Onderwerp: De gemiste kans |
|
|
Dag Sybe,
In de kop van dit artikel zie je gelijk de titel, die ik aan mijn droom zou willen geven.
Min of meer ter beantwoording van jouw vragen nu het volgende;
Ik ga niet samen met de anderen naar binnen uit een soort waaghalzerij. ik voel dat ik naar binnen móet, maar ik stel het uit en ik stel het uit, omdat ....omdat een gevoel van roekeloosheid, dat tegen mijn diepste verlangens ingaat, mij tegenhoudt.
Ik weet dat het daarbinnen feestelijk is. ik ruik de koffie, ik ruik als het ware de goede geur van gebak, ik hóor het gelach, ik neem het plezierige stemmengeroezemoes waar. maar ik wil nog even buiten blijven. Waarom weet ik eigenlijk niet. Misschien wil ik mijzelf profileren, niet met de anderen meelopen, een uitzonderingspositie innemen.
Het plein was plezierig met al die mensen, die alleen maar wachtten op hed startsein om naar binnen te gaan. Nu zij haast allemaal binnen zijn en een klein, steeds kleiner groepje buiten blijft, wordt het daar leeg en kaal en het lijkt of er een kille wind opsteekt. De eerste regendruppels vallen al. Ik wil nu opeens in grote haast naar binnen.
Als ik na de ontzettende eenzaamheid tóch binnen ben , na dat eerste 'uitgeworpen zijn', is er even een moment van opluchting: toch gelukt. ................. hier even tijd voor een technische opmerking: Ik merk dikwijls in dromen, dat er opeens iets geruststellends komt, wanneer het net ontzettends eng is. Voor mijzelf geef ik daaraan als verklaring, dat mijn onderbewuste- of wat het maar is- probreert mij in slaap te houden en niet wakker te laten worden. In de meeste gevallen zasl dit lukken en blijft er van de droom bij later ontwaken alleen een snel vervagende en verdwijnende indruk achter, (Psalm 73 v 20).
Maar in de gevallen, waarin ik de droom bewust onthoudt, krijgt mijn 'onderbewuste 'die overwinning niet.
Ik droom ook veel, want de droom komt door veel bezigheden(Prediker 5 v 2), zoals ik die altijd gehad heb, (nu nog op vijf forums actief). en daardoor slipt er wel eens een van die vele dromen door. .................... En nu die wand. Ik voel dat die wand er voor iedereen is. ik moest achteraf denken, aan die man, die binnen was in 'de hemel', maar die zich verraadde door het niet dragen van het bij de hemel horende feestkleed. Hij moest vertrekken. (Math 22 v 11 en 12).
Zo onherroepelijk om daar te zitten en te schreeuwen; binnen, maar eigenlijk verschrikkelijker buiten dan je ooit had ervaren. En tenslotte maar weggaan, door je eigen overtuiging gedwongen, dat het toch hoploos is.
Helemaal zonder moed op ooit nog enige verandering in je situatie buiten lopen, waar alles spreekt van kou en huiver en onbehagen.
Dat was het zo'n beetje.
Daag Ger | |