Foto
Welkom op het Robbeneiland. Ik wens u een prettig verblijf.
Inhoud blog
  • Voorjaar aan de Hoekersingel
  • Bloesem aan de Prunus 'Umineko'
  • Winter in de wijk
  • Ginkgo biloba aan de Hoekersingel
  • Herfst op Trompenburg
  • Reuzenzwam op Trompenburg
  • Herfst op het Serumpark
  • Langs de Barkastraat
  • De "Golden Princess" vertrekt uit Hoek van Holland
  • Toelichting bij "Bomen in onze wijk"
  • Vaantjesboom
  • Witte moerbei
  • Okkernoot
  • Hemelboom
  • Trompetboom
  • Eik
  • Katsoera
  • Meidoorn
  • Vlamboom
  • Amberboom
  • Els
  • Berk
  • Moerascipres
  • Judasboom
  • Lijsterbes
  • Tulpenboom
  • Hazelaar
  • Wilg
  • Japanse notenboom.
  • Es
  • Linde
  • Haagbeuk.
  • Populier
  • Iep.
  • Esdoorn
    Mijn favorieten
  • Mijn bowlsclub
  • Arboretum Trompenburg
  • Bomenpark
  • Het Witte Dorp
  • Nieuws uit Oud Mathenesse
    vanaf het Robbeneiland
    11-10-2006
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Vaantjesboom
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Bomen in onze wijk

    door Dolf Dijk

     

    Davidia involucrata of zakdoekjesboom.

     

    De Davidia involucrata werd in China in 1868 ontdekt door de Franse jezuïet Père David

    waarnaar ook deze boom werd vernoemd. Père David stuurde enkele bloemen naar de Londense Kew Gardens. Hier was men zo onder de indruk van de bloem dat men de beroemde plantenzoeker Wilson in 1899 opdracht gaf om zaden van deze boom naar Londen te sturen. Nadat hij eerst in China in de gevangenis had gezeten op beschuldiging van spionage, een dodelijke koorts en een schipbreuk overleefde en midden in de Boksersopstand terecht kwam was hij eindelijk in de gelegenheid de zaden naar Londen te sturen. De boom kan in het wild een hoogte bereiken van 20 meter. De gekweekte bomen halen deze hoogte meestal niet. De bladeren zijn hartvormig en zijn ongeveer 15x 12 c/m. groot. Zijn meest opvallende kenmerk zijn de witte schutbladeren die zich boven een bolvormig bloempje bevinden. (zie foto) Het grootste schutblad is ongeveer 10x20 c/m groot. Wanneer begin mei de boom in bloei staat lijkt het alsof de hele boom behangen is met zakdoekjes. De geur is op dat moment zoetig maar anderen vinden het ronduit stinken maar de geur vergeet men bij het aanschouwen van deze prachtige boom. Na de bloei vormt zich een vrucht die van groen naar bruin/paars verkleurt. De noot hierin is ongeveer 3 c/m groot en zo hart dat hij in een bankschroef gekraakt moet worden. Het kan daarom ook wel drie jaar duren voordat hij in de grond gaat kiemen. Van de Davidia involucrata bestaat ook nog de variëteit Vilmoriniana waarvan het blad glanzend is en onbehaard aan de onderkant. Sommigen beweren zelfs dat het een aparte soort is. In ons land heeft hij buiten de zakdoekjesboom verschillende namen, zoals vaantjesboom, luierboom en ik heb zelfs de naam duifjesboom gehoord.

    Bij ons in de wijk staan een zestal zakdoekjesbomen, als jonge aanplant, op het Landenplein. De bomen die hier staan zullen echter pas over 10 jaar gaan bloeien.

    Mocht u hier niet op willen wachten dan raad ik de lezers aan om begin mei een bezoekje te brengen aan het Arboretum Trompenburg aan de Honingerdijk. Als u vaker naar dit mooiste stukje van Rotterdam wilt dan kan ik u adviseren donateur te worden voor minimaal 22 Euro waarvoor u het gehele jaar door met twee personen het park kan bezoeken.

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 2/5 - (17 Stemmen)
    >> Reageer (1)
    10-10-2006
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Witte moerbei
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Bomen in onze wijk

    door Dolf Dijk

     

    Morus alba of witte moerbei

     

    Begin maart 2006 is er aan de Hoekersingel een Morus alba ‘Pendula’ geplant.De Nederlandse naam is witte moerbeiboom ook wel moerbezie genoemd. Hij behoort tot de familie Moraceae waarbij ook de Ficus en de vijg behoren. De bomen kunnen zeer oud worden. De bladverliezende moerbei kan tussen de 10 en 15 meter hoog worden maar de treurvorm aan de singel zal zeker een stuk kleiner blijven. De mannelijk en vrouwelijke bloempjes zitten in trosjes aan de dezelfde boom. De vruchten, wit tot rozig van kleur, hebben weinig smaak en worden in China hoofdzakelijk geteeld als voedsel, in het bijzonder het blad, voor de zijderups (Bombyx mori). Een meer aangeplante soort is de zwarte moerbei. (Morus nigra) Hij bloeit in mei en juni, geel/groene bloemen, terwijl de vruchten rijpen in juli/augustus. De gerijpte vruchten zijn heel lekker maar dan moeten ze wel een donkere kleur hebben. Qua vorm gelijken ze wel wat op de framboos. Ze zijn wel erg kwetsbaar en niet lang houdbaar.De boom blijft kleiner dan de witte moerbei.

    Het is niet met zekerheid te zeggen waar de moerbei oorspronkelijk vandaan komt zo lang is het geleden dat hij naar Europa kwam. Men denkt uit het Midden-Oosten. Shakespeare vertelde al in zijn Midzomernachtdroom over twee geliefden, Thisbe en Pyramus, die hadden afgesproken onder de moerbeiboom. Een leeuw verjoeg Thisbe waarbij ze haar sluier verloor met daarop wat bloed van haar, toen Pyramus later arriveerde en de sluier vond dacht hij dat Thisbe dood was en pleegde zelfmoord. Toen Thisbe het dode lichaam van haar geliefde vond beroofde zij zich ook van het leven. Volgens de legende verkleurde hierdoor de vrucht van de zwarte moerbei van wit naar rood door het bloed van de twee geliefden. Van het geslacht Morus zijn er ongeveer 12 soorten en een aantal kweekvormen zoals de Morus‘Laciniata’, Morus ‘Pyramidalis’ en de Morus ‘Nana’.

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 3/5 - (8 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    06-10-2006
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Okkernoot
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Bomen in onze wijk

    door Dolf Dijk

     

    Juglans regia of Okkernoot

     

    In maart 2006 is er op het grasveld t.o. Prof. Poelslaan 29 een Juglans regia of okkernoot geplant. Als volwassen boom is hij te zien op volkstuincomplex Vreelust waar ook de foto van de noten zijn gemaakt. Links na binnenkomst zijn in juli de noten te zien aan de boom. Van nature komt hij voor in Zuid-Europa op de Balkan, Zuidwest- en Centraal-Azië tot de Himalaya en in Zuidwest-China. De cultuurnoot komt bij ons niet voor maar uit Klein-Azie in een vallei 10 km van Jeruzalem waar Salomo een groot landgoed had. De Grieken noemden de noot “karya basilica” wat koninklijke noot betekend. Toen hij 100 jaar voor Chr. vanuit Griekenland naar Italië werd gebracht werd de naam Juglans regia wat Latijns is voor koninklijke godseikel. De boom kan een hoogte van 20 m of meer bereiken en kan meer dan 10 m breed worden. De boom vormt een ronde half open kroon en bij het ouder worden krijgt de grijze stam een diep gegroefde bast. Het blad bestaat meestal uit zeven blaadjes waarvan de grootste aan het eind zit. De mannelijke bloemen gelijken qua vorm wel wat op wilgenkatjes. De vrouwelijke bloempjes, die aan het eind van een nieuwe scheut zitten, vallen amper op. Van het geslacht Juglans bestaan ongeveer 45 soorten waarvan er 2 min of meer bekent zijn bij ons. De okkernoot (Juglans regia), ook wel walnoot of Perzische walnoot genoemd, wordt al eeuwenlang geplant om zijn hout en om zijn smakelijke noten. In de 19e eeuw werd de olie uit de noot gebruikt voor het vervaardigen van zeep. De grootste boomgaarden vindt men in Californië. Toen in 1709 door een strenge winter de Juglans regia bijna verdween moest gezocht worden naar een nieuwe houtleverancier die men vond in de zwarte walnoot (juglans nigra). Vooral het wortelnoten fineer dat gebruikt wordt voor meubelen en voor dashboarden van sommige luxe auto’s is zeer geliefd. Van het hout worden verder geweerkolven gemaakt. Bij ons is de zwarte okkernoot niet veel aangeplant. Er zijn veel mythen en bijgeloven over deze boom. Onder het christendom werd de okkernoot een boom van de duivel en symboliseerde macht en wellust. Men geloofde dat je ernstig ziek kon worden als je onder de boom in slaap viel. Omdat de gepelde noot veel op de hersenen van de mens gelijken dacht men dat door het eten van de noten een geestenzieke zou genezen. Of het volgende waar is zou men zelf kunnen proberen als men last heeft van slakken want door de bladeren te koken en het aftreksel te gieten op plaatsen waar men last heeft van slakken zouden deze weg blijven.

     

     

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 3/5 - (6 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    02-10-2006
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Hemelboom
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Bomen in onze wijk

    door Dolf Dijk.

    Ailanthus altissima of Hemelboom.

     

    De Hemelboom staat o.a. in de Grieksestraat tegenover Huize Thomas aan de Hoekersingel en, zoals op de foto te zien is, aan de Brigantijnstraat. De soort komt voor in de landen rond de Pacific en werd het eerst beschreven door de Philip Miller uit Engeland. De boom is te herkennen aan zijn grote bladeren die op hun beurt weer bestaat uit13 tot 25 gesteelde blaadjes. De stam is meestal recht en is licht gestreept. De boom kent een mannelijke en een vrouwelijke boom waarvan de mannelijke en vrouwelijke bloemtrossen in juni volop te zien zijn. In juli en augustus groeien de vrouwelijke bloemen uit tot decoratieve gevleugelde rode zaden die in dichte trossen zitten. (op de foto en op de inzet duidelijk te zien). Behalve de zaden vermeerdert de boom zich door de vele uitlopers die soms op grote afstand van de boom uit de grond omhoog komen. In het midden 18e eeuw werd de Ailanthus altissima, die uit China komt, in Europa ingevoerd en het is inmiddels een algemeen voorkomende boom in parken en straten. Vooral omdat ze goed tegen de luchtvervuiling kunnen. De naam hemelboom behoort eigenlijk toe aan een andere ailanthus, van de Ailanthus moluccana. Deze boom is afkomstig van de Molukken die de boom alianto noemden wat betekent ‘boom die tot de hemel reikt’. Volgens deze inwoners groeien de takken tot in de hemel, vandaar de naam hemelboom. De hemelbomen in ons land worden maximaal 22 meter hoog.

     

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 1/5 - (11 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    19-09-2006
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Trompetboom
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Bomen in onze wijk.

    door Dolf Dijk.

     

    1. Catalpa of trompetboom

     

    Tijdens de boomplantdag, op 20 maart 2002, is er in de Bulgaarsestraat bij de wijkwinkel een gele Catalpa bignoioides ‘Aurea’ geplant.

    Over de Catalpa of trompetboom zou ik graag het volgende willen vertellen.

    In onze wijk is het niet de eerste Catalpa, wel de eerste gele, want in de Zweedsestraat tegenover “de Boog” staan zes Catalpa's alleen zijn dit de Catalpa bignoioides 'Nana'.

    De meest bekende soort is de Catalpa bignoioides, die inheems voorkomt in het z.o. van de Verenigde Staten, en die een hoogte kan bereiken van 13 meter. De bladeren aan deze bomen, die ontluiken in mei, kunnen wel 25 cm groot worden.

    Aan de trompetboom komen na de bloei peulen aan de boom te hangen die een lengte kunnen bereiken van wel 35 cm lengte en maandenlang blijven hangen.

    Alleen aan de Catalpa bignoioides 'Nana' zal men geen bloei en dus ook geen peulen zien. In de deelgemeente Delfshaven staan er o.a. aan de Heemraadsingel twee schitterende Catalpa bignoioides die elk jaar, in juli en augustus, in volle bloei staan en zeker 20 jaar oud zijn. Uit de Catalpa bignoioides en de Catalpa ovata is een  aantal bastaarden gekweekt die wel peulen produceren maar waarin geen zaden bevinden.

    Tot slot is nog het volgende te vertellen; de naam catalpa, een verbastering van Catawba, de naam van een indianenstam die het gebied bewoonde waarin de botanici de soort voor het eerst ontdekten.

    Bent U ook zo geïntereseerd in bomen dan kan ik U een bezoek aan het Arboretum Trompenburg aan de Honingerdijk van harte aanbevelen.

     

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 3/5 - (10 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Eik
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Bomen in onze wijk.

    door Dolf Dijk.

     

    Quercus of eik

     

    Misschien vraagt U zich af; een eik in onze wijk? Jazeker, een moeraseik (Quercus palustris) en vier zomereiken (Quercus robur) waarvan een aan de Barkastraat t.o. no. 58. De drie andere staan langs de Tjalklaan naast het terrein van V.T.V. ‘Vreelust’. (zie foto)  Verder is er in 2005 een moseik (Quercus cerris) geplant aan de Schiedamsedijk-boven, langs het fietspad, t.h.v. de Roemeensestraat.

    De eik langs de Barkastraat is ontstaan doordat een vogel hier een eikel heeft gedeponeerd of dat hij door de mens hier is neergegooid, we zullen het nooit te weten komen, het feit is wel dat hier en prachtige eik uit is voortgekomen. Ik heb echter wel het vermoeden dat de bewoners uit de directe omgeving hem wel hebben beschermd tegen het rooien.Zelfs de gemeentelijke groenvoorziening hebben hem laten staan ondanks dat hij dicht op een paar prunussen staat.

    De zomereik kan uitgroeien tot een boom van 30 tot 35 meter hoogte en een leeftijd van 500 jaar bereiken. Het is een boom die in geheel Europa voorkomt. De zomereik is te herkennen aan een gelobd blad waar amper een steel aan zit terwijl de eikel een 3 tot 6 c/m lange steel bezit. Het hout wordt voor diverse doeleinden gebruikt o.a. voor meubelen, vaten, spoorbielzen, parketvloeren. Verder werd en wordt het veel in de scheepsbouw, huizenbouw en in de weg en waterbouw gebruikt. Er moet alleen voorzichtigheid worden betracht bij het gebruik van ijzer in het hout, als het hout niet wordt geschilderd, omdat het hout veel looistoffen bevat waardoor in de omgeving van het ijzer het hout blauw wordt. Er komen meer dan 600 soorten en hybriden voor waarvan er 30 soorten voorkomen in de tropische oerwouden. De eik is niet altijd een boom maar soms een struik zoals de Quercus ilicifolia terwijl er in Amerika een eik groeit, de Quercus pumila, die niet groter wordt dan één meter.

    De eikels kunnen ook nogal verschillen in vorm en grote zo komt op het schiereiland Maleisië een eikensoort voor (de Quercus maingayi) met eikels van 7 c/m lengte. Behalve eikels groeit er nog meer aan een eik. Het zijn de gallen die op de bladeren voorkomen waarvan er tientallen soorten zijn. Gallen zijn uitgroeiingen van weefsels veroorzaakt door galwespen en galmuggen. Verder is de vorm en grote van het blad ook anders dan het bekende eikenblad zoals de wilgbladige eik die een bladvorm heeft zoals de wilg, de kastanje eik met bladeren als van de tamme kastanje. Over de kurkeik, met bladeren als van de hulst die s’winters aan de boom blijven, wil ik wat meer vertellen. De Quercus suber, zoals hij wetenschappelijk heet, komt alleen voor in het Middellandse zee gebied. Vooral in Spanje en Portugal is het de leverancier van de flessenkurk die, zonder blijvende schade, om de 10 á 15 jaar van de stam wordt geschild. Echter door de komst van plastic en kroonkurk zal deze bedrijfstak ook zijn langste tijd wel hebben gehad. De moeraseik (Quercus palustris), waar ik in de aanhef over had, zag ik staan als jonge aanplant in de tuin tussen de Hekboot- en Suiestraat bij het Midscheeps die hier goed op zijn plaats is want de herkomst zijn de moerassen van de Z.O.Canada en het oosten Ver. Staten. Hij valt vooral in de herfst op door zijn prachtig gekleurd blad die lange punten en diepe insnijdingen heeft, Het is een snelle roeier die een hoogte kan bereiken van maximaal 24 meter. Als laatste de moseik (Quercus cerris), zo genoemd omdat de napjes waarin de eikels huizen een mosachtig aanzien hebben. Het is een snelle groeier die tot 30 meter hoog kan worden maar hij zal niet zo oud worden als de zomer-en wintereik hooguit twee eeuwen. De eikels, die erg bitter zijn, rijpen pas in het tweede jaar. De moseik werd in de 19e eeuw vanuit het zuiden van Europa en het westen van Azië naar onze streken gebracht.

    Als timmer hout kan het alleen maar binnenshuis gebruikt worden omdat het snel gaat rotten. Verder moet het met zorg gedroogd worden omdat het gauw krom trekt en splijt.

     

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 3/5 - (6 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Katsoera
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Bomen in onze wijk

    door Dolf Dijk

     

    Cercidiphyllum japonicum of katsoera

     

    Het is een bijzondere boom de Cercidiphyllum japonicum of katsura die ook wel hartjesboom wordt genoemd. Van oorsprong komt de katsura voor in Japan en China, waar hij een van de hoogste loofbomen is, soms wel 30 meter hoog. Hij wordt in Japan als heilige boom vereerd en vaak in de nabijheid van tempels geplant. De katsura werd omstreeks 1865 ontdekt en in Amerika op de Yokohama boomkwekerijen verder vermeerdert waarna de eerste planten in 1880 naar Duitsland werden gezonden.Hij staat bij ons in de wijk aan het Midscheeps tussen de Suie- en Doggerstraat.Hij is winterhard en heeft een prachtige geeloranje herfstkleur. Omdat de bloesem eind maart al uitloopt kan bij vorst wel vorstschade plaats vinden.
    Het is een bladverliezende boom die bij ons ongeveer 12 m hoog kan worden. De bladeren zijn hartvormig ingesneden; vandaar de Nederlandse naam Hartjesboom. Het bijzondere van deze boom, is naast de goudgele herfstkleur, dat vooral de afgevallen bladeren zoetig (naar koek) geuren. Vandaar de Duitse naam Kuchenbaum.
    De Hartjesboom is tweehuizig d.w.z. dat de mannelijke en vrouwelijke vruchtbeginsels aan verschillende bomen zitten. De mannelijke bloemen zijn kleine bundels roodachtige meeldraden. De vrouwelijke bloemen zijn kleine, witroze bloemetjes. Beiden zitten in de oksels van de bladknoppen. De bladeren zijn bij het uitlopen roze, later blauwgroen en in het najaar spectaculair geeloranje.
    Opvallend zijn de vruchten, die ik aan de boom aan het midscheeps nog niet heb waargenomen wat betekend dat deze boom mannelijk is want alleen aan de vrouwelijke boom groeien deze peulen. Het zijn lange koffiebruine peulen die vanaf oktober de hele winter door de boom sieren. De platte, kleine zaden zijn crèmekleurig of diepbruin. Ze hebben veel weg van de peulen die aan de Judasboom hangen, die ook op het Midscheeps is te zien.
     

     

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 3/5 - (8 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Meidoorn
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Bomen in onze wijk.

    door Dolf Dijk.

     

    Crataegus of meidoorn

     

    Van de meidoorn bestaan enkele honderden soorten de meeste in Noord-Amerika waarvan het overgrote deel in struikvorm.

    Van de vele soorten bomen staan er drie in onze wijk . Het zijn de eenstijlige meidoorn (Crataegus monogyna) en de tweestijlige meidoorn (Crataegus laevigata) en de hanedoorn (Crataegus crus-galli). Het verschil tussen de een-en tweestijlige meidoorn is het duidelijkst te zien aan de bessen. De bes van de eenstijlige, die ook roder van kleur is, bezit slechts één pit terwijl de tweestijlige twee pitten heeft. Bij de eerst genoemde zijn de bladeren ook dieper ingesneden maar beide soorten zijn ruim voorzien van doornen. De bloei, van de sterk geurende witte bloemen, vindt plaats in mei vandaar ook de Nederlandse naam. Wanneer ze niet gesnoeid worden bereikt de eenstijlige een hoogte van ongeveer 14 meter terwijl de tweestijlige hoogstens een meter of 9 wordt. Ze kunnen wel 400 jaar oud worden.

    Vooral de eenstijlige meidoorn werd vroeger veel gebruikt als afscheiding van weilanden en akkers. Door de snelle groei en veel snoeien kreeg men een ondoordringbare heg. Deze heggen zijn zeer geliefd bij de vogels vooral als de bessen rijpen. Ook door de mens wordt gebruik gemaakt van deze bessen om gelei van te maken. De bessen zitten namelijk vol met vitamine C. Helaas is er door de mechanisatie in de landbouw veel heggen verdwenen maar door subsidies probeert men de overgebleven heggen in stand te houden.

    De eenstijlige komt het meest voor en is o.a. te vinden in de Hekboot-, Bulgaarse-en Russischestraat en langs de singel bij het Witte Dorphof (zie foto). Op het Midscheeps staat tussen de Boeierstraat en de Hekbootstraat een cultivar van de tweestijlige meidoorn namelijk; de Crataegus laevigata 'Paul's Scarlet' met dubbele rode bloemen. Een andere cultivar is de,’Rosea Pleno-flore'. De hanedoorn (Crataegus crus-galli) is een boom, die hoogstens 6 meter hoog wordt, die rode bessen bezit maar de hanedoorn aan de Prof.Poelslaan is een kweekvorm (Crataegus crus-galli 'Inermis') die gele vruchten bezit van ongeveer 15 millimeter
    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 2/5 - (13 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Vlamboom
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Bomen in onze wijk

    door Dolf Dijk

     

    Parrotia persica of vlamboom

     

    De Parrotia persica is een boom of struik die in ons land weinig wordt aangeplant. Hij behoort tot de familie van de toverhazelaarachtige. (Hamamelidaceae) Zijn herkomst is Noord-Iran en de Kaukasus waar deze boom ongeveer 25 meter hoog wordt. De naam is een eerbetoon aan de Russische natuuronderzoeker F.W.Parrot die in 1829 de eerste gedocumenteerde beklimming van de berg Ararat ondernam. (de berg waar de ark van Noach zou zijn gestrand) Hij wordt in Nederland vlamboom genoemd maar ook wel ijzerhout omdat het hout zeer hard is.

    In 1840 is deze boom vanuit de botanische tuin van Sint Petersburg, het vroegere Leningrad, ingevoerd naar Engeland.Vanuit Engeland is hij in Nederland terecht gekomen. Rond 1900 was hij zo bekend geworden dat hij in diverse botanisch standaardwerken is opgenomen. In het Amsterdamse Oosterpark staat een meerstammige Parrotia persica van meer dan 150 jaar oud. De drie Parrotia’s bij ons in de wijk zijn ook meerstammig.Ze zijn te vinden aan de Zweedsestraat op het Landenplein achter de pergola waar zij tussen eind februari tot half maart in bloei staan. De bloemetjes zijn maar klein en zullen door veel mensen dan ook niet opvallen. Echter vallen zijn herfstkleuren des te meer op en zijn prachtig te noemen met kleuren die van goudgeel via oranje naar rood verkleuren. Normaal schilferen de oude stammen af net als bij de plataan maar bij “onze” Parrotia’s is het ontschorst zodat grote delen dood zijn gegaan. Het is jammer dat deze boom of struik niet vaker wordt aangeplant in ons land.

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 3/5 - (16 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    10-09-2006
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Amberboom
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Bomen in onze wijk

    door Dolf Dijk.

     

     

    Liquidambar styraciflua of amberboom.

     

    In opdracht van Philip II van Spanje werd in de 16e eeuw Hernandes, een natuuronderzoeker, naar het pas veroverde Mexico gestuurd om een rapport op te stellen over de natuurproducten van dat land.

    Hij beschreef o.a. de amberboom en ontdekte het vocht dat deze boom voortbracht en noemde het ‘liquid amber’ [vloeibare amber] vandaar ook de soortnaam.

    Deze bladverliezende bomen, die ook in het oosten van de Ver. Staten voorkomen, kunnen een hoogte bereiken van 25 meter.

    Bij ons in de wijk zijn drie jonge exemplaren te vinden aan de Schiedamsedijk-beneden.

    Een staat aan de westkant naast het hek (zie foto) de tweede op het talud van de dijk terwijl de derde in 2005 is geplant t.o. pand 261. Ook van deze boom zijn weer vele variëteiten gekweekt en hij behoort tot dezelfde familie als de toverhazelaar.

    Het geslacht bestaat uit vier soorten waarvan de oosterse amberboom Orientalis, die voorkomt in het westen en zuidwesten van Turkije en Rhodos, wel de bekendste is.

    De amber wordt gebruikt in de zeepindustrie om zeep te parfumeren.

    Het zou ook helpen tegen huidaandoeningen en tegen hoest. Het blad heeft veel weg van de esdoorn en kleuren in de herfst ook prachtig oranje en rood.

    In het voorjaar vormen zich stekelige vruchten waarin zwarte gevleugelde zaadjes bevinden.

    Het hout, satijnhout genoemd, wordt gebruikt in de meubelindustrie.

       

     

     

     

     

     

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 2/5 - (7 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Els
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Bomen in onze wijk.

    door Dolf Dijk.

     

    Alnus of els.

     

     

    De els is te herkennen aan de zwarte elzenproppen die men in de herfst tot aan het voorjaar aan de kale takken ziet hangen. In het voorjaar, voordat de blaadjes aan de bomen komen, is hij te herkennen aan de gele mannelijke katjes.

    De vier meest voorkomende elzen in Nederland zijn:

    Zwarte els Alnus glutinosa die groeit in drassige grond en wordt veel aangeplant om de grond te verbeteren. Op de wortels groeien namelijk kleine knolletjes waarop bacteriën leven die stikstof uit de lucht bindt om zo het tekort aan stikstof, wat veel voorkomt in drassige grond, aan te vullen. De zwarte els heeft een zeer groot verspreidingsgebied, van West-Europa tot in Japan.

    Het droge hout van de Zwarte els is geel van kleur en wordt gebruikt in de klompenindustrie en van de bast en de bladeren worden kleurstoffen gemaakt. 

    Verder is er een variëteit van de Zwarte els n.l. de Alnus glutinosa 'Laciniata' met diep ingesneden bladeren.

    Als tweede de witte of grauwe els Alnus incana die men in Nederland van nature alleen aantreft in Twente en in de gebieden langs de Rijn. Door uitzaaiingen treft men hem veel aan op grote puinstortplaatsen waar hij door zijn vele uitlopers het puin bij elkaar houd. Hij kan, net als de Zwarte els, stikstof uit de lucht binden.

    Het hout van deze els is van slechte kwaliteit.

    De derde els is de Hartbladige els of Italiaanse els Alnus cordata, op de foto en te zien op het Damloperplein. De Hartbladige els is in Venetië gebruikt voor heipalen onder de prachtige gebouwen waaraan Venetië zijn bekendheid heeft te danken. Onder water is deze houtsoort heel duurzaam door het looizuur wat zich in het hout bevind.

    Een ander punt is het klimaat in Zuid-Italië dat uitermate geschikt is om mooie rechte stammen te kweken.

    Als laatste noem ik de Alnus Spaethii waarvan er vier op een rij staan in de Hongaarsestraat. Verder staat hij o.a. aan de Prof.Poelslaan en aan de Hoekersingel.

    Van deze soort weet ik alleen te vertellen dat het een snelle groeier is.

    In vroegere eeuwen vreesde men de boom om dat bij het kappen van de els het hout verkleurde naar een oranjerode kleur alsof het bloede.

    Hierdoor geloofde men dat een kwade geest in de boom huisde.

    Naar aanleiding van dit bijgeloof is een Duitse legende genaamd de "Erlkönig" (elzenkoning) beschreven in dichtvorm door Goethe en is een lied gecomponeerd door Schubert.

     

     

     

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 2/5 - (6 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    08-09-2006
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Berk
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Bomen in onze wijk.

    door Dolf Dijk.

     

    Betula of berk

     

     

    Bij ons in de wijk staan enkele berken in de tuinen die de Ruwe berk (Betula pendula) betreffen. Een paar prachtige berken heb ik zien staan op het volkstuincomplex “Vreelust”. (zie foto) Verder staan langs de Buislaan sinds een jaar een aantal  Betula pendula ‘Laciniata’. Het blad van deze kweekvorm verschilt erg veel met de berk die wij doorgaans kennen. Is bij de Ruwe berk het blad driehoekig en dubbel gezaagd bij de ‘Laciniata’ is het blad ook driehoekig maar is twee keer zo lang als breed en is gelobd wat wil zeggen dat het blad golvende insnijdingen heeft.

    Er zijn zo'n zestig soorten berken over de wereld verspreid en omdat ze weinig verschillen in bladvorm, kleur en schors zijn ze moeilijk van elkaar te onderscheiden. Deze boom stelt weinig eisen aan de omgeving en dus komt zij eigenlijk in alle milieus en grondsoorten voor en zijn het meest winterhard van alle soorten loofbomen. In het voorjaar komen ook bij de berk de bloemen, ofwel de katjes, die zijn verdeeld in mannelijke en vrouwelijke. De mannetjes zijn langer dan de vrouwtjes en zitten aan de uiteinden van de twijgen. De vrouwelijke katjes zitten zij aan zij met de blaadjes aan de takjes en staan aanvankelijk rechtop. Pas later gaan ze net als de mannetjes hangen.

    Een berk is een boom die zijn schoonheid in alle seizoenen laat zien. Bijvoorbeeld in de lente als hij vol hangt met sierlijke katjes en in de herfst als de bladeren verkleuren tot een lichtend goudgeel en de witte stam de boom nog extra helderheid geeft. In tuinen worden berken vaak in groepjes geplant om het effect van de witte schors nog beter te laten uitkomen. De meest bekende van onze Nederlandse berken is de Ruwe Berk (Betula pendula), ook wel Zilverberk genoemd. Dat komt doordat bij oude exemplaren de schors aan de onderzijde openbarst en afwisselend donkere en lichte plekken aan de stam laat zien. Naar boven toe wordt de boom steeds witter en gaver, waarbij de kroon eindigt in een zeer fijn vertakt stelsel van twijgjes, die aan de uiteinden naar beneden hangen. Vandaar de tweede naam 'pendula', dat hangend betekent. Toch is er beslist geen sprake van een treurig uiterlijk bij deze snel groeiende berk, zoals dat wel het geval kan zijn bij de treurwilg, die ook haar hele takken laat hangen. Dat geldt ook voor de andere inheemse berkensoort in Nederland, de Zachte Berk (Betula pubescens). Die is wat kleiner dan de Ruwe Berk en heeft op de takken en bladeren een fijne beharing die donsachtig aandoet. Vooral bij de oudere bomen is de schors meestal gaaf en heeft hij niet zoveel gegroefde plekken als de ruwe berk. In Siberië is versteend hout gevonden van duizenden jaren oud. De oorzaak dat dit zo oud kon worden ligt aan de conserverende stof betuline. Deze eigenschap maakt het ook mogelijk van de schors kano's, schoenen en dakspanen te maken. In Amerika en de Scandinavische landen is berkenschors als dakbedekking een geliefd materiaal omdat het licht is, waterafstotend en zeer duurzaam. En in Noorwegen geeft een laag bast op het dak bedekt met zo'n 30 cm grond een perfecte isolatie. De Lappen gebruiken de schors voor jassen en beenbekleding en de Zweden maken tasjes en mandjes van gevlochten repen berkenschors. Vooral de dunne schilfers zijn zeer brandbaar en in een drijfnat bos kunnen deze nog goed vlam vatten, omdat ze geen greintje water opnemen. Dat is een eigenschap die vroeger uitstekend van pas kwam als er kampvuurtjes gestookt moesten worden in de regen.

     

     

     

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 1/5 - (1 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    01-09-2006
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Moerascipres
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Bomen in onze wijk

    door Dolf Dijk

     

     

    Taxodium distichum of moerascipres.

     

    Taxodium distichum komt uit een geslacht van drie soorten bladverliezende bomen. De natuurlijke groeiplaats van deze prachtige bomen zijn de brak- en zoetwater moerassen in het zuid-oosten van de Verenigde Staten en in Mexico.

    In de pre-historie kwam deze boom ook in Europa voor getuige de fossiele vonsten. Hij kwam opnieuw naar Europa in de 17e eeuw door toedoen van John Tradescant een Engelse hovenier.

    Bij ons staan er drie stuks, in een grote bak, op het Damloperplein die hier goed gedijen mede door de hoge grondwaterpeil.

    In zijn natuurlijke omgeving wordt de moerascipres ongeveer veertig meter hoog waarvan de takken vol hangen met het grijze Spaans mos (Tillandsia usnoides) uit de Bromeliafamilie.

    Net als bij de watercipres, die ik eerder beschreef, laat ook deze boom in het najaar zijn naalden vallen. 

    De kegels, van ongeveer 3 centimeter, verkleuren van groen naar bruin waarna ze in hun geheel afvallen en dan hun zaadjes loslaten.

    Doordat de bomen met hun wortels in de drassige bodem staan zorgen wortelknieën (pneumatoforen) voor zuurstof in de wortels waarbij ze tevens als steun dienen voor deze hoge bomen.

    In zijn natuurlijke omgeving kunnen deze knieën wel 3 meter hoog worden. Deze zijn hol en werden vroeger door de indianen gebruikt als bijenkorven.   

    Om een idee krijgen hoe deze wortelknieën er uit zien hoeft U niet naar Amerika of Mexico te gaan, dichterbij is het Arboretum Trompenburg al zijn ze hier slechts veertig centimeter hoog.

     

    Het volgende stukje las ik in het Rotterdams Dagblad.

     

    Boomtop lijkt op woestijn

    Londen- Bomen kunnen maximaal 130 meter hoog worden. Hoger kan het water, door de zwaartekracht, in de stam niet komen. Dat schrijven wetenschappers van de universiteit van Noord- Arizona in het Britse wetenschappelijk tijdschrift Nature. De geleerden hebben voor hun onderzoek vijf van de acht hoogste bomen ter wereld beklommen, waaronder de 113 meter hoge recordhouder, een sequoia in Humboldt Redwoods State Park, in het noorden van Californië. Zij ontdekten dat hoe hoger de boom is, hoe moeilijker het water naar boven gaat top van de grote bomen lijkt volgens de onderzoekers op een woestijn.

     

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (3 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Judasboom
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Bomen in onze wijk.

    door Dolf Dijk.

     

     

    Cercis siliquastrum of judasboom.

     

    De Judasboom kan een hoogte bereiken van ongeveer 10 meter. 

    De twee bomen, die op het Midscheeps staan, zijn wel aanmerkelijk kleiner maar hebben wel schitterend gebloeid getuige de foto. Er zijn een zestal soorten bekend.

    De bekendste zijn de C. canadensis uit Noord-Amerika de C. chinensis uit Azië en de hierna beschreven C. siliquastrum die zijn oorsprong vindt in o.a. Zuid-Europa en de Middellandse zee gebied.

    De naam Judasboom zou voortkomen uit Matheus 27 Vers 5 waarin verteld wordt dat Judas Iskariot zich ophing aan deze boom na zijn verraad van Jezus. Een aannemelijker verklaring is dat de naam komt van Judea in Israël waar deze boom van nature veel voorkomt.

    Verder zijn er nog talrijke legenden. Zo zouden de bloemen de tranen van Jezus symboliseren en de kleur zou de blos van Judas zijn na zijn verraad. De bloemen verschijnen in mei niet alleen aan de twijgen maar ook op de stam en de dikke takken. Qua vorm lijken ze veel op de bloem van de erwt.

    De naam Cercis is uit het Grieks wat schietspoel betekent waar de 5 tot 10 centimeter lange peulen op gelijken. Deze groene peulen blijven zelfs meer dan een jaar aan de boom hangen die dan wel bruin zijn geworden.

    Ook van de Judasboom zijn ook weer vele variëteiten gekweekt zoals de C. canadensis ‘Forest Pansy’ met zijn paars blad die, evenals de Cercis siliquastrum, te zien zijn op het Arboretum Trompenburg.

    Verder is er  nog de C. siliquastrum ‘Alba’ met witte bloemen en de C. siliquastrum ‘Rubra’ met rode bloemen.

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 2/5 - (21 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    30-08-2006
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Lijsterbes
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Bomen in onze wijk

    door Dolf Dijk

     

     

    Sorbus of lijster-of meelbes.

     

    De lijsterbes en de meelbes zijn twee van het geslacht Sorbus, een geslacht van 100 bladverliezende bomen en struiken. Als eerste wil ik de Sorbus aria of gewone meelbes noemen die o.a. in de Suiestraat tegenover nummer 4 staat. Op de foto is hij te zien aan de Brigantijnstraat naast no.27. De meelbes komt in verschillende landen voor o.a. in het zuiden van Duitsland, de Balkan, Spanje en zelfs aan de andere kant van de Middellandse zee in Algerije en Marokko. Het hout van de meelbes is taai en hard en werd vroeger gebruikt voor de productie van kamraderen. De bessen werden gebruikt in vleesgerechten maar nu eten de vogels er alleen nog van omdat de smaakmakers tegenwoordig uit pakjes en potjes komen. Het is een prachtige boom die in mei-juni zijn crèmekleurige bloemen laat zien tussen de grote bladeren die aan de onderkant wit viltig behaard zijn. In de herfst verschijnen tussen de goudkleurige bladeren de rode bessen. In de Italiaansestraat staat nog een kweekvorm namelijk de Sorbus aria ‘Majestica’ die grotere bladeren en bessen heeft dan de Sorbus aria. De Sorbus aucuparia of gewone lijsterbes is o.a. te zien in de Doggerstraat tegenover nummer 17 en aan de Hogenbanweg en is de meest gekweekte boom van het geslacht Sorbus. Deze boom wordt 15 meter hoog en heeft een geveerd blad die aan de onderkant viltig is. Hij bloeit in mei-juni met witte bloemen die gevolgd worden door scharlaken rode bessen die een voorbode zijn van de herfst. De bessen werden vroeger gebruikt bij het vangen van vogels door ze in een strik te leggen. De naam aucuparia is overigens afgeleid van aucupium wat Latijn is voor vogelvangst. Tegenover nummer 35 en 7, in de Poolsestraat, staat nog de Sorbus aucuparia ‘Fastigiata’ die hooguit 10 meter hoog wordt maar dezelfde bloemen en bessen voortbrengt als voorgaande boom. Fastigiata betekend overigens zuilvormig. In de Poolsestraat staat tegenover het wijkkantoor de Zweedse meelbes Sorbus intermedia ‘Brouwers’, het een kruising tussen een meelbes en een lijsterbes. (Intermedia = tussenvorm) Deze boom bloeit in het voorjaar met witte bloemen die uitmonden in vuurrode bessen die rijp zijn in september en erg gewild zijn bij de vogels. In Scandinavië wordt hij veel langs de wegen geplant waar hij 20 meter hoog wordt. Het hout wordt gebruikt voor o.a. trommelstokken, kegels en houten ballen. Ik ga nog even terug naar de Suiestraat waar tegenover nummer 27 een Japanse lijsterbes staat. De Sorbus commixta ‘Serotina’ wordt 5 tot 8 meter hoog met glanzende geveerde donkergroene bladeren. Van oorsprong komt hij uit de subalpine wouden van Japan en Korea. De bessen zijn scharlaken rood en komen in de zomer aan de boom. Terwijl de meeste Sorbussen rode bessen voortbrengen is de Sorbus hupehensis een van de weinige Sorbussen met witte bessen.

     

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 3/5 - (8 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Tulpenboom
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Bomen in onze wijk.

    door Dolf Dijk.

     

    Liriodendron tulipifera of tulpenboom.

     

    Van deze boom staan er drie exemplaren aan de rechterkant naast het fietspad, even voorbij de Nieuwe keet, richting Marconiplein. Aan de Buislaan zijn eind 2003 33 stuks van deze prachtige bomen geplant. De meeste mensen denken bij de naam tulpenboom aan de Magnolia, hij komt wel uit dezelfde familie, maar wanneer men de bloemen vergelijkt zal men tot de conclusie komen dat de bloem van de L. tulipifera  het meest op een tulp gelijkt.

    De Nederlandse naam voor de Magnolia is trouwens beverboom.

    De bloei van de groengelige bloem, die 4 á 5 centimeter groot wordt, vindt plaats in de maand mei. Na de bloei ontwikkelen zich bruine kegelvormige vruchten waaruit honderden zaadjes vallen. De boom komt van nature voor in oostelijk Noord Amerika vanwaar hij in 1656 door de hoveniers van Karel I, vader en zoon Tradescant, vanuit Virginia naar Europa werd gebracht. Hij bereikt in het wild een hoogte van meer dan 30 meter bij een breedte van 15 meter. In het zuidelijke deel van de Appalachiangebergte zijn de grootste exemplaren te vinden met een hoogte van 50 meter en waar ze wel 500 jaar oud kunnen worden. In het najaar worden de bladeren, die blijven hangen tot in november,  goudgeel tot donkergeel. Het hout gelijkt veel op het populierenhout zodat men het in de handel ook wel gele populier noemt. Het hout is van uitstekende kwaliteit en wordt dan ook gebruikt voor vele doeleinden, zoals meubelen.

    In Vietnam en oost China groeit een 2e soort van de familie Liriodendron namelijk de L. chinense maar deze wordt hier veel minder geplant en dan nog hoofdzakelijk in arboretums. Van de Liriodendron tulipifera zijn nog een aantal kweekvormen bekend waarvan de ‘Aureomarginatum’ die groene bladeren heeft met een gele rand wel de mooiste is.

     

     

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 1/5 - (5 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Hazelaar
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Bomen in onze wijk.

    door Dolf Dijk.

     

    Corylus colurna of hazelaar.

     

    Deze bladverliezende boom staat in onze wijk langs de Prof.Poelslaan voor de Prof. Poelsflat. Hij wordt ook wel Turkse hazelaar genoemd waar hij in het westen van dat land voorkomt. Verder is hij in het wild te vinden in Azië tot in China en naar het westen tot in de Balkan en in het zuiden van Hongarije.

    De hazelaar kwam hier in west Europa doordat baron Ungnad von Zonneck in 1582 vanuit Konstantinopel, het huidige Istanbul,  zaden naar de botanicus Clusius in Wenen stuurde. Clusius schijnt zelf in de Hortus van Leiden een hazelaar te hebben geplant. In zijn natuurlijke omgeving wordt hij tussen de 20 en 25 meter hoog en wordt zijn prachtig generfde hout gebruikt voor het maken van meubelen. Bij ons wordt de boom meestal niet hoger dan 6 a 7 meter. De noten, in een omhulsel met lange slippen, zijn over het algemeen klein en de opbrengst is ook gering. Voor een goede oogst is het belangrijk dat de temperatuur in de winter zo’ n 50 dagen onder de plus 7 graden is en de zomer moet koel en vochtig zijn. Hij wordt bij ons echter meer om zijn sierwaarde aangeplant. Voor de noten zijn  een aantal variëteiten gekweekt zoals de Lambertsnoot (C.maxima) en de C.maxima ‘Purpurea’ de laatste met paarse bladeren. Verder is er nog de gewone hazelaar C.avellana maar dit is meer een struik dan een boom maar geeft wel meer noten. De struik staat onder meer langs de singels van het Witte Dorphof en bij Huize Thomas. Deze struik valt vooral op in de winter en vroege voorjaar door de mannelijke katjes die al in de late herfst aan de takken verschijnen. De takken werden in het verre verleden gebruikt voor vlechtwerk. Er werden hutten mee gemaakt door dit vlechtwerk te bestrijken met een mengsel van hooi en leem. Een van de variëteiten die iedereen wel zal kennen is de ‘Contorta’ met zijn gedraaide takken en veel wordt gebruikt in de paastijd.  

     

     

     

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 2/5 - (7 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Wilg
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Bomen in onze wijk.

    door Dolf Dijk.

     

    Salix of wilg.

     

    De wilg komt in onze wijk op een paar plaatsen voor. Op de Tjalklaan staat een rij schietwilgen (Salix alba ) die een hoogte kunnen bereiken van dertig meter. In ons polderland werd de wilg op twee meter hoogte afgehakt waardoor de bekende knotwilg ontstond. De reden dat ze op deze hoogte werden afgehakt had tot doel om te voorkomen dat het vee de jonge scheuten opat. De jonge twijgen werden o.a. gebruikt door de mandenmaker. Sinds de jaren zeventig komt er bij de oudere schietwilgen een ziekte voor die veroorzaakt wordt door de bacterie Erwinia salicis waardoor de takken binnen korte tijd afsterven. De knotwilgen die men tegenwoordig nog in onze polders ziet staan zijn over het algemeen van de kraakwilg (Salix fragilis ). De takken zijn nogal broos en breken gemakkelijk af vandaar de Latijnse naam fragilis wat broos betekent. Van de takken van de kraakwilg wordt houtskool gemaakt die zeer geliefd is bij tekenaar. Vroeger werd, in sommige streken, de twijgen gekookt om met de verkregen purperen kleurstof de paaseieren te verven. Verder werd salicyl gewonnen, zo heet de kleurstof, als middel tegen hoofdpijn. Tegenwoordig wordt deze stof synthetisch gemaakt. De Salix purpurea bevat zoveel van het vocht dat de bast bitter smaak en men hem daarom ook bitterwilg noemde. Door natuurbeschermers wordt tegenwoordig veel werk verricht om de knotwilg te behouden voor het Hollands landschap. Terug naar de Salix alba waarvan in Engeland een cultivar is gekweekt n.l. de Salix alba caerulea 'Calva" waarvan, van de stam, cricketbats worden gemaakt, hij wordt daarom ook wel cricket-bat willow genoemd. De beste bats komen, hoe gek het ook klinkt, van de vrouwelijke wilg. Men begint door jonge twijgen in de grond te steken en tijdens het groeien de zijtakken te verwijderen zodat men een rechte stam krijgt, zonder kwasten, van ongeveer acht meter lengte. Na 15 jaar wordt deze stam in stukken van 70 centimeter gezaagd en in de lengte gekloofd in driehoekige stukken waar de bats uit worden gesneden. In Nederland en in België zijn tien soorten wilgen te vinden maar nog vele meer bastaarden, te veel om op te noemen, maar een wil ik u niet onthouden zeker om dat hij ook bij ons in de wijk staat namelijk in de tuin van het Witte Dorphof en aan de Tjalklaan bij de Spaanseweg. (zie foto) Het gaat hier om de gele treurwilg Salix sepulcralis 'Chrysocoma' ook wel 'Tristis' genoemd een van de eerste wilgen die uit gaat lopen. Voor het eerst werd hij in 1815 in de Franse literatuur genoemd. Het is een hybride van de Salix alba en de Chinese treurwilg Salix Babylonica. In de bijbel wordt de wilg genoemd in Psalm137, vers 2: "Aan de wilgen aldaar (aan Babels stromen), hangen wij onze citers". Waarmee de Chinese treurwilg werd bedoeld maar het is, volgens de botanici, onwaarschijnlijk dat deze treurwilg al voor onze jaartelling al in Klein-Azie voorkwam. De Salix Babylonica groeide in die tijd in het midden en zuiden van China. Het is waarschijnlijk een vergissing en dat het een daar veel voorkomende populierensoort, de Populus Euphratica is geweest. De Chinese treurwilg komt in Europa overigens veel minder voor dan de gele treurwilg 'Chrysocoma'.

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 2/5 - (20 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    29-08-2006
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Japanse notenboom.
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Bomen in onze wijk.

    door Dolf Dijk.

     

    Ginkgo biloba of Japanse notenboom.

     

    Van de Ginkgo biloba staan er drie stuks tussen de Brigantijnstraat en de Doggerstraat langs de Hoekersingel. Hij is heel goed te herkennen aan het waaiervormig blad, dat leerachtig aanvoelt, met in het midden een inkeping. In de herfst kleurt dit blad prachtig geel.

    Het is de enig overgebleven soort van zijn familie waarvan in steenkoollagen fossielen werden gevonden van 250 miljoen jaar oud dus al voordat de dinosauriërs op aarde rondliepen. Honderd miljoen jaar geleden begonnen ze uit te sterven en wij hebben het te danken aan de Chinezen dat ze er nog zijn want doordat ze deze boom als heilig zagen werd deze boom beschermd en om de vele tempels gepland. In het wild komt deze, 25 meter hoge boom, alleen nog voor in Oost China namelijk in een dal ten zuiden van de Yang-tse rivier waar hij in 1916 werd ontdekt door de Amerikaanse ontdekkingsreiziger Meijer. De Ginkgo biloba werd begin 18e eeuw ingevoerd vanuit China en Japan. Een exemplaar werd in 1730 in de botanisch tuin van Utrecht geplant. De bomen worden zeer oud getuige een boom die in 1762 in Kew Garden te Londen werd geplant en deze staat nog fier overeind.

    De Ginkgo die we hier dus kennen zijn allen afstammelingen van de ‘tempelbomen’.

    Het niet sterke hout is van geen enkele commerciële waarde. Tegenwoordig wordt uit de bladeren een extract gewonnen die je geestelijke vermogens zou verbeteren.

    De bomen die langs straten of op pleinen staan zijn mannelijk omdat de vrouwelijke bomen vruchten voortbrengen, waarvan de eetbare zaden zeer voedzaam zijn, maar het vruchtvlees een zeer onaangename geur voortbrengt. Van de G.biloba zijn ongeveer 23 cultivars bekend o.a. de treurvorm G.biloba ‘Pendula’. Op het Arboretum Trompenburg staan nog de slanke G.biloba ‘Variegata’ die een groen/geel gestreept blad heeft en om en nabij 10 meter hoog wordt en de G.biloba ‘Tubifolia’ met een trechtervormig blad.

     

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 2/5 - (10 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Es
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Bomen in onze wijk.

    door Dolf Dijk.

     

    Fraxinus of es

    Het geslacht Fraxinus bestaat uit zestig soorten waarvan ik er vier in onze wijk heb zien staan. De meest voorkomende is de gewone es (Fraxinus excelsior) waarvan er een rij staat langs de Tjalklaan staat ter hoogte van het Witte Dorp en een groep aan de Schiedamseweg Beneden. Ze bereiken een hoogte van ongeveer 40 meter. Bij het Witte Dorphof staan twee treurvormen van de es, namelijk de         F. excelsior 'Pendula' die in 1838 in Engeland werd ontdekt. Aan de noordzijde van de Franselaan staan een aantal enkelbladige essen F. excelsior 'Diversifolia', ook wel 'Monophylla' genoemd op de foto te zien. (Mono =enkel). Aan het eind van de achttiende eeuw werd hij al vermeld maar de herkomst van deze variëteit is nooit achterhaald. De naam zegt het al, de boom is in het bezit van een enkelvoudig blad terwijl de andere essen een geveerd blad hebben, wat inhoud dat een blad bestaat uit meerdere kleine blaadjes. De mannelijke en vrouwelijke bloemen van de es, die in maart hun purperen kleur laten zien, bloeien aan verschillende takken of aan aparte bomen wat goed te zien is bij enkele bomen voor het Witte Dorphof. De kleine bloempjes verschijnen voor de bladeren waarna in mei de enkel vleugelige zaden verschijnen die in trossen aan de boom hangen. Een van de mooiste essen is ongetwijfeld de Pluimes (F.ornus) ook wel Manna-es genoemd, waarvan ik er een heb zien staan aan de Hogenbanweg en er staan een zevental aan de Laanslootseweg achter de sportvelden. Uit deze boom wordt het Mannasap (een zeer zoete suiker) gewonnen waarvoor men vijf bomen nodig heeft om een kilo sap te kunnen aftappen. In de maanden mei en juni verschijnen de prachtige roomwitte pluimen. In de winter is de es goed te herkennen aan de zwarte knoppen, die zo kenmerkend is voor deze soort. Het hout van de es is wit tot crème van kleur en is erg gezocht voor allerlei doeleinden omdat het taai en sterk is. Er worden o.a. roeiriemen, stelen voor handgereedschap en ladders van gemaakt.

    Tot slot wil ik niet onvermeld laten dat er op 7 April 2003 ter vervanging van de verwijderde populier, bij het voetbalveld aan de Barkastraat, een F. Exelcior 'Jaspidea' is geplant waarvan er ook al twee stuks staan langs de Prof.Poelslaan t.h.v. panden 56 en 58.

    Deze es is vooral bekend door zijn mooie gele herfstbladeren.

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 3/5 - (4 Stemmen)
    >> Reageer (0)


    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek


    Zoeken met Google



    Blog als favoriet !


    Blog tegen de regels? Meld het ons!
    Gratis blog op http://blog.seniorennet.be - SeniorenNet Blogs, eenvoudig, gratis en snel jouw eigen blog!