Het kasteel van Lavaux-Sainte-Anne... provincie Namen
Het kasteel van Lavaux-Sainte-Anne...
.
... een verdedigingswerk dat later een historische woning werd en een natuurlijk onderkomen.
De burcht van Lavaux-Ste-Anne dateert uit de 13e eeuw. Oorspronkelijk was de burcht niet meer dan een eenvoudige uitkijktoren, maar langzaamaan heeft hij zijn huidige allure gekregen, met zijn slottoren en -gracht.
Pas in de 17e eeuw werden de luxueuze appartementen aan de binnenplaats gebouwd, net als de monumentale renaissance-poort.
In het begin van de 20e eeuw maakte de 'Ligue des Amis du Château de Lavaux-Ste-Anne' zich sterk om het kasteel open te stellen voor publiek en om er musea in onder te brengen. In 2004 laat de Ligue de gebouwen restaureren, worden de musea heringericht en wordt het geheel aangepast aan de natuurlijke en landelijke sfeer van Famenne.
Het leven van de kasteelheren
.
De kasteelheren van Lavaux-Ste-Anne wisten wat leven was!
Elk deel van hun luxueuze residentie had een duidelijke functie: eetkamer, muzieksalon, jachtkamer, schrijfkamer, jufferskamer, boudoir van Mevrouw, kapel, badkamer, ...
De begane grond wordt versierd door antieke meubels. Ensceneringen roepen een beeld op van het dagelijkse leven in de 17e en 18e eeuw: manier van tafel dekken, samenstelling van de menu's, beheer van het domein, evolutie van de hygiëne en de positie van de vrouw, ...
.
Natuurmuseum
Seizoen na seizoen laat de natuur haar charmes zien in het bos, de velden, bij de rivieren en de vijvers.
Op de eerste verdieping laat een indrukwekkende collectie geprepareerde dieren een glimp zien van de grote verscheidenheid aan fauna in Famenne. De jacht was een van de voornaamste tijdverdrijven van de kasteelheren van Lavaux: de ruimte die de jacht inneemt, vertelt u alles over zijn geschiedenis, folklore en het wildbeheer.
Er is een kleine ruimte speciaal voor kinderen: hier kunnen ze de verschillende grote soorten wild die in de bossen leven aanraken, ruiken en bekijken.
.
De vochtige zone bestaat uit de vijver, het moeras en de weiden.
Vrije bezoeken
Het kasteel Lavaux-Sainte-Anne, de drie musea en de omliggende vochtige zone zijn vrij te bezoeken.
Verspreid over de verschillende verdiepingen van het kasteel vindt u verklarende borden of zaalkaarten; Deze borden vindt u ook buiten.
Een buggy mag niet in het kasteel gaan omdat er te veel trappen zijn.
Winkel
In de ontvangstruimte bevindt zich een grote winkel. Hier kunt u talrijke producten kopen die te maken hebben met uw bezoek aan het kasteel of aan de vochtige zone: souvenirs, zwijnen- en (dam)hertenhuiden, schoolartikelen, mondproducten, boeken en kaarten.
Vanaf juli 2007 verkoopt de winkel ook een speciaal bier, de Sainte Anne. U kunt deze in het restaurant proeven.
Café - restaurant
Een kader dat eenvoudigweg magisch en uniek is in België. Droom weg in de tuin of in het café-restaurant. Proef de keuken in gezelschap van uw vrienden, familie of collega's. Als u alleen rustig een glaasje wilt drinken, zal de charme van het café zeker uw goedkeuring kunnen wegdragen.
Geopend van woensdag tot en met zondag van 11 tot 18 uur. Avondopening alleen na reservering.
Juli en augustus, alle dagen geopend.
Suggestie- en menukaarten en arrangementen voor groepen van minimaal tien personen.
Mr Henry Joachim; jps@natrad.be ; 0498/19 50 77 ; www.natrad.be
Openingsuren
Open van woensdag tot zondag van 10u tot 18u (17u van 1november tot 1 april)
Verkoop van kaartjes laatste 1u15 voor sluitingstijd
Is heel mooi zowel het kasteel als de omgeving, maar doet stevig schoeisel aan.
BEKNOPTE GESCHIEDENIS
In de romantische vallei van de Warche werd in 1354 het kasteel van Reinhardstein gebouwd door
Renaud van Waimes met de toestemming van Wenceslas van Luxemburg.
In 1442, na het verval van Waimes komt het kasteel achtereenvolgens in neerdalende vrouwelijke
lijn in handen van de families de Zivelle ,Brandscheidt en Nassau .
In 1550 door het huwelijk van Anna van Nassau met Willem van Metternich wordt Reinhardstein
het bezit van deze belangrijke Rijnlandse familie.
In 1812 verkoopt graaf van Metternich , vader van de gelijknamige kanselier en voorzitter van het
Congres van Wenen , het kasteel. Er breekt een periode van verval en volledige destructie aan.
Maar in 1965 ontdekt Professor Overloop bij toeval de ruïne. Onder de indruk van de site , bouwstijl,
en de verborgen geschiedenis besluit hij in 1969 het kasteel te reconstrueren met de hulp van gepassioneerde
en lokale ambachtlieden en met recuperatiemateriaal. De eerste reconstructie werd gerealiseerd in 18 maanden.
ARCHITECTUUR
Het kasteel van Reinhardstein is de enige in België bestaande "Burg" , naar analogie met de vestingen in de
Eifel.
Het kasteel bestaat uit verschillende onregelmatige gebouwen telkens aangepast aan de rotsen.
De trappen die uitgehouwen zijn in de rotsen vormen de enige toegang tot het kasteel en de binnenkoer.
In het kasteel hebben we de zaal van de wachters , de ridderzaal en de kapel, door sommige als de mooiste van
dit type gecatalogeerd.
Op de verdieping het salon , de eetkamer en de raadkamer, telkens met muren in vakwerk,in tegenstelling tot de grote vertrekken.
Van de privé-vertrekken kan men naar de slottoren via een overdekte verbinding. Deze slottoren had oorspronkelijk
negen verdiepingen en werd in de periode van Lodewijk XIV ingekort tot vijf verdiepingen. De slottoren is maar gedeeltelijk toegankelijk voor het publiek.
KUNSTCOLLECTIE
In het interieur is een belangrijke verzameling aan kunstwerken, waaronder sculpturen, schilderijen en wandtapijten,
diverse harnassen, helmen en hellebaarden enz.
Een collectie liturgische misgewaden vanaf de XVI de eeuw tot de XIX de, waarvan een gedeelte tentoongesteld is in het
museum " Schatten van de Kathedraal " in Malmedy, behoort eveneens tot deze verzameling alsook een kribbe met gearticuleerde
gepolychromeerde en levensgrote beelden .
Tot slot vindt men in deze verzameling een grote collectie marionetten terug. Enkele van deze marionetten zijn momenteel in restauratie en zullen later ondergebracht worden in de nog te restaureren St.Hubertustoren
.
Praktische informatie
Het kasteel is open tijdens het weekend, op feestdagen en tijdens schoolvakanties (België en Nederland): carnaval, Pasen, Hemelvaart, Pinksteren, Allerheiligen, Kerstmis en Nieuwjaar.
Sluitingsdagen: 24, 25 en 31 december + 1 januari.
Bezoekuren
Zaterdag en zondag om 11u15 en 14u30
Feestdagen om 14u30
Schoolvakanties: weekend, dinsdag, donderdag om 14u30
Groepen en scholen: het hele jaar op reservatie.
Adres:
Chemin du Cheneux 50
4950 ROBERTVILLE (WAIMES) (OVIFAT)
Open
van woensdag 2 januari 2013 tot maandag 30 december 2013
WE, feestdagen en schoolvakanties
Bezoek de website van het kasteel voor alle openingsuren
Pottenbakkerijmuseum Raeren en vandaar naar LIMBOURG
Pottenbakkerijmuseum
Raeren.
.
Het
Pottenbakkerijmuseum Raeren heeft een belangrijke verzameling keramiek. Raerens
aardewerk, zoals kannen en kruiken, werd in de 15e eeuw in heel Noord-Europa
gebruikt. Deze kruiken zijn dan ook te zien op Vlaamse en Hollandse
schilderijen uit de 16e en 17e eeuw. Een van die schilderijen is 'de
boerenbruiloft' van Pieter Brueghel de Oudere.
Vanaf de 16e
eeuw raakten pronkkruiken in zwang. Dit keramiek in Renaissancestijl was
rijkelijk versierd en diende als drink- en schenkvaten. Deze waren in trek bij
vele hoven in Europa. Daarom is het niet verwonderlijk dat Raerens aardewerk in
vele Europese musea te vinden is.
De meest
omvangrijke en compleetste verzameling Raerens keramiek is natuurlijk in Raeren
te vinden. De collectie is aangevuld met vondsten uit archeologische
opgravingen. Het Pottenbakkerijmuseum Raeren is gehuisvest in de burcht van
Raeren(14e-16e eeuw). Het museum geeft inzicht in de technologische en kunsthistorische
ontwikkeling Raerens keramiek. De sociaal-culturele context wordt ook belicht.
De waarde van
deze collectie van het Pottenbakkerijmuseum Raeren wordt onderstreept door de
titel 'Europees Cultureel Erfgoed'. Deze is in het jaar 2007 toegekend.
Toegangsprijzen enkelingen geen
afspraak opletten op maandag gesloten. Nagezien ook de prijs is ok. Ook opletten als men niet in groep gaat is de taal Duits, want hier ben in de Oostkantons.
Volwassenen
3,-
Jeugd tot 18 jaar, 65+ en groepen 2,-
Kinderen tot 12 jaar gratis
Openingstijden
Dinsdag tot en
met zondag 10.00-17.00 uur
Gesloten op maandag
Faciliteiten
·Rondleidingen
·Een
rondleiding is voor maximaal 25 personen
·Meerdere
talen mogelijk
·Minimaal
3 weken van te voren een afspraak maken
·Combinatie
met demonstratie in het pottenbakkers atelier mogelijk.
·Museumshop
·Jaarlijkse
keramiek markt (2e weekend in september)
Na dit bezoek wil ik jullie naar voor mij een plaats in België dat je toch eenmaal moet naartoe gaan. Op deze kleine kaart zie je al Limbourg staan ja we blijven in Wallonië. Het is veel om te lezen, ieder kan gaan bezichtigen of de wandeling maken , maar het voornaamste GAAT NAAR DE PLACE SAINT- GEORGES
Vanuit Raeren naar Limbourg.
.
Maak kennis met het middeleeuwse stadje Limbourg
.
Een brokje geschiedenis
Limbourg ligt op een uitstekende rotspunt, hoog boven een bocht van de Vesder. De plek is strategisch zo belangrijk, dat er al snel een versterkte burcht wordt gebouwd.
De Place Saint-Georges (Sint-Georgesplein)
Tegenover het schooltje bevindt zich een stenen tafel. In de 18de eeuw stond er op die tafel een hoog stenen kruis. Het belang van waterbevoorrading tijdens een belegering blijkt uit de aanwezigheid van een grote vierkante waterpomp en een diepe put uit ca. 1510. Vlakbij die pomp stonden het perron en de gerechtsboom.
.
De huizen rond het plein dateren uit de 17de, 18de en 19de eeuw. Naast woningen van vroegere magistraten met uitgebreide jurisdictie in het hertogdom treft u er nederige huisjes aan van ambachtslui en gewoon werkvolk. Sommigen hebben hun vroegere elegante interieur bewaard: met stuk versierde plafonds, houtsnijwerk en schouwen van roze marmer uit Baelen.
Daar is een Brasserie Saint-George,maar ook gesloten op maandag. Op andere dagen kan men er iets drinken, eten en er is ook taart te verkrijgen.
De Arvô
Het oude stadhuis (nr. 30) met zijn schitterende interieur is een perfect kader voor prestigieuze kunsttentoonstellingen. Het indrukwekkende schaalmodel op het gelijkvloers toont de versterkte stad in 1632. De Arvô is van mei tot eind september toegankelijk.
Het gebouw werd tussen 1681 en 1687 opgetrokken. Het diende als vergaderzaal voor de Staten van het hertogdom. Tot 1703 was het ook de zetel van het hoge gerechtshof en van de feodale kamer.
Om het gebouw binnen te gaan, moet u onder de arvô of de onderdoorgang lopen.
In de boog van de arvô ziet u een stenen blazoen met het Bourgondische kruis en het jaartal 1681. De vensters van de bovenverdiepingen hebben nog hun oorspronkelijke gedrukt gebogen lateien.
Helemaal in de top van de gevel ziet u het wapenschild van de stad.
Het oudste stadszegel van Limbourg is op een reuzensteen op de ondermuur links afgebeeld. Het is overigens al wat rest van het eerder vermelde kleine stadhuis dat in het midden van het plein stond. Het oorspronkelijke kleine stadhuis, dat al in 1446 als hal wordt vermeld, deed dienst als scepenhuis.
De Mariafontein
De fontein dateert van 1675. Hij vervangt de oude fontein die door de Franse bezetters was verwoest. Het water van de fontein komt nog altijd uit de waterput van het oude stadhuis.
Omdat ze negen jaar eerder aan de cholerapest waren ontsnapt, die in de benedenstad voor ontelbare doden had gezorgd, plaatsten de Limburgers er als dank in 1875 een gietijzeren beeld op. Het huidige beeld uit 1960 is het werk van Joseph Gerard van Polleur.
De oude burcht
Het kasteel Poswick, het herenhuis bij de zuidelijke Ardense Poort, domineert het plein. Het recente gebouw (1910) ziet er erg fraai en verfijnd uit. Heel opvallend is de voorgevel met zijn vele vensters.
De Sint-Georgeskerk
De kerk, die momenteel wordt gerestaureerd, is jammer genoeg niet toegankelijk.
Het middeleeuwse gotische gebouw heeft moderne glasramen en fraaie 18de eeuwse zijaltaartjes. Centraal boven het altaar ter ere van O.L.V. van de rozenkrans hangt een schilderij waarop de heilige Anna en Maria staan afgebeeld. Links bij het koor staat de theoteek (1520), een drie verdiepingen hoge gotische toren met gebeeldhouwde taferelen uit het leven van Jezus. Hierin wordt het Heilige sacrament bewaard en uitgestald.
Een trap met 28 treden leidt naar de crypte. Die deed dienst als munitiedepot. Boven de afsluiting staat een geelkoperen Mariabeeld uit de 15de eeuw. De biechtstoelen zijn in Lodewijk XV-stijl. Het schilderij achteraan dateert uit de 17de eeuw en is van de hand van Damery (Luikse school).
De kerk is ook een waar kerkhof: niet minder dan 295 mensen zijn hier begraven!
Door een steegje loopt u verder naar beneden.
Achter de tuinmuur lag het huis van de provoost: zie de inscriptie Dominus providebit (de Heer zal voorzien) op de bovenbalk. Tegen de noordelijke gevel van het laatste huis staan een grafsteen en een Christusbeeld. Het is de enige grafsteen met een Nederlandstalige tekst ter herinnering aan Anna de Hack, die in 1635 overleed. Via de trappen ernaast komt u bij een met roosters afgezette put.
Bij de benedenpoort staat een dikke linde uit 1713 waaraan heel wat misdadigers zijn opgeknoopt. De nacht voor hun terechtstelling brachten de gevangenen door in een kleine cel die in de rots was uitgehouwen. De cel keek uit op de prachtige smeedijzeren poort van het kasteel van Andrimont. Het kasteel, dat dateerde van 1862, werd in 1914 door de Duitsers platgebrand. Het vroegere middeleeuwse kasteel stond op het tegenoverliggende grasveld, maar werd in 1781 door Jozef II van Oostenrijk opgegeven.
Deze noordelijke toegang tot de versterkte stad werd verdedigd met twee vierkante torens, die tijdens de vorige eeuw opnieuw zijn opgebouwd. De torens doen denken aan de twee 15de eeuwse poorttorens. Die stonden via een houten constructie met elkaar in verbinding en de enige toegang was een ophaalbrug over de slotgracht. Volgens een plan uit 1745 moest men nog twee andere versterkte poorten door om in het stadje te geraken. Al deze versterkingen zijn echter tijdens de diverse belegeringen vernield.
Langs het kasteel loopt u terug naar de bovenstad.
Hier lag de oude herberg de Gouden Ster, waarvan al in 1639 sprake was. De herberg bestaat uit drie in elkaar verstrengelde gebouwen. Bij het oude kruis onder de twee linden aan de linkerkant vond elk week de biggenmarkt plaats.
Op de wallen
Via het paadje bij een Y-splitsing komt u bij de hogergelegen garages.
De gedenksteen maakt deel uit van de Mensenrechtenroute. Vanop de zitbanken in de schaduw van de kastanjebomen hebt u een prachtig uitzicht op de vallei. Het lange spoorwegviaduct met zijn 22 bogen overbrugt de Vesder. Verderop liggen de eerste uitlopers van het plateau van Herve.
Loop nu verder naar de bovenstad.
Achter de stenen muur gaan enkele kazematten of munitiebunkers schuil, die soms voor het publiek toegankelijk zijn.
Links vallen de huizen met nr. 118 en 124 op: het huis aan de linkerkant is een laag, bakstenen gebouw; het huis rechts is indrukwekkend door zijn gevel en de 18de eeuwse kalksteen.
Wandeling buiten de poorten
U verlaat het plein langs de noorderpoort, het kwetsbare punt van de vesting. Volg de linkermuur tot op het einde en neem het smalle paadje tussen muur en weide. Rechts ziet u een restant van de oude slotgracht. Aan een T-splitsing slaat u rechtsaf. Op de volgende T-splitsing 200 m verder gaat u linksaf.
Na 150 m ziet u het kasteel dat nu dienst doet als internaat van de Franstalige Gemeenschap. Het park telt heel wat zeldzame bomen. Een eindje verder komt u bij de boerderij van Petite Halloux, waarvan de harmonieuze gevel van baksteen en roze kalksteen sinds 1774 de weg naar Goé verfraait. Volg de asfaltweg naar rechts tot aan de twee linden en de Sint-Annakapel. Het achthoekig gebouwtje uit 1774 is in 1947 gerestaureerd. Beneden ligt het leengoed van Grande Halloux, waarvan al in 1646 sprake was. De gebouwen liggen in een driehoek rond een binnenhof met een grote ingangspoort.
Als u nog een eindje wilt wandelen, steekt u met het kapelletje links van u het kruispunt over. U volgt de oude weg naar Verviers die u bij de Comagnes-hoeve brengt, een grote kasteelhoeve. De naam Comagnes verwijst naar de vroegere gemeentegronden waarop de schapen graasden. Tegen de heuvel verderop ligt het waterzuiveringsstation voor het water van de stuwdam van de Gileppe. Net voorbij het manegeterrein volgt u bij de Y-splitsing de asfaltweg naar rechts. Steek de hoofdweg over en na 2 km bent u opnieuw op het Sint-Georgesplein. Verder zet ik hier geen foto's op het is het geheel dat je moet bekijken en zeker je wagen niet op de place Saint-George parkeren, geniet van het 18 en 19de eeuw. De wandeling moet ieder voor zichzelf kiezen, het is natuurlijk heel mooi.
Categorie:Kastelen en speciale plaatsen in Wallonië
Welkom
op het Kasteel van Belil
. Het Domein van
Belil is sinds de XIVde eeuw de residentie van de Prinsen de Ligne.
.
Het park is 25 ha groot en vormt samen met het kasteel één van de mooiste
bezienswaardigheden van België. In elk van de salons getuigen echt antiek
meubilair en de vele tentoongestelde verzamelstukken van het glorierijk
verleden, dat elke dag opnieuw de band legt met heden en toekomst.
.
De Franse tuin biedt een harmonische afwisseling van
water en
groen, van schaduw en licht en is 25 hectaren groot. Bij het
onderhoud
wordt nauwgezet toegezien op behoud van het
oorspronkelijk ontwerp van 1664.
Dit prachtig kader leent zich uitstekend voor het organiseren van feesten met
prestige.
.
Musicales de
Belil op 7 september 2013
Vanaf 15 uur kom de artisten
beluisteren in het park van het Kasteel van Beloeil.
Sinds meer dan 20 jaar is dit evenement een
belangrijke moment die je niet mag missen. Meer dan 15 000 personen komen
iedere jaar in Beloeil voor de klassieke muziek.
Het kasteel van Beloeil, op
Henegouws grondgebied, staat al acht eeuwen lang tussen de slotgrachten.
.
Deze grote heerlijkheid van de Prinsen de Ligne was oorspronkelijk een
middeleeuwse vesting. ln de loop der eeuwen is het een lustslot geworden. ln
1515 begon Antoine de Ligne met de aanleg van een park rond het kasteel.
Honderdvijftig jaar later werd de ruimte voor het voorplein geflankeerd door
twee nieuwe vleugels. Het kasteel werd in 1900 verwoest tengevolge van een
brand - de twee vleugels bleven echter intact. ln 1906 werd het kasteel terug
opgebouwd.
In zijn inleiding tot de genealogische geschiedenis (1950) schreef Prins Albert
de Ligne: "Onze familie is altijd verbonden gebleven met Henegouwen, en
heeft de prinsen gediend die in deze provincie aan de macht waren. Onze
voorouders hebben onder hun vlag gevochten. Zij zetelden in de Raden van de
graven van Henegouwen, de Franse koningen, de Bourgondische hertogen, de
Oostenrijkse keizers, de Spaanse en de Belgische koningen, maar zij zijn altijd
Henegouwer gebleven. Zij waren van Ligne, zij zijn en blijven van
"LIGNE".
.
De wieg van deze familie stond in het dorpje Ligne, 8 kilometer ten noordoosten
van Beloeil. De familiewoning, waarvan er niet veel meer overblijft, stond aan
de oevers van de Dender. Vanaf de 11° eeuw wordt de familie in de oudste,
Latijnse akten LINIA of LIGNIA genoemd. De familieleden worden beschreven als
"paladijnen", "mannen van eer", "trouwe mensen met een
goede reputatie". We kunnen niet met zekerheid vaststellen wanneer de
landhuizen in Beloeil en Ligne gebouwd zijn. Wie weet, misschien wordt het
geheim op een goede dag wel ontsluierd door een van de 25.000 stukken in het
archief die momenteel worden geklasseerd...
.
Beloeil maakt deel uit van het erfgoed van de Lignes, een nalatenschap van de
Condés. ln de familiearchieven bevindt zich een akte van 6 april 1394, waarin
Catherine, dame van Condé en Beloeil, verklaart dat "haar neef Jean, Sire
van Ligne en Grantbruecq haar kasteeltje, stad, gronden, bezittingen,
bijgebouwen en landerijen van Bailleul in Henegouwen zal erven" op
voorwaarde dat hij haar een rente betaalt. ln de loop van de 15° eeuw vestigen
de Lignes zich dus definitief in Beloeil. Het huidige kasteel werd voorafgegaan
door een hele reeks andere, ruwere en minder comfortabele kastelen. Van
kasteeltje over vesting naar lusthuis: de gebouwen zijn duidelijk mee
geëvolueerd met de tijd. Ook het karakter van Beloeil is mee veranderd; de
overgebleven funderingen en torens doen ons denken aan de kasteelheren die
eeuwenlang strijd leverden voor 's lands vrede en veiligheid.
Vandaag is het domein toegankelijk voor bezoekers.
Het kasteel is geen anoniem, statisch museum. Uit de
verscheidenheid van de
voorwerpen kunnen we afleiden hoe de
kunst in het algemeen is geëvolueerd. De
boeken in de
bibliotheek illustreren de geschiedenis van de boekdrukkunst,
vanaf de uitvinding tot vandaag. Het meubilair is een staaltje van
het vakwerk
dat de beste Franse meubelmakers uit de 17e en 18e
eeuw afleverden. De
schilderijen waarop u de meeste
familieleden terugvindt die hier hebben
gewoond, stellen de
belangrijkste feiten uit hun leven voor.
ln de 17e eeuw werden her en der de allermooiste tuinen naar
Frans model
aangelegd. Tien opeenvolgende generaties stonden,
tussen 1515 en 1780, in voor
het ontwerp en de aanleg van de
tuin van Beloeil.
Het
Domein is open :
Voor enkelingen
:
de weekends en feestdagen van april, mei, juni en september 2013, van 13 u tot
18 u ; alle dagen van 1 juli tot 31 augustus 2013, van
13 u tot 18 u. Laatste toelating : 17 u 15.
OPGELET : RONDRIT MET TREINTJE IN
HET PARK ALLEEN TIJDENS DE WEEKENDS.
UITZONDERLIJK GESLOTEN OP 10 MEI
2013.
Voor groepen :
minimum 20 personen ; reservatie minimum 15 dagen voor het bezoek ; elke dag,
op aanvraag, van 1 april tot 31 oktober 2013, van 10 u tot 18 u ; bezoek in het
Frans, Nederlands, Engels ; 1 uur begeleid bezoek ; 20 minuten rondrit met
treintje.
Tarief
De prijzen zijn alleen
geldig buiten evenementen en tentoonstelling (voor andere prijzen zie
"Evenementen").
Tarief volwassenen
Kasteel, park
8
Trein (tijdens
weekends en feestdagen)
2
Bezoek van het
park
4
Abonnement
Kasteel, Bezoek van het park
20
Tarief kinderen (van 6
tot 12 jaar, kinderen - 6 jaar : gratis)
Categorie:Kastelen en speciale plaatsen in Wallonië
De scheepslift van Strepy-Thieu Provincie Henegouwen
Watertoerisme
.
Scheepslift van Strépy-Thieu
Om de Belgische kanalen ook toegankelijk te maken voor schepen tot 1350 ton, werd besloten een enorme Kabellift nabij Strépy-Thieu aan te leggen voor zwaarder scheepsverkeer. De lift verplaatst schepen over een hoogteverschil van maar liefst 73,15 meter, werkelijk een spectaculair gezicht! Bezoekers kunnen met de lift omhoog en zien hoe de schepen in de lift gaan. In de zomer kun je zelfs met de boot een doortocht van de kabellift maken. Let op! Dit kan alleen op zondag. Dit is het mooiste via boot met de lift naar boven , prachtig landschap vanuit de boot daar boven en terug reis is via treintje naar de startplaats.
Tickets zijn verkrijgbaar bij de scheepslift zelf op de Rue Raymond Cordier 50 in Thieu. Opgelet ik herhaal een halfuur op voorhand .Vanaf Bergen rijd je over de E42 richting Brussel. Dan neem je afslag 21 en rijd richting 'Strépy-Thieu'.
Zie je het hoogteverschil van het kanaal , ga op een zondag dan kan je met de boot mee, zie uren. Sorry dat ik het zoveel herhaal maar het is de moeite waart tijd enkel bootvaart+lift (tickets nemen) en terugkeer via treintje 1.30uur.
Het bezoek aan de scheepslift van Strépy-Thieu, de grootste scheepslift ter wereld, staat bol van de ontdekkingen: een indrukwekkende machinezaal, een wondermooi panorama met zicht op de site en de omliggende streek, een filmvertoning over de bouw en de werking van de lift aangevuld met maquettes en interactieve spelen, tentoonstelling van fossielen die tijdens de opgraafwerken op de werf gevonden werden, interactieve spektakelwandeling "Pays de Génies" met hoogtepunten van de Belgische creativiteit op diverse gebieden: kunst, muziek, schilderen of strips, in gezelschap van beroemde Belgen. De kanaallift bezoeken, is echter ook de mogelijkheid hebben om hem per boot over te steken. Voor mij persoonlijk mooier dan Het Hellend Vlak van Ronquieres waar de schepen omhoog getrokken worden. Neemt men er alles bij duurt het 3uur, dat is een film over hoe alles gebouwd werd en technische details. Ingangsprijs duurder dan wat normaal is maar ik zou het niet doen als je kinderen bij hebt, wees gerust die hebben zich geamuseerd op de boot en het treintje.
Bezoek
Laatste bezoek om 17u.
Duur van het bezoek: ongeveer 1u30.terugreis via treintje.
Bezoek mogelijk in het Frans, Nederlands, Duits en Engels.
Bootovertocht Als je gaat dit is een aanrader dus op enkel op zondag voor individuele bezoekers, zie vertrekuren stroomopwaarts of stroomafwaarts, terug via treintje, dus je moet dit uurrooster wel respecteren, maar je gaat het je niet beklagen.
Individuele bezoekers: enkel op zondag van mei tot september. Vertrek: 11u30 en 15u15 (stroomafwaarts) - 13u30 en 16u30 (stroomopwaarts).
Groepen: woensdag tot zondag, maart tot oktober (niet op zondag in maart of op Pasen). Vertrek: 11u30 (stroomafwarats) - 13u30 en 16u30 (stroomopwaarts).
Toegang tot boot moeilijk voor personen met beperkte mobiliteit.Eigenlijk heel moeilijk geen aanrader spijtig genoeg de ene site zegt van wel ik heb gebeld ze zeggen van niet.
Hier lees je er meer over prijs, opgelet een half uur voor de boottocht met lift je tickets gaan afhalen Individuele bezokers: Scheepslift van Strépy-Thieu
Tel: +32(0)78/05 90 59 - E-mail : info.strepy_thieu@hainaut.be
Welkom bij de Grotten van Hotton! Provincie Luxemburg.
Welkom bij de Grotten van Hotton!
Uitzonderlijk natuurlijk erfgoed van Wallonië. Alleen de Grotten van Hotton zijn volledig beschermd. Twee sterren in de Michelingids.
.
Grotten van Hotton
Daal neer in de ondergrond en ga op ontdekkingstocht in de grotten van Hotton. Een tocht van 6 kilometer lang en 70 meter diep neemt u mee doorheen de verschillende afzettingen van de grotten. Subtiele verlichting maakt de grotten een ware streling voor het oog.
De grotten van Hotton liggen in de Calestienne, een zeer bijzondere geologische zone. Het is een smalle strook van kalksteen die zich uitstrekt tussen de Ardennen, de Famenne en de Condroz.
Omdat de grotten pas in 1958 per toeval werden ontdekt, zijn ze nu nog altijd in goede staat, veel beter dan vele andere grotten, die vaak te lijden hebben gehad onder de vele bezoekers.
Tijdens een geleid bezoek van 70 minuten wordt uitgelegd hoe deze grotten werden gevormd en welke rijkdommen ze allemaal herbergen.
Omdat de grotten van Hotton zo speciaal zijn, zijn ze geklasseerd door de Commission royale des Monuments, Sites et Fouilles en sinds kort ook erkend door het Waalse Gewest.
" Betreed de reuzengalerijen. Kijk in een 35m diepe put. Bewonder de broze draperieën. Luister naar de grommende stroom. Beleef dit ondergrondse avontuur met onze gidsen."
de temperatuur in de grot is 12°
De nieuwe traject is driemaal zo lang en tweemal zo diep. Hier ondekt u de rijk vorm- en kleurschakeringen van de kalkafzettingen (terugkeer via lift).
Openings uren
April > Oktober Deze maanden moet men als famile met kinderen niet reserveren
Alle dagen van 10.00 tot 17.00 (18.00 in juli en augustus)
Laatste rondl : 16.00 (17.00 in juli en augustus)
November> Maart
Rondleidingen op vaste uren
Elke week-end rondleiding om 12.30 - 14.00 - 15.30
Alle dagen : enkel na afspraak, voor groepen van min. 20 pers.
Reservatie : 00 32 84 46 60 46
Kerstmis-Krokusvacantie
Alle dagen rondleidingen om 11.00 - 12.30 - 14.00 - 15.30
Kasteel en tuinen van Freÿr sur Meuse provincie Namen.
Kasteel
en tuinen van Freÿr sur Meuse
.
De sfeer van Versailles tegen de grandioze achtergrond van de Ardense
Maasoever. Dit schitterende bouwwerk in renaissancestijl dat werd uitgebreid
tot een hertogelijke woning, heeft destijds heel wat koninklijke gasten
ontvangen. Het interieur van het kasteel is verfijnd en kosmopolitisch. Volgens
een historische verhandeling uit 1675 zou men hier het eerste kopje koffie
hebben geproefd!
De prachtige klassieke tuinen in verschillende stijlen worden vooral gekenmerkt
door de driehonderdjarige sinaasappelbomen en de oranjerieën, die behoren tot
één van de oudste van het land. Zij bieden de bezoeker onder andere het plezier
te verdwalen in 6 km doolhof of om weg te dromen aan de voet van het charmante
Trianon.
Ook open op paasmaandag, 1 mei, Hemelvaart, pinkstermaandag, 21 juli en
15 augustus, evenals op woensdag tijdens de Belgische en Nederlandse
schoolvakanties, volgens het uurrooster van de overeenkomstige maand.
Groepen min. 20 pers. tijdens normale openingsuren, zoniet 25 pers.
Duur van het bezoek: 90 min.
Individuele bezoekers: infoborden voor het kasteelbezoek en brochures voor het
tuinbezoek.
Gidsen voor groepen mits supplement.
Persoonlijk is deze weg beter berijdbaar.
.
Maas, linkeroever: Dinant 6 km - Hastière 7 km.
Elk jaar worden op 1 mei in de namiddag de sinaasappelbomen in de tuin
gezet.
Kinderen jonger dan 12 in het bijzijn van hun ouders: gratis.
Nu alles faalt,
heeft dit alleen nog waarde
Voor mij, die nooit één waarheid hebt ontdekt;
Ik zal van U niet scheiden als deze aarde
Mijn pover lichaam dekt.
Ik heb maar één
geloof: nooit gaat verloren
Wat eens de liefde zalig heeft bevrucht,
En waar er twee elkander toebehoren
Is zelfs de dood geen vlucht.
Teksten rijmen zodat je ze
makkelijk kunt onthouden
In de middeleeuwen kon het volk niet lezen. Toch bestond de behoefte om
belangrijke gebeurtenissen of wijze lessen over te dragen van generatie op
generatie, zodat ze niet vergeten zouden worden.
Verhalen werden van mond tot mond doorgegeven, in plaats van te worden
opgeschreven. Om het onthouden van deze verhalen makkelijker te maken werden ze
in rijmvorm gegoten. Ook werden ze vaak melodieus voorgedragen. De eerste
gedichten waren dus eigenlijk liederen.
Geheugen
Een voorbeeld van een verhaal dat uit de middeleeuwen komt is het lied van de
heer Halewijn. Dit lied gaat over een vrouwenmoordenaar, die uiteindelijk door
een koningsdochter wordt onthoofd. Een ander voorbeeld is het Egidiuslied,
waarin een overleden vriend wordt bezongen. De dichters in de middeleeuwen
kenden veel meer liederen uit hun hoofd. Veel dichters kenden vele duizenden
dichtregels uit het hoofd. Dichters hadden mede daarom een groot aanzien.
bedenker van het Wilhelmus
Wilhelmus Het schrijven zingend voordragen van liederen hield niet op na de
middeleeuwen. Ook in de 16e en 17e eeuw schreef men nog gedichten die gezongen
werden bij allerlei gelegenheden zoals huwelijken en verjaardagen. Een beroemd
voorbeeld van een historisch gedicht is het Wilhelmus. Veel van deze gedichten
werden gemaakt op bestaande populaire melodieën, zo is het Wilhelmus gebaseerd
op psalmen. Dit waren melodieën die bij een groot publiek bekend waren,
waardoor het lied makkelijk aansloeg.
Volks- en kunstliederen
In de 19e eeuw ontstond er een onderscheid tussen het volkslied en het
kunstlied. Het volkslied vertolkte, vaak in eenvoudige taal, een groepsgevoel
en werd geschreven om gezongen te worden. Volksliederen kon je horen in de
kroeg. Kunstliederen werden bijvoorbeeld voorgedragen in kastelen, door
troubadours. Bij een kunstlied zette een componist een bestaand gedicht op
muziek, ook al was dat gedicht oorspronkelijk niet geschreven om gezongen te
worden. Een voorbeeld hiervan is de liederencyclus Die schöne Müllerin, van
Franz Schubert (1797 - 1828).
Het kunstlied betekende een enorme ontwikkeling: niet langer was het lied een
middel om een verhaal over te dragen van generatie op generatie. Het lied werd
een doel op zich, en de tekst werd onderdeel van de muziek.
Dit staat in het Oosterpark in Amsterdam
Moraliserend
In de negentiende eeuw was dichtkunst, of poëzie, een zelfstandige kunstvorm
geworden. 19 Eeuwse poëzie had een sterk moraliserend en opvoedend karakter.
Vaak had een gedicht een religieuze grondslag: in gedichten werden mensen
opgeroepen zich te houden aan de wetten van de bijbel.
Tachtigers
Als reactie hierop ontstond eind 19e eeuw de groep de Tachtigers: een groep
dichters die zich wilden afzetten tegen het sterk moraliserende karakter van
het gedicht. De Tachtigers vonden dat een gedicht een persoonlijke uitdrukking
van een persoonlijke emotie moest zijn. In plaats van dienstbaarheid aan de
maatschappij, en het opvoeden van de bevolking, waren originaliteit en
eigenheid hun drijfveren.
Spreektaal
Ook de beleving van het gedicht werd geïndividualiseerd: de Tachtigers vonden
dat poëzie niet voorgedragen moest worden, maar in stilte door het individu
worden gelezen. De gewone spreektaal in gedichten werd door hen vervangen door
een meer persoonlijke en zintuiglijke taal. Mede hierdoor kwam het gedicht
steeds verder van de bevolking af te staan.
Ben ik te min
Boodschap
Begin twintigste eeuw bestond er een scherpe scheidslijn tussen dichters en
zangers. Het maatschappelijke aanzien van de dichter en de rol die hij
eeuwenlang had, lijkt in de tweede helft van de twintigste eeuw over te zijn
genomen door popmuzikanten. Vanaf de jaren zestig van de vorige eeuw ontstond
een generatie maatschappijkritische popartiesten, zoals bijvoorbeeld Boudewijn
de Groot (Welterusten, meneer de president) en Armand (Ben ik te min). Hun
liederen gaan over politiek en over misstanden in de maatschappij. Ramses
Shaffy zette met zijn teksten mensen aan het denken over hoe ze in het leven
staan (Mens, durf te leven), en vertelt in zijn teksten net als de dichters
tijdens de Middeleeuwen verhalen op muziek.
Jaren '80
Maatschappelijke misstanden zijn ook twintig jaar later nog een belangrijke
inspiratiebron voor popmuzikanten als Frank Boeijen (onder andere in het nummer
Zwart Wit) en het Klein Orkest (Over de muur, Koos werkeloos)Met de
keuzes van hun onderwerpen nemen de Nederlandse popartiesten een bijzondere
plaats in ten opzichte van Amerikaanse en Engelse popteksten, die veel vaker
sex, drugs en Rock & Roll als thema hebben.
Poetry slam
Dichters blijven hun werk wel voordragen, maar dit gebeurt op dichtavonden die
niet door een groot publiek bezocht worden. Vanuit Amerika komt het fenomeen
poetry slam overwaaien. Een poetry slam, ontstaan in Chicago als reactie op het
teruglopende animo voor dichtavonden, is een dichtavond in wedstrijdvorm. Het
publiek bepaalt de winnaar. Onder invloed van de poetry slams ontstaat een
nieuw soort dichter: de podiumdichter. Voordracht wordt, net als in vroeger
tijden, weer een belangrijk aspect van poëzie. De scheidslijn tussen dichten en
zingen, die in de loop er eeuwen was ontstaan, wordt mede onder invloed van de
poetry slams in de loop van de twintigste eeuw weer deels opgeheven.
Grens dichten en zingen
Niet alleen vanuit de dichters wordt de grens tussen dichten en zingen
opgerekt. Veel Nederlandse popgroepen kennen hun teksten zon belangrijke rol
toe dat zij er toe overgaan deze uit te brengen in boekvorm. Denk aan de boeken
van Doe Maar, Blof, De Dijk en The Lau van de Scène.
Ik kan vandaag
niks hebben,
niks hebben om me heen.
Ik scheld en schop en schieten
kan ik op iedereen.
Vandaag kom ik uit bed,
maar met mijn verkeerde been.
De fiets van
onze buren
beneden in de hal,
die stoort me nu al weken.
Vandaag krijgt hij een knal.
Vandaag ben ik geprikkeld,
een netelig geval.
Dat hondje in de
Hoogstraat
doet er verstandig aan
vandaag zijn bek te houden,
wil het nog voortbestaan.
Vandaag ben ik een nare
en laat me lekker gaan.
En kom ik jou
soms tegen,
maak dan je borst maar nat.
Let heel goed op je, woorden.
Ik ben op oorlogspad.
(En morgen vraag je maar, waar
ik gisteren last van had.)