Hij is weg. Met de buren naar de speelweide. Een open plek in het bos. Naakte ruimte. Lucht tussen het lover. Hier zal en moet men spelen.
Hij laat me achter. Alleen. Samen met m'n gedachten. Ik verdwaal in verdriet.
Vlinders. Sneeuwvlokken. Vallen in m'n hoofd. Imiteren tranen. Lastig leed. Om dragen.
Twee jongetjes. Eentje speelt. Een ander lijdt. Onder weten. Terwijl het zelfs nog geen vermoeden is.
Bang voor de angst.
Uvi
|