Eén van de bekendste koningen uit de Middeleeuwen is Karel de Grote. Hij leefde zo'n 1300 jaar geleden. Hij was zwaar gelovig en was koning van het Frankische rijk. Dit rijk was ongeveer even groot als Frankrijk, Duitsland, België en Nederland bij elkaar.
Het is niet duidelijk wanneer Karel de Grote werd geboren. Wetenschappers denken 2 april 742. Zesentwintig jaar later, in 768, overleed zijn vader Pepijn III. Vanaf dat moment was Karel de koning.
Erfenis
Het rijk van vader Pepijn werd verdeeld tussen de broers Karel en Karloman. Allebei kregen ze de helft. Maar omdat Karloman drie jaar later al overleed, kreeg hij het land van zijn broer ook erbij. Toch vond Karel het niet genoeg. Hij voerde steeds grote veldslagen en breidde zo geleidelijk zijn machtsgebied uit. Eigenlijk was dit niet eens de echte reden van al deze gevechten. Karel de Grote vocht vooral om geld te verdienen.
Tegenstanders
De Saksen waren de grootste tegenstanders van Karel. Zij waren niet zoals Karel de Grote christelijk, maar geloofden in meerdere Goden. Omdat ze ook veel dorpen plunderden, besloot Karel met zijn leger het land van de Saksen binnen te trekken. Er begon een 32-jarige oorlog die Karel uiteindelijk won. Hierdoor kwam het Saskische gebied bij het rijk van Karel de Grote.
Hulp aan de paus
Karel de Grote was een erg gelovig man. Toen hij hoorde dat in 773 de Italiaanse Langobarden Rome, het land van paus Stefanus, in wilden nemen, kwam hij dan ook meteen in actie. Hij trok met zijn leger naar Italië en versloeg de Langobarden. De paus was Karel erg dankbaar voor zijn hulp; Karel mocht zich vanaf toen ‘koning der Franken en Langobarden’ noemen.
In 799 gebeurde er iets soortgelijks. Enkele belangrijke mensen uit het Vaticaan, de plaats waar de paus gehuisvest was, namen paus Leo II gevangen. Maar de paus kon ontsnappen en vluchtte naar Koning Karel. Karel de Grote hielp de paus om weer terug te komen in Rome. In ruil daarvoor kroonde de paus Karel de Grote tot ‘Keizer van het West-Romeinse Rijk’. Nu was hij de machtigste man in het christelijke Europa.
Problemen van een groot rijk
Het rijk van Karel de Grote was zo groot, dat hij het nooit alleen kon besturen. Daarom verdeelde hij het in kleinere provincies. Dit werden gouwen genoemd en werden bestuurd door hertogen of bisschoppen. Zij beloofden dat ze trouw zouden blijven aan de koning en zijn wetten zouden handhaven.
Karel bleef de hertogen controleren en reisde daarom veel door zijn rijk. Om te overnachten had hij in elke gouw een palts. Dit was een versterkte koninklijke boerderij, vesting of burcht. Hier bleef hij dan een paar weken en reisde vervolgens weer verder. Ons woord paleis komt trouwens van het woord palts. In Nederland was de palts van Karel de Grote Het Valkhof in Nijmegen.
Aken
Toen Karel de Grote ouder werd, verhuisde hij naar het Duitse Aken. Deze stad lag in midden van zijn rijk. Hier liet Karel een groot paleis bouwen naar het voorbeeld van gebouwen die hij in Rome gezien heeft. Om het te versieren, liet Karel zelfs marmeren beelden over de alpen naar Aken toebrengen. Van dit paleis is niks meer over. Alleen de kapel staat er nog. Hier ligt Karel begraven in een gouden kist.
Onderwijs
Karel de Grote vond onderwijs erg belangrijk. Daarom nodigde hij geleerden uit heel Europa uit die hem vertelden over sterrenkunde, rekenen en talen. Zelf was Karel niet naar school geweest en kon ook niet schrijven. Als er iets geschreven moest worden, deden monniken dat voor hem. Als handtekening zette hij slechts twee lijntjes.
Vooral jongens moesten van Karel de Grote naar school. Zij zouden hem kunnen helpen bij het besturen van zijn rijk. Hij liet scholen bouwen en vroeg monniken om daar les te geven. Deze monniken ontwierpen een nieuwe letter. Deze letter was simpel te schrijven en makkelijk leesbaar. Eigenlijk gebruiken we deze letters nog steeds.
Vader van Europa
Toen Karel de Grote in 814 stierf, regeerde hij bijna een halve eeuw over zijn rijk. Dit was sinds de Romeinen niemand meer gelukt. De mensen in zijn rijk voelden dat ze bij elkaar hoorden, in politiek en in godsdienst. En daarom wordt Karel de Grote ook wel de Vader van Europa genoemd. Vanaf 1914 werd de Internationale Karel de Grote Prijs in het leven geroepen. Deze prijs kunnen mensen winnen die veel doen om de Europese eenwording te bevorderen.