Dag lezer-es,
Neen, niet meteen de spelonken in. De speleologie in de donkere krochten van m'n hoofd, het moet even wachten. Er zit iets in de weg. Twijfel. Over mijn arrogantie.
Maar deze ochtend wil ik wind in mijn zinnen. Het buigen van kruinen. Het lispelen van hagen. Gebogen groen over mijn woorden.
Hij zingt als een alt. Over de daken. Joelt in de schouw. Het is eerder trompetten. Rammelt aan mijn schabouwelijke tuindeur.
Krakkemikkig. Maar zoveel Klein Duimpje en Sneeuwwitje tussen de hengels. Niets voor fatsoenlijke buren. Maar vertedering voor een dagdromer. Sprookjes in mijn hoofd.
Deurtjes die zuchten en klagen. Onder het getreiter van de wind. Zalige stilte. Want dit geluid gaat in het klassement van de tedere decibels.
Gefluister, geluister ... Herfst in mei. Het is eens wat anders dan een hitsige hittegolf.
Uvi
|