Als de tijd je rust brengt en herinneringen. Als je terug kunt kijken op je rijk en zijn grenzen. Als je je hart herinnert zoals het klopte in de lente. Schenk je dan nog een glas wijn in en drink.
Want herinneringen hebben een roes nodig Om in te gedijen, een denkbeeldig kussen En de geur van zweet, van gardenias - Herinneringen blijven je niet lang trouw.
Je leven is afscheid nemen van namen, van Onvergetelijke woorden, van fluwelen huid, Van motoren en vrachten en oude rivieren. Je leven vloeit wreed en diep naar de oceaan.
Je leven is een zachte bries, een sluimertijd, Onopgemerkt in luxueuze huizen, waar gewikt Wordt en gewogen en niets aan het toeval. Voor hun dobbelen daar hebben ze je niet nodig.
Dat is goed. Als je je woede maar koestert En de sterren, de volle maan, rode lippen, Glinsterende ogen, vreemde liefde, waanzin, Fietsende kinderen en vuurvogels zingen
Hun lange liederen over het stof, de aarde.
Martin Pulaski
|