Na onze Spanje-Portugalreis werd hij uitgemest en grondig schoongemaakt. Was me
dat een klus! Om dicht genoeg bij al zijn hoekjes en kantjes te geraken moesten
we ons in de moeilijkste bochten wringen.
Maar nu glimt Vroem als nieuw. Hij rust uit van de vele afgelegde kilometers en
laadt zich langzaam op voor de volgende paar duizend.
Vroem is helemaal klaar voor onze reis naar Scandinavië.
We zijn voorzien op alle mogelijke seizoenen, want in het Noorden kan het weer
plots helemaal omslaan, een les die we leerden tijdens onze vroegere
tent-reizen.
Maar voor we onze grote trek beginnen maken we een omweg
naar de Ardennen voor een vakantieweekend met de hele familie, een geschenk van
onze kinderen ter gelegenheid van onze 35ste huwelijksverjaardag.
Terwijl Vroem nog even rust tussen de andere autos
instaleren wij ons het huisje dat voor deze gelegenheid gehuurd werd. s Avonds
spelen we allen uitgelaten de spelletjes die we hebben meegebracht. We plagen
elkaar en schateren om elkaars domme zetten. Dat is leuker dan het spelletje op
zich.
Voormiddag maken we met zn allen een wandeling in het
bos. Namiddag nemen we een kijkje in het dorp. We hadden affiches opgemerkt
over een kermis en daardoor ook feest in het dorp. Drie molentjes en een
dranktentje, dat is het dan. Het is hier wel rustiger dan in het hectische Vlaanderen
maar feesten kunnen wij toch beter.
We bezoeken een schapenboerderij in Acremont, bij Bertrix. Peter en zijn vrouw Barbara, Een Vlaams koppel uit Brabant, verwerken zelf de schapenmelk tot yoghurt, kaas en heerlijk ambachtelijk ijs. Ze zijn zo fier op hun kudde die gegroeid is van 8 naar meer dan 200 schapen.
Hun werk is hun passie en dat stralen ze uit. Je voelt het respect en de liefde voor hun dieren en ze gaan prat op de zuiverheid van hun verwerkte producten.
Er valt nog zo veel meer te vertellen over deze mensen en dat lees je op hun website: www.bergerie-acremont.be.
Wat een gezellig weekend was dat! Veel te vlug voorbij! Maar dit was wel een goed begin om jaarlijks te herhalen. Wanneer we onze spullen in Vroem brengen merken we een natte plek tussen het bed en de koelkast. Heel de inhoud van de koffer vliegt eruit gelukkig regent het niet en elk plekje krijgt een grondige inspectiebeurt. We vinden niets. We vegen het vocht op en leggen een droge dweil op de natte plaats.
We rijden naar Sint Truiden voor een bezoek aan Oma, die we de volgende twee maanden niet meer zullen zien en laten Vroem achter tussen andere campers op de Veemarkt. Wanneer we terugkomen is de dweil nat. Nu wordt het bed afgebroken om de watertank na te kijken. Daar voelt René nattigheid, knap toch dat hij dat vindt?! . Hij vermoedt dat hij de watertank te vol heeft gedaan en dat die door het rijden wat overgelopen is. Dus zetten we de kraan open en laten een deel van ons zo kostbaar water weglopen. Nu maar hopen dat dit de oplossing is van ons probleem.
Ondertussen is het 19u en we hebben honger. Zullen we dan maar ineens hier overnachten? Niet zon goed idee, beweert onze camper-buurman, Morgenochtend vóór zes uur komt het vee hier al aan voor de veemarkt. En het gaat er beslist lawaaierig aan toe.
Dus rijden we verder tot Houthalen-Kelchterhoef, waar we genieten van ons eerste avondmaal in een rustige bosrijke omgeving. We ontdekken nattigheid onder de tafel. De zetel wordt opengeklapt en leeggehaald. We vinden niets.
Einde van onze eerst Vroem-dag. Avontuur verzekerd. Wordt vervolgd
We ontwaken onder een stralende hemel en in een droge
camper.
Vroegere reiservaringen leerden
ons dat we best al in de late namiddag een overnachtingsplaats zoeken, zodat we
dan nog genoeg tijd over hebben om verder te rijden als de omgeving tegenvalt.
Maar de ellenlange file richting Hamburg als gevolg van wegwerkzaamheden steekt
daar een flinke stok voor.
Een recreatievijver in Rothenburg biedt plaats voor
drie campers. Er staan er vijf. Maar er is nog wat plaats om ons erbij te
proppen als we dat willen. We kiezen om verder te rijden want het vijvertje
ligt langs een drukke lawaaierige verkeersweg. 34 Kilometer verder, in
Selsingen, ligt een ruim terrein in het groen. De foto ziet er goed uit, maar
schijn bedriegt. Hier zijn we volledig omringd door drukke wegen. Maar het is
half negen en we zijn het rijden beu.
Gelukkig is onze kant-en-klaar
diepvriesmaaltijd in een oogwenk klaar, zodat we nog tijdig naar bed kunnen.
Vanaf morgen doen we het beter, beloven we elkaar.
Jawel, het lukt ons om tegen half vijf in de vooravond in
Nyborg, Denemarken, aan te komen.
De enorme parking ligt midden in het groen en
is voorzien van banken, een restaurantje
en een leuk speeltuintje. Het lawaai van de autosnelweg die via de brug naar
het volgend Deens eiland leidt, vormt het enige, maar dan ook
allesoverheersende nadeel in deze omgeving.
Nu hebben we nog genoeg tijd om de
benen te strekken en daar maken we gebruik van. We hadden nog wat deense kronen over van een vorige reis en daarom tracteren we ons op een lekkere maatlijk op een terrasje bij het water, terwijl
de meeuwen duidelijk aangeven dat zij ook honger hebben, maar ja, eigen buik eerst he...
Het is aangenaam warm, 25
graden. s Avonds spelen we Rummicub. René wint (alweer) glansrijk.
Bijgevolg heeft Nelly (alweer) geluk in de liefde. Voor elk wat wils!
Terwijl we rijden over de brug,
die Denemarken met Zweden verbindt, krijgen we nog meer het gevoel dat we
de gewone wereld verlaten richting "vakantieland. De grens tussen Denemarken en Zweden ligt in het midden van de Oresund brug. Hier zien we het bord "Sverige" staan.
We willen Malmö bezoeken om een stick voor internetgebruik aan te schaffen. We vinden een parkeerplaatsje in het centrum van de stad. Overal staan parkeermeters, dat kan toch geen probleem zijn denken we... we hebben toch een creditcard en voldoende biljetten op zak...
Helaas, we hebben nog geen munten voor
de parkeerautomaat, die bovendien onze mastercard noch bankkaart wil aanvaarden. We stappen een winkeltje binnen om raad en eventueel om geld te
wisselen. Sorry , zegt de uitbater, het is vrijdagavond (let wel : 15h hè !) en dan kan je
nergens meer munten bekomen. Ja, de automaat neemt enkel Zweedse mastercards
aan, ongemakkelijk voor buitenlanders. Maar probeer het eens in dat ijssalon om
de hoek. Daar lukt het misschien nog wel.
Aan het ijs kunnen we niet
weerstaan. Hadden we genoeg munten gehad dan zouden we die lekkernij gemist
hebben Aan de kassa vragen we om nog
meer munten maar ook daar krijgen we hetzelfde antwoord.
Wat nu?
Dan maar de stad in, op goed geluk...en maar hopen dat de controles op de buitenlanders minder streng zijn dan in ons landje.
Wat verder in de stad vinden we
een bank. Maar die is op vrijdag al om 15 uur gesloten en het is ondertussen al
16 uur.
We verkennen een beetje ongerust de
binnenstad, want hier en daar zien we de politie vlijtig gegevens noteren van autos
die verkeerd geparkeerd staan, oei oei!
In het toeristisch bureau aan het centraal station vertellen we over ons muntjesprobleem. Zij sturen ons naar een wisselkantoor in de buurt. In het wisselkantoor krijgen we slechts 5 munten, en dus niet meer dan 5... maar we hebben er 8 nodig voor een dagtarief! In een warenhuis kopen we aardbeien en wat groenten en ja... het levert ons net genoeg munten op voor de parkeermeter.
Probleem opgelost! Flink van ons hè! Nu vlug naar de parkeerplaats. Onze Vroem staat er nog
steeds, dus niet weggesleept en geen boetepapiertje tussen zijn
ruitenwisser.
Oef !
Onze boodschappen brachten
genoeg munten op om Vroem een ganse dag achter te laten en het zonovergoten
Malmö te bezoeken.
Er is overal veel volk op deze zomerse warme dag. De
mensen liggen en zitten in de parkjes en langs het strand, of ze wandelen en
doen een terrasje.
Het lijkt wel of de Zweden absoluut van deze schaarse zon willen genieten. Het valt ons bovendien op hoe rustig iedereen hier is. Er is veel
verkeer en toch voelt de stad niet hectisch, want er wordt rustig en zeer
hoffelijk gereden. Wat een verschil met Spanje! Zet hier half zoveel
Spanjaarden bijeen en je kan de geluidsoverlast niet aan.
En plaats in
gedachten deze stad in België, en je durft de straat niet meer oversteken
Waarom willen wij perse dit
kleine, doodgewone stadje zien?? Rinkelt er geen belletje als je de naam leest?
Jazeker, Kurt Wallander uit de bekende detectiveserie woont hier!
Terwijl Vroem uitkijkt over het
strand gaan wij op zoek naar de Wallanderroute, die ons langs de bekende
plekjes uit de serie leidt.
Maar we vinden hoogstens de naam van de
politiecommissaris vermeld in één van de brochures over de stad.
Langs de kade ligt een oud zeilschip dat vrij te bezichtigen is. We stappen nieuwsgierig aan boord. René probeert het roer uit, Nelly verkent het schip... echter geen kat te bespeuren... konden we er maar mee weg varen...!
We bevoorraden ons met andere,
veelbelovende folders over de omgeving en verkorten onze terugtocht naar Vroem.
We hadden in dit zomerse weer nietsvermoedend onze regenjas thuis gelaten en
nu worden we getrakteerd op de eerste Zweedse regenbui, die haar naam eer
aandoet. De meegebrachte stafkaarten en brochures, en ons blogwerk, houden ons
de hele avond zoet. Wat je leest is slechts een
eerste versie. We gaan alles geleidelijk verfraaien en vooral meer fotos
plaatsen. Kom dus later nog maar eens terug
naar deze bladzijden!
We bezoeken Ales Stenar in Kåseberga. Astronomen vergelijken deze menhirs met die van Stonehenge. Daar vormen
de stenen een cirkel en hier vormen ze de vorm van een schip.
Niet ver hier vandaan, in Backåkra, ligt een meditatieplaats. We wandelen er naartoe, achtereenvolgens
door Sandhammarens en Hagestads Naturreservat. Het natuurgebied doet denken aan
de Kalmthoutse Heide.
Backåkra ligt midden in een
eentonig golvend landschap. Als je met je gezicht naar het zuiden zit, zie je
op de achtergrond de zee. Het enige geluid dat je hoort is het monotoon gedruis
van de golven. Als je hier niet kan mediteren, dan kun je het nergens. Hier woonde Dag Hammarskjölds,
de eerste secretaris van de Verenigde Naties. In zijn testament schonk hij zijn
woning en landgoed aan de gemeenschap, op voorwaarde dat de omgeving in zijn
oorspronkelijke staat bewaard zou blijven. In het midden van de cirkel ligt een dikke steen waarop PAX staat geschreven. Met wat er allemaal gebeurt in de wereld denk ik dat Dag zich omdraait in zijn graf. Goed bedoeld, maar hij is vermoedelijk de handleiding vergeten om die vrede te bewerkstelligen. Er was ook niemand te zien op deze plaats...".PAX" eenzaam gebeiteld op een dikke steen...in het midden van een desolaat landschap. Wij mediteren ...
We overnachten in de volmaakte
stilte van Sandhammarens Natuurreservat.
Wat hebben we weer goed
geslapen! Het lijkt wel alsof we op reis veel beter slapen dan thuis.
Terwijl Vroem de wacht houdt
aan de rand van Vittemölla Strandbackers Naturreservat, wandelen wij naar
Höga Stenar, een aantal menhirs die boven op een heuvel in een kring staan. Eerst even schuilen voor een
regenbui, maar dan sijpelt de zon door bomen en struikgewas en alles ruikt
heerlijk opgefrist. Onderweg zien we konijntjes.
Na wat zoeken vinden we, midden
op een hoge vlakte, een groep stenen. We twijfelen of ze dezelfde zijn als die
op de foto van de folder, want het paadje er naartoe was onherbergzaam en we
zijn niemand tegengekomen. We keren terug langs het
prachtige strand, dat er zo rustig bij ligt. Ook in Portugal, in Nederland en met
wat geluk in Spanje zijn de stranden nog puur. Wat is er toch met onze
Belgische kust gebeurd
René geeft toe aan een
onweerstaanbare drang om in de zee te gaan. Fototoestel klaar houden, denkt Nelly, zo dadelijk wordt hij door een golf overspoeld en wordt dat tafereel meteen vastgelegd voor de blog.
Dat gebeurt
niet, want de zee is zo kalm, hoewel het boven op de heuvel zo hard waaide. Op de parking aan het
natuurgebied vertrekken de wandelaars één voor één met hun autos. dan staat
Vroem er nog alleen. Of toch niet? Een uur later krijgen we gezelschap van
koeien. we kijken uit over een golvend
landschap.
In de verte schittert de zee in de zon, aan de andere kant zijn
bossen. Een dikke regenwolk komt dreigen, maar besluit op de valreep om de
andere kant op te gaan. In de schemering bedenken we
dat deze dag alweer in een flits voorbijgevlogen is.
In mei 2009 maakten we een rondreis door Zweden en Noorwegen. We verkenden de Höge Kusten, vandaar ging het naar Västeras, Umea, Arvidsjaur, ArjeplogJockmock, Kvikkjokk, Gallivare.
Nadat we even een omwegje maakten naar het ijshotel in Kukkasjärvi trokken we
naar Kiruna, Kebnekaise en Abisko. In Ritzgränsen staken we de Noorse grens
over voor een bezoek aan Vesteralen en Lofoten. De Noorse fjorden haalden we
niet meer want we moesten na vijf weken onze gehuurde camper terugbrengen. Het
was een prachtige reis maar we hadden de enorme afstanden toch schromelijk
onderschat.
Deze keer willen we niet alleen reizen, maar ook genieten. Zolang het ergens mooi en goed is willen we in
dezelfde omgeving blijven.
Vandaag verlaten we Skåne en
rijden richting Växjö, dat ten zuiden van Jönköping ligt. Onderweg zoeken we
een plaats waar we water kunnen nemen. Zulke plaatsen met faciliteiten voor de
camper vind je overvloedig in Frankrijk en ook in Spanje en Portugal. Maar in
dit camperland bij uitstek is geen enkele dergelijke plaats te bespeuren.
Spijtig, want het is gemakkelijker om onderweg even bij te tanken dan helemaal
naar een camping of camperplaats te moeten rijden.
We overnachten in Oshult, bij
Pjätteryd, even ten noorden van Älmhult. We staan op een goed onderhouden weide
bij een meertje. Er is een toilet en een vuilnisbak. Er hangt een soort
brievenbus met een kaartje waarop vriendelijk gevraagd wordt om 50 kronen in
het busje te stoppen. Dergelijke plaatsen kennen we nog van onze vorige
Scandinaviëreis.
De muggen dansen vrolijk rond
de camper. Maar we slagen erin om ze buiten te houden. We genieten van een
frisse, rustige nacht.
Na wat sukkelen met de GPS vinden we een idyllisch plekje in Gustavfors, enkele kilometers voorbij Oshult.
We wandelen rond een meer, omzoomd door bloemen, de waterlelies schitteren in het zonlicht. Op sommige plaatsen lijkt de natuur wel een park dat werd aangelegd.
Langs de paadje staan frambozenstruiken. Hun rijpe vruchten hangen uitnodigend aan de takken. Hmmm lekker!
Wanneer we bij onze terugkomst Vroems luifel kunnen opentrekken, kan onze dag niet meer stuk. We genieten van het zonnetje van het terrasje Chez Vroem. Wie durft er nog beweren dat Zweden een koud land is?
Voor het eerst kunnen we buiten eten ?
De zon wordt zwakker en de schaduwen langer. Het is muggen-uur! Vlug naar binnen en het gaas voor de ramen naar beneden. Eén beestje is nonchalant mee naar binnen gekomen. Maar die kunnen we nog wel de baas.
We bezoeken Linnébygden in Råshult-Älmhult. Hier staat het geboortehuis van de wetenschapper Carl von Linné. Van zijn vader erfde hij de kennis en de liefde voor planten.
Von Linné bestudeerde de planten en bracht ze naargelang hun eigenschappen onder in groepen. Zijn geboortehuis en de tuinen rondom zijn bewaard gebleven in hun oorspronkelijke staat. Je vindt hier 800 verschillende soorten bloemen, ecologische gekweekt. We herkennen kruiden van bij ons, zoals goudsbloem, kaasjeskruid, hyssop, slaapmutsje, wilde anjer, enz Ze staan neen, ze stralen in groepjes en laten duidelijk zien met hoeveel zorg en passie ze geteeld zijn.
De tuin omvat weilanden en een uitgestrekt loofbos. Het gras wordt met de zeis gemaaid en het maaisel dient als voedsel voor de bodem. Al het onderhoudswerk gebeurt in functie van het ecologisch evenwicht.
Het geboortehuis van Von Linné werd ingericht met attributen uit die tijd. De andere gebouwen op het erf werden omgedoopt tot musea. In een koffiehuisje kan je iets drinken en een lekker stukje taart of koeken eten. Heel het aanbod is van biologische oorsprong en zelf gebakken.
We rijden verder richting Jönköping. Aan een tankstation bij Ljungby is een plaatsje met een opschrift: vatten(water). Er staan emmers met borstels voor de autoruiten, en een gieter. Er is ook een kraantje. Een dame komt water nemen voor haar hond. Dus kunnen wij toch ook water nemen voor onze Vroem? Enkele 5 liter-kannen later is zijn dorst gelest.
Het is 18 uur en we zijn blij dat we niet nog helemaal naar Eksjö moeten, de dichtstbijzijnde camperplaats waar we water kunnen innemen.
We rijden tot even voorbij Vittaryt en nestelen ons in Kåre Hamn, bij het eiland Bolmsö. Hier is een klein jachthaventje. Ons vuil water moeten we nu nog kwijt en onze vuile was hoopt zich op. Een wassalon is hier niet te vinden. We zullen dus toch eens naar een camping moeten Dat stellen we steeds maar uit, want vrij kamperen is toch zo leuk.
Wie beweert er dat Scandinavië duur is? De prijzen in de suppermarkt liggen rond de
Belgische prijzen, of zijn slechts iets duurder. Dat betekent dat bij ons de
laatste jaren de prijzen in de hoogte zijn gegaan Aardbeien bijvoorbeeld zijn
hier te koop voor 20 tot 25 kronen, ongeveer 2,5 tot 3 euro, net als bij ons.
Ze zijn donkerrood en smaken lekker en zoet, zonder overrijp te zijn. Kleren
zijn even duur of iets duurder dan in België. Maar de zomerkoopjes zijn
goedkoper en je krijgt er mooie kleren voor, geen afdankertjes. Het inkomen van de Zweden ligt echter hoger dan dat van ons. Restaurants zijn duurder. Voor 160 tot 200 kronen (20 tot 25 ) krijg je dan wel een supper-verzorgde maaltijd, dat hebben we langs de terrasjes gezien. Maar dan heb je er nog niets bij gedronken. Een glas kost
gemakkelijk 5 tot 6 euro. En dat zijn dan de goedkopere restaurants. Wij
schrikken even van die prijzen, terwijl de Zweden volop genieten van een etentje.
In Vänamo maken we van de gelegenheid gebruik om een parkeerschijf te zoeken. In het
benzinestation waar we gisteren stopten verwees men ons naar een krantenwinkel.
Dus combineren we dat met een wandeling door de stad. Groot is onze verbazing
wanneer we merken dat alle winkels al dicht zijn. Het is zaterdagnamiddag, 16
uur. De openingstijden vermelden tot 13 uur of 15 uur voor een zaterdag. Na wat
zoeken vinden we toch nog een klein winkeltje dat open is. Nelly haalt haar
beste Zweeds boven en vraagt waar we een parkeerschijf kunnen vinden. De
winkeliers worstelen zich door hun beste Engels en vertellen dat dit niet nodig
is. « Dan betaal je de parkeermeter toch?». «Jamaar, soms staat er
geen parkeermeter, maar er staat wel vermeld dat je er bijvoorbeeld twee uur
mag blijven staan». «Dan blijf je 2 uur staan en daarna ga je
weg.»
De winkeliers zien er niet-Zweeds uit. Misschien zijn het buitenlanders die hier
nog niet lang wonen. Dus vragen we het opnieuw in een warenhuis dat ook open
is. Daar antwoordt men hetzelfde. «Als je in een stad komt waar een
parkeerschijf nodig is, dan ga je die best daar zoeken».
We zien in deze regio
ook geen politie.
We houden halt in Södra Svänö, in het Nationaal Park «Stora Mosse», waar we
midden in het bos een plaatsje vonden, net groot genoeg voor Vroem. De nacht
hult zich in een volmaakte stilte, die zelfs door de vogels gerespecteerd wordt.
We
hebben alweer ons slaaprecord gebroken: van gisteravond 10 uur tot vanmorgen
half 9!Vroem is zò goed verduisterd en
de stilte was zò compleet. Zelfs de vogels waren vergeten de zonsopgang aan te
kondigen.
We wandelen
door het natuurgebied «Store Mosse». Het bestaat uit bossen, moerassen en meren,
een ideale plaats voor vogels. Er staat een luxueuse uitkijktoren. Op het
eerste verdiep hangen borden boordevol info over de geologische aard en de
geschiedenis van de streek. De drie volgende verdiepen bieden een panorama en
de mogelijkheid om vogels te observeren. Maar waar zijn ze ??
Drie
kilometer verder ligt een soort educatief centrum. De mooi geïllustreerde
infoborden nemen ons mee naar de vroege ijstijd en vertellen over het ontstaan
van alle planten en dieren. Een sterke verrekijker staat gericht op de
oneindige vlakte om de vogels te observeren. René ziet hiermee twee kraanvogels, maar met het blote oog valt er nauwelijks iets te bespeuren. Er is
nog veel meer moois te zien, Verschillende microscopen staan ter beschikking van de bezoekers samen met heel wat materiaal om te bestuderen. Er staat ook verse koffie en thee, faire-traide en
biologisch, «uit respect voor de natuur en het milieu», staat erbij vermeld. De Zweden kennen blijkbaar iets van de natuur en gaan er prat op dat ze in staat zijn tot het instand houden van fundamentele ekologische processen.
In één
van de folders over het natuurgebied lezen we het volgende: "volgens de legende
kan jein het zuidelijk deel van Stora
Mosse, in Södra Svänö, in de avondschemering de elfen zien dansen". Hé, dat is
nu net de plaats waar wij vannacht zo goed geslapen hebben! En waar waren wij
toen het schemerde??. Toen waren wij al in Vroem onder de wol. De elfen hebben
zonder ons moeten dansen
We
wandelen heel de weg terug naar Vroem en jawel we zien waarachtig één vogel in levende lijve!
Tot onze grote verrassing blijkt het een Vlaamse Gaai te zijn! « Zou die hier ook
met vakantie zijn? » , vragen we ons af. « Of zou hier een "Zweedse"
Vlaamse Gaai wonen? ». De Zweedse
Wickapedia kent hem en noemt hem neen, niet « Vleumse Geuj », maar « nötskrika ».
« Skrika » betekent « schreeuwen », « nöt » betekent « rund »
en ook « noot ». Kies maar.
Nu, tegen de avond, staan
we jawel ! op een camping in Smålandstenar. We betalen 220 kronen (ongeveer
27) per nacht. Niet goedkoop. Maar de camping is zeer comfortabel. De douches
zijn ruim, ze lijken kleine badkamertjes. Er is ook een keuken met alle
voorzieningen. Wasmachine en droogkast mogen we gratis gebruiken. In Spanje
kostte een overnachting op een camping 20 euro, maar elke wasbeurt kostte nog
eens 5 euro. Onze berg wasgoed maakt hier nog een goedkope camping van.
Wanneer
je in het gastenboek schrijft, kan iedereen lezen hoe leuk of hoe saai je onze
blog vindt. Als je niet graag hebt dat jan en alleman jouw reactie leest, klik
dan op « reageren ». Je reactie komt dan aan op ons emailadres en
alleen wij kunnen lezen wat je schrijft.
Dit was
het dan voor vandaag. Slaapwel en tot de volgende keer!
Vandaag, maandag, is werk- en wasdag! Al weten we niet goed meer wat dat betekent.
Alle batterijen moeten nu weer worden opgeladen van onze pc, de gsm's en de fototoestellen. Het wasgoed ligt, na wat heen en weergeloop naar de wasplaats, weer netjes opgevouwen in de kast. De blog is bijgewerkt en we hebben nog enkele foto's toegevoegd.
Morgenochtend krijgt Vroem vers water en mag het waswater weglopen. Dan zijn Vroem en wij weer helemaal klaar om verder te reizen.
Ondertussen genieten we nog van het mooie uitzicht van het vijvertje met zijn eendjes, dat we vanop ons kampeerplekje zien schitteren in de zon. Nelly schiet enkele kiekjes, en ze doet dit behoorlijk, kijk maar...
We
bezoeken Jönköping. Deze stad ligt in het uiterste zuiden van het Vätternmeer.
Met zijn 135 km lengte en 128 m diepte is dit het vijfde grootste zoetwatermeer van de wereld. In Västernas vinden we een mooi
rustig plaatsje aan het strand, op 6 km van Jönköping. De krachtige golfslag geeft de indruk dat je
aan zee bent.
De
wandeling naar de stad is echt de moeite waard. Er loopt een wegje langs het
strand, doorheen het Rosenlundsbakarna
Naturreservaat. Het is zonnig en aangenaam warm om te wandelen ook hier roepen
de donkerrode, rijpe frambozen je toe om geproefd te worden.
En nu iets heel speciaals, echt Zweeds, wat bij ons ondenkbaar is. Op regelmatige afstand van elkaar vinden we een soort brievenbusje, vastgebonden aan een boom. Er liggen boeken in, die er gebruikt uitzien. Vanboven kan je het openklappen en gewoon een boek eruit halen. Op het busje staat de vermelding: "ruil een boek". " Die proef moesten we bij ons in België eens doen!", lachen we vrolijk, "Het experiment zou hoogstens één uur duren..." Maar het is wel een milieuvriendelijk en een mensvriendelijk idee. Thuis hebben wij zoveel boeken liggen die we niet meer lezen en die te goed zijn voor de schroothoop. Kenden we maar mensen die net die boeken zo graag willen lezen, we zouden ze onmiddellijk weggeven.
Wanneer
we Jönköping binnenwandelen zien we een ijskraam, waar mensen heel geduldig
op zijn Zweeds in een lange rij staan aan te schuiven. Hier moet het zeker
lekker zijn. Dus wij voegen ons bij de de anderen. En we worden rijkelijk
beloond : nog nooit zo lekker ijs gegeten Hou je mijn ijsje eens even vast, vraagt René. Maar
de lekkernij druipt eraf. En, wat doe je
dan?
Net als
Malmö heeft Jönköping geen stadskern.
Behalve enkele kerken vinden we geen historische gebouwen. De stad heeft wel
veel groene zones en de straten zijn breed. Dat geeft ons een indruk van ruimte en rust. In Malmö hadden we
dat ook al ervaren.
Zodra we
een toeristisch bureau vinden vragen we weer naar een parkeerschijf. Tevergeefs,
« Een parkeerschijf kunnen we jullie niet geven want hier zijn enkel
parkeerautomaten.
Onze
indruk over de prijzen in de restaurantjes moeten we bijstellen. De prijzen
zijn hier hetzelfde als bij ons in België. Zo komen we tot de vaststelling dat
bij ons wel echt alle prijzen zijn
gestegen.
Op de
terugweg blijven we hangen in een rozentuin, de bloemen ruiken heerlijk in de
avondzon.
s
Avonds zitten we aan het strand en kijken naar de zonsondergang. Een warme gloed omlijnt de horizon en brengt alle mogelijke kleurschakeringen
van rood naar paars, onder het ritmisch geruis van de golven.
We
drinken koffie en ontbijten op het stand. De golven schitteren als sterren in
de ochtendzon. De lokroep van de « zee » wordt steeds sterker en René
wordt onrustig. Wanneer hij een andere camperbewoner ziet zwemmen is hij niet meer te houden. Hij
schiet zijn zwembroek aan en neemt een frisse duik in de dansende golven. Dat
doet zon deugd! In geen tijd voelt hij zich helemaal opgeladen en herboren.
We
rijden naar Aneby, waar we picknicken aan een meertje. In het dorpje valt niet
zoveel te beleven. Maar in het toeristisch bureau vinden we een
parkeerschijf! In Tranås parkeren we Vroem aan een
jachthaventje en verkennen de stad. Ook hier veel ruimte, veel groen en veel
bloemen. Wat ons
overal in Zweden opvalt is de
hoffelijkheid van de automobilisten. Wanneer je loopt in de richting van het
zebrapad -dus je bent nog op het
voetpad aant wandelen stoppen ze al. Als je dan aankomt aan het zebrapad
staat die auto daar al zon 15 seconden op je te wachten. Natuurlijk knikken we
dan « dank u » en zij knikken vriendelijk terug. Dat « graag
gedaan » menen ze echt, terwijl wij in België denken «ja ja, haast
je nu maar;».
Bij onze
terugkomst zien we ons Vroemetje in het gezelschap van twee grote broers. De
bootjes leggen aan en de wandelaars gaan
naar huis.
De avond die over het stadje valt gaat langzaam over in een rustige
nacht.
We
doen boodschappen in Boxholm. Dit stadje
kan je vergelijken met een Belgisch provinciestadje. Maar het plaatsje waar we
picknicken,in een parkje bij een vijvertje, heel dicht bij het centrum, geeft de indruk van een verlaten dorpje, ver
van de buitenwereld.
Waar je ook bent in Zweden, overal zijn rustige plekjes. We
rijden via Väderstad naar Glanäs in het natuurreservaat Tåkern. Het ligt aan een uitgestrekt meer dat dezelfde
naam draagt. Rond dit meer willen we een wandeling maken, zover als we
aankunnen. Maar de borden vertellen ons
dat we ons bevinden op een beschermd gebied voor vogels.
Bij het meer mogen we
niet komen. Vóór ons zien we paadjes, gemaakt van plankjes en zorgvuldig
afgebakend. Er is een observatiecentrum met allerlei info en verrekijkers om de
vogels te observeren, net als in Store Mosse. Hebben we al
gehad », merkt René een beetje ontgoocheld op. Steeds
verder volgen we het «plankjes-pad», dat door het diepe moeras
loopt. Het wegje leidt dwars door het
hoge riet, nu eens door weilanden, dan weer over plassen. We zien en horen
vooral eenden die in kolonies op dit meer verblijven en onder luid gekwaak in
groepen overvliegen. Tussen het riet tjierpen enkele vogels. Af en toe laten ze zich zien
maar ze gunnen ons niet de tijd voor een foto.
Zwijgend stappen we verder, om
de betoverende sfeer niet te verbreken. We
bereiken een «dorpje», dwz een kerkje en enkele huisjes. Een
koffiehuisje met terrasje verwelkomt ons bij deze warme dorstige wandeling.
Helaas is het tot 17 uur open de klok wijst 20 na 5. Maar de uitbater merkt ons
op en wenkt ons naar binnen. Eigenlijk zijn we gesloten want op dit uur zijn er geen
wandelaars meer. Maar op deze uitzonderlijk zonnige dat maken we wel een
uitzondering. Willen jullie iets drinken ? » . ja ! We
willen niets liever ! wat smaakt dat lekker fris.
Op de
parking van het natuurgebied sijpelen de bezoekers één voor één weg. Dan zijn
we alleen met Vroem. We voelen ons hier «gasten» in het rijk van de
vogels. Nieuwsgierig
kijken de muggen door het gaas van het dakvenster naar binnen. Maar Vroem laat
ze er niet in. Ze hebben al genoeg pret gehad, daarstraks in het riet.
Na een
ontbijt onder de bomen bezoeken we het natuurcentrum. Een videofilmpje toont
ons hoe de verschillende vogels geringd en gewogen worden. Aan de volgende stand kunnen we de trekroute van
zowat alle vogels bekijken. Er valt hier enorm veel te beleven.
Net als alle
andere centra en infohuisjes word je met beeld en geluid meegenomen naar de
wonderen van de natuur. Kinderen krijgen hun eigen, op maat gemaakte
infostandjes. Voor de allerkleinsten werd een kleurrijk hoekje voorzien.
Met een
massa folders onder de arm al deze plaatsen willen we zeker bezoeken
verlaten we het gebouw.
We
rijden naar Rök. Hier staat een 2,5 meter hoge runnensteen.Hij dateert van 800
NC. Met zijn 700 tekens bevat deze steen
de langste runnentekst van de wereld. Verschillende borden vertellen hoe de
mensen in die tijd leefden. Naast de volledige vertaling van de tekst lezen we
het vermoedelijke levensverhaal van de persoon die deze woorden ooit schreef.
Vele mooi geïllustreerde folders liggen klaar om mee te nemen.
Het lieftallige kerkje dat erachter staat,
werd pas veel later gebouwd. Even vermelden Op het kerkhof bij een kraantje
hangen aan een metalen rekje 3 plantengieters, een borstel, een grote schup en
een metalen bakje met schupjes en handborsteltjes. Handig toch voor de
bezoekers van het kerkhof ? Tenminste als iedereen na gebruik het
materiaal netjes op de juiste plaats terugbrengt wat hier blijkbaar gebeurt
want er is geen enkel haakje leeg.
We
rijden naar het "Omberg Natuurreservat", waar we voor Vroem een plaatsje vinden aan
het Vätternmeer. We wandelen door het bos tot aan de rotsige afgrond en
genieten van een prachtig uitzicht over het rimpelloze water.
De avond
is nog aangenaam warm, zodat we buiten kunnen eten, met zicht op het meer. De muggen schitteren door afwezigheid. Af en
toe maakt een libelle een tussenlanding op onze arm of schouder. De wesp die in
de wijn was gevallen toont geen interesse meer. Die mag de verdere avond rustig
haar roes uitslapen. We houden
ons fototoestel klaar voor een kleurrijke zonsondergang boven het meer, maar de
wolken aan de horizon beslissen daar anders over.
We
genieten van de stilte bij de avondschemering. Zelfs het zoete water lijkt te
moe om geluid te maken
Terwijl
België kreunt onder een hittegolf doen wij het hier met een aangename 20
graden, maar we moeten er wel af en toe wat regen
bijnemen.
In
Alvastra bezoeken we de ruïne van een klooster uit de 12de eeuw. Het waren de cistercienzers die zich vanuit Frankrijk hier kwamen vestigen. Indrukwekkend hoe dit nog na 800 jaar redelijk overeind staat. Aan het klooster te zien leden deze paters m.i. niet erg onder de armoede.
De heilige
Brigitta verbleef hier ook regelmatig en kreeg op deze plaats visioenen. In die visioenen kreeg zij blijkbaar de instructies hoe de nonnen moesten gekleed gaan. Zij zorgde
er bijgevolg voor dat ook vrouwen konden toetreden tot een klooster. Ook over het aantal toegelaten kloosterlingen deed zij haar zegje. 85! niet meer en niet minder. De stichting van de Brigitta orde werd door de Paus Urbanus V goedgekeurd in 1370 : Ordo Sancti Salvatoris. Let wel, nonnen apart van de paters he, maar toch wel in een en hetzelfde klooster...!?
ps : de orde van Brigittines bestaat nu nog in Vadstena!
Een of andere koning eiste in de 16de eeuw het klooster op en gebruikte de stenen om zijn eigen kasteel te bouwen. Voorts gebruikte hij (en later zijn volgelingen) de weilanden voor de veestapel. (nu nog worden de landerijen in leengoed gebruikt, wel geen idee wie het pachtgeld opstrijkt)
Dergelijke
ruïnes vind je verspreid over heel Zweden. De rijkdom van de kerk in die periodes (12-13-14de eeuw) blijkt ook hier zeer goed zichtbaar.
Net als de « natuurpaden »
is hier ook een «kloosterpad», goed aangeduid en gedocumenteerd. (Benedictijnen - Dominicanen - Franciscanen)
We slaan
onze voorraad eten weer in en overnachten opnieuw in het natuurcentrum Tåkern, bij de eenden, enkele Duitsers
en enkele Zweden. Tot nu toe maken de eenden het meeste lawaai
Het is
21 uur en de temperatuur is gezakt tot 19,5 graden. Van het thuisfront vernemen
we temperaturen van 35 gr. en meer, «en morgen wordt het nog warmer».
Te warm? Kom dan toch naar Zweden! Gewoon doen!
We
picknicken in Nässja. We zitten op een
halve meter van het Vätternmeer. We
genieten van het geluid van de golven en kijken naar enkele zwemmers.
Op de kaart staat een wandelsymbooltje. We zijn van plan om na de wandeling hier te
blijven slapen. We zien zomerhuisjes maar geen wandeling, dus rijden we maar
verder richting Motola.
Vlakbij die stad
ligt een meer in een natuurgebied, "Saffran Torp», zoals de gelijknamige folder belooft,
compleet met kaartje en wegbeschrijving. Maar we geraken er niet. Voor we
het beseffen zijn we Motola voorbij op weg naar Nykyrka. Laten we dan maar ineens naar Linköping
verder rijden, met een tussenstop in Håleberget
Naturreservat, want daar zijn we volgens de gelijknamige folder vlakbij.
Geen meer deze keer, enkel bos. Het zoveelste bos, zou je zeggen, ware het niet dat dit bos ongeveer 12000 jaar
oud is. Dat merk je aan de bomen, de
planten, de mossen, aan alles. Na een flinke klim zien we in de verte het Vättern
meer. Het oude bos is aangenaam om te overnachten.
Vroem
krijgt een grasperkje voor Vroem alleen en wij krijgen een bankje.
We staan rustig, maar niet alleen, kijk maar
naar de fotos.
Op weg naar het Götakanaal kunnen we niet weerstaan aan een omwegje naar
een vogel-uitkijktoren, nog steeds in het natuurreservaat Tåkern, zoals de
wegwijzer aangeeft. Massas eenden zwemmen hier rond. In de verte zien we zwanen, te ver om een foto ten nemen, maar duidelijk
te zien door de verrekijker.
Onze eerste halte aan het beroemde Götakanaal is
Borensberge. De 190km lange vaargeul
strekt zich uit van Göteborg via Karlstad tot Mem en verbindt alzo het Kattegat
met de Oostzee, met 46 bruggen en 58 sluizen lezen we in de brochure. Stel je voor : 58000 soldaten werkten 22 jaar
(1810-1832) aan het uitgraven van deze waterader met de schop! Al goed dat er wat meren tussen liggen, zodat
ze «maar» 87 km moesten
uitgraven.
Je kan dus helemaal van Göteborg naar Mem van de ene
zee naar de andere met de boot. De sluis in Borensberg wordt nog steeds maneel
bediend. Anders dan bij ons lijkt deze waterweg op een rivier, met kronkels, riet en eenden.
De info over over een oude glasfabriek maakt ons
nieuwsgierig, maar tot onze verbazing merken we dat de fabriek verbouwd is tot een
jeugdherberg.
Op weg naar Berg bezoeken we een vogel-uitzichttoren
in Västra Roxen -we kunnen het niet
laten: het staat zo veelbelovend aangegeven langs de weg, en het is ook
alweer mooi.
Berg is bekend om zijn 7 sluizen die achter elkaar
staan. Er moet zon 15 m hoogte worden
overbrugd. We bezoeken er ook het Vreta klooster uit de 12de
eeuw, of beter gezegd, de restanten ervan. Het klooster onderging het lot van vele historische gebouwen. Wanneer een of andere rijke heer het opkocht
verdreef hij de religieuzen en gebruikte de stenen voor de bouw van zijn
kasteel.
Het kerkje van het klooster staat er nog. Het werd geleidelijk verbouwd en vergroot. Het
pleintje doet dienst als Vroem-overnachtingsplaats.
Indrukwekkend
om een boot doorheen al die sluizen te zien manoevreren.
We bezoeken
het kloosterkerkje.In het portaal ligt
een plannetje met uitleg over elk beeld, elk nisje, elke schilderij, keurig
genummerd, in 3 talen (Zweeds, Duits en Engels).In dat portaal liggen ook prachtig
geïllustreerde en dure boeken uitgestald, met prijsetiket.Er staat een kistje met een gleufje om het
geld in te deponeren.Er is niemandin de buurt te bespeuren die zou controleren
dat de betaling ook welgebeurt.
Binnen in
het kerkje vinden we nog meer uitleg.Het is alsof een gids je rondleidt en boeiend vertelt over de
geschiedenis van het gebouw.
Na wat zoeken en heen en weer rijden vinden we
het natuurpark Timmerö, op 7 km van Linköping.We willen van hieruit de stad bezoeken en daarna hier komen slapen.Voor we verder rijden wil ikNelly even de omgeving verkennen.Enkele minuten later snel ik terug naar
Vroem, waar René al lang zit te wachten om te vertrekken.Mijn verhaal is sterk genoeg om hem uit zijn Vroem te krijgen.Via een brugje bereiken we een hutje datuitkijkt over een meer, met zwanen.Een overdekte opening zorgt ervoor dat de
dieren ons niet opmerken.We kunnen ze
dus rustig volgen in al hun doen en laten.Je kan eeuwig blijven fotograferen in dit natuurgebied.
Het is druk
in Linköping.Overal trekken groepjes
1stejaarsstudenten rond met vragenlijsten, begeleid door 2de of 3dejaars.Op het programma staan ook spelletjes,
waarvan fotos worden getrokken.
Gisteren
begon het nieuwe schooljaar en akademiejaar hier in Zweden.
In deze
universiteitsstad treffen we meer terrasjes en restaurantjes.Ook hier vinden we buiten enkele kerkjes,
geen historische gebouwen maar wel veel ruimte en veel groen.
Het is nog
steeds aangenaam warm -24°-. Tot de avondschemering zitten we op een bank aan
het « zwanenmeer ».Dan
bevelen de muggen en knotjes ons om naar binnen te gaan.
De dag
begint stralend.Vlug alles mee naar
buiten nemen voor een ontbijt in het groen.Te laat, de hemel betrekt en het voelt meteen heel wat frissser.
We begeven
ons naar Norsholm voor een wandeling in het gelijknamige natuurpark.Het piepkleine parkeerplaatsje tussen de
bossen staat al vol.Een vriendelijke boer
die met zijn tractor voorbijkomt wijst ons de weg naar een ander plaatsje in het bos.« Als dat ook bezet is, kom dan maar
gerust naar mijn woning.Als ik maar
langs kan met mijn tractor, dan mag je daar gerust staan ».
Langs de
paden vinden we de uitleg over enkele burchten en huizen die hier hebben
gestaan, met alle mogelijke info over wie hier leefde en wat er gebeurde.Dat is wel nodig want het enige wat we zien
is « een hoop stenen ».
Hoe dieper
we in het bos inwandelen,hoe harder het regent.Wanneer we terug in Vroem stappen zijn we
doornat.
Onder de
stromende regen bereiken we Söderköping.In het toeristenbureau slaan we een nieuwe voorraad folders op.Morgen zullen we het stadje verkennen.Vanavond zijn we te moe.
We staan
ergens aan de rand van Söderköping op een ruime parking op 100m van de stad en
toch rustig aan de oever van het Götakanaal.Aan de overkant van het kanaal ligt een steile groene stroook met
bovenop een prieeltje met uitzicht over de stad.De groene strook is een stukje natuurgebied
dat met veel zorg bewaard wordt.
In het
portaaltje van de kerk vinden we boeken, sierraden ( !), icoontjes,
kaarsjes en prentkaarten.Op het
geldbusje staat : « betaal hier, dank U ».
Er zijn
twee koptelefoons om de uitleg over de geschiedenis en ontstaan te
beluisteren.Op elk van de 3 orgels
wordt ook muziek gespeeld dat je ook via de koptelefoons naar keuze kan
beluisteren. (o.a. Bach)
Net als in
het kerkje van het Vreta Klooster is hier ook een kinderhoekje met tekengerief,
puzzels en boekjes die het jonge volkje laten kennismaken met de bijbelfiguren
en verhalen.
Je bent
niet in Söderköping geweest als je niet in het ijssalon
« smultronstället » bent binnengegaan.Hun ijsbekers zijn een toeristische
attractie.De foto hier stelt niets voor
vergeleken met de gigantische coupes die we rondom ons voorbij zagen gaan.Het zag er feestelijk uit enhet smaakte lekker.Misschien kan daar in de toekomst geen enkelader ijsje meer tegenop . ?
De
verschillende campers die ons op de parking kwamen vergezellen vertrekken één
voor één.Wij blijven hier nog eens
overnachten.We genieten van het
vergezicht over het kanaal.Door het
andere raam zien we de stad, die indommelt in de avondschemering.Söderköping bij nacht is even rustig als een
nachtje in hartje natuurreservaat.
Terwijl we
picknicken langs het Göta kanaal schuiven zeilbootjes en motorbootjes
voorbij.Er is weinig wind en een
aangenaam zonnetje verwarmt ons.
In Mem
loopt het Göta kanaal doorheen de laatste sluis in de Oostzee.Daar willen we naartoe, nu we toch zo kort bij de zee zijn.
We treffen
een van de meest schilderachtige plekjes aan die we tot nu toe gezien
hebben.Het kanaal wordt breder en
achter de horizon is de zee.Er is ook
een klein haventje.Even na onze
aankomst worden we getracteerd op zo maar eventjes 3 regenbogen, die
achtereenvolgens aan de hemel verschijnen.Wat een mooie kleurschakering over het water !
We hadden
vernomen dat hier plaats is voor campers en daar maakt Vroem graag gebruik van,
even later gevolgd door enkele grote dikke vrienden. (Campers waar Vroem 2X in
kan)
Je mag hier
gratis verblijven, maar indien we betalen kunnen we wat water nemen, sanitair
gebruiken en een wasmachine.Komt dat
goed uit zeg ! Maar er is één probleem.Op de droogkast staat « kapot ».Onze drang om te wassen is echter te
groot.Maar hoe gaan we alles
droogkrijgen ?Dit is een haventje,
dus een openbare plaats waar bezoekers af en aan rijden.Daar hang je geen was uit.Dit is Spanje niet, daar doen ze dat
overal.Maar hier zie je geen was
hangen.Bij nader inzien blijken wij de
enigen te zijn die de wasmachine gebruiken.Hoe gaan we dat oplossen ?We vinden beslist wel wat wordt vervolgd.
Voor we gaan eten komt er een toerist met de fiets
op ons toegestapt en vraagt of wij Engels spreken.We horen dat hij niet engelstalig is en
daarom antwoorden we : Frans, Duits, Nederlands,Eengels wat je maar
kiest.En wel verduiveld : « Spaans »
antwoord hij.Dus : hablamos
español ! Hij verschiet zich een ongeluk dit had hij nooit verwacht.Hij (Fernando) zet zich bij ons aan de tafel
en we babbelen wat, en terwijl wij aanstalten maken om binnen te gaan zitten
(20h30) gaat hij zijn tent opzetten en nog eten koken.Het blijft tenslotte een spanjaard he Hij
vraagt bij het afscheid hoe je « dank u » en « tot ziens »
in het Zweeds zegt, en Nelly staat hem graag te woord.Helaas hij krijgt de klanken moeilijk
uitgesproken en we lachen allemaal
De zon moet
deze ochtend flink haar best doen om de dakramen van Vroem op te warmen,
tot wij eindelijk wakker worden.
Hier heerst
de volledige stilte en het lijkt alsof niemand die stilte wil verbreken.De wandelaars en de andere campeerders maken
geen lawaai.Namiddag wandelen we langs
het Göta kanaal dat met de bloemen, riet en eendjes eerder op een rivier lijkt.
In Mem zijn
geen winkels, dus doen we onze boodschappen in Söderköping.Tot nu toe valt het ons op dat er in de zweedse
warenhuizen geen achtergrondmuziek
speelt.Ook hier is het rustig, net als
de mensen. Alle plastic drankflessen
zijn petflessen.In elk warenhuis staat
een automaat waarin je die kwijt kan, net als alle drankblikjes.Voor een petfles krijg je 2kr terug, een
blikje brengt 1kr op. (1Euro = +/- 8 kr)
In elk dorp
of stad staat minstens één afvalparkje, waar men veel uitgebreider sorteert dan
bij ons.
We willen richting Oostzee, een
van de eilandenarchipels bezoeken.Maar
voor we het beseffen is ook deze dag weer omgevlogen.
« Ons
plaatsje » langs het Götekanaal in Söderköping is nog vrij...
We prullen
wat aan de blog die soms gekke sprongen maakt als we teksten en fotos
plaatsen.
We
vroemen vanuit Söderköping richting Södra Finnö, het uiterste puntje van het
schiereiland « Skargård ».
In Torra
ontdekken we een prachtig plaatsje aan het Sandfjärdenmeer. In het bos is een
plaatsje, net groot genoeg en horizontaal genoeg voor Vroem, knus bij een bank
onder de bomen. Vijftig meter verder staat nog een bank op de rotsige
ondergrond bij het water. Hier gaan we picnicken. We kijken uit op een plaatsje
waar je makkelijk het water in kan om te zwemmen, tot Renés grote vreugde... In de verte zien we een haventje met enkele
bootjes.
Eindelijk
kunnen we in het bos met veel tralala heel onze was uithangen, nu we hier toch
alleen zijn. Weet je nog wel, twee dagen geleden hebben we aan het haventje in Mem, waar de droogkast kapot is, de wasmachine gebruikt. Bij gebrek aan « uithangmogelijkheden »
hebben we onze was dan maar nat meegenomen. Maar zie je wel, zolang je er maar
in blijft geloven komt er vroeg of laat wel een oplossing naar je toe!
Dit plaatsje
is perfect!
René haalt
zijn zwembroek uit. Nelly haalt meteen haar fototoestel tevoorschijn, in
afwachting tot haar man het water in gaat. Vroem moet ook op de foto voor de
blog want kijk toch eens mensen, wij hebben zojuist het Aards Paradijs
gevonden!
Maar « mooie
liedjes duren niet lang », vertelt een Vlaamse uitdrukking, en het blijkt
nog waar te zijn ook
In enkele
minuten betrekt de hemelen barst een
hevig onweer los. Vlug de natte was weer in de zak stoppen en wegwezen!
Onder de
stortregen en het gekletter van hagelbollen vroemen we langzaam verder.
Wat hebben
we geluk gehad! Waren we een uur later vertrokken of had het onweer s nachts
losgebarsten, dan zouden we ons vastgereden hebben in de modder.
Voor een
avondplaatsje kunnen we de tijd nemen want het is nog maar 16 uur. We verkennen
het andere deel van het schiereiland. Op de kaart eindigt de weg in Vrångo
aan het binnenwater. Enkele bootjes dobberen aan de kant. Rustiger bestaat niet.
We vinden een plaatsje waar Vroem net kan staan, met zicht op het water met de
bootjes naast een container met grof afval. « Geen mooi zicht »,
mijmeren we, « we vinden vast wel een beter plaatsje ».
Wat zijn
we toch verwend, niet ?
Om half
negen ( !) komen we, na veel zoeken en rijden, in Arkösund, nipt op tijd
om een zwaar bewolkte zonsondergang te fotograferen.
De was
wordt over een veel te klein droogrekje gepropt. Het rekje kan boven de tafel
hangen terwijl wij slapen.
De wind
huilt en de de kabels van de masten aan de zeilbootjes in de haven rammelen nog veel luider. Maar het regent niet meer!
Naarmate
we verder rijden trekt de hemel open en wanneer we Nörrköping binnenrijden zien
we de stad onder een staalblauwe hemel. We kunnen weer kuieren in de zon,
zonder jas en zonder trui. Wie had dat gisteren kunnen voorspellen ?
We volgen
een veelbelovende wegwijzer naar een cactustuin. Dat komt komisch over wanneer
je pas enkele maanden geleden de cactussen in Spanje zomaar langs de weg in de vorm van reuzeplanten aantrof. Stel je
voor, cactussen in open lucht in Zweden! Maar de infoborden zijn zo dwingend dat
we maar eens gaan kijken.
En ja,
het loont de moeite. In een parkje ligt een heuse plantenschilderij, gemaakt
van verschillende soorten cactussen. We denken dat de meeste plantjes niet
winterhard zijn, dus moeten ze dat elk jaar opnieuw maken.
Opnieuw moeten
we veel rijden, sukkelen en zoeken eer we een avondplaatsje vinden. Uiteindelijk
komen we terecht op een schiereilandje bij Finspång, tegenover de Sint Maria kerk.
Een boer
die nog laat aan het werk was komt zijn tractor parkeren. Daarna zien of horen
we niemand meer.
De was,
die van miserie over het bed uitgespreid lag is droog! Hoera!
De ochtend is bewolkt en het voelt een stuk
frisser. In Finspång en omgeving valt niet veel te beleven en dit somber weer is ideaal om
dan maar verder te rijden.
Askersund
ligt aan het noordelijke uiteinde van het Vätternmeer. We stappen naar een
toeristisch bureau om folders te rapen. Tot onze verrassing ligt er zelfs één
in het Nederlands.
We vinden
veel info over Tiveden Nationaal Park. Maar dan moeten we te ver naar het
zuiden en we willen ongeveer richting Oslo volgen. Vanaf daar willen we Zuid-
Noorwegen verkennen. Volgende keer komen dan Midden Noorwegen en Midden Zweden
aan de beurt.
We willen
via Karlstad naar Arvika en in Arjäng de Noorse grens oversteken.
Geen zin
om voor de derde keer op rij op zoek te gaan naar een slaapplaats. Dus halen we
onze campergids van onder het stof. We komen terecht in de buurt van Laxå, aan een meertje. Het is hier mooi,
rustig, een plaats om tot zonsondergang buiten te zitten. Maar het is winderig
en koud: 16 graden, niet gezellig buiten.
De weergoden
wachten geduldig tot we enkele fotos gemaakt hebben. Dan laten ze zich
helemaal gaan met herfstweer. Dus maken wij het binnen gezellig, warm en droog
in ons Vroemeke.
Deze
nacht heeft het heel wat geregend.De
regen tikte op het dak van Vroem.s
Morgens bij het ontwaken was het nog wat bewolkt maar tegen 10h was de hemel
volledig opgeklaard.We beslissen daarom
om eerst nog maar ergens in de buurt een wandeling te gaan maken en te
profiteren van het zonnige weer, want als de Zweedse weersvoorspellers hun job goed gedaan hebben, gaat het morgen regenen
.Waar het gisteren nog maximum 16° was,
is het bij ons vertrek al ruim over 18°.
Wandelpaden
zijn er in Zweden genoeg, perfect voor
mensen die met rugzak het land willen doorkruisen . Voor ons niet zo
gemakkelijk om te weten waar we moeten beginnen.
We zien
dat er in de buurt een « bergslagsleden » pad is dat loopt over 28
mijl (een zweedse mijl is 10km) en is verdeeld over 17 etappes.We starten bij een kloosterruïne aan het
Borasjön meer.
Het pad loopt
eerst langs een snelweg hetgeen ons danig stoort en ons bijna doet besluiten om
terug te keren, doch na enkele flinke passen in het bos en langs kleine paadjes
door schouderhoog gras is er van het lawaai nog nauwelijks iets te merken.
Er stond
aangegeven dat ereen bron zou zijn zon
6km verwijderd van het startpunt.Dit
zouden we makkelijk kunnen overbruggen. (jaja, we moeten wel nog terug he !)
En ja,
we geraken bij het bronnetje, helaas blijkt het water toch niet zo zuiver.We gaan dan maar met onze eigen drankjes
terug naar Vroem.
Het was
een vrij vermoeiende tocht.Door het bos
met al de wortels boven de aarde en na de hevige regenval was het nogal
glibberig.
Om 11h op
pad met de boterhammetjes en rond 16h terug aan Vroem, toch niet zo slecht
he.De zon is ons de hele tocht blijven
vergezellen.
We zoeken
en vinden een plaatsjein Degerfors, we
staan aan een meer, weerom helemaal alleen.De aanschaf van onze Campergids blijkt toch wel een goede
inverstering.
De Zweedse
weersvoorspellers kennen hun vak!In de gietende regen vroemen we naar Degerfors.Terwijl we picknicken genieten we door de
raampjes van het uitzicht.
Vanaf
enkele kilometers vóór Kristinehamn roepen de affiches en folders ons reeds toe
om de « picassosculptuur » te gaan bekijken.Zelfs de weergoden doen mee, want zolang wij
daar rondlopen stopt het met regenen.
Hoe komt
een kunstwerk van Picasso dáár terecht, zul je je wel afvragen.Het antwoord wordt in t lang en in t breed over
de verschillende infoborden verspreid.
Een zekere
Bengt Olson ontmoette de kunstenaar in Frankrijk en was onder de indruk van zijn
artistiek talent, in het bijzonder die beroemde sculptuur.Terug thuis in Kristinehamn legde hij in de
gemeeteraad een brillant idee voor : « als wij nu eens zon kunstwerk
naar hier haalden, zou dat geen goede publiciteit zijn voor onze stad ?".Het stadsbestuur nam contact op met Picasso
en stuurde hem fotos, filmpjes en volksmuziek om hem kennis te laten maken
met de sfeer van de omgeving.Daarna
schreven ze hem een geïllustreerde brief met de woorden : « Wat
zou je ervan vinden als jouw sculptuur hier in Kristinehamn in Scandinavië zou
prijken ?Wil jet het laten overbrengen
naar hier ? »
Picassos
antwoord wordt, met illustratie van de brief in zijn handschrift, fier getoond
aan ieder die het wil lezen : « Oui, Picasso, 7/07/1964. »
Midzomer
1965 werd de 15m hoge sculptuur geplaatst.
Aan de
omvang van het terrein te zien, de vele banken en een kiosk, was dat een goed
idee van Olson en het stadsbestuur.
De
weergoden beslissen om Karlstad te onthouden voor een andere keer. De campergids beschrijft een pracht van een
plaats bij « Scanskog ».« Zo
mooi, en zo rustig, geen verkeer ! » schrijven ze.
Het terrein
oogt ruim en het is best wel mooi.We
pletsen door het zompige gras voor enkele fotos.Maar stilaan valt het ons op dat de weg vrij
druk is.Het donderend geraas van vrachtwagens
elke 3 minuten is er teveel aan.We zijn
dat niet meer gewoon ! Na het avondeten zetten we alles vast en vroemen we
verder, van het ene bos naar het andere meer.
Zweden telt
weinig wegen.De zanderige zijwegjes brengen
je onmiddellijk in een bosrijke of landelijke omgeving.Dan stopt die weg plots aan een huis.We wisten het al maar bleven geloven in een
uitzondering.
Heel
toevallig slagen we erin om Vroem te parkeren op een zijstrookje van een
boswegje.Rust, stilte en de maan die
zorgt voor nachtverlichting.
Zoals
voorspeld - alweer juist blijft het vandaag droog.De zon piept regelmatig vrolijk tussen de
wolken.We nestelen ons in Lenungshammer
aan de rand van het "Glaskogen Naturreservat" en wandelen in het
natuurgebied.De plaatsjes waar we
enkele jaren geleden met de tent campeerden roepen herinneringen op.Glaskogen was onze eerste kennismaking met
Zweden en de uitgestrekte natuurgebieden van het land.Sindsdien komen we hier graag terug als we in
de buurt zijn.
Het lijkt
of er sindsdien veel kabouters in het bos zijn komen wonen.Sommige paddestoelen steken mooi en kleurrijk
af tegen het donkere mos.
We
blijvenhier slapen, want morgen willen
we ten volle genieten van een zonnige warme dag, zoals voorspeld wordt.
Tien op
tien en een bank vooruit voor de Zweeds weersvoorspellers!Met rugzak en boterhammen trekken we de hele
dag de natuur in.Het bos ligt er op
sommige plaatsen slijkerig bij.
We
picknicken aan het meertje (Stora Gla) waar we in 2006 een week met de tent verbleven.Toen was het te koud om te zwemmen en dat
gaat René vandaag eens inhalen.
Uiteindelijk
kunnen we de wandeling niet afmaken wegens teveel diepe plassen.Dan maar de hele weg terug, maar dat geeft
niet als je je in zon mooi stukje natuur bevindt.
Deze nacht
willen we doorbrengen in Arvika aan de haven.Daar ontvangen we genoeg internetverbinding om onze blog morgen bij te
schrijven want morgen zou het weer minder goed weer zijn.
En opnieuw maken we een grote camperfout we
leren het toch niet af hé Het is zaterdagavond en de discotheek draait op
volle toeren.Rondom ons horen we
jongeren uitgelaten op en af rijden.Rond
middernacht zien we het niet meer zitten.We stappen uit ons bed, doen alle gordijntjes open, raampjes dicht en
vertrekken.
Camper-regel
nummer 1 : overnacht niet in een stad op weekendavond als je niet van
plan bent om mee te gaan fuiven.
Camper-regel
nummer 2 : bij een kerkhof heb je veel kans op een
rustige nacht.Dat vinden we in Algå, met bijbehorende kerk, op enkele km van Arvika.
We vallen
meteen in slaap en het rare is : geen kerkklok die ons wakker luidt
zouden er hier op zondag geen missen zijn ?
De regen
tikt tegen de ramen en er staat een flinke wind.Naarmate de dag vordert klaart het op en
krijgen we zon 20°.We nestelen ons aan
het haventje in Arvika, waar de rust is weergekeerd.
Terwijl
Vroem uitkijkt over het meer schrijven we de blog bij en ruilen we onze Zweden-wegenkaarten
voor die van Noorwegen.
Over een
uurtje vertrekken we richting Oslo, waar we in de late namiddag
willen aankomen.Eerst de administratie
in orde brengen om de Noorse « Autopass » te activeren die nodig is
om Oslo binnen te rijden en de wegentaks automatisch te laten registreren.
De
internetstick die we hier kochten, werkt niet in Noorwegen.Die zullen we in of rond Oslo wel
vinden.Pas dan kunnen we ons dagboek op
de blog weer aanvullen.
Het kan dus
enkele dagen duren eer we weer tevoorschijn komen en de kans is even groot dat
we er morgen weer zijn met een verslag.
Het is nu 22h, de avond valt over Oslo. En ja hoor, we zijn geraakt op de plaats waar we wilden terechtkomen. Deze parking, uitsluitend voor mobilhomes op een kade midden in Oslo, is tot 15/09 beschikbaar. Nadien worden de plezierboten hier op het droge geparkeerd.
Alhoewel het vandaag, zondagavond was als we Oslo binnenreden (+/- 8h) was het nog vrij druk. De autostrade loopt hier dwars doorheen Oslo, kunst was dus om de juiste afrit te nemen, maar gelukkig we zijn er geraakt.
Bij het binnenrijden van de camperplaats stond er godzijdank een helpgrage Noor die ook net aankwam, ons naar onze plaats bracht en hielp met de uitleg van de werkwijze van deze camperplaats. Het meeste staat in het Noors en Nelly was in de camper gebleven om het eten al klaar te maken. En ik, ocharme, mijn Zweeds is zelfs na 1 maand Zweden niet verder geraakt dan "tak" en 'hej dao', laat staan dat ik het Noors zou begrijpen. Leuke kerel trouwens die Noor, hij bleek een fotograaf te zijn die freelance werkt voor een Amerikaans persbureau (website : http://photo.net/photos/idl).
Je ziet op de foto's de campers netjes op een rijtje, als je Vroem zoekt, wij staan als voorlaatste (2de van rechts) aan het water. Handig om even te vermelden of je vindt ons kleine broertje niet tussen al die groten... We kijken op de jachthaven, ontzettend veel lichtjes die fonkelen over het water. Het is fris buiten, zo'n 15° maar we zitten knus in Vroem.
De internetstick hebben we uiteraard nog niet, maar er is hier wifi beschikbaar dus daar maken we dan ook dankbaar gebruik van.
Morgen gaan we Oslo bezoeken, je leest er beslist meer over in onze volgende blog.
Wat is er mooier dan wakker worden op vakantie onder een stralende zonnige hemel? Heerlijk om koffie te drinken op de kade en de eerste roeiers in de ochtend gade te slaan. De werkzaamheden op de kade nemen een aanvang en we zien hoe de eerste boten op het droge worden gebracht.
We hebben nog geen Noorse kronen en dus bestuderen we de kaart hoe we het best het centrum al wandelend kunnen ingaan. We passeren onderweg het koninklijk paleis. De wachten interesseren mij (René), omdat ik tijdens mijn legerdienst (1970) ook aan ons Belgisch koningshuis gedurende enkele weken de wacht heb mogen (!?)lopen . Bussen die dan stoppen en personages van alle slag die zich naast jou komen posteren voor een fotootje...
In het toeristisch bureau kopen we meteen kaartjes voor 24 uur vervoer in Oslo. Trein, metro, bus, tram en boot met hetzelfde ticket! Zijn de Noren dan intelligenter dan de Belgen?
Eindelijk een geldautomaat gevonden, blijkt dat die gewoon in de winkels staan ... en wij maar zoeken!
De haven met boten in alle formaten lokt ons en we wandelen langs de Tjuvholmen tot aan het museum voor moderne kunst. Dit is gesloten, evenals het Nobel Peace Center, helaas. Hebben dan maar langs het stadhuis, het parlement en via het centraal station langs de kathedraal gewandeld.
Het lijkt wel of al de Noren verlof hebben genomen, zoveel volk in de straten, op de terrassjes, pleintjes, zonnend in het gras of op een bankje...en dit op een maandag in september!
Rond 6uur beginnen we te puzzelen hoe we terug bij Vroem kunnen geraken. We zoeken eerst een bus, dan een tram, dan de metro maar het bleek het makkelijkst met de trein te gaan. Hoera, een trein binnen de 10 minuten. (En hij is stipt!)
Op de camperplaats hebben we meteen 2 nachten bijgeboekt... hopelijk is dit voldoende om al onze plannen nog te verwezenlijken in dit wondermooie stadje.
Paniek bij het wakker worden. Het regent al bijna de hele nacht en als we naar buiten kijken is het heel somber en grijs. En we hebben 2 nachten bijgeboekt... was dit nu wel verstandig?
We stellen onze plannen wat bij en vertrekken gewapend met paraplu, lange broek en truien eerst naar Holmenkollen. Dit is de fameuze ski-schans van Oslo die op een 20' rijden met de metro te bezoeken is. Naarmate we de Holmenkollen naderen zien we dat de hemel begint open te trekken en de zon meer en meer begint te schijnen. Ik (René) heb dus de hele dag met die paraplu tevergeefs liggen rondzeulen, maar ja toch maar beter dan dat je hem permanent nodig hebt.
Wat een zicht, als je boven op de schans staat en die steile wand voor je naar beneden ziet gaan, voel je de kriebels al tot in je tenen. Voor de skieërs is dit een zwarte piste in het kwadraat. Ik ga hier nooit van mijn leven af. Hoe leren die skieërs dat?
Beneden is er een simulator waar je de sprong op de schans kunt ervaren. Ik denk er even over na om dit te proberen, maar als ik er 2 jongedames lijkbleek zie uitkomen, is mijn beslissing gauw gemaakt.
(Voor de TA collega's onder de lezers, hier bij de schans zal de conferentie plaatsvinden in juli volgend jaar. Het hotel ligt op 500 m van de schans.)
Als we Holmenkollen verlaten is het al middag en schijnt de zon tussen kleine plakjes wolken. We beslissen daarom om naar het Vigiland park te gaan. Iedereen die Oslo heeft bezocht zal zich de beelden wel herinneren die Vigiland hier heeft ontworpen.
Deze beelden tonen de volledige menselijke levenscyclus en de hiermee gepaard gaande intieme relaties tussen mannen, vrouwen en kinderen op elke leeftijd. Elk beeld is naakt, en dat heeft Vigiland vermoedelijk ook willen uitdrukken. De mens als mensensoort. Mooi en ontroerend.
We verblijven dan ook ettelijke uren in dit park en keren rond 6u terug naar Vroem om nog even in de zon aan de kade gezellig een aperitiefje te drinken.
Morgen dus nog een dag in Oslo...met of zonder paraplu!
PS : we hebben in enkele winkels al gevraagd naar een prepaid stick voor internet gebruik. Helaas voorlopig niet beschikbaar (of onvindbaar). Als we Oslo verlaten (vermoedelijk morgenavond) kan de regelmatige update mogelijkerwijs wat vertraagd worden.
Het waaide redelijk hard deze nacht.Zelfs zo erg dat de camperbaas ons
gisterenavond is komen verwittigen dat het water vermoedelijk over de oever zou
lopen en we ons best wat achteruit zouden plaatsen.
Uiteindelijk was het niet zo erg, het water is maar enkele
meters over de oever gelopen zonder schade.Beter zo natuurlijk.
Na onze koffie besloten we een ander plaats op te
zoeken.Bij Holmenkollen hadden we een
grote parking gezien en we wilden daar gaan overnachten.Vermits de 24u dagpasje tot daar reikt gaan
we namiddag naar het arboretum in de stad.
Op het spoor staat een ticketautomaat die werkt met
bankkaart.Maar hoe we het ook proberen,
een ticket krijgen we er niet uit.Dus
dan maar als zwart-rijders naar Oslo centraal gereden en ons daar de pasjes
aangeschaft.Deze pasjes worden pas
actief na je eerste incheckbeurt.Dus kunnen
we de start van de 24u nog wat uitstellen.
Het arboretum valt tegen.Gelukkig is het zonnig genoeg om te wandelen in dit park, maar ja, we hebben
in België ook al een arboretum gezien en zijn vermoedelijk hierdoor al wat
gewend (of verwend?)
Vermits het zonnetje aangenaam blijft schijnen beslissen we
om de boot te nemen naar Bygdøynes vanafPipervika.Op simpel vertoon van
onze 24h pas mogen we de overtocht maken.Leuk als het zo mooi weer is.Bij
Hulk Aveny wandelen we tot aan het Vikingskipshuset.Hier staan nog oorspronkelijke vikingschepen
tentoongesteld.
Rond 17u nemen we de boot terug.Weer worden onze ticketten nog niet gevalideerd.Geen probleem, we kunnen dus morgen makkelijk
nog een dag sporen in Oslo.
In Holmenkollen slapen we hoog bij de skischans.Het is er een beetje kouder dan beneden in de
binnenstad.12° rond 21u.
Een mooie dag kondigt zich aan.We hebben de wekker gezet om zeker nog zoveel
mogelijk te kunnen genieten.Om 9u10
moeten we ons reppen om de metro naar het centrum te halen.
Oslo is ook een stad van musea.Veel te veel om die allemaal te bezoeken
daarom splitsen we ons op.Nelly gaat
naar het natuurkundig museum en ik naar het Kon-Tiki museum.
De dag die zich zo mooi aankondigde verandert al snel in een
grijze hemel.We hebben noch regenjas,
noch paraplu bij.Maar niets weerhoudt
ons van onze doelstellingen.
Nelly neemt haar tijd en bekijkt de talrijke mineralen van
over de hele wereld met argusogen.Ze
zou hier nog dagen kunnen verblijven.
Het Kon-Tiki museum vertelt over de lotgenoten van Thor
Heyerdahl die met een vlot de oceaan is overgestoken van Peru naar de
Paaseilanden. Hij deed dit met een vlot gemaakt uit materialen van vroeger om
aan te tonen dat inwoners van Zuid-Amerika wel degelijk in staat waren om
dergelijk reis te ondernemen en de Polynesische eilande te bevolken.Er wordt ook reclame gemaakt voor een pas
uitgebrachte film die momenteel in de zalen van Oslo loop : de Kon-Tiki.Voor de liefhebbers, ik zou niet aarzelen :
een aanrader!
Vermits ik eerder klaar ben dan Nelly bezoek ik nog het
stadhuis, het filmmuseum en het operagebouw.Het operagebouw is splinternieuw.Een hypermodern gebouw waar men van de grond tot op het dak kan wandelen
en een wijds zicht heeft over Oslo.
Het filmuseum toont de evolutie van de film van stomme film
tot heden.Maar ook de evolutie van de
censuur.Een gemonteerde film met alle
gecensureerde fragmenten uit de beginjaren tot in de 80er jaren echtamusant om te zien.
In het stadhuis loopt een tentoonstelling van schilderwerken
en collages.Mooi vond ik een collage
van fotos van Bush overschilderd met andere taferelen.Ludiek in alle geval.
Tegen 16u komen we samen op de afgesproken plaats.Het is koud geworden en de lucht kondigt niet
veel goeds aan.
Als we rond 6u in Vroem aankomen begint het te regenen zodra
we de deur van Vroem toedoen!Is dit
geen geluk?
We verlaten Oslo onder een zonnige hemel. We rijden eerst richting Drammen, volgens de info geplukt van het internet zou daar een tankstation zijn met LPG. In Noorwegen zijn gelukkig heel wat meer LPG stations dan in Zweden. In het tankstation was ook een carwash dus ja, we hebben Vroem meteen ook maar een flinke wasbeurt gegeven.
We rijden richting Rjukan om daar te gaan wandelen in de natuur. Na ettelijke dagen in een stad te hebben rondgekuierd is dit een welgekomen verademing.
Als je 's morgens vertrekt vanop een rustige plek is het altijd een beetje de vraag waar we die avond zullen belanden... en of het ook zo rustig zal zijn. Spannend!
Rond 17h stoppen we langs de weg naar Rjukan, het lijkt ons rustig, maar omdat het nog zo vroeg is besluiten we om toch nog wat verder te rijden naar een parking waar 'n wandeling begint. Er staan nog enkele campers en de rust is volledig. Maar wel koud, we staan nu op zo'n 1170 m hoogte en dat merken we aan de temperatuur. Buiten is het bij valavond zo'n 6 graden, dus zetten we voor de eerste keer op deze reis onze verwarming aan. Dit is ongelooflijk aan Vroem, je draait aan de knop en op een wip heeft ie alles warm geblazen. Ondanks dat het buiten waait en koud is wordt het binnen best nog gezellig.
Wanneer we wakker worden schijnt het zonnetje weer aan de hemel. De temperatuur is gelukkig wat gestegen. Heel de nacht heeft het hevig gewaaid. Het leek wel of we terug in Ierland waren. Vroem schudde heen en weer tot 's morgens, dan is de wind wat gaan liggen.
De wandeling die we willen doen leidt naar de Gaustatoppen. De Noren weten ook dat het hier mooi is en ze houden ook van wandelen. Met bosjes komen de auto's aangereden om zich nu ook op de parking te installeren en voor 10u is ie al helemaal volzet.
De Gaustatoppen is de hoogste bergtop van Zuid-Noorwegen (1883m). Het pad ziet bijna zwart van de wandelaars die zich allemaal naar de top begeven.
Wij willen het wat rustiger aan doen en rond het meer wandelen dat een beetje verder aan onze voeten ligt. Maar wel halen we onze dikke winterjassen uit de koffer want die hebben we ondanks de zon toch nodig ( ) wegens de strakke koude wind. Maar na een uurtje stappen merken we dat de ondergrond te zompig is en natte voeten willen we nu toch wel vermijden. We keren om en begeven ons dan maar alsnog in de richting van de top.
De klim is niet zo moeilijk, maar het pad slingert omhoog over keien en is op sommige plaatsen erg smal. Het hoogteverschil is ongeveer 700m, eigenlijk wel best te doen. (5u zegt de brochure) Door ons late vertrek naar boven kruisen we de dalers. Achter ons drummen jongeren en kinderen die ons uiteindelijk voorbijsteken en dat hindert soms wel.
Na 2 uurtjes klimmen vinden we het voor ons voldoende en besluiten terug te keren. We hebben de top dus niet gehaald, maar moet dit? De uitzichten waren grandioos en we hebben ervan genoten.
Terug bij Vroem wringen we ons door de propvolle parking richting Miland waar we ons installeren op een camping met nederlandstalige uitbaters.
We hebben gaandeweg al begrepen dat Noorwegen een pak duurder is dan Zweden, de camping dus ook. (diesel +/- 2, een brood 4, blikje bier 0,5l = 4...) Tja, de was moet toch eens gedaan worden en vermits er geen wasserettes zijn... Eén machine was + drogen = 10 en daar komen we lang niet mee toe.
Maar de mooie natuur is onbetaalbaar, gratis en het "allemansrecht" is zoals in Zweden ook in Noorwegen van toepassing. Vrij camperen mag, zolang je maar niemand hindert, geen dieren verstoort en niets in de natuur vernietigt. En daar maken we natuurlijk heel veel gebruik van.
Vanuit de camping vertrekken we richting Geilo.Onderweg stoppen we aan een riviertje dat snelstromend over rotsen
naar beneden klettert. Het is fris vanwege de wind en de zon die
regelmatig achter de wolken verdwijnt, maar toch nog net warm genoeg om buiten
te eten aan de oever van de rivier.
Nelly vind een plaatsje om haar hart op te halen.Ze verzalmelt alle overbodige brochures en
met wat hout erbij brand ze alles op aan de rand van de rivier.
Het is al na 16u wanneer we verder rijden.In Geilo proberen we een staanlplaatsje te
vinden voor de nacht.Enkel bij het
station is nog plaats voor lange tijdsparkering.Maar we vinden dit toch te ongezellig en
blijven nog wat doorrijden.
Deze weg (rv 7 van Geilo naar Odda) gaat door het Hardanger reservaat en heeft weinig of geen mogelijkheden om van
de weg af te slaan.We stoppen op een
parkeerplaats net achter Haugastol.
De lucht is bewolkt en daardoor gelukkig weer minder
koud.De temperatuur wijst 9° voor
buiten.We verwarmen Vroem alvorens onder de wol te kruipen.
Reizen met een camper doet je ook heel goed bewust worden
van je energieverbuik.Water, stroom gas
en afvalproduktie.Dit is onze 2de
lange reis en we leren met alles heel spaarzaam om te gaan.Stroom is het moeilijkste om te doseren.Je kan de batterijen maar opladen door te
rijden of je aan te sluiten op een externe stroombron.De led lampjes verbruiken niet veel, maar
toch, zelfs met een extra batterij moeten we er niet te slordig mee
omspringen.En in de avondschemering is
een kaarsje best gezellig.
De waterpomp, de
ventilator voor de verwarming, alles moet goed in de gaten worden
gehouden.Zo kunnen we het wel enkele
dagen volhouden op dezelfde plaats.
Alleen de gas is het minste van onze problemen.Met 2 flessen LPG komen we makkelijk 2
maanden toe, zelfs met af en toe te verwarmen.Waterverbruikis in Noorwegen ook
geen probleem omdat je op verschillende plaatsen drinkwater kunt inslaan.Voor het ander water zijn er ruim voldoende
meren en rivieren om je voorraad aan te vullen.
Je staat versteld hoeveel afval je produceert.Thuis kip je dit gewoon in de vuilbak, maar
die heb je niet aan boord, dus zie je je afval groeien met elk verbruik hoe
klein ook.Gelukkig zijn er in de steden
en dorpen wel containers waar je alles (gescheiden) kwijt kunt.
De drukte viel al bij al goed mee.s Nachts was er weinig vrachtverkeer.We worden wakker onder een zwaar bewolkte
hemel.
Vermits we toch in het Hardanger gebied zijn willen we daar
ook gaan wandelen.Van Haugastol kan je
met het treintje naar Finse.De meeste
toeristen doen dit met de fiets en kunnen dan terug fietsen naar Haugastol of
naar Flåm.
Wij willen daar gaan wandelen.Maar als
we bij het station van Haugastøl aankomen zien we dat we het treintje
juist gemist hebben.Het volgende is pas
rond 15h en dat vinden we wel wat laat.
We zijn dan maar gaan wandelen op de Rallarvegen vanuit
Haugastøl
richting Finse.Een rustige weg langs
meertjes en hier en daar nog een zomerhuisje.De totale afstand tot Finse bedraagt 28km.Dit is natuurlijk wat te ver, we zijn dan ook
na zon 7 a 8km omgedraaid.De lucht
bleef grijs en we waren weerom pas in Vroem en het begon te regenen.De weergoden zijn ons weer goed gezind
geweest.
En vermits we daar op de parkeerplaats goed geslapen hebben,
keren we daar terug naar toe.Morgen
willen we dan wel met het treintje naar Finse ! Het vertrek om 10u45.
Regen, regen en nog eens regen.Naar Finse met het treintje zien we niet meer
zo goed zitten.Trouwens, Finse kan je
ook via de ander kant (via Flåm) bereiken.We rijden daarom terug naar Geilo, doen de
boodschappen voor enkele dagen en gaan op weg via de RV 50 naar Flåm.
Onderweg zien we een parkeerplaats met kaartje van een
wandeling naar de Hivjufossen.Een
waterval waar we reeds een klein beetje van kunnen zien.De waterval valt zon 250 m naar
beneden.Het bord geeft ook aan dat de
weg ernaar toe steil en moeilijk begaanbaar is.
We kijken naar de lucht, en we gaan het risico nemen.Geen paraplu mee, wel een lichte
regenjas.En ja, het pad is steil.Al na enkele minuten komt het stoom uit onze
oren oef, we voelen onze leeftijd!
Het pad kruist ook enkele bergriviertjes waar je al
springend van steen op steen moet overheen zien te geraken.Nelly doet haar uiterste best, maar ze raakt er
ook over.
We houden vol, en bereiken ook de waterval.Boven schrijven we dan ook fier onze namen in
het gastenboek dat aan een boom is bevestigd.Door de weerspiegeling van de zon zien we de regenbogen verschijnen in
de waterval.Heel mooi.
De weg terug naar beneden is minder vermoeiend, maar je moet
toch goed opletten waar je je voeten plaatst op die glibberige stenen.Het is al na 5u als we terug in Vroem
aankomen.
We besluiten dan ook maar om te stoppen zodra er zich een
mooi plaatsje aandient en na enkele km kunnen we stoppen op een parking juist
voor een tunnel.We zien sneeuwhoopjes
liggen op korte afstand van Vroem het lonkt misschien gooien we wel sneeuwballen
morgen!
Wat een verrassing als we wakker worden.Vroem ligt onder een centimeter sneeuw , en dit op 12 september !De bergtoppen rondom ons liggen er volledig wit bij.We proberen ditvast te leggen met een foto, maar de mist is hardnekkig en verhindert mooie fotos.
Het blijft de hele ochtend lichtjes miezerig sneeuwen.We zitten ook redelijk hoog, onze gps geeft1075m weer op de RV50 die van Hol/Geilo naar Aurland gaat. Deze weg is zeker de moeite door zijn spectaculaire uitzichten en veelvuldige watervallen.Deze weg is ook zeer rustig, er is weinig verkeer en over de volledige lengte hebben we geen enkele vrachtwagen gezien.
Als we doorrijden gaat het lichtjes bergaf tot even voor Aurland, hier houden we halt om te middageten.Hierna daalt het spectaculair, met zon 10% naar beneden en met verschillende tunneltjes achter elkaar komen we aan in het vredig stadje Aurland.
We rijden meteen door naar Flåm omdat we gelezen hebben dat je in het station kunt beschikken over wifi.In het station is het een komen en gaan van reizigers die met de flåmbana willen reizen.We vinden een hoekje waar we de dagen 9 tot en met 11 bijbloggen.Ook deze lijnen schrijven we in het station.
Het weerbericht voor de volgende dagen is niet zo gunstig.We zullen dus wat moeten overleggen wat we de volgende dagen gaan doen
Het stopt wat met regenen en we beslissen daarom om wat te wandelen in Flåm.We stappen naar een waterval in de buurt (met regenjas en paraplu).
Het pad naar de waterval is steil, modderig en moeilijk begaanbaar.Het uitschuiven ligt voor de hand, en daarom beslissen we om toch maar weer terug naar Flåm te gaan en een plaatsje voor de nacht te zoeken.
De camping in flåm is redelijk duur.215 kronen alleen maar om te staan (deel door 7.3 voor euro's), komt daarbij elektriciteit en douches en je komt rap aan 275 kronen.Alle parkings in Flåm hebben het verbod om te parkeren na 22u.Dus rijden we wat verder en vinden een parkeerplaatsje dichtbijUndredal.Het is niet helemaal rustig maar goed je mag ook niet altijd het uiterste verwachten.
De ochtend is grijs, en het regent te veel om het treintje
te nemen en te voet de 20km van Myrdal naar Flåm te gaan stappen en om heen
en terug te rijden met het treintje hadden we weining zin. Dus hebben we met regenjas en paraplu maar
een wandeling gemaakt langs de fjord richting
Aurdal.
Bij het terugkomen zijn we het Flåmbane museum gaan
bezoeken.Hier krijgen we toch wel een
ander beeld van deze treinroute richting Myrdal.120 tot 220 mensen hebben jaren gezwoegd aan
dit stukje ingenieus spoorwerk dat zijn weerga niet vindt.Niet verwonderlijk dat het hier wemelt van de
Japanners (en andere buitenlanders) die van de bus in het treintje stappen om
het te beleven.
Hierna rijden we richting Laerdal, maar we nemen
niet de tunnel maar welde snøweg
van Aurland naar Laerdal.Deze tocht
gaat over een weg die alleen in de zomer open is.Ze gaat steil omhoog, is smal en heeft
weining uitwijkmogelijkheden.Via heel wat haarspeldbochten bereiken we al snel een hoogte met een spectaculair zicht op de
Sognefjorden.
Na enkele km komen we op een parking aan met wandeling.Hier blijven we overnachten en morgen maken
we dan die wandeling in de bergen.
De avond is rustig, je hoort enkel belletjes van schapen in
de verte een joelende herder komt plotseling aangelopen om zijn schaapjes op
het droge te brengen daarna stilte absolute stilte!
Het regende deze nacht , het regent deze morgen en de de
besneeuwde bergtoppen liggen verscholen in de nevel.Van deze wandeling moeten we ook afzien.Zelfs met paraplu en regenjas zouden we niet
propertjes terug aankomen.
We beslissen om niet verder te rijden op deze snøweg.We sliepen op zon 800 meter hoogte.De weg stijgt nog tot 1300 meter, en we vrezen dat hier wel sneeuw zal
bijzijn en zonder winterbanden is dit best niet aangenaam.
Terug in Aurdal nemen we dan toch maar de tunnel.Ook dit is een rariteit : een tunnel van
25km, en dus de langste autotunnel van de wereld.Hier heb je best geen tunnelvrees, want het
duurt ongeveer 20 voor we eruit zijn.
Het blijft regenen, pijpestelen.En het is koud, zon 10°.We beslissen dan maar om een camping te
zoeken waar we kunnenw wassen.De vorige
camping was niet zo best meegevallen omdat het wasgoed nog nat uit de droogkast
kwam, vandaar dat we wat voorzichtiger zijn met onze keuze.
We vinden er eentje in Balestrand, hiervoor moeten we wel
twee ferrys nemen, maar we hebben tijd, en dit is best ook eens leuk.
Op de camping is niemand aanwezig.Er hangt een briefje (in het Nederlands!) installeer
U en betaal later.Dit doen we dus.
Als de eigenaar opduikt, wordt alles geregeld wassen en
drogen : op hoop van zegen!
Nelly is tevreden, de was- en droogmachine werkt naar
behoren.Alles wordt weer bijgeladen en
na het middageten kunnen we weer op weg.
In het centrum van Balestrand staat een merkwaardig kerkje
dat we toch wel een bezoekje willen brengen.Elk kerkje heeft haar geschiedenis, en ook dit.Een Noor, van rijke afkomst, die trouwde met
een Engelse Adellijke dame die besloten had om een kerkje te bouwen volgens
Noorse normen doch onder heerschappij van de Engelse kerk.Helaas stief de dame vroegtijdig en die Noor
heeft dan maar uit liefde voor haar die ambities waargemaakt.Bijzonder aan het kerkje is dat er nog
wekelijks eenmis wordt opgedragen door
een Engelstalige priester . Zo zie je maar waartoe liefde kan leiden
We rijden verder over de RV13.Een van de toeristische wegen van
Noorwegen.Via heelwat haarspeldbochten weer naar boven.Daar op een parking houden we halt.Het is nog vroeg, rond 16h, maar we beslissen
om niet meer verder te rijden in de regen en wat te lezen.Terwijl de regen op Vroem tikt houden wij een
avondetentje bij kaarslicht . En daarna bij het invallen van de duisternis maar
naar bed .
Regen zonder ophouden.
Het is al de 4e pogingdat we
van deNoorse natuur willen genieten en
telkens raken we uitgeregend.
We rijden verder op
de RV13 tot op een plaatsje waar een wandeling begint naar de
Likholefossen.Mooie beelden hebben we
niet kunnen maken.De zon is niet van de
partij en de paraplu is nodig om fotos te kunnen trekken in de regen.Er staat ook een wegwijzer naar de
Hovsfossen, en ja die volgen we dan ook maar.De paadjes zijn zo glibberig dat Nelly besluit om terug te keren.Ik ga dan maar alleen verder.Het zicht op de waterval is mooi en zeker de
moeite.Dit vastleggen op fotos is niet
makkelijk omdat de wind het opspattend water in de lens waait.
Het waait zo hard op de terugweg dat de paraplu vierkant
plooit en daarmee zijn beste tijd heeft gehad.
Terug bij Vroem overleggen waar we nog naar toe willen in
deze zondvloed.We doen nog een laatste poging richting kust maar na
een tiental km keren we toch maar om.De
kranten die we zaterdag hebben kunnen raadplegen gaven regen voor de hele
komende week.Vandaar dat ons besluit
toch wel overwogen is.Trop is
teveel.
We besluiten dat het welletjes is geweest met de regen en
gaan morgen richting Zweden om terug te keren richting Denemarken.We hopen dat het daar wat droger is.
We rijden terug de RV13 op en vinden boven op de Gaulartfjellet
een plaatsje op tarmac en daar blijven we overnachten.
We kunnen niet anders dan in herhaling vallen maar de regen
tikt onophoudelijk heel de nacht op ons dak.De omgeving is grijs en de wolke hangen dik rond de bergtoppen om ons
heen.
We rijden de RV13 terug naar beneden en nemen de overzet om
ons richting de rv 55 te begeven.Ook
deze weg is een toeristische route en de moeite waard om gereden te
worden.
Als we de Sognefjellen oprijden beseffen we eerst nog niet
tot welke hoogte deze weg gaat, maar na enig klimwerk verandert de regen in
sneeuw.We rijden boven op deze bergweg
letterlijk in een sneeuwstorm.We vinden
het mooi en zouden hier willen overnachten, maar we zien de buitentemperatuur
zakken tot2° en het is nog maar
16u.Als die nog wat gaat zakken en de
sneeuw blijft vallen, dan zitten we morgenvroeg misschien compleet vast omdat we
geen winterbanden hebben.
Fotos trekken is het enige wat we kunnen doen, zowel vanuit
Vroem, al dan niet met een raampje open, of heel kort uitstappen en nog veel
sneller terug in Vroem springen want de wind en de sneeuw maken het ijzig koud.
We rijden daarom verder tot we net onder de
1000m komen.Andere mobilhomes komen ons
tegemoet, maar als ze zien dat wij helemaal onder de sneeuw liggen, zien we er
toch een aantal rechtsomkeer maken.Een
wijze beslissing, denken we.
Op de parking van eenhotel blijven we staan om te overnachten. Het hotel is gesloten, we
vermoeden dus dat het geen probleem zal zijn om hier te blijven staan.Het is
nu 20u30 en de buitentemperatuur wijst 4,5 graden aan.Het regent zelfs niet meer. Zou dat zijn omdat we dichter bij Zweden
komen?
Het was rustig deze nacht, op het tikken van de regen op ons
dak na.Blij dat we toch wat gedaald
zijn, anders zouden we wellicht enkele uurtjes vastgezeten hebben in de sneeuw.
Het hotel was
inderdaad dicht, er brandde wel licht maar we veronderstellen dat dat een
nachtlichtje was.
Als we opstaan, staan we letterlijk in de wolken.Als je op een zekere hoogte in de bergen
staat is dit natuurlijk niet abnormaal. We zien wel hier en daar wat gaatjes
komen in de wolken. Hopen maar dat de zon tevoorschijn komt!
We rijden door naar Lom.Hier zien we onderweg nog een fantastisch plaatsje voor de toekomst. Lom
is een klein stadje, en een bezoekje waard.Er staat eenstaafkerkje en is
de moeite om enkele fotos te nemen.In
de binnenstad is er ook een waterval waar je met een touw overheen kunt glijden
(dead ride?).Niks voor ons
hoor!We eten ons boterhammetjes op bij
het kerkje en vervolgen onze weg in de richtingvan Otta.
Op de kruising van de RV51 rijden we de Veslevassfjellet
op.Weer een route die ons door een mooi
berggebied leidt.Na enkele kilometers zien we
een wegwijzer naar Ridderspranget.We
vragen ons af wat dat bordje zou kunnen betekenen.Na een fikse daling met Vroem moeten we te
voet verder.Wat blijk : het is een
kloof met, jawel, een legende aan verbonden. Geen trollenverhaal deze keer.Het gaat overeen ridder (Sigvat)
die het lief stal van een andere ridder (Iva).Iva liet zich niet doen en met een aantal manschappen ging hij achter
Sigvat aan.Wat hij niet wist, was dat
het meisje eigenlijk verliefd was op Sigvat.De twee ridders ontmoetten elkaar bij de kloof.Sigvat nam het meisje in zijn armen en sprong
over de kloof.Iedereen die probeerde
achter hem aan te springen duwde hij in de kloof. En zo kon Sigvat met zijn
lief er vandoor gaan. (Er stond niet bij of ze lang en gelukkig verderleefden).
Van die kloof willen we ook wel wat fotos trekken, maar het
is niet makkelijk om erbij te komen.Gelukkig is het gestopt met regenen en kunnen we de kloofvan naderbij bekijken.
Als we verder over de RV51 rijden zien we mooielandschappen verschijnen.Meertjes omgeven door besneeuwde toppen.Ongeveer halverwege en op een hoogte van
1300m houden we halt.Het is zo mooi dat
we beslissen te overnachten.Het wordt
wel koud (-1) maar Vroem kan dit makkelijk aan en verwarmt ons heel de nacht tot een gezellige warmte
onder een sterrenhemel.s Avonds
kijken we naar een aflevering van Wallander - we ontdekken dat Vroem ook als
bioscoopzaal kan dienst doen. En we staan weer alleen!
Brrr wat is het buiten koud!Maar de zon kondigt zich aan.We willen graag nog een wandeling maken, maar
kleine bergriviertjes maken de omgeving drassig en moeilijk zonder laarzen.
Maar hier willen we zeker terugkomen.Er zijn vele kleine plaatsjes om te parkeren
langs deze weg, hetgeen het makkelijk zal maken om hier eens een lange
wandeling te maken, volgende zomer?
Als we onze boodschappen doen lezen we in een krant dat de
hemel zich wolklenloos zal aandienen.We
rijden toch door richting Zweden en afhankelijk van het weer in de komende
dagen zullen we beslissen welke richting we uitgaan.Nelly droomt nog van haar tweedehands boekenwinkeltje en mocht het blijven regenen zou ze daar graag nog eens
een bezoekje willen brengen, anders rijden we langs de Westkust naar
Denemarken.
Het is niet makkelijk om snelheid te maken in Noorwegen, de
wegen zijn smal en de maximumsnelheid varieert van 50 tot 80 km/h.
We kennen Arvika al en willen daar nog eens gaan overnachten
op de kade waar we eerder gaan lopen zijn door het lawaai van jongeren in het
weekend.
We komen na 20u30 aan.Het is zeer rustig.We staan alleen aan het grote meer.Wolkenloos met een mooie sterrenhemel.Dat belooft voor morgen!
Arvika en Glaskogen, nog nooit zijn we in Zweden en/of
Noorwegen geweest zonder hier te passeren.We kennen deze plaats bijna uit ons hoofd.We weten ook waar we water kunnen bijtanken
en het vuil water laten weglopen.
Maar we moeten vooral onze stick die we begin augustus
hebben aangeschaft, verlengen voor 14 dagen zodat we terug permanent internet
ter beschikking hebben.
Het is fris, maar in het zonnetje is het best te doen zonder
jas.We eten onze boterhammen in het
park, en hier zien we weer het verschil met Noorwegen.De perkjes zijn piekfijn onderhouden met
fleurige bloemenperkjes alom. Na het park wandelen we nog wat door het openluchtmuseum, jammer dat heel wat dingen niet open zijn. Tja, half september is hun toeristisch seizoen al gedaan, dat van ons nog niet!
In het toeristenbureau vraagt Nelly terloops of er geen
tweedehands boekenwinkel in Arvika is: Neen, antwoordt de dame, maar misschien
bij het Rode Kruis. En wanneer we later toevallig passeren bij het rode kruis
merken we dat ze inderdaad naast kleding en huishoudmateriaal ook boeken verkopen. Hier komen we beslist ooit nog eens terug.
We installeren
ons weer op de kade aan het meer.Het
is gelukkig nog maar donderdag, in het weekend zou het anders weer bonkebonk
muziek geven.
Vrijdagmorgen, we worden wakker in een dichte mist.Het duurt nog tot de middag eer de mist goed
en wel is opgetrokken.De zon doet haar
best, maar stapelwolken verschijnen aan de hemel.
We rijden naar Karlstad en vinden vroeg in de namiddag een
plaatsje op een grote parking aan het Mariebergskogen, een groot park met een
natuurreservaat.
Het park is ook een grote speeltuin.Maar anders dan ander speeltuinen staan er
bijvoorbeeld spiegels zoals er bij ons op de kermis in het spiegelpaleis te
vinden zijn.We trekken wat fotos omdat
we het leuk vinden, maar die zie je
beter niet! (als je ze echt wilt zien stuur je ons maar een mailtje )
Het naturum is een centrum voornamelijk gericht op
kinderen.Dus wandelen we door het
reservaat.Jammer dat het omgeven wordt
door drukken wegen, het geluid van de snelwegen overstemt de schoonheid van het
reservaat.
Maar op de parking blijven we overnachten.We weten dat het weekend is en dat het
misschien weer lawaaierig wordt met jongereren, maar we zien op de parking toch
nog wat andere campers staan dus nemen we het risico maar.
De lucht blijft grijs gedurende de hele dag.Toch beslissen we om te gaan wandelen
in het naturgebied rondom Karlstad.Er
zou in Dye ook een stenencirkel staan die dateert van 3500 vC.
De wandeling is behoorlijk lang en loopt een stuk door de stad.Karlstad is zoals zovele andere steden in
Zweden ergens in de 19de eeuw volledig afgebrand.Er zijn dus weinig historische gebouwen die bewaard
zijn gebleven.Het is een belangrijke
stad in de verbinding van Stockholm naar Oslo en Göteborg.
In Kalstad zijn ook de afspraken gemaakt over de scheiding
van Zweden en Noorwegen ergens in hetbegin van de vorige eeuw.Hun
onafhankeleijkheid is dus zeker niet ouder dan de Belgische.
De stad is niet zo groot. Eens je over de rivier bent
en langs het spoor loopt, dan ben je snel
in de natuur.De weg naar de stenencirkel
is nergens aangegeven.Gelukkig hebben
we via het toeristisch bureau een kaart kunnen meekrijgen waar alle boswegjes
goed op staan aangeduid.
De stenencirkel ligt verscholen in het bos. Maar we vinden hem
wel!De uitleg die erbij geschreven staat
vermeldt dat het vermoedelijk heel oud is, maar dat de bedoeling hiervan niet
zeker gekend is.Wat we wel zien en
eigenaardig vinden is dat rondom de cirkel er meerdere zeer grote mierenhopen
te zien zijn.Toevallig of te wijten aan
een hoeveelheid aanwezige energie wie zal het zeggen?
We zijn moe als we terugin Vroem aankomen.We zien wel
dat er zich een aatal campers rondom ons hebben geposteerd.Maar we zijn toch altijd een beetje geruster
als we niet alleen staan ook al is het in de stad.
Het bier is hier terug heel wat goedkoper, dus klinken
we op onze geslaagde wandeling en na het eten gaan weer wat lezen in onze
verwarmde vroem. Het regent weer, voor de afwisseling
Van Karlstad rijden we naar het Dalsland kanaal dat een
verbinding vormt tussen Arvika en Göteborg.Het is te vergelijken met het Gota Kanaal.
Het is al in de namiddag als we in Bengstfors aankomen op
een parking aan een voetbalveld.Het
ligt aan het einde vaneen doodlopende
straat.Op een informatiebrochure staat
aangegeven dat er hier 3 wandelingen vertrekken.We zien links en rechts enkele kleinde
paadjes omhoog lopen maar geen enkele aanduiding over deze wandelingen.
Het regent niet dus trekken we onze wandelschoenen aan en
wandelen we lukraak op een van de paadjes.De wandeling loopt een beetje op en af maar we bevinden ons al vrij snel
in een ongelooflijke stilte.
Na enkele km zien we een bordje Djupviken 7,5 km.Nelly vertaalt viken als baai, dus volgen we die
blauw-wit pijlenen komen inderdaad uit
op plaats met zicht op een baai van een meer.Hier staat ook een klein info-bordje met het plannetje van de
wandelweg.
Als we verder lopen merken we wel dat de tijd
voortschrijdt.Het wordt al donker tegen
19h30.We hebben geen kaartje van de weg
bij, dus stappen we wat vlugger om zeker voor het donker terug bij vroem te zijn Net als we een wedloop tegen de schemering
beginnen, zien we Vroem in de verte staan oef!
Het voetbalveld ligt er verlaten bij, maar zelfs voor ons alleen gaan
de lichten op de parking aan vriendelijke mensen toch, die Zweden?
We worden wakker onder een staalblauwe hemel.Zeker wandelen vandaag, want het zou wel
eensde laatste mooie septemberdag
kunnen worden.
We rijden in de voormiddag naar het toeristisch bureau in
Bengtsfors en vragen daar naar mogelijke wandelwegen.Er blijkt een nieuwe wandeling te zijn van
ongeveer 28km.Dit is natuurlijk veel te
ver, maar we kunnen altijd een stuk van de wandeling doen en na enige tijd
terug omkeren.
De wandeling begint rond het meer van Bengtsfors.Wat is het lang geleden dat we nog eens konden
picknicken!Het is warm in de zon en we
blijven er een poosje zonnen.Geen wind,
volop zon en het meer aan onze voeten! Heerlijk.
Wanneer we verder
wandelen komen we algauw op kleine paadjes in een bosrijke omgeving.Plotseling komen we voor een kapot brugje te
staan.Er liggen nog 2 planken om over
te lopen, maar die zijn spekglad.We
besluiten dus om maar terug te keren.Rond 16h komen we moe maar opgeladen terug bij Vroem.
Nu weer een plaatsje zoeken En jawel, weer vinden we een rustig mooi plaatsje op een
klein schiereiland op het Laxsjön meer.Het plaatsje heet Baldersnäs.Bij
het oprijden van de parking zien we een bordje staan met: Husbil Avgift
100kr.Ja, zo rustig, dat hebben we er
wel voor over.Maar we zien niet hoe en
waar betalen.Er is niemand in de omtrek
te zien.Ook geen brievenbus om het geld
in te deponeren.We stellen ons dus maar op en verwachten dat er iemand zal
langs passeren om het geld te collecteren, maar niets daarvan.We zien of horen niemand.
We kijken nog voor de laatste keer naar een aflevering van
Wallander en gaan dan slapen.Misschien komt de eigenaar morgen vroeg wel
langs.
Vannacht regende het op Vroem.Het was ook aangekondigd.
Vanaf de parking kan
je in de rest van het schiereilandje wandelen.Hiervoor komen we beslist nog eens terug, later, bij mooi weer. Van de
eigenaar geen spoor, dus rijden we maar door zonder te betalen
We rijden richting Göteborg en eten voor de verandering in
het Ikea-restaurant. Wat is het rustig daar, in tegenstelling met Ikea in
Antwerpen!
Na ons lekker, op en top Zweeds en goedkoop middagmaal rijden we verder naar onze camping die we deze morgen al hadden opgezocht. Nelly vond het nog nodig om te wassen, vandaar. Als we aankomen aan de camping rond 17h zien we dat de receptie dicht is en pas opengaat van 8 tot 12h. Op zich geen probleem, want je mag binnenrijden en je installeren en later betalen. Maar de was- en droogmachine werkt met jetons en die kan je alleen aan de receptie kopen.
Dus beslissen we om maar wat verder te rijden. Nelly toont haar stuurvaardigheid in het kleine dorpje Möllen en ja hoor, ze vindt een plaatsje aan het strand. Gelukkig mogen we daar staan, want het bordje vermeldt: "uitsluitend voor badgasten". Gelukkig voor ons is dit beperkt in tijd, namelijk tot 15 september.
Terwijl we parkeren zien we de zon ondergaan in de zee, net op tijd om een paar mooie beelden te schieten.
In plaats van een 4-sterren camping hebben we nu een 10-sterren Vroem-plaats met zicht op zee!
Complete rust geen badgasten met dit weer.Alleen joggers en vroege wandelaars die regen
en wind trotseren.Wij drinken rustig
koffie en vertrekken richting Zuid-Zweden.
We twijfelen nog even of we de boot in Helsingborg zullen
nemen of de Oresund brug. Qua prijs is
er weinig verschil.In Malmö kennen we
de plaatsjes om te overnachten, in Denemarken is het minder evident omdat het
allemansrecht daar niet van toepassing is.
Na een rustige rit komen we vroeg in de namiddag aan in
Malmö.De campergids vermeldt dat er zuidelijk van de Oresundbrug ook nog een
badplaats is met overnachtingsmogelijkheden.Het is een mooi strand, en het water van de zee is glashelder! Wat een
verschil met onze Belgische kust.Op de
kleine pier kan je zo de bodem van het zee zien, het is uitnodigend om erin te
springen maar de temperatuur doet ons toch wel wat twijfelen en dus doen we dit
maar een andere keer.
Ondanks de rust die van dit plaatsje uitstraalt willen we
toch wel teruggaan naar de andere kant
van de Oresund brug, waar we vlak langs de zee kunnen staan en het ruisen van de
golven kunnen horen.
Terwijl we nog wat wandelen langs de zee duurt het ongeveer
een half uur voordat de regen weer op ons neerdaalt
Onze laatste avond in Zweden De Oresundbrug is nog nauwelijks zichtbaar
door de mist en de regen.We klinken op
ons afscheid en plannen wanneer we
zullen terugkeren .
Als we vertrekken uit Zweden, en over de brug naar
Kopenhagen rijden, vragen we ons af in welk seizoen we best terugkomen.Augustus was prima, in september lijkt het al
volop herfst door de vele regendagen.
Files hebben we gedurende de 2 maanden niet gehad, maar
telkens als we Hamburg passeren gebeurt het onvermijdelijke.De Elbetunnel is vermoedelijk vergelijkbaar
met de Kennedytunnel in Antwerpen.Maar
het valt al bij al nog wel mee.
Tegen de avond vinden we een plaatsje aan een school in een
klein dorpje in Duitsland. In de buurt is een restaurant en daar willen we op onze
laatse avond eens van genieten.In
Duitsland kan je goedkoop en heel lekker eten en daar maken we graag gebruik
van heerlijke maaltijd.
Het is stil rond Vroem als we onder de wol kruipen.
Rond 7u30 horen we kinderstemmen
en het toeslaan van autodeuren.Ja,
natuurlijk, we staan voor een kleuterschooltje.We merken dat we weer in de bewoonde wereld komenmet zijn dagdagelijkse beslommeringen.
We zitten al achter Hamburg en al
vrij dicht bij huis.Maar we hebben geen
haast.
We kijken daarom in de campergids
en beslissen om een aantal plaatsen in de buurt te gaan bekijken.In de toekomst is het toch wel handig om de
plaatsen wat te kennen die rustig gelegen zijn.
Op een van deze plaatsen komt er
een oudere man naar ons toegestapt, hij is er ook met zijn mobilhome.88 ben ik, zegt ie, en mijn vrouw van 82
bestuurt onze camper.Het doet ons toch
wel even over ons hoofd krabben.Zullen
wij er zolang van kunnen profiteren?Hij
vertrekt binnenkort nog naar Portugal om te overwinteren.Kranige oudjes!
Om 20u rijden we onze oprit op
7600 km gereden en 2250 fotos in onze bagage. Toch ook opgelucht dat alles goed is verlopen.
En weer valt ons op hoe groot ons huis is in vergelijking
met Vroem.
2 maanden leven op amper 10m², het vergt wel wat, maar je
krijgt er ongelooflijke reisindrukken voor terug.