Ik ben Walter Smeekens
Ik ben een man en woon in Rucphen (Nederland) en mijn beroep is Gepensioneerd agoog.
Ik ben geboren op 21/05/1936 en ben nu dus 88 jaar jong.
Mijn hobby's zijn: Lezen; verhalen schrijven; foto's maken.
Ik ben gehuwd en heb 4 kinderen en elf kleinkinderen.
Toevluchtsoord van Maria voor allen die in nood verkeren.
In afwachting van de nieuwe Rucphense dorpskern: De jeu des boulesbanen.
De Rucphense wandelroute "Klavere Vrouwke"
Heideven in onze Heemtuin.
Lieve moeder Maria, zegen alle moeders die uw hulp zo hard nodig hebben.
Zomer 2009
Bloemencorso in Zundert Ieder jaar op de eerste zondag in september
De gedachtenisplaats, op de Belgisch-Nederlandse grens, aan het overlijden van een van Neerlandse beruchtste smokkelaars, tijdens de Eerste Wereld Oorlog [1914-1918]: "Klaver vrouwtje".
Rucphen, juweel in de Westhoek
Wat interessant is
26-03-2009
HET KERKDORP SINT WILLEBRORD
Het vierde loot aan de stam 'gemeente Rucphen' is, het meest omstreden dorp in de geschiedenis, "St. Willebrord"
Het karakteristieke kerkzicht van St. Willebrord vanaf de A58
De binnenkomst
De dorpsstraat
Senioren woon- en zorgunit 'De Vlegter' & 'De Kim'
De dorpskerk van St. Willebrord. Duplicaat van Lourdes. Gebouwd in opdracht van wijlen Pastoor Bastiaansen
Winkelplein in het centrum.
Gemeenschapshuis "De Lanteern" Voormalig kerkgebouw.
De priesterbeelden gallerij in de Dorpsstraat.
Pastoor Bastiaansen Hij zette St. Willebrord op de kaart
Kapelaan Ad de Bok. Hij maakte van St. Willebrord één gemeenschap.
De Lourdesgrot naast de kerk. Bekend bedevaart oord vanaf de jaren dertig t/m zestig in de 20e eeuw.
Het Mariapark vóór de kerk. Voormalig processiepark.
Burgermans woning in het dorp.
Entree van de kerk vanuit het Mariapark.
Het oude kerkhof naast de kerk. Een van de mooiste kerhoven van Brabant.
Het kerkdorp Sprundel is veruit het oudst bekende dorp van de gemeente Rucphen. Reeds in 992 schenkt Hilsondis, gravin van Strijen, het goed van Sprundel aan de abdij van Thorn, waarvoor de hertog van Brabant als beschermheer optrad. Vandaar dat een deel van het Sprundels gebied: "Sprundel onder de hertog" genoemd werd. Dit gebied hoorde - zoals bleek uit de akte van 1198 - niet tot het land van Breda. Maar deze hertogelijke enclave was een doorn in het oog van de landheren van Breda en Bergen op Zoom en zij lieten dus niets onbeproefd om de grenzen van dit gebied zo eng mogelijk te houden. Daarin slaagden zij meer naarmate het gezag van de hertog taande. Vooral ten tijde van hertogin Johanna [1355-1406] zagen de landheren hun kans schoon. Zeker toen Johanna dringend financiën nodig had en in barre nood - in 1388 - geld leende van de heer van Breda met als onderpand haar hertogelijke gebieden. Sprundel was dus vanoudsher een heerlijkheid met eigen schout en schepenen, die rechtstreeks onder de hertog van Brabant stond. De uitgifte van de 'moergronden' tussen 1300 en 1350 vormen uiteindelijk de begrenzing van het grondgebied, waaruit later de gemeente Rucphen is ontstaan, met als oudste dorp Sprundel. Het is eerst met de komst van koning Willem I, 1 december 1813, dat aan deze zelfstandigheid een einde komt. Had keizer Napoleon - bij de herinrichting van het bestuur der Nederlanden - Sprundel nog als een eigen "Maire" [=gemeente] aangeduid, schout Joseh Voeten te Rucphen, protesteerde hiertegen heftig. Helaas het einde van de Franse overheersing was nabij. Napoleon werd in oktober 1813 verslagen bij Leipzig. Vandaar dat eerst uit de archiefstukken van 1814 blijkt, dat de naam van de gemeente: 'Sprundel en Rucphen' werd gewijzigd in: "Rucphen en Sprundel" en later in: "Rucphen en Vorenseinde". Doch de strijd om de bestuursmacht over het grondgebied Sprundel vond eerst in 1950 een {voorlopig?} einde. Op 22 juli 1950 kopte het Brabants Nieuwsblad nog: "Openbaar Protest van Sprundel tegen inlijving bij Etten." Bron: Gemeente Historie 1930-1980 door: A.J.M. Hezemans
Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek
Gemeentehuis Rucphen
Ik weet niet hoe ik moet bidden; Ik weet niet wat te zeggen; Ik heb niet veel tijd. Wat dan?
Het lichtje dat ik offer is: 'n beetje van mijn bezit, 'n beetje van mijn tijd, 'n beetje van mijzelf, dat ik achterlaat voor Maria.
Dat stralende lichtje stelt mijn gebed voor, dat ik voortzet terwijl ik wegga. -.-.-.-.-.-.- Muurgebedje uit Mariakapel Horendonk
Ginds ver aan de einder, Daagt ' t Mariaoord, St. Willebrord; Met in zijn schaduw De Vlegter & de Kim.
Een restantje Paradijs. [om 't nooit te vergeten!]
Mijn lief sprak en zei tot mij: "Sta op, liefste, mijn schoonheid, En kom naar mij. Want voor jou is de winter voorbij, De regen is opgehouden en verdwenen De bloemen ontluiken uit de aarde De tijd dat de vogels zingen is gekomen. Dus ... Sta op mijn liefste en kom naar mij."
Dit nooit meer. Dodenherdenking 4 mei 2009
Zij gaven hun leven voor onze vrijheid. Vloeiweide Rijsbergen