Gezondheid met mate
Het is onbetwistbaar een voordeel van het openbaar vervoer zoals dat bij ons georganiseerd is
(al betwisten sommigen dan het organiseren),
dat er menselijk contact ontstaat bij het wachten op deze verplaatsingsmogelijkheid,
die soms begint te lijken op de winstkans van een klein lot in een grote loterij.
Het is daarbij niet zeker dat er, zij het zelfs maar geestelijk,
winst wordt gemaakt bij zo'n contact, verrijkend weet u wel, bredere horizonten openend en zo.
Maar verrassend is zo'n ontmoeting met de medemens in een stationscafé af en toe wel.
Toen ik de man wou herkennen
- ik bestelde hem een glas bier van het soort dat hij voor zich had -
als een zeer verouderd schoolvriendje,
die eerst mijn persoon zelfs totaal niet meer kon thuisbrengen,
was ik er al vrij zeker van dat de door mij beoogde trein
gewoon van tussen de uurregeling gehaald was.
Zodat ik dus een vol uur gedwongen vrije tijd had om,
met die uitgezette en grijze versie van een vroeger fijn klasgenootje, te praten.
-"Nee, zeg", zei de door mij met: 'Héla heu..., oude schoolkameraad',
aangesprokene, "ik zou u nooit herkend hebben, god ja, hoe is uw naam ook weer ?"
Ik zei: "Jef". -"Jef ?, ja amaai, wie kon dat denken toen ...
maar met die rimpels en zonder die bos haar en nu buik en bril en...".
- "Ja, 't is al goed", onderbrak ik hem,
toch teleurgesteld over mijn eigen beslissing om te willen babbelen
in plaats van rustig de krant te gaan lezen.
- "Ho maar", zei de man waarvan ik mij tevergeefs afvroeg hoe die nu weer heette,
"ik spreek niet meer zo graag over vroeger, zo is de Rik niet,
school is goed voor schoolgasten, nu is de tijd waar wij het over moeten hebben.
Nu! Ik weet het."
Ik keek hem aan en zag dat hij een beetje aarzelde,
of dacht ik dat maar?, toen hij zijn glas met een getrainde beweging ledigde,
'gezondheid Pol', zei en in een vloeiende boog het andere, volle glas omhoogstak.
- "Bier is goed" verkondigde mijn leeftijdgenoot,
"maar niet teveel, ge moet maat kunnen houden.
Maat houden is het moeilijkste dat er bestaat, weet ge dat Frans ?"
vroeg hij, mij zeer ernstig boven zijn glas aankijkend.
- "Jef is de naam", probeerde ik hem te herinneren.
- "Ja, in namen ben ik niet sterk, maar nu ken ik u toch weer,
w ogen zijn nog dezelfde vind ik", meende Rik.
Het ging mij echt vervelen, zo erg was ik nu ook niet veranderd, of toch ... ?
- "Ouwe jongen", zei de dikke wat rood aangelopen man voor mij,
ik schatte zijn omvang giftig op twee vroegere klasmaatjes,
"ik weet niet hoe het met u gesteld is, maar ik ben alleen gevallen.
Nu ja gevallen, enfin, maar toch alleen. En zo heb ik zelf moeten leren maathouden."
Hij keek naar de toog en deed met twee hoog gestoken vingers een schuimende bestelling arriveren.
- "Gezondheid, wens ik u en mij, maar met wensen mag dat niet ophouden",
besloot hij een beetje raadselachtig. Hij dronk, ik ook, maar wat twijfelend.
Een uur wachten is lang en aan dit tempo zou ik binnen het uur geen trein meer zien.
-"Ik ken er een paar van onze klas die er al onder liggen,"
zei de meer dan struise Rik, "'t zal mij niet gebeuren."
Ik moet heel verrast gekeken hebben want hij voegde er snel aan toe:
"Niet onverwacht, wil ik zeggen. Ik neem mijn voorzorgen en mij zullen ze zo niet hebben."
Hij nam nauwelijks de tijd om, zonder slikken, zijn glas halfleeg te drinken.
- "Ik ben op pensioen en ik heb geen auto, daardoor kan ik me verzorgen ziet ge.
Eten en drinken, bedoel ik, met mate." Hij deed teken naar mijn bier.
- "Smaakt het niet kameraad ? Toch niet ziek ?"
Ik bewees profijtig drinkend mijn conditie, terwijl hij vertelde:
"Vroeger ja, dan stond er geen maat op bij mij.
Maar dat is gedaan man.
Vandaag de dag kom ik vóór de avond thuis en dan kijk ik mij na.
Ten eerste pak ik mijn thermometer, en dat is geen zo'n gewoon ding,
dat is een superfeeling in 't Engels.
Dat plak ik efkens op mijn oorlel en pats!,
het staat er op in van dat groenachtig schrift.
Honderd procent zekerheid jongen. Dan neem ik mijn bloeddruk.
Nee, niet dat gedoe met armband of stoppen in doren, da's dokterswerk.
Ik kan dat zelf meten met het beste toestel dat er bestaat, kostelijk hoor.
En bovendien weet ik dan nog dat mijn hart klopt, hoeveel keer bedoel ik.
Dat lijkt op een computer, maar ik kan daar mee omgaan.
Jawel, ik steek mijn geld in mijn gezondheid.
De Rik kent nu zijn hoogten en laagten."
Hij dronk zijn glas uit keek, wat vragend, dacht ik, naar mij,
maar toen ik wou bestellen schudde hij zijn zwaar hoofd
toch pijnlijk vastbesloten van links naar rechts.
- "Mijn maat is vol" zei hij, zich moeizaam rechtzettend
en hij voegde er ietwat bezorgd aan toe:
"Fonske, houdt u goed en verzorg toch maar beter uw gezondheid."
Geloof het of niet, maar toen kwam alsnog mijn trein.