Ik ben niet bedoeld om gelukkig te zijn het spijt me De panfluit speelt een vrolijk deuntje De dagen verdonkeren en spelen hun spel Bladeren vallen en ik weet Ik ben niet bedoeld om gelukkig te zijn Dus kijk ik en buig me naar anderen Ook zij leven gewoon verder
Een peuterpijn zonder gevoel Een stootje tegen de stoute stoel Wat aforismen keurig ingeblikt Koele emoties netjes afgelikt Op dat niveau kan ik niets voelen In zulk een poel niet grondig woelen Dat is te weinig diep voor mij Dus vlieg ik voort naar nieuwe luchten Dan is het dat ik weer moet vluchten
Het is goed terug licht te krijgen. Licht verlicht... zou je kunnen zeggen. En dan komt het er op aan de opdrachten één voor één te beschijnen met aandacht. Ik zal aanvaarden dat ik niet alles tegelijk kan verwezenlijken. Als de werkberg te hoog is... even focussen op slechts één ding. Vandaag dit en niets anders in mijn hoofd houden... Telkens weer mij deze beperking veroorloven en de mentale druk verlagen. Ik ben maar een mens... geen centraal gestuurde productiecomputer. Dit lijf leeft en voelt ook in andere werelden. Ik dank de anderen in mijn omgeving voor hun geduld. Ik vergeef het leven zijn gebrek aan tijd. Ik prijs mijn medemens dat hij liefde en vriendschap kan ophoesten.
Houd je aan gezonde leefregels Leid je door geloof Inspireer je aan anderen Vertrouw op de wetenschap Ga naar de dokter Schilder de natuur Knuffel de kat Mediteer tot je kan zweven Reis de wereld rond Snoei de haag Spring niet te ver Lach tegen jouw spiegelbeeld Werk harder of minder Bemin iemand Kook voor de buren
Ook zij doen slechts een poging om te vinden wat ze zoeken
Misschien is de beste samenvatting Doe iets, maakt niet uit
Ik zwerf door het levenslandschap een grijze hyena op zoek naar voedsel Zoals ik jou niet vond ontgaan me de doelen en verlies ik uren en dagen Gevoelens van weleer zijn ontzield Ons waren zeven jaren gegeven Ze waaiden voorbij veranderlijk als het weer Nu spoed ik mij nog steeds om niets te missen om niet blind te zijn als het komt en haast ik mij naar de volgende dag hunkerend hoopvol Maar ik weet Je hebt mijn ziel ontvoerd Niemand die nog losgeld vraagt Snel eindigen de uren Ze vergaan in de nacht die niets brengt Dan wil ik alles stil leggen nieuwe tijd winnen op krachten komen me begeven op plaatsen waar niets roept niemand iets vraagt Want ik blijf verlegen om krasse antwoorden de wetenschap is op
Je raakt mijn diepste vezels en speelt jouw troeven uit De dagen vertroebelen Jij roert en wringt in mij Dan daveren mijn vesten Als ik zie en weet dat niets ook maar verandert In mijn passie blijft de zwarte dood drukken op haar voetstuk Het doel vloeit weg in blauwe beken Ze stromen struis en woelig door het jaar telkens weer voorbij
Voor jou het viel weer op kwamen te veel woorden onverstaanbaar maar daarom juist scherp als messen stekend in het verloren hart Te weinig daden kwamen uit jouw handen die een last verlichten Ze bleven rusten in een oude schoot vertrouwd met dom doen verlangend naar routine zonder zwarte gedachten De antwoorden blijken niet verlicht Vergeten passie zoekt zelfs zijn weg niet meer Als een mummie kijkend naar een bewegende wereld bleef je zitten in de stoel