Louis Neefs, Vlaanderens’ mooiste stem, hield van zijn klassiekers: hij was verzot op de keuken van zijn moeder. Jeroen gaat de uitdaging aan om de Plat Préféré van Neefs, de kalfsfricassee van zijn moeder, te evenaren, en dat is geen gemakkelijke opdracht.

Om er wat in te komen, doet hij voor een andere klassieker beroep op zus en rasechte Kempische keukenprinses Connie. In Gierle, hun dorp in de Kempen, laat ze Jeroen meegenieten van de heerlijke gehaktballen met krieken die ze klaarmaakt. En dan stuurt ze hem naar ‘In Den Eyck’, een bruine kroeg onder de kerktoren, het soort etablissement waar Louis graag zou gezeten hebben met zijn vriend Raymond Ceulemans.

Neefs hield ook wel eens van een culinair experiment: zo was hij verzot op escargots - weliswaar als enige van de familie. Als hij het gerechtje dat Jeroen voor hem klaarmaakt zou geproefd hebben, zou hij nog meer fan zijn. En dan is het tijd voor de schoonheid van een familiereünie in het Mechelse Vrijbroekpark…