In mei 2009 maakten we een rondreis door Zweden en Noorwegen. We verkenden de Höge Kusten, vandaar ging het naar Västeras, Umea, Arvidsjaur, ArjeplogJockmock, Kvikkjokk, Gallivare.
Nadat we even een omwegje maakten naar het ijshotel in Kukkasjärvi trokken we
naar Kiruna, Kebnekaise en Abisko. In Ritzgränsen staken we de Noorse grens
over voor een bezoek aan Vesteralen en Lofoten. De Noorse fjorden haalden we
niet meer want we moesten na vijf weken onze gehuurde camper terugbrengen. Het
was een prachtige reis maar we hadden de enorme afstanden toch schromelijk
onderschat.
Deze keer willen we niet alleen reizen, maar ook genieten. Zolang het ergens mooi en goed is willen we in
dezelfde omgeving blijven.
Vandaag verlaten we Skåne en
rijden richting Växjö, dat ten zuiden van Jönköping ligt. Onderweg zoeken we
een plaats waar we water kunnen nemen. Zulke plaatsen met faciliteiten voor de
camper vind je overvloedig in Frankrijk en ook in Spanje en Portugal. Maar in
dit camperland bij uitstek is geen enkele dergelijke plaats te bespeuren.
Spijtig, want het is gemakkelijker om onderweg even bij te tanken dan helemaal
naar een camping of camperplaats te moeten rijden.
We overnachten in Oshult, bij
Pjätteryd, even ten noorden van Älmhult. We staan op een goed onderhouden weide
bij een meertje. Er is een toilet en een vuilnisbak. Er hangt een soort
brievenbus met een kaartje waarop vriendelijk gevraagd wordt om 50 kronen in
het busje te stoppen. Dergelijke plaatsen kennen we nog van onze vorige
Scandinaviëreis.
De muggen dansen vrolijk rond
de camper. Maar we slagen erin om ze buiten te houden. We genieten van een
frisse, rustige nacht.