechten. Of waarom maakt men geen opdeling tussen "zelfstandig vastgoedagent" en "zelfstandig vastgoedmakelaar" naar analogie met de verzekeringssector? Waarbij men de erkenning van "agent" geeft aan de zwakke bachelors van het type Hogeschool Gent en die van "makelaar" aan universitair geschoolden. Om de mensen tegen zichzelf te beschermen zou men enkel als "makelaar" een eigen kantoor mogen hebben. Het zou voor de bevolking ook beter zijn en dat is natuurlijk nog het belangrijkste.