Gierle heeft een Germaans-Frankisch verleden. De naam, samengesteld uit het Salischfrankische Gûra (gira) en Lauha en later geëvolueerd tot Gierle, betekent zoveel als "Bosje op zandige verhevenheid bij een "goor" of kwacht". De volkstymologie heeft volgende verklaring "Bosrijke omgeving, bewoond door gieren". De oudste geschreven vermelding vinden we pas in 1259: Ghirle. In 1260 wordt het reeds Ghierle, in 1356 Gyrle en in 1390 zelfs Goirle. In 1628 bezigde men reeds Gierle. Enkele kenmerken: De Singel, het dorpscentrum is een beschermd dorpsgezicht. De kerk heeft een achtkantige toren en is uit 16de -19de eeuw. De Latijnse school, de rijke burgerwoningen, de Kempische schuur, het vroegere gemeentehuis uit 1895, de windmolen, de Kapel van Rooien zijn echte bezienswaardigheden. Wandelingen: het grotenhoutpad (boswandeling), Gierlepad, Hemeldonkpad. Fietsroutes: Watermolenpad, Achtzalighedenpad. Foto: gemeenteschild van Gierle.
|