s Ochtends om 9 uur wijst de thermometer al 31°. Er staat een warme, nu nog aangename landwind. Het strand is leeg. De zee ziet er aanlokkelijk uit om meteen erin te springen. Maar we willen verder rijden om de rest van de Algarve ook te zien.
Naarmate de dag vordert, loopt de temperatuur op. Oei! Vroem vindt het blijkbaar ook te warm. Pie-ie-ie-iep - Pie-ie-ie-iep;!!! De bewoners van de dorpjes waar we doorheen moeten hebben geweten dat wij Belgen voorbij rijden.
Aan de kliffen van de Cabo Sardão (Cavaleiro) ligt een staanplaats voor campers. Autos en campers komen en gaan. Dan staan we alleen, boven op een klif waar vijf ooievaarsgezinnen wonen. Vier van hen hebben jongen, die door hun moeder fier en zorgvuldig beschermd worden We eten binnen in Vroem, want de stevige landwind is een koude bries geworden, niet aangenaam om buiten stil te zitten.
Net vóór de zon in zee ondergaat verschuilt ze zich achter een dun laagje nevel. Daarna wordt het snel donker en gaan de lichtjes aan van de vuurtoren achter ons. Een zwaailicht cirkelt ritmisch rond in de lucht en over zee, begeleid door de tweestemmige muziek van de krekels en het geruis van de golven.
|