De gasten zijn gegaan
de kamers leeg en stil
Ik eet de resten
van het verlopen feest
proef nu pas echt en aangedaan
de overschot van t is geweest
In het huis al opgeruimd
zie ik een beeld van gisteren
dat samensmelt met grijze luchten
geen stem meer geen geluid
slechts trage loze zuchten
De stress ontspant
Ik mijmer en wil rusten
Mijn hoofd is toe aan weemoed
lichte eenzaamheid
aan langgerekte
zachte hersenlusten
Floreanne
|