Mag dat in stilte gebeuren P²Ke, of moet het luidop? Mijn mindere punten erkennen hoef ik niet te doen, zíj achtervolgen míj. ‘k Schiet er ’s nachts wakker van en lig dan te koekeloeren, te kijken op de heldere filmkes in mijn hoofd.
Soms springen details tevoorschijn waarvan ik niet wist dat mijn geheugen ze bijgehouden had, maar ik herken ze. Dus moet ik ze wel erkennen.
Wanneer de schaamtekramp tot in mijn tenen zit sta ik op, het is dan toch gedaan met slapen. Op de sofa ga ik wat zitten kijken naar een nachtzender, Discovery Channel bvb. Met wat geluk is er een programma over mega-toestanden waar alles uiteindelijk toch nog goed komt, alles pico bello. Van ellende vind ik zo’n sensatie-documentaire dan hartverwarmend.
"Waarom kruipt een kat in een doos en trekt de mens zich graag terug? Dit fenomeen, thigmofilie genoemd, is het positief tegenovergestelde van claustrofobie. Volgens bioloog Midas Dekkers schuilt in ons allen een thigmofiel, en werkt in tijden van angst een lekker warm bed soms beter dan de psycholoog.
Het is de plezierige tegenhanger van claustrofobie: thigmofilie, de liefde voor de kleine ruimte, het verlangen naar geborgenheid, grond onder je voeten, het gevoel dat wegkruipen de beste oplossing is.
De kat doet het wanneer hij in zijn kartonnen doos gaat zitten, de kakkerlak die wegschiet tussen spleten in het hout, en de mens, wanneer hij in foetushouding onder zijn dekbed gaat liggen of zich terugtrekt op de wc.(?)
Midas Dekkers heeft begrip voor die kat, die kakkerlak, die mens. In een tochtige wereld vol licht, lucht en kale vlaktes, is het goed om je veilig te voelen. Dekkers schrijft en filosofeert met vertrouwde verve over het tastbare geluk op de vierkante meter."
Mij doet het idee thigmofilie ook denken aan Temple Grandin uit ‘Een Antropoloog Op Mars’ van Oliver Sacks.
"Op 18-jarige leeftijd ontwikkelde ze een 'knuffelmachine' waar ze in ging liggen als er teveel prikkels op haar afkwamen. Ze kan verschillende onderdelen tegen haar laten aandrukken (knuffelen). Autisten houden er niet om aangeraakt te worden door anderen en dan is dit een prima vervanging. Ze kwam op dit idee toen ze in slachterijen zag dat koeien rustig werden als ze ingeklemd werden."
Op de sofa liggen heeft ook zoiets. Heel anders dan in bed liggen. Een sofa heeft iets dat een bed niet heeft : een rugleuning. (zelf gevonden) Wanneer men in een sofa ligt heeft men rugdekking. Canapé is ook goed. Of divan. En dan het dekentje nog, pure thigmofilie ! ----- Het heeft efkes geduurd, maar ik heb het filmke gevonden. Het dateert van 2010. Hij heet Jonathan Okseniuk, hij is dan drie en hij dirigeert. Hij hoort/kent/beleeft muziek gans anders dan wij.
In de rechterhoek staat een tentje. Een tentje in de woonkamer? Tja, dacht ik toen, dat is voor als zijn hoofdje aan rust toe is. Dan moet hij efkes indrukken en omgevingsprikkels kunnen weren. Zich efkes afsluiten van de buitenwereld. En daarvoor dient dat tentje in de woonkamer, hij kan er in wegkruipen wanneer nodig.
En wegkruipen wanneer men dat zo aanvoelt, heeft nu een naam : thigmofilie! dank zij Midas Dekker.
Maar wat wou ik nog zeggen … Ah ja, die foetushouding, die lukt bij mij ook niet meer.
Hoe steunt men iemand in moeilijke tijden. Dat vraag ik me ongeveer elke dag af.
Indien de persoon in kwestie iemand is uit de eigen kring, dan weet ik ongeveer wat en hoe. Ongeveer maar. Het begint in elk geval met luisteren.
Maar wanneer het gaat over iemand die verderaf staat, die men zelfs nog nooit ontmoet heeft en voor wie men evenzeer sympathie en empathie voelt, hoe moet het dan? Hoe formuleer ik het dan. Hoe maak ik dat belangstelling niet overkomt als nieuwsgierigheid. Want dat is mijn schrik.
Kán men iemand moed inspreken inschrijven? Ik weet het niet. Geijkte formules schieten tekort en clichés zijn betuttelend. Het zijn zelfs beledigingen want ze bagatelliseren de pijn en de onrust.
Hij heet Michael Grab en de enige kleefkracht die hij gebruikt is de zwaartekracht. Enkel de zwaartekracht houdt de delen van zijn constructies op hun plaats. Om helemaal Zen van te worden.
Bij bovenstaande foto's zou men nog denken : zoiets kan ik misschien ook, ooit. Maar Michael Grab bouwt ook bruggetjes. Hij overspant lege ruimtes met losse keien.
En lege ruimtes overspannen met woorden heet … mailen?
In onderstaand filmke ziet ge hem aan het werk, heel geconcentreerd. Buiten dan dat filmisch grapje in reverse, de stenen die uit de rivier springen. Kijk eens wat deze jongen kan!
Er zijn twaalf foto’s. Van pietevogelkes. Dan ben ik er als de kippen bij. Men kan maar 1 keer stemmen, dus kies goed, want dit is een ernstige zaak, maar dat had ge al begrepen.
“Met de verkiezing van de ‘Vogel van het Jaar’ zet Vogelbescherming Vlaanderen elk jaar twaalf soorten in de kijker. Hiermee wil de organisatie zoveel mogelijk mensen betrekken bij haar dagelijkse beschermingswerk. In tegenstelling tot voorgaande jaren selecteerden ze deze keer twaalf vogelsoorten die het voorbije jaar op de een of andere manier in het nieuws zijn geweest. Zij kregen dus al wat aandacht, maar misschien niet genoeg? Ze willen graag weten welke vogel u het meeste aanspreekt. Vindt ge hem gewoon mooi? Zijt van mening dat hij omwille van zijn zeldzaamheid meer aandacht verdient? Of vindt ge dat er meer moet worden gedaan om hem te behoeden voor uitsterven? Laat het hen weten!”
Eigenlijk ben ik een beetje bang van vogels en hun aangelegenheden. Ze zijn rechtstreekse afstammelingen van dieren met moeilijke namen die leefden in tijden met nóg moeilijker namen. Als ik bek & poten bekijk zie ik direct het verwantschap met Jurassic en zo. Maar ik bewonder vogels wel. En ik begrijp ze ook, de meeste soorten wonen graag hoger dan de begane grond. LM & ik ook. ’t Is in ieder geval een verkiezing zonder roering nadien want de vogels gaan achteraf geen ingewikkelde coalities aan. Die zekerheid alleen al is een reden om te stemmen.
Links onderaan de foto’s kan men INFOaanklikken. De info over de vogel is kort en duidelijk, geen lang wetenschappelijk gedoe. Rechts onderaan de foto klikt men STEM om te stemmen:
Bloemen gaan brengen naar de graven. In de zomer. Dan hadden we ze maar te plukken langs de kant van de weg. Als kind deden we dat. Boven-Zellik was toen nog een landelijk stuk Brabant en wij waren scharrelkinderen, wij mochten de deur uit zonder toezicht. Dat kon toen nog.
Op dat kerkhof lag geen ene bekende van ons. Er stierven daar weinig mensen. Er woonden ook maar weinig mensen. Dat het ene met het andere verband hield beseften we toen nog niet. weinig bewoners = weinig sterfgevallen
In mijn herinnering was kerkhofbezoek toen een courante zaak, want er liepen al eens mensen binnen en buiten. Hun bloemen waren snijbloemen en werden in hoge gegalvaniseerde conische bekers gezet. Die dingen waren beschikbaar bij het ‘dodenhuizeke’, naast de waterkraan. Dat bestond toen nog. Dat kon toen nog, een poort die open stond en vrij gebruik van water & vazen.
In onze ogen waren er twee duidelijke categorieën. Er waren de Arme Graven die nooit bloemen kregen en de Graven van die Arme Mensen. Dat waren rijke verzakte monumenten van lang geleden, dat vonden wij ocharme, scheef en zo. En nooit bloemen
Wij liepen al eens het kerkhof op om van het kraantje te drinken.
Wanneer er weer een graf bloemen gekregen had van een bezoeker gingen wij die bloemen verdelen over de arme graven en de graven van die arme mensen. Dat leek ons eerlijk. Dat was bijna een plicht want wij waren de enigen die daar zo dikwijls kwamen.
Om water te drinken en soms om pipi te doen in het putje.
Lara Chedraoui kiest voor een tekst van Rainer Maria Rilke uit Brieven aan een jonge dichter.
Be patient toward all that is unsolved in you hart and try to love the questions themselves like locked rooms and books that are written in a very foreign tongue. Do not seek the answers which cannot be given you because you would not be able to live them. And the point is to live everything. Live the questions now. Perhaps you will then gradually, without noticing it, live along some distant day into the answer.
uit : Letters to a young poet vertaling BZN : Heb geduld met alles wat onopgelost is in je hart en probeer je vragen met liefde te bezien, als kamers die gesloten zijn, of als boeken in een volslagen vreemde taal. Zoek niet naar antwoorden die je nog niet kunnen gegeven worden omdat je niet in staat zou zijn ze te doorleven. Het gaat erom alles te doorleven. Doorleef de vragen nu. Misschien zul je dan geleidelijk, zonder het te merken, jezelf ooit op een dag in het antwoord terug vinden.
Na de inspannende arbeid aan een boek over de beeldhouwer Rodin reist de Duitse dichter Rilke in 1903 naar Italië, vanwaar hij met vele mensen correspondeert. Onder hen bevindt zich een leerling van de militaire academie Wiener-Neustadt, Franz Xaver Kappus (1883 - 1966), die Rilke een paar gedichten ter beoordeling stuurt. Hieruit ontwikkelt zich een briefwisseling die (zonder het aandeel van Kappus) in 1929 na Rilkes dood wordt gepubliceerd en onder de titel Briefe an einen jungen dichter een van de populairste werken van Rilke wordt.
In een tijdspanne van vijf jaar legt Kappus hem de meest uiteenlopende problemen voor. Uit Rilkes antwoorden is zijn visie op een groot aantal aspecten van het leven te distilleren. Deze opvattingen van Rilke zullen ook nu nog velen aanspreken, bijvoorbeeld zijn hoop dat de tegenstellingen tussen man en vrouw zullen opgeheven worden.
'k Ben eens gaan opzoeken hoe dat gaat met oude wijn verkopen en/of veilen en het lijkt me niet simpel.
Wijn wordt geveild per lot, zeggen ze. Per kistje dus, of per aantal kistjes. Wordt desgewenst gratis aan huis opgehaald, -vertelt de site van een veilinghuis op de Italiëlei- en wordt opgeslagen in geklimatiseerde ruimten. Very chic allemaal. ‘k Zie me daar al toekomen met één stoffig flesje.
Maar goed, de fles is veel centen waard, zegt iemand. Misschien doet het veilinghuis dan een efforke voor mijn ene fles. Gratis ophalen zal er niet bij zijn, dus zal ik ze wel brengen, naar de veiling.
En dan kom ik nog bijna te laat ook. Meester! Meester! Hier ben ik! Hier is mijn fles! Of hoe wordt een veilingmeester aangesproken.
Jammer dat ik me zo gehaast heb, want nu is de wijn helemaal dooreen geklutst van het reppen. De fles moet zeker weer 50 jaar rusten om te bekomen van die schok. Dan zal ze 100 jaar oud zijn. Nóg meer geld waard … misschien 2 x zoveel. Zou ik ze dan wel verkopen, als de fles binnen amper 50 jaar al 100 jaar oud zal zijn? Benadeel ik dan mijn erfgenamen niet, als ik ze nu verkoop?
In ’t kort: ik zou er geen blijf mee weten, met een fles oude wijn. Ik zou ze aan DG geven, de man van mijn zus Laura. Hij doet al van zijn 17de in wijn en hij weet waarschijnlijk waar hij naartoe moet met zo één oude fles.
En als er dan heel³veel³ geld van komt dan trakteer ik ulle, gans het blog + partners, op een all-in degustatieweekendje ergens. Ergens waar de zon schijnt in november
Lukas Lelie brengt de brief van Madeline Trost uit 'The Pluto Files' van Neil deGrasse Tyson.
"Als directeur van het Hayden Planetarium wist Tyson traditioneel denken om te buigen om Pluto niet langer de negende planeet te noemen in tentoonstellingen van het centrum. Tyson legde uit dat hij wilde kijken naar overeenkomsten tussen objecten door de aardse planeten samen te groeperen, de gasreuzen samen, en Pluto samen met gelijkaardige objecten en af te stappen van eenvoudigweg de planeten te tellen."
Dear scientists, What do you call Pluto if it’s not a planet anymore? If you make it a planet again, all the science books will be right. Do people live on Pluto? If there are people who live on Pluto, then they won’t exist. Why can’t Pluto be a planet? If it’s small, doesn’t mean it doesn’t have to be a planet anymore. Some people like Pluto. If it doesn’t exist, they don’t have a favorite planet. Please write back, but not in cursive because I can’t read in cursive. Your friend, Madeline Trost.