BOR speelt gastheer op zijn blog voor de verhalen van zijn oude vriend DOLER en diens zwerftocht door het leven.
't STROTJEN...
of de weg door het leven van Bor de wolf en zijn vriend Doler de zwerver.
14-04-2006
DOLER 9 - "PIETROLLEKEN"
DEEL 9 "PIETROLLEKEN".
Voor Doler er weer eens van door gaat, ontfutseld Bor hem nog volgend verehaal:
De gewoonte om na het zondige voorval, het aardappelkeldertje af te sluiten zou toch nog voor een ander incident zorgen!
Minoe zo heette gemakshalve iedere kat op het erf, die een topfunctie had bereikt, was op een keer verdwenen. Niets bijzonders, soms bleven Minoes wel even weg! Soms kwamen ze ook nooit meer terug en dan werd er, naar verdienste, een nieuwe Minoe benoemd.
Dezelfde tante die Dolertje zo onzalig had betrapt, ging op zekere dag twee emmers aardappelen halen in het nu gesloten keldertje
Toen ze het deurtje opende kreeg ze alweer de schrik van haar leven. Een krijsende, uitgehongerde en stinkende Minoe vloog haar aan en stormde halfdood van angst, honger en dorst het erf op. Het arme dier was bij een vorige gelegenheid ingesloten geraakt.
Stinkende?
Op de grond lag een kan petroleum, leeg
Die had Minoe bij één van haar paniekaanvallen over zich gekregen.
Toen ze bedaard was vond Moeder het hoog tijd Minoe te wassen. Dat was een hele karwei. Maar ze zag er daarna schitterend uit.
Voor een paar dagen toch, want toen begonnen al haar haren uit te vallen en voor een tijdje moesten we het stellen met een naakte kat, ontdaan van al haar waardigheid.
Voor de rest van haar leven werd ze herdoopt tot Pietrolleken en er kwam een nieuwe Minoe!
En ziehier de echte koningin van "Borland", hare majesteit Oma met haar minister van financieën al van 's morgens vroeg aan het werk om de begroting te laten kloppen. Da's wat anders hé "Freyaken"...
De oudste van de volgende generatie "Borren" wordt donderdag 40 jaar.
Voor Bors kleinkinderen is hij "Nono" de afkorting van NOnkel en nog wat. (die verdomde wetgeving op de bescherming van de privacy). De knuffel die hij hier krijgt is dan weer van een welpje uit een ander nest, want "Nono" is populair bij Bors meisjes.
Al zijn de meisjes het er wel over eens, dat hij soms streng, maar altijd rechtvaardig is.
Het probleem met Dolers is, dat ze altijd onderweg zijn. Met spanning moest ook Bor wachten op het vervolg van Dolers avontuur in het petatkelderken. Nu heeft Bor Doler weer weten strikken en wat blijkt?
Weer had Dolertje een lesje geleerd!
Maar wat precies was hem niet duidelijk. Hoe kon iets leuks, zo zondig zijn?
Voor alle zekerheid ging hij die week te biechten. Het viel niet mee om in het donkere hokje van de biechtstoel het was er bijna zo donker als in het keldertje aan de pastoor uit te leggen waar het om ging. Dolertje concludeerde dat de pastoor misschien niet al te slim of doof was. Waarom bleef hij anders zoveel vragen stellen over iets waar Doler zo vlug vanaf wou?
Een akte van berouw en een halve paternoster verder, maakte Dolertje zich uit de voeten. Opgelucht dat zijn zieltje weer blank was.
De meisjes kwamen echter nooit meer spelen. De beide families spraken een tijdje niet meer met elkaar. Maar uiteindelijk raakte het voorval vergeten en ging het leven weer zijn gewone gangetje.
Er zouden Doler erger dingen overkomen, maar dat wist hij toen nog niet!
Kort daarop nam Dolers vader hem mee naar de kerk en sprak de pastoor aan. "Onze Doler" zei vader "wil misdienaar worden". Daar wist Doler helemaal niets van!
Maar nog doordrongen van schuldgevoel, berustte Doler in de beslissing. Misschien was het wel de goede manier om wat van het verloren terrein terug te winnen bij alle betrokken partijen.
Hij hoopte maar één ding dat de pastoor vergeten was wat hij hem kort tevoren was komen opbiechten!
Opa Bors "spring in 't veld", de oudste van zijn meisjes, gaat naar de scouts. Deze zondagnamiddag is er dorpsspel. De mollige baby van 11 jaar geleden wordt stilaan een jongedame.
U weet nu hoe moeilijk het is, om de wereldvreemde Doler ook eens in beeld te krijgen. Deze keer is het Bor gelukt een foto op de kop te tikken van de kleine Doler met zijn grote broer.
Bor probeerde zich voor te stellen hoe Doler zich voelde toen hij dit verhaal vertelde:
Op een dag kon Doler de nonnekes en hun lange tong achter zich laten en naar de grote school gaan bij de meesters. Vergeet niet hij had voorsprong! Hij kon van het leren niet genoeg krijgen, al die nieuwe dingen fantastisch gewoon.
Alleen jammer dat hij niet mocht ravotten of voetballen met de andere jongens. Dat zette hem een beetje aan de kant.
Maar er waren ook dingen die Doler dan weer beter kon.
Al snel ontdekte Dolertje dat hij iets kon wat anderen niet zo best konden.
In dat stille jaar dat Dolertje ziek was geweest, was hij beginnen tekenen. Verbaasd keken de mensen naar wat Doler op papier zette, ze vonden het net echt, en dat voor zon klein jong. Maar Dolertje begreep niet waarom anderen zon kriebels op hun papier zetten, je kon toch met je eigen ogen voor je zien wat en hoe je iets moest tekenen?
En Dolertje ontdekte nog iets dat er ook meisjesdolers bestaan!
Aan de overkant van het gekasseide straatje woonden enkel meisjes. Links twee zusjes, waarvan de jongste dezelfde leeftijd had als hijzelf. Ze had donker haar en gitzwarte ogen. Zij en Doler zouden heel hun kinderjaren en hun jeugd onafscheidelijk blijven. Dolertje wist toen al zeker dat zij niet uit een bloemkool kwam. De tijd zou hem gelijk geven.
Maar het waren de meisjes aan de rechterkant, die Doler in een vreemd avontuur zouden betrekken.
Toen dat hem overkwam, was hij een jaar of acht aan zijn weg door deze wereld bezig. De meisjes, een tweeling, waren twee maal zo oud.
Op een keer lokten ze Dolertje met een smoesje mee naar het keldertje waar de aardappelen bewaard werden op de boerderij. Het keldertje had een rieten dakje, het rook er vreemd en er kwam maar een glimmertje licht binnen, via een klein getralied venstertje.
Toch was Dolertje niet bang. Zelfs de poezen van de boerderij vonden het er zo knus dat ze er hun jongen op de wereld brachten. Want poezen, dat weet iedereen, hebben geen bloemkool of ooievaar nodig om kinderen te krijgen. Al zijn er ook dolende poezen.
Nog voor Dolertje goed begreep waar het nu eigenlijk om ging, hadden de meisjes de knopjes van zijn broekje losgemaakt om - terwijl ze sussend Dolertje geruststelden - aan zijn geheime dingetje te friemelen. Hoewel Doler niet wist wat hij hiervan moest denken, vond hij het eigenlijk toch wel een beetje prettig!
Maar toen ging de deur van het keldertje open!
Daar stond Dolertje met zijn broekje op zijn schoenen. In het deurgat stond zijn ongehuwde tante die nog op de boerderij bij haar vader woonde. De meisjes werden met wat kletsen rond de oren van het erf gejaagd en Dolertje werd met schande beladen, bijna nog met zijn broekje op zijn knieën, voor de familieraad gebracht. Zelfs een tante, die nu in de stad woonde, werd erbij gehaald. Zelf had zij geen kinderen en ze zou er nooit krijgen, maar ze stortte hel en verdoemenis en iets dichter bij huis, het verbeteringsgesticht, over Dolertjes zondige hoofd.
Bors vrouw, Vrouw Bor, was vorige week een ganse week met zus en vriendinnen naar de Limburg. Bor paste braaf op het huis, de kinderen en de kleinkinderen en hield de kranten bij.
Nu Vrouw Bor terug is en de kranten uitgelezen, kan Bor ze bij het oud papier leggen. Vluchtig liep hij nog eens langs het intussen geschiedenis geworden nieuws en
Mensen toch!
Als je alles eens op een rijtje zet
Bor had het meeste te doen met de mindervalide jongen, die afgetroefd werd door schoolgenoten, die schaamteloos de rammelpartij filmden met hun GSM.
Vaders, moeders, grootvaders en grootmoeders, ik weet dat dit SN niet direct het forum is om de wereld te redden, maar doe eens wat moeite om de jeugd weer een beetje waarden bij te brengen. Stop met hun frisdranken te geven, van die ongezonde zoetigheid worden ze hyperactief. Ik las dat we ze beter terug tafelbier leren drinken!
Een vader die vorige week flink wat zorgen had om zijn oudste zoon, was onze geliefde koning Albert.
Om nog te zwijgen van de problemen die zoonlief zelf had.
Filipken toch jongen. Nu ge halfweg de veertig zijt wordt het misschien tijd een beetje ruggegraat te kweken. Als het allemaal zo moeilijk ligt, wat belet u dan om uw middelvingertje op te steken naar Belgjes troon?
Zoek toch eindelijk eens een echte job jongen, laat het aan de vedette van de familie over om koning te spelen, die gaat tenminste flamboyant en tezelfdertijd milieubewust met zijn functie om. Koning Laurent het zou niet misstaan en dan kregen we tenminste waar voor ons belastingsgeld.
Het veel geteisterde voetbal, kreeg nog maar eens een klap te verwerken. Zoniet dan toch de scheidsrechter die het shirt van gouden schoen Conceiçao in het gezicht kreeg. Niet erg eervol, des te meer daar het shirt niet eens gewassen was.
Helden vallen van hun voetstuk. Kijk maar naar Oekraïne, waar anderhalf jaar na de Oranje Revolutie alweer een Moskou gezindekwiet de verkiezingen won ten koste van zetelende president Joesjtsjenko die van deze uitslag vast geen soep lust!
Tenslotte was Bors vrouw bij haar terugkeer nog steeds boos op minister Anciaux. Bert heeft de boter gevreten sinds hij de betoelaging aan verenigingen teruggeschroefd heeft om nu de miljoenen weg te geven aan Kate Ryan. Tranen zullen hem bij Bors vrouw niet in ere herstellen. Maar laat het een troost wezen te kunnen lezen dat Kate het songfestival zo goed als gewonnen heeft.
Na lang aandringen kreeg Bor gedaan dat Doler hem een paar fotootjes liet zien uit zijn verre verleden. Dit is het "oude mannekeshuis" waar Doler door de ooievaar werd afgeleverd en zijn reis door het leven begon.
Doler had nog een ander verhaal uit zijn jeugd voor Bor. Dat ging zo:
Achter het erf lag een grote boomgaard.
Daar groeiden de appels waarvan Dolertjes familie ieder jaar cider maakte. Er waren twee soorten appels voor nodig: de ene heette Kaïn en de ander Abel.
Dolertje begreep niet waarom, een appel was toch een appel? Men bleef hem het antwoord verschuldigd. Ze hadden het altijd zo gedaan trouwens iedereen had het druk... die Doler altijd met zijn vragen!
Maar het was ieder jaar weer een hele belevenis. In de grote gewelfde kelder van de boerderij stonden alle dingen bij elkaar die nodig waren om wijn te maken. Het meest indruk maakte de grote eikenhouten wijnpers. Maar voor ze daar in konden moesten de appels gewassen en gesneden worden. De mannen draaiden dan de pers aan en het sap liep in eikenhouten emmers. Na nog heel wat hocus-pocus die Doler niet begreep werd het sap, in alweer ... eikenhouten vaten gedaan, die eerst grondig gespoeld waren.
Daar veranderde Jezus het sap in wijn, zo vertelde Dolers tante die heel gelovig was. Jezus had dat zelfs nog met gewoon water gedaan op een trouwfeest, waarom dan niet met appelsap?
In de kelder hing jaar in jaar uit de zoete weeë geur van appels
Als de tijd rijp was, en daar besliste grootvader over werd de wijn op flessen "getrokken", waarbij Dolertje de kurkmachine mocht bedienen... een verantwoordelijke job die hij onder het waakzaam oog en met de hulp van tante met de nodige ernst op zich nam. Daarna de wijn weer te rusten gelegd werd in de kelder, om pas het volgende jaar bij een feestelijke gebeurtenis, gedronken te worden.
Voor zover Doler begreep hadden zowel zijn vader als zijn grootvader de kunst van wijn maken geleerd in het land van die grote keizer. Dat land bleek Frankrijk te heten en beiden hadden daar in hun jeugd, jarenlang in de zomer, bij de boeren gewerkt.
Dolers vader raakte zelfs niet uitgepraat over de jaren dat hij als jonge knaap met zijn ouders in een land had gewerkt dat Normandie heette. Maar dat is weer een ander verhaal.
Hij viel tijdens het spelen zo maar bewusteloos. Toen hij weer bij kwam was zijn linkerkant verlamd.
Hij was amper zeven en moest nu maandenlang stil thuis zitten.
Oh ja zijn familie zorgde erg goed voor hem, maar toch niemand kon hem uitleggen wat hem nu eigenlijk mankeerde. Ze brachten hem van dokter naar dokter. Men deed de voor Doler meest onbegrijpelijke onderzoeken, die hem vaak van vertwijfeling aan het huilen brachten.
Toen ontdekte de kleine Doler een andere wereld. Een jonge leraar kwam aan huis om hem voor te bereiden op de "grote school". Hij leerde lezen en schrijven nog voor de andere kinderen en ontdekte dat hij in zijn kleine hoofdje de meest fantastische reizen kon maken. En dat vond hij fijn.
Toch had Doler geluk. Na vele geduldige soms bange maanden kwam alles toch weer goed. Alleen ruwe spelletjes bleven voortaan uit den boze.
In dat stille jaar bracht Doler ook veel tijd door bij zijn grootvader.
Die grootvader was trouwens heel bijzonder, hij kon namelijk heel erg spannende verhalen vertellen. Zo had hij nog gevochten in een oorlog tussen twee keizers. De ene was de kleinzoon van een nog groter keizer. Die keizer was geboren op een eiland en bracht het van korporaal tot de machtigste man van Europa. Toch eindigde zijn leven in ballingschap op alweer een ander eiland. Volgens Dolers grootvader had die grote keizer nog wel meer problemen gekend. Zo moest hij steeds zijn hand in zijn jas steken om zijn broek op te houden! Maar de grootvader van Doler vocht dus mee in een oorlog tussen de kleinzoon van die grote keizer en een keizer met een pinhelm op.
KOPPEN op TV - één - ging over CYBERPESTEN via SMS en INTERNET, bij de jeugd van Vlaanderen. Ik zat te kijken en vroeg mij af hoe lang het nog duurt eer ook het Seniorennet zo ver zal staan. Of staan we al zo ver?
Ik leerde uit het programma dat de logische volgende stap bij het SN zou moeten zijn, dat de OMAS hun borsten en vaginas gaan showen via de webcam en de OPA S terugzwaaien met hun LUL. Waarop beide partijen met de ingeladen fotos mekaar kunnen gaan chanteren en afmaken op het dorp.
Waarschuwing!
Cyberpesten en hate-mail zijn strafbaar!
Zorgen jullie goed voor jezelf?
en let op de kinderen en kleinkinderen. Zonder goed voorbeeld is jong geleerd ook hier oud gedaan.
Doler was een jaar of vijf. Hij vertelde Bor van die dag dat de boerderij tot leven kwam. De reden, begreep hij later, was niet zo leuk. Maar hij begreep wel dat mensen, mensen kunnen helpen.
Dit is wat hij Bor over die tijd vertelde:
Op een dag merkte Dolertje een meer dan gewone nervositeit op het erf. De radio stond de ganse dag aan. Stallen werden gekuist. De boeren uit het straatje kwamen bijeen en discuteerden druk. Doler ving flarden op en trachtte de dingen aan mekaar te knopen. Overal liep hij in de weg, ze zouden het hem later wel uitleggen
Het was 1 februari 1953
In het land net over de grens waren als gevolg van een hevige storm maar liefst 400 dijken gebroken en 1835 mensen omgekomen. Dolertje werd er stil van.
De dagen die volgden arriveerden bij de boeren in het straatje vrachtwagen na vrachtwagen met dieren die geen onderkomen meer hadden en geen weiden om te grazen.
Op een dag mocht Doler met zijn oom in één van de vrachtwagens mee om koeien te halen in het overstroomde gebied. Wat een machtige vrachtwagen was dat. Wat een avontuur!
Maar stilaan veranderde het landschap. De stemming in de camion die zich een weg moest banen door de drukte op de soms nog overstroomde wegen was gespannen. Beneden de dijken stonden huizen bijna helemaal onder water.
Zoiets had Doler nog nooit gezien. Op de plaats waar de koeien moesten opgehaald worden, zag hij tot zijn verbazing, grote sterke boeren wenen omdat ze alles verloren hedden. Dat vond Doler heel erg.
Maar zo kwam voor een tijdje de al wat stiller geworden boerderij van grootvader weer tot leven.
Dolertje leerde melken, koeien naar de wei brengen, reed mee met allerhande karren om voedsel voor de beesten op te halen
Doler had de tijd van zijn leven. Maanden later in de lente gingen de beesten weer terug en dat vond hij minder leuk. "Ja " zei moeder " er is een tijd van komen en gaan".
Dat klonk wijs vond Doler, dat moest hij onthouden!
Dit bericht draag ik op aan Kamiel de Vrome een bezorgdevader
Bor laat niet zo vlug meer in zijn privé-leven kijken. Maar trouwe lezers weten wel dat Bor de Provence geruild heeft voor het Noorden.
De majestueuze schoonheid van Noorwegen is met niets te vergelijken en waar horen wolven als Bor anders thuis?
Zo was Bor ook in Oslo. En in Oslo, net als in alle steden, is een park. Een bijzonder park gewijd aan de mens en het leven: het Vigelandpark.
Het Vigelandpark ligt in het midden van het grote Frognerpark en is wellicht het bekendste park van Noorwegen. Het is gelegen in een wijk van Oslo met de naam Frogner, ten westen van het centrum.
Het park heeft honderden stenen en bronzen beelden, die alle tussen 1907 en 1942 zijn gemaakt door de beeldhouwer Gustav Vigeland. De twee bekendste beelden zijn de monoliet en een klein beeldje van een stampvoetend jongetje, op de brug in het park. Maar er zijn ook beelden over de liefde tussen man en vrouw, een oude man met zijn stervende vrouw op schoot enz
Het gaat mij om de beelden van vaders spelend met hun kinderen, bezorgde vaders En daarom deze foto van een vader, zijn vrouw en kind.
Veel beelden symboliseren de kringloop van het menselijke leven. Onderaan de brug is de ontwikkeling van een embryo tot een kleuter te zien, terwijl rondom de monoliet alle levensstadia van de mens te zien zijn. Op de monoliet zelf staan op elkaar klimmende menselijke figuren afgebeeld.
Achter de monoliet, aan het einde van het park, bevindt zich een bronzen sculptuur, de "cirkel van het leven". Maar ook de smeedijzeren poorten en de grote fontein zijn rond hetzelfde thema van de mens en het leven opgebouwd.
Vraag verontrustevader niet naar uitleg, geniet zorgeloos, elke dag dat hij er weer is, van zijn cursiefjes.
Net als de beelden in het park zijn het pareltjes, misschien zelfs TE GOED voor dit seniorennet.
Maar gisteren zat ik te kijken naar Man Bijt Hond. Zo was ik via het medium televisie getuige van een cursus versieren voor jonge boeren.
Het programma Boer Zoekt Vrouw had Vlaanderen reeds kennis laten maken met "den hoge nood van de jongere, modale boer.
Barre ellende, vandaag de dag, stelde ik toen al vast. De moderne boerenzoon heeft een zware hindernispiste voor de boeg, om nog aan een kwieke Vlaamse Nele of een Tineke van Heule te raken.
Vandaar dus een cursus versieren.
Voor deze met den akker en de beesten opgegroeide jongens, niet totaal overbodig. Het is inderdaad een miskleun als zon overigens ferme boerenzoon aan een meisje om haar naam vraagt en dan enthousiast zegt Das toeval, ik heb nog een koe gehad die zo heette!
Maar zonder onze boeren waren de dochters van ons mooie Vlaanderen nog steeds op zoek naar wortels en bessen, tal van kinderen barend, terwijl wij mannen op jacht, of gaan vissen waren. En zie ons dan nog terug hé... Dus meisjes reden om dankbaar te zijn, en gul uw armen en uwen akker te openen voor deze jongens.
Laat den Vlaamschen boer niet te teloor gaan. Ze mogen dan wat stug en stroef overkomen, maar van een zaadje hier en een zaadje daar...hebben ze beroepshalve verstand, mogen we aanemen... toch?.
Voor de jongens zelf heb ik maar één goede raad zet de beuk er in mannen, ga dr voor. Laat de veearts voor één keer thuis, want wat je zelf doet, doe je beter!
DOLER vertelde BOR een verhaal over een avontuurlijke uitstap met een rood fietsje, dat ging als volgt:
Toen Dolertje een jaar of drie was, kreeg hij een klein rood tweewielig voertuigje.
Nou tweewielig laat Doler eerlijk blijven. Vader had aan weerszijden van het achterwiel twee kleinere wieltjes bevestigd, zonder die bleef Dolertje niet overeind.
Maar dat duurde maar een poosje. Toen kon Doler zonder die wieltjes.
Prompt trok hij op een mooie zomerdag de wereld in. Langs kleine weggetjes door de velden, kwam hij in een naburig dorp terecht. Groot was zijn verwondering dat er ook nog andere dorpen waren dan het zijne.
Maar naarmate de dag verstreek, steeg thuis de onrust om wat er met Dolertje was gebeurd en paniekerig gingen zijn ouders en buren op zoek.
Blij, verbaasd en vreemd genoeg boos waren ze, toen de kleine Doler op zijn rood rijtuigje langs dezelfde weg op eigen houtje weer thuis raakte.
Dat mocht hij NOOIT meer doen!
Doler begreep niet waar ze het over hadden, voor hem was het grote avontuur nu echt begonnen. Vooral nu nu Dolertje bij de nonnekes ging leren kleuren en plakken!
Dolertje ging naar school
Plots waren er vele kinderen om hem heen. Je kon er wel mee spelen, maar eigenlijk deed ieder zijn eigen ding. Doler deed zijn best om orde op zaken te houden, maar dat eindigde meestal met een huilbui van de andere kinderen. Met het gevolg dat Doler nogal eens in een hoek moest gaan staan of met een lange kartonnen tong om zijn hals, op de achterste bank gaan zitten.
Dan voelde Doler zich gekrenkt Hij bedoelde het toch goed?
Eén ding was hem een troost: vroeg of laat zouden ze hem wel begrijpen. Dat maakte de straf licht om dragen.