Met een half opengereten flank en een gat in ons dak, waar de muggen en ander ongedierte gretig gebruik van maakten om ook eens met een RV te reizen, trokken we naar Albuquerque, op zoek naar een "RV Repair Center" . We vonden er een, vlak bij de KOA camping waar we onze wonden gingen likken. De RV verkopers, die in de weekend wel werken verzekerden ons dat ze onze deur voorlopig konden herstellen. We moesten maandag eerste werk aanwezig zijn en dan zou de reparatie tegen 4 pm gefikst zijn. Yoepie, twee dagen vrij, twee dagen verlof!!! En dat we ervan geprofiteerd hebben ! 't Was een camping met alles erop en eraan, dus : slapen, zwemmen, wassen plassen, UMO's repararen en rondkrossen, lekker eten en bbqen ; echt ontspannen. 's Maandags leverden we onze kar in, namen bus 66 naar de Old town en genoten. Want bus 66 rijdt op route 66 die in Albuquerque voor de eerste keer ons pad kruist. En overal langs deze beroemde weg zie je de hotdogkraamjes, benzinestations, cocktailbars ed. van de jaren '50, keurig onderhouden en nog altijd in gebruik. We hebben in één van die bars gelunched, echt aan de toog, bediend door een serveuze in geblokte voorschoot, potlood achter de oren en koffiepot in de hand. Het mens wou absoluut dat ik enkele van hun beroemde chili's proefde en toegegeven, het viel mee. Albuquerque zelf was mooi, spaans-mexicaans, met heel wat terrasjes in de schaduw en een fraaie kerk, gesticht door de eerste fransiscaner die met de spanjaarden mee aanspoelde. Toen we rond 4 pm terug bus 66 wilden nemen moesten we 15 minuten wachten. Niet te doen in de gloeiende zon, dus zochten we een schaduwplekje achter een uithangbord. Daar zat al een koppel op de grond, dat er duidelijk toeristisch uit zag. En dat zodoende totaal afstak tegen de normale bezetting van bus 66 : psychoten, drugsverslaafden, landlopers, zatlappen en sexmaniakken. Toen we opstapten zei ik tegen Dien : "die moeten ook naar de KOA" En inderdaad, 8 mijl verder stapten we samen uit, en tot onze verbazing gingen we samen naar hetzelfde RV repair center. Toen we mekaar aan de balie terug ontmoetten om te betalen kon het niet anders of er ontstond een geanimeerd gesprek. Ook zij hadden vrijdag een panne gekregen, waren 2 dagen op dezelfde camping gestrand en hadden vandaag hun RV laten repareren terwijl ze met bus 66 de oude stad bezochten. En van het één kwam weeral het ander... ze wonen in Sonoma (centrum van de Californische wijn), verbouwen pinot noir die ze verkopen aan de wijnboeren. Zelf hebben ze geen winery ("we 're just poor farmers" zei madam). Maar we moeten absoluut langskomen en mogen op hun land overnachten, en eventueel een centje bijverdienen want in september worden de druiven geplukt. Oh ja, onze deur was hersteld, beter en goedkoper dan we dachten. Ze knelt nog wel, maar ze is terug operationeel. Wij ook, we zijn diezelfde avond nog naar Santa Fé gereden...
|