Er komt een zilverkleurig kallotje door het raam
en een dame van rond de zeventig roept naar me: kom stap in. Ik ben
toch wat voorzichtiger en zeg dat ik eigenlijk maar een vijf kilometer
nog wil stappen. "Ik zal je afzetten "zegt ze vriendelijk. Wel ja,
waarom niet ,denk ik en ik doe de rugzak af maar krijg hem bijna niet
meer in haar koffer gehesen.k'Ben doodmoe en zeig tevreden in de
pasagierszetel. Zij is babbelziek en ik ben wat blij dat ik niet te
veel moet zeggen. Mijn St Jacobsschelp had haar aandacht getrokken en
ze kon best wel een babbel gebruiken, zo blijkt het. Ze vertelt me
vanalles over de streek en de weg die we nu nemen heeft de naam
gekregen 'Route de barbarie'. Ik denk al direkt aan de lelijke
knobbeleenden en zie het verband niet goed. Een geluk dat ik eigenlijk
te moe was om snel te vragen vanwaar die eenden wel kwamen want ik zou
daar als Flamand een figuur geslagen hebben! De vele legers ,die er als
barbaren heel wat mensen hebben doen sneuvelen, hebben deze weg zijn
naam gegeven want ze hebben zich over vele jaren heen zich verplaatst
van het ene gebied naar het andere. Zelfs de dappere Galliërs. Deze
dame is alleenstaand en heeft geen kinderen en is blij met haar
zondagse rit met haar auto. Het is voor haar een welkome afwisseleling
en het doet haar veel plezier zegt ze dat ze me een eindje kan helpen.
Het is best gezellig en ook voor mij een meevaller. Ik vertel ook wat
over mezelf, ik moet wel want anders stelt ze de ene vraag na de
andere, en ze kan aandachtig luisteren. We zijn Vatry al voorbij en ik
herinner haar eraan dat ze me gelijk waar mag afzetten." Dat zal ik ook
doen, maar wat zou je hier gaan beginnen, hier is niets te zien!" zegt
ze heel kordaat.Uiteindelijk stopt ze in Arcis en zet me aan een
camping af.Ik moet haar beloven een kaartje te sturen vanuit Compostela
en ze geeft me haar visitekaartje. Ze heette Madeleine..Wat zijn er
toch leuke mensen denk ik ondertussen en we zwaaien alsof we familie
zijn. Pas als ik de campingpoort nader zie ik dat ik hier al eens
geweest ben tijdens een vroegere vakantie. Aan deze plaats heb ik een
zeer speciale herinnering die ik toch even moet vertellen. Als je even
teruggaat op de blog zie je een foto van onze poes Molleke. Wel, hier
op deze eigenste plaats heeft zij haar eerste 'vakantie-lief' opgelopen! Wij
hebben thuis een mobilhome en ons Molleke gaat steeds mee op vakantie
en geniet met volle teugen. En zo was het op de laatste dag van haar
eeste verlof bijna mis gegaan. Na een lange rit vanuit Frankrijk was
deze camping onze laatse slaapplaats en we hadden drie weken zeer
zorgvuldig opgelet dat ze niet zou gaan lopen want met een poes weet je
niet of ze nog terugkomt.Nu waren we op onze laatste avond nog even uit
geweest en het keukenraampje vergeten dicht te doen en ja hoor, wat ze
anders nooit zou durven, ze is vanop die hoogte naar beneden
gesprongen, de vrijheid tegemoet. De lokroep van de kater in de
buurt had haar al zenuwachtig gemaakt van bij onze aankomst en ze heeft
haar angst om te springen van die hoogte opzij gezet voor deze roepende
'chat'. Ze was weg.. Ik was in alle staten en had veel verdriet want we hadden zo goed op haar gepast en nu ,bijna thuis,waren we ze kwijt. s'Nachts
deed ik geen oog dicht en ging toch nog eens roepen. Het was er
pikdonker en ik zag niets, maar plots komt ze daar afgestormt , is blij
me te zien, bleef maar rond mijn benen draaien en spinde erop
los. Haar pels was nat en vuil, de bewijzen van het avontuur, en
de lokroep is opgehouden. Het was weer stil en vredig op de camping en ook in mijn hart.. Het
is wat pijnlijk om met deze herinnering geconfronteerd te worden want
het doet me aan thuis denken en daar gaat het nu niet zo best. Deze
camino heb ik nu heel hard nodig om me voor te bereiden op een leven
zonder echtgenoot en dan zijn zulke herinneringen uit andere tijden
pijnlijk. Enfin, wanneer ik aan het 'acceuil' toekom is er niemand
maar er hangt een kattebelletje met het advies me al te installeren. Om
vijf uur is de eigenaar terug staat er. Ik zet de tent langs de kant
van de stromende Aube in de buurt van een stenen tafel die me van pas
komt, en ik krijg plots bezoek van een zwaargebouwde man met een volle
grijze baard. Het blijkt Jacques te zijn, de Franse medeeigenaar. Hij
spreekt me dadelijk over de pelgrimsschelp en zegt me dat ik meer dan
welkom ben. Hij heeft veel respekt voor mij, toont dit ook duidelijk en
het is net of hij bij me te biechten gaat. Zijn leven, zijn pijn en
verdriet, hij kan het bij me kwijt en doet het zonder omwegen.
Ondertussen drinken we koffie die hij vlug vers voor me gezet heeft en
hij kijkt me met vochtige ogen aan. De plaats die ik onbewust had
gekozen om mijn tent op te zetten bleek het echte Compostela plekje te
zijn. Hij zegt" ik weet niet waarom maar ze kiezen het allemaal".Tja.. De camping was dit jaar nog maar net een week open en hij doet dit samen met een Nederlands echtpaar. Ton
is de andere helft en al even vriendelijk. De conversatie loopt wat
vlotter voor me natuurlijk en bij inschrijving moet ik alleen mijn
plaats betalen en niet voor mezelf. Het kost me maar 4eur! En bovendien
krijg ik morgenvroeg een pelgrimsontbijt bij hun in de caravan. Zo een ontvangst had ik zeker niet verwacht..!
Het is een koude nacht geweest en ik ben dikwijls wakker geworden.Alles moet wennen en ik ben dan ook geen buitenslaper.Het wekalarm van de gsm staat op 7u maar het is half negen als ik mijn eerste oog opentrek.Hij heeft me niet wakker gemaakt maar dat zal wel aan mij liggen want ik moet dat ding nog leren gebruiken.Ik probeer nog wat te genieten van mijn eigen gezellige plekje in de tent en de zachte slaapzak.Als ik dan uiteindelijk toch kan vertrekken is het inmiddels half elf.Het inpakken is nog geen routine en ik doe het op mijn gemak. Ik ga richting stad en als ik op de N77 aan het rond punt kom zie ik een vrij moderne kerk waar al heel wat mensen bijeen komen voor de eredienst.Ze bekijken me wat raar want ik ben net een enorme rugzak met twee beentjes. Een vijfhonderd meter verder kom ik plots op mijn stappen terug en ga resoluut de kerk binnen. Twee dames komen me direkt de hand geven en heten me welkom.Op de vraag of meneer pastoor er al is schieten ze in beweging om me naar de sacrestie te leiden. Hij is de vriendelijkheid zelve en stelt me wat vragen.Hij gaat me zegenen alvorens de mis begint. Het doet me wat als hij zijn handen op mijn hoofd legt en zijn zegen uitspreekt. Hij geeft me nog een kruisje op mijn bezweet voorhoofd en wenst me goede reis en een mooie pelgrimstocht. Het is toch een mooie start, alhoewel ik niet met religieuze bedoelingen ben vertokken..Ik voel me rustig en heb geen angst voor het onbekende.De grote onrust die ik al zo lang kende is weg maar dat is me op dat ogenblik niet opgevallen. Buiten is het echt reuze wandelweer, niet koud en af en toe zon. Al snel loop ik te zweten als een paard en snuiven doe ik ook al want de rugzak weegt als lood.Stiekem ben ik al aan het overdenken wat ik eruit zou kunnen laten maar ik kan niets vinden. Alles wat er in zit heb ik nodig! Ik vraag me af of ik aan dat gewicht ga wennen. Langs de N77 naar Troyes is niets te beleven. Het is een Nationale dus, druk verkeer, eindeloze kilometers rechte weg en maar hier en daar een dorp. Het is ploeteren en ik wil tot in Vatry geraken om daar een slaapplaats te zoeken. Het leger heeft manoeuvers denk ik want ze rijden in convooien voorbij en bekijken me met een blik van: waar gaat die aan beginnen! Mijn Sint Jacobsschelp is herkenbaar en de meeste mensen in Frankrijk weten direkt waar je naar toe gaat. Soms handig, soms niet. Rond half een s'middags plof ik in de graskant, de schoenen vliegen uit en zo ook de sokken. Mijn voeten doen al pijn en ik ben nog maar net vertrokken. Toen wist ik niet dat deze pijn me weken lang zou vergezellen.. Jandorie, ik zie de eerste verschijnselen van "empoullekes" op mijn hielen.(even een vertaling want dit woord ken ik ondertussen in vele talen: blaren.) Van deze rustpauze maak ik ook gebruik om wat te eten en de voeten nog eens goed in te smeren.Het is zonniger geworden en warm, mijn drinken is inmiddels al uitgezweet. Ik zal om drinken moeten gaan vragen want een winkel zie ik niet en het is zondag. Na enkele kilometers zie ik een boerderij en ik besluit langs te gaan, mijn eerste les in bedelen.De 'boerin' is een jonge, mooie blondine en na wat uitleg geeft ze me een fles water die ik niet hoef te betalen. Bon, vermits alles aan mijn lichaam pijn doet en mijn rug in brand staat vraag ik haar naar een plaatsje voor mijn tent. Een zwak moment..want in mijn linkeroor krijg ik de boodschap ermee op te houden voor vandaag en.. je hebt nog tijd genoeg ..en dan die empoullekes enz.enz. Een mooie plaats onder een fruitboom die in bloei staat,de roze bloesems fel afstekend tegen de helblauwe lucht. Tja, verleidelijk hé!Ik ben te moe om de tent al recht te zetten en leg me languit in het gras, de rugzak staat waar hij gevallen is. Ik zie de stapkaart aan mijn hals hangen en ben benieuwd waar ik terecht ben gekomen.Het is klaar en duidelijk, ik ben nog niets opgeschoten en de tent opzetten zal nog niet voor direkt zijn. Ik zal verder moeten. Mijn gastvrouw knikt begrijpend als ik haar uitleg dat Compostela nog ver is. Ze weet niet waar dat gelegen is en als ik haar vertel dat het in het westen van Spanje is kijkt ze me argwanend aan. Ben ik zot geworden of zo?! Niets aan te doen,het is te vroeg om al met de tremen omhoog te liggen en ik vertrek weer. Nog een vijf kilometer tot in Vatry.Ik begin liedjes uit te vinden en zing er maar op los. Geen mens die het kan horen en zo kan ik de pijn wat terugdringen. Plots vertraagt er een auto en wacht me op aan een parking.Als dit een man is mag je niet instappen, je weet maar nooit zegt mijn engelbewaarder, en dit is maar al te doorzichtig. Tja, ik ben nog niet lang onderweg en het vertrouwen is er nog niet zie je. Het autoraam gaat open..