Ik ben Marleen, en gebruik soms ook wel de schuilnaam Snikylou.
Ik ben een vrouw en woon in Zele (Belgie) en mijn beroep is Niks nemeer.
Ik ben geboren op 18/06/1954 en ben nu dus 70 jaar jong.
Mijn hobby's zijn: cursiefjes schrijven, lezen, computerspelletjes spelen.
Ik ging als 6 jarige op internaat in Brussel wegens mijn spastische handicap. Ik zou er 8 jaar van mijn leven doorbengen.Daarover schrijf ik :
"ma vie"
en ook over mijn leven in 't algemeen.
Bij Sinterklaas in de Innovation in Brussel
Op trouw van Astrid, pet Jef kijkt ontroerd toe
Spiegelbeeld, vertel eens even. ben ik echt zo oud als jij ? Waarom gaan toch al die jaren, als je jong bent, zo vlug voorbij ? 'k Ben nog niet oud en versleten, k zou het graag eens overdoen. En mijn leven zou, zeker weten, er heel anders uitzien zien als toen !
Tante francine met Argiro Nadine en ikke
Peter Jef en Meter Adrienne
Meter Mathilde en Peter Arthur
Bij het eerste bezoek aan mij. Je ziet aan mijn lip, dat ze bijna weg gaan
Lionel, Dominique Ik en Danny Lenseclaes
Ik en Papa genieten van een smoutebol
ikke bij will tura in 1964
Foto de Home Fraiteur NU
Ik met Geatana Talluto mijn laatste jaar "1968"
Inkomhall fraiteur met de bewuste muurschildering
Ik met tante Josee en Josee Delavande
Ik met mijn Pa in 1968
Ik en eduard Van Zwol en Andre Lemmens op het podium van de Fancy-fair
25 juni 1976 Een dag om nooit meer te vergeten
Mijn droomprins staat voor de deur
Er zijn geen rozen zonder doornen En geen liefde zonder pijn.
In deine augen steht so vieles was mir sagt, Du fuhlst genau so wie ich. Du bist das mädchen, das zu mir gehört, ich lebe nur noch fur dich.
Eric met zijn moeder
Moeder aan de arm van erics vader.
Tante Marie-louise en Erics schoonbroer Gaston
Peter Pierre en Erics jongste zus Lisette
Ik met Papa, en bruidskinderen Chris en Anja
Aan de kerk met meter Adrienne Opzij mijn vriendin Linda Bonnarens
In de open auto aan de kerk
Ma Vie
Het leven als gehandicapte
14-07-2006
14) Mevrouw Hublou : mijn godsdienstlerares
Naast Tante Josee, kregen wij ook nog les van Mevrouw Hublou, (Ik hoop dat ik haar naam goed schrijf ) Meer bepaald godsdienstles. Wij mochten haar Tante Fienje noemen, Het was een klein madammeke dat een beetje leek op mijn oma langs moeders zijde. Tante Fientje gaf dus godsdienst, een van mijn favoriete vakken om dat zij prachtig vertellen kon over allerhande zaken en omdat we dan niks anders moesten doen dan luisteren, maar ook omdat ik dat kon gaan vertellen aan mijn mèt Adrienne. Zij kwam 1 of 2 maal per week bij ons. De rest van de dagen doceerde zij elders. Iedereen volgde gosdienst behalve Renee, die ging dan mee met tante Josee naar een ander lokaaltje waar zij zedenleer kreeg. Ik heb nog steeds mijn oude catechese boekje van toen met alle gebeden, en alle aktes: Van liefde tot berouw . Waar is God ? - God is overal, in de hemel, op de aarde en op alle plaatsen ! Dat wou zij horen en niks anders en... wee diegene die durfde afwijken van deze zin. Vreemd maar ik heb haar later nooit meer gezien.
Vanaf de eerste dag dat ik er was werd ik opgevolgd door de huisarts van dienst: Dokter Daelemans (wij allemaal trouwens) die trouwens ook de arts ws van de bond van spastische kinderen, om de vorderingen te kunnen bespreken en de remedies aan te passen daar waar nodig. Nu was de eerste keer ook weer zo'n hilarisch moment om aan terug te denken, dat ik u dit niet kan onthouden. Toen ik al een poosje in het internaat verbleef begon ik een aardig mondje frans te kennen maar dan wel de allernoodzakelijkste dingen zoals bol, assiette, fourchette, couteau, froid, chaud, en toen de dokter mij vroeg : ou tu as mal ? begon ik aan mijn franse woordenschat. De dokter lag dubbel. Hij heeft daarna de vraag in t nederands gesteld.
De grote vakantie brachten we meestal door in een huis gelegen in Villers-la-ville bekend als "La cité de la Croix Rouge" van het Rode kruis. Dat was een groot herenhuis dat gebruikt werd om kans arme jongeren te laten genieten van de natuur en het kampwezen. Er waren meestal een aantal groepen tegelijk aanwezig maar wel gescheiden. We sliepen in grote kamers in stapelbedden. Overdag hielden wij ons bezig met wandelen en spelen per groep. De kampvuren deden we dan samen. Dan werden er grote blokken hout gesprokkeld en na het avondeten en de afruim moesten we naar de slaapkamers een grote dikke trui aanpassen met dito broek. Daar werden dan liedjes gezongen en spelletjes gespeeld. In een ronde rond het kampvuur gezeten zongen we arm in arm al wiegend van links naar rechts:
Chante et dance la boheme Faria, faria oh! Vole et champe où Dieu te mène Faria faria oh! Sans souci au grand soleil Coule des jours sans pareils
(ref)Faria,faria faria,faria,faria faria oh 2x
Quand a faim se fait tenace, Faria,faria oh Dans le bois se met en chasse, Faria, faria oh Tendre biche en prompt chamois Lui feront un festin de roi
(ref)Faria.....
Sur la mouse ou dans la paile, faria,faria oh trouve un lit fait à sa taille, faria, faria oh Coeur leger, boheme dort qui n' eveille aucun remords
(ref)Faria....
Et si mince est son bagage Faria,faria oh que sans peine démenage,Faria,faria oh Dans le ciel quand Dieu voudra En chantant s' envolera
(ref) Faria......
Wanneer we uitgezongen waren kwamen de spelletjes: Dan werd er iemand aangeduid die "le pauvre petit chat" werd die moest dan bij de anderen gekke bekken trekkend miauwen, waaop de uitgekozen persoon 3 x "pauvre petit chat" moest zeggen terwijl de persoon aankijkend zonder te proberen lachen, lachte hij wel dan werd hij de "kleine arme kat" en moest hij op zijn beurt iemand aan 't lachen brengen. Voor we gingen slapen zongen we bij wijze van begroeting: Bonsoir ! Met 3 stemmen dwz. De eerste stem begon met zingen van de eenvoudige woorden en bij het begin van het 2 couplet voegde de andere groep in zodat we een soort van echo creeerden.
Bonsoir, bonsoir, La brume monte du sol, On entend le rossignol.
Bonsoir, bonsoir, La brume monte du sol On entend le rossignol
Bonsoir, bonsoir !
En telkens er een groep uitgezongen was stonden die op en gingen naar binnen.
Het is daar dat ik mijn totemnaam kreeg; Mits een aantal proeven qua doorzetting en volharding werden we behoordeeld en zocht de leiding naar een gepaste naam waar al je gebreken of je kwaliteiten uit spraken. soms ook een gelijkenis met iets of iemand. De mijne werd: "Gretel-Espiegle" Grietje - Uilenspiegel dus. Grietje omwille van mijn blonde haar en Uilenspiegel omwille van de fratsen die ik uithaalde.
Er was daar aanpalend een bos waar we wilde aardbeien en bramen gingen plukken en die we dan als avonddesert serveerden. en er was een feestzaal met zowaar een piano! Daar leerde de leider ons dan "Broeder Jacob" op spelen. Er liep ook een beekje met nogal fel stromend water en dat heb ik aan de lijve ondervonden. We zaten soms met onze voeten in het water en ik weet niet meer hoe het kwam maar plots viel mijn schoen "van mijn enige paar" in het water en was binnen de kortste keren meegesleurd. Daar zat ik nu met nog enkel sandalen. Ze hebben dan het home verwittigd en die hebben op hun beurt mijn ouders gecontacteerd en 2 dagen later kwamen zij mij mijn andere schoenen brengen. Wat ik daar ook geleerd heb is dat Zwanen stoute dieren zijn; er kwam daar soms een zwaan met kroost in het beekje zwemmen. Zo'n 6 kuikentjes achter haar aan, ik wilde het laatste eens vast nemen om te strelen maar het beestje zette het op een piepen en dat was buiten de mama gerekend, zij vloog op mij af en sloeg mij met haar vleugels. Het was al bij al een zalige tijd. En wanneer we afscheid moesten nemen vloeiden er steeds weer tranen bij het liedje:
Faut-il nous quitter sans espoir sans espoir de retour ? Faut-il nous quitter sans espoir de nous revoir un jour?
Ce n'est qu'un au revoir, mes frères ce n'est qu'un au revoir oui, nous nous reverons, mes frères Ce n'est qu'un au revoir !
Tournons de nos mains qui enlacent au déclin de ce jour tournons de nos mains qui enlacent Une chaine d' amour!
Terwijl we elkaar de hand gaven met gekruiste armen tot het liedje uit was. Dat gaf een gevoel van samenhorigheid en deed tevens zoveel pijn ! Het luidde het einde in van een mooie tijd.
In het jaar 1966 geloof ik was er zo'n dik pak sneeuw gevallen dat we al schuivend naar Brussel gingen. We moesten daarvoor zelfs 1 uur vroeger vertrekken dan normaal, om op tijd te zijn. Wij reden toen met van die dikke zwarte auto's ( het merk heb ik nooit geweten, maar type Londense taxi) Ter plaatse aangekomen konden we onmogelijk de oprit naar de foyer op, die lag immers op een helling. Dus liet mijn vader de auto op straat staan (die ook helde) groot was onze verbazing toen we uitgestapt waren en te voet met pak en zak de weg namen naar fraiteur. Er begon achter ons iemand te roepen op straat. We kijken achterom en zien de auto schuiven naar beneden. Gelukkig kon Pa nog hard lopen en kon hij hem tot stilstand brengen voor hij ergens tegen botste.
Als je moe bent als je geen raad meer weet en je diep ongelukkig voelt... Denk dan even terug aan de mooie dagen, dat je lachte en danste, dat je tegen iedereen vriendelijk was...
Vergeet de mooie dagen niet, als de horizon zover je kunt kijken, donker blijft zonder een teken van licht. als je hart vol verdriet is en misschien vol bitterheid. Als schijnbaar alle hoop op nieuwe vreugd en geluk verwenen is. Zoek dan toch zorgvuldig in je herinnering ik vraag het je, de mooie dagen; de dagen dat alles goed was, geen wolkje aan de hemel,
Want als je ze vergeet, komen ze nooit meer terug. Neem jezelf opnieuw in handen. Vergeet de mooie dagen niet...
Voor elkeen wiens huis werd afgebroken Tot stof en as werd neergehaald een sprankje hoop opnieuw ontloken 't was weer de mens die heeft gefaald
Voor elkeen die drugs zijn pasie noemt En langzaam sterft, elke dag, iets meer Een vleugje moed, voor een nieuw begin De weg terug, hard zonder verweer
Voor elkeen die geweld moet incasseren En de wonden niet meer kan helen Een dosis hoop, de tijd zal leren Je bent niet alleen tussen zovelen
Voor elkeen die zich ziek en verlaten voelt En eigenlijk geen uitweg ziet Een portie vreugde, goedbedoeld Als pleister op klein of groot verdriet.
Als ik er morgen niet meer ben
Als ik er morgen niet meer ben, herinner jij je dan nog mijn beeld en mijn stem ? Als ik er morgen niet meer zou zijn, zou je dan verdriet hebben en pijn ? Hoe zou je verder door 't leven gaan ? als je geen grond vindt om op te staan. Ik hield van jou, dat blijft bestaan, en zal in je wezen als een traan. Herinneringen komen angst omklemt je in je dromen. Maar je houdt nog van mij, de liefde voor mij blijft je altijd bij. Door je tranen heen roep je mijn naam, en vraagt waarom ik heen ben gegaan. Het verdriet is voor jou nu nog groot , en je denkt zeker: was ik ook maar dood. neen liefste, zo mag je niet denken, het leven heeft je vast nog wat moois schenken. Dit zijn mijn laatste woorden van leven en geest, Bedankt voor die fijne tijd met jou, Lieveling, van jou hield ik het meest.
Wie dagelijks vlijtig is als een bij, kracht heeft als een stier, werkt gelijk een paard, die moet eens naar de dierenarts gaan. Het zou kunnen dat hij een Ezel is !
Er zijn weinig mensen die ons nationale volkslied kennen , wel hier heb je de tekst even:
O dierbaar Belgie, O heilig land der Vaad'ren. onze ziel en ons hart zijn u gewijd. Aanvaard de kracht en het bloed van onze aad'ren; wees ons doel in arbeid en in strijd. Bloei, o land in eendracht niet te breken; wees immer uzelf, en ongeknecht,
Het woord getrouw dat ge onbevreest moogt spreken; Voor Vorst, voor vrijheid en voor recht. (2x) Voor Vorst, voor vrijheid en voor recht
Depressies overwin je niet met een pil. Hier tien tips waarmee het beter zal lukken.
1 - Durf boosheid en verdriet te uiten. 2 - Stop het slikgedrag: soms moet je iets durven uitspuwen; 3 - Zoek persoonlijke warme contacten bij échte vrienden; 4 - Twee uur per dag voor jezelf alleen is geen luxe; 5 - Wees minder met geld bezig; 6 - Expressie zoals zingen, tekenen, schrijven, toneel spelen en sporten kan depressie vermijden; 7 - Leer foert zeggen; 8 - Het heeft geen zin om je voortdurend met anderen te vergelijken; 9 - Lachen is gezond; 10- leer afscheid nemen en loslaten. De grootste ziekte is helemaal niets kunnen vergeten en vergeven. Verlies hoort bij het leven.
Om de mensen eens een voorbeeld te geven:
Doof of Blind, aan U de keuze:
Er waren eens een dove en een blinde. Ze namen beiden de trein van Hasselt naar Brussel. De dove zette zich neer en keek door het raam. Veel meer kon hij niet doen. De blinde werd op de trein geholpen en begon een praatje met de mensen rondom hem. In Brussel werd de blinde van de trein geholpen, en aan de deur van het station vertelden vriendelijke mensen hem welke tram hij moest nemen en na hoeveel haltes hij moest uitstappen. Tegen 10 uur was de blinde man ter plaatse. De dove stapte uit de trein, verliet het station en kende ook de weg niet. Hij klampte een voorbijganger aan en sprak hem toe op de specifieke toon van de doven. De man liep verstoord weg. Drie, vier keer werd hij weggehoond. Niemand verstond hem tot een geduldig man probeerde hem te begrijpen en hem het nummer van de tram op papier zette. De dove nam eerst de verkeerde richting, keerde toen terug en kwam na de middag op zijn bestemming aan. Heel die tijd had hij met niemand enig contact. Dat is het verschil tussen een dove en een blinde. En natuurlijk is elke handicap een spijtig verschijnsel.
Wie de dag pukt als een bloem, oogst het boeket van zijn leven... en wij willen jou met veel liefde deze bloemen geven...
We wensen je een levensjaar vol kleur waarin je tijd kan vinden om stil te staan bij de goede dingen van het leven, waarin het klimmen van de jaren je een uitzicht geeft dat steeds weidser wordt, waarin herinneringen de kiemen vormen van nieuwe dromen... _______________________
aan iemand in het bijzonder
Ik vraag me af vandaag wat jij morgen zal doen. Je ben ontoereikbaar (voor mij) nu, maar in de toekomst zal jij mij de hand reiken. Misschien denk je dan aan de dag dat ik dit schreef en ik zal misschien denken aan de dag dat jij dit leest. Nog één ding wil ik je zeggen Wees een bloem die ontluikt als er mensen zijn die om je geven. En wees een oester die zich sluit als je alleen bent en niet omgeven. Luister dan naar de stilte. Hoor wat ze je te zeggen heeft Misschien ontdek je dan het hoe en waarom je leeft.
Ons gezin bij de 1ste comunie van Christophe
Ons gezin compleet bij de doop van Ann Christophe 8 jaar, Dominique 6 jaar
A rose is a rose every day, every night You too are the same, exept different in my sight You are like a rose, such a beautyful creation But a rose in disguise meant to blume for every nation So show you beauty, for I know what you are You are a rose in disguise, and very very wise
De inkomhall met de muurschildering
Zonnewijzer aan de binnenzijde
het terras van fraiteur
Feestzaal van fraiteur
Dit zijn 2 vrienden die ik terugvond bij een recent bezoek Bernard VanOoidonck en Daniel Laidèr
Doof nu 't licht en sluit je ogen en vergeet de strijd Jouw leven hier is omgevlogen maar je liefde blijft Maar waar je gaat zijn zon en maan gelijk De kleinste bloem is daar als de hoogste eik en alle koningen en kinderen zijn daar gelijk Laat nu die laatste droom maar komen en wees niet meer bang Jouw nacht van vrede is gekomen na een levenlang
En waar jij gaat daar is geen haat of pijn Het heetste vuur wordt dat als van een kaars zo klein Zoals de zon schijnt na de regen Zo zal het zijn En waar jij gaat daar zullen vriend en vijand samen gaan Wat stof is zal tot stof vergaan En elke storm komt weer tot rust daar Zo zal het gaan En waar jij gaat laat ik mijn hart en ziel met jou mee gaan jouw taak op aarde is voldaan Zoals je was in alle liefde Zo zal je gaan
Mijn naam Mijn naam? Wat maakt hij jou toch uit. Hij gaat verloren als droevig klotsen van golven tegen verre rotsen als in het woud een dof geluid.
Hij laat een spoor na, bleek en vaal hier op je albumblad, wat lijnen Waarvan de inhoud zal verdwijnen, Een grafschrift in een vreemde taal.
Mijn naam? Hij zal vergeten zijn In nieuwe stormen van je leven En zo zal hij geen tere schijn Aan jou herinneringen geven.
Maar spreek mijn naam heel zachtjes uit En zeg, als je verdriet voelt knagen: Er is een hart dat mij omsluit, Waarin mijn beeld nooit zal vervagen.